Een enerverende periode in het leven van Jo van Haaren Speelgoed-/ kinderkledingbeurs Moergestels Crescendo zingt in Oisterwijk KBO-Moergestel MAANDELIJKSE BINGO Informatiemiddag over veilig bankieren PAGINA 3 Noud Smits Seniorenvereniging behartigt uw belangen Zangvereniging Zang en Vriendschap uit Dies- sen organiseert dit jaar weer een speelgoed- en kinderkledingbeurs op zondag 11 november in Hercules, Rijtseweg 1 te Diessen. Tafels kunnen worden gehuurd a 6,50 per kleine tafel. Het is mogelijk een grote tafel of meerdere kleine tafels te huren (Liefst per e- mail aanmelden): hnieuwkuyk@ziggo.nl Donderdag 18 oktober gaan we weer bingo spelen in Den Boogaard. We beginnen om 14.00 uur met gratis ’n lekker kopje koffie of thee. Daarna spelen we 6 rondes om onze wel bekende leuke prijzen! Bent u geen lid van de KBO? Geeft niks, u bent tóch van harte wel kom om gezellig met ons mee te spelen. Tot ziens op 18 oktober. Addy en Joke heten u van harte welkom. Noteer vast in uw agenda: de bingo voor november is op 15 november. Johan met vrienden: v.l.n.r. Kees Marsé,Jo, Wim Oerlemans en achter Toontje van den Bruggen. Uiteindelijk in Oisterwijk aangekomen ging hij naar Frans van de Loo, die in Klein Am sterdam woonde. Met een grote gretigheid keek Jo naar de koude aardappelen in de pan en op een oude transportfiets kon hij Moergestel op aan. De eerste gang was naar de burgemeester om een “Ausweiss” te bemachtigen, maar zijn verzoek werd niet ingewilligd, omdat burgemeester Bardoel te kennen gaf, dat hij “voor niemand zijn leven in de waagschaal wou stellen”. Aangezien het riskant was om thuis te blijven - moeder was immers niet (langer) ziek en de Duitsers in Moergestel konden komen controleren, zat er niets anders op dan maar onder te duiken. Zijn eerste onderdak vond Jo bij Jan Kaste- lijn, maar daar werd de kust onveilig als gevolg van Duitse inkwartiering. Zijn tweede onderdak was bij Kiske van Akeren, wéér later in het huis van Nier de Wijs (bloemis terij Wim Willems) en vervolgens bij Christ Hoeven op de Vinkenberg. Aangezien zijn broer Gust huisknecht was bij Verschuuren Piron, kon Jo in “De Kluizenaar” voor de honden zorgen en er een veldje aard appelen bewerken. Voor de familie Van Haaren was dit verblijf in de bossen niet zonder gevol gen gebleven. Als één van zijn broers op de fiets richting de verblijfplaats van Jo ging, gebeurde het drie keer dat de fiets - telkens een andere - gevorderd werd. Toen in de voor gaffel een kleine stepwiel gemonteerd werd, bleef de “diefstal” achterwege. Zeventig jaar na zijn thuiskomst heb ik Jo opnieuw opgezocht en met een verbluffende helderheid doet hij verslag van zijn gedwon gen verblijf in Duitsland. Hij ging er heen met Kees Marsé, Toontje van den Bruggen en met Wim Oerlemans. Ook andere Moer- gestelnaren werden in Oschersleben te werk gesteld, zoals Frans Hurkmans, Harrie van de Ven en Noud Hooijmaaijers, maar niet allen in dezelfde vliegtuigfabriek als Jo. Sjef Meeuwis was werkzaam in Berlijn (Askania) en Rinus Oerlemans in Müllheim. Met ge vaar voor hun eigen leven en dat van hun familieleden, hebben ook deze dwangarbei ders - na een verlofperiode- ervoor gekozen om niet naar Duitsland terug te keren maar voor onderduiken. “Toen ik op vrijdagavond met de trein uit Duitsland thuis aankwam, was het 18.00 uur. De volgende dag, tussen 06.30 uur en 07.00 uur stond politieagent Piet van Rooij al aan mijn bed om te controleren of ik thuis was. We zijn tijdens ons werk zeven keer gebom bardeerd geweest door de geallieerden en als gevolg van die aanvallen zijn er van de 1230 personen 600 overgebleven. In mijn gesprek ken met de Duitsers, die met ons samenwerk ten, heb ik toen enige keren aangemerkt, dat Duitsland “nicht wird siegen”, zegt Jo, maar dan kreeg ik als antwoord: “Ach, Johann, du bist dumm!”, daarmee het onvoorwaardelijk geloof uitsprekend in hun Führer. We hebben veel luchtalarm gehad, vooral in de periode van 28 november tot Kerstmis, toen er veel bombardementen zijn uitgevoerd op Berlijn. Wij liepen dan zo snel mogelijk naar de schuil kelders, die vlakbij waren. Ik vergelijk de situ atie met die qua locatie in Oisterwijk, enerzijds de Hoogstraat en parallel daaraan de Kerk straat. De huizen, barakken en tenten in de ene straat werden door de bommenregen com- Uw bankrekening wordt door criminelen leeg gehaald. U krijgt een e-mail of telefoontje om uw bankgegevens even beschikbaar te stellen ter controle. Uw computer wordt “overgeno men”. De Rabobank informeert ons deze middag over veilig bankieren, over het gebruik van internetbankieren; hoe gebruikt u het, hoe veilig is het? Wat kan de bank en wat de KBO voor u betekenen? Aan de orde komen o.a. ook het gebruik van de Rabofoon; het over boeken van bedragen. Voor senioren is het goed ook na te denken over het geven van een volmacht en het regelen van de financiële zaken vóór het overlijden. De Rabobank wil dicht bij de klanten staan. Wat verwacht u van de bank en wat heeft de bank te bieden. Dus naast het krijgen van informatie, hebt u de gelegenheid om uw wen sen in te brengen. Reden genoeg om u op de hoogte te stellen van de ontwikkelingen in het betalingsverkeer en uw persoonlijke moge lijkheden. Op zondag 21 oktober om 14.00 uur geeft Crescendo een concert in de Protestantse Kerk, Kerkstraat 64 in Oisterwijk. Het koor van gemengde zangvereniging Crescendo heeft bijna dertig leden en bestaat al 72 jaar. De vrouwen en mannen zingen onder leiding van dirigent Winny van der Loo-Kosters en worden op de piano begeleid door Cia de Backer-van Venrooij. Het koor zingt liederen als Early one morning, The rose of Tralee en May it be maar ook liederen als Herr, deine Güte reicht so weit en Veni Jesu amor mi (Come o Jesus). In de pauze is er gelegenheid voor een drankje. Daarna wordt het concert voortgezet met nummers als Da unten im Tale, The last rose of summer en Take me home, country roads. Ook staan er werken op het programma van Fauré, Hahn en Quilter. De toegang is vrij. U bent van harte welkom. Jo op Park Stanislaus, september 2012. werd hij voor zijn werk naar een vliegveld gedirigeerd. Om 04.30 uur begon ’s morgens de sirene te loeien. Om 05.00 uur werd eenieder gewekt, voor zover dat nog nodig was en om 05.30 uur moest men te voet afmarcheren, door de stad, naar het bedrijf, een tocht van een half uur. Om 06.00 uur moesten de vlieg tuigen uit de hangars geduwd worden, want om 09.00 kwamen de vliegeniers de vliegtuigen invliegen. Als de piloten terugkwamen van hun testvlucht, moesten de vliegtuigen weer de hangars ingeduwd worden. Na dit werk, dat hij steeds uitvoerde in gezel schap van Duitsers, werd hij ingedeeld bij de zogeheten Materialprüfung, waar het te leveren werk op fouten gecontroleerd werd. De onderdelen werden in watertanks gedom peld, waarna er lucht op gezet werd teneinde vast te stellen of er lekkages waren. Het gevaarlijkste werk bestond erin, dat hij acht tot tien meter onder de grond in een soort bunker moest werken met krachtstroom, waarbij de minste dwaling ernstige gevolgen kon hebben. Het gevaar was te meer aan wezig, aangezien het vliegtuigcomplex een gewild doelwit was voor de geallieerde bom menwerpers. Zo werd de montagehal door achttien voltreffers geraakt en ruim twee honderd vliegtuigen hebben een viertal bom bardementen uitgevoerd op het complex. De dwangarbeiders waren ondergebracht in barakken in een kamp, waar in een klein ka mertje 14 tot 16 man op stapelbedden de nacht konden doorbrengen en waar een tafel gold als enig meubelstuk. Het eten was karig en voor iemand die een grote eetlust had wachtte steeds een gevoel van honger. Geleidelijk aan gaat de inhoud van de maag zich aan het wei nige eten aanpassen. Het werkkamp, dat bestond uit barakken, was geheel omringd met een rasterwerk van prikkeldraad. Het werkschema liep van 06.00 ’s morgens tot 18.00 uur ’s avonds. Er werd een totale inzet verwacht van 06.00 uur tot 19.00 uur, waar- pleet weggevaagd en in de andere straat was slechts geringe schade. Wat mij erg is bijge bleven is de ophanging van enkele dwangar beiders, waarbij de Duitsers het kennelijk voornamelijk begrepen hadden op Russen en Polen. Zoiets vergeet je niet. Je kon nog leven met het gebrek aan hygiëne, zoals de tallozen “wandberen”, wandluis, bedluis en ander onge dierte, dat tussen de planken van de barakken leefde en bij warmte neerviel op de bedden en op de mensen die er sliepen. Dan werden die beesten met gas bestreden. Maar een mensen leven zo aan zijn/haar eind te zien komen, grijpt diep in. Met alle ellende die uit het gedwongen verblijf in Duitsland is voortgekomen, moet je achteraf concluderen, dat je geluk gehad moet hebben om het te kunnen navertellen.” Op 28 december 1922 werd in Moergestel Johannes Marinus van Haaren geboren. In september 1942 enige maanden voordat hij twintig jaar zou worden, werd hij op 8 sep tember 1942 op transport gesteld naar Duits land om in de Duitse oorlogsindustrie te gaan werken. De treinreis voerde allereerst naar Kaldenkirchen en vervolgens via bekende Duitse steden als Hannover en Braunschweig naar zijn eindbestemming. Hij kwam terecht in Oschersleben (Bode), vlakbij Maagdenburg, waar hij te werk gesteld werd in de vliegtuig fabriek, de Hermann Goering Werke uit Leipzig met een nevenvestiging in Oschers leben. In de fabriek, waar de Focke-Wulf Fw 190D-9 jager in productie genomen was, werk ten zo’n 19.000-20.000 mensen. In het begin kwamen drie vliegtuigen per week klaar, maar gezien de “gedwongen buitenlandse hulp” was het aantal bij vertrek van Jo opgelopen tot 9 a 10 vliegtuigen per week. Bij aankomst kreeg Jo eerst een spoedcursus op de school, waar hij getest werd op diens bekwaamheden. Zo moest hij leren omgaan met passer en papier en diende hij aan te tonen dat hij de techniek van metaal knippen verstond. Hij werd ondergebracht in hal 7, waar hij gaten moest boren in de rompen van de vlieg tuigen. Hij benutte daarvoor een borstboor, die op enig moment kantelde en schade toe bracht aan lichaam en kleding en waarvan hij de nadelige gevolgen ondervond door rond vliegende aluminium splintertjes. Hij werd op controle gestuurd, alwaar hij verlost werd van de splintertjes in zijn ogen en vervolgens onder ook de zaterdag. Op zondag was men vrij en bijvoorbeeld ook op speciale dagen zoals een heidengedenkdag. In de fabriek waren ook Russische meisjes te werk gesteld. Velen van hen moesten lassen en de overigen moesten in de rompenbouw de vleugels nieten. De Russische onderdanen kregen geen geldelijke beloning, evenmin als de Polen trouwens. “In onze vrije tijd speurden we ‘s avonds de aardappelvelden af naar de kleine aardappeltjes die op het veld achtergebleven waren en een maal op de kamer deponeerden wij deze “pie pertjes” in de nog hete as van het kacheltje en hadden zo een vorstelijke aanvulling op ons menu, afgewisseld met van wortels gemaakte pudding”, zei Jo. Als men getrouwd was, dan kwam men na een verblijf van een half jaar in Duitsland in aanmerking voor een korte vakantie van acht dagen naar huis. Was men ongetrouwd, dan kon men van deze luxe pas na een jaar profiteren. Velen die van dit verlof gebruik mochten maken, kwamen niet meer terug en doken onder. Toen op enig moment Jo van 26 februari tot 10 maart 1944 naar Moergestel mocht in ver band met de “slechte gezondheid” van zijn moeder, werd hem te verstaan gegeven, dat hij, als hij niet zou terugkomen, zijn straf moest uitzitten in een concentratiekamp. Via luidsprekers werd er een “Sondermeldung” omgeroepen, dat “seine Mutter sehr krank war”. Dokter Desain had er zich voor ingezet dat Jo zou kunnen “recupereren”. Hij moest eerst naar Halberstadt zijn papieren in orde laten maken. “Johann, du nimmst mein Fahr- rad!” zei de Duitser die met hem samenwerkte. Die fietstocht bleek niet zonder gevaar, want op de terugweg kwam er een vliegtuigaanval op de naast de suikerfabriek gelegen vlieg- tuighal. Toen Jo later de schade in ogenschouw ging nemen, ontdekte hij, dat zijn jas door talloze splinters onherkenbaar was geworden. Hij ging op die bewuste vrijdagavond eerst naar Maagdenburg, waar hij op de trein stap te die afgeladen vol zat met Duitse militairen. Zijn reis voerde hem naar Bentheim, een Duitse grensplaats vlakbij Oldenzaal. Hij wisselde zijn spaarzame 1500 Reichsmark in en kreeg er 192,- voor in de plaats. “Er was tóch geen belasting over betaald!” Jo reisde naar Zwolle en vervolgens via Utrecht naar Boxtel, waar hij vier uur moest wachten. “M’n hele hebben en houden kon in een schoendoosje!” MOERGESTEL-NIEUWS’ - WOENSDAG 10 OKTOBER 2012 In het kader van de herden king van de Oorlog en Bevrijding, welke dit jaar plaatsvindt op zondag 28 oktober, sta ik met de lezer stil bij een zaak, die nogal diep heeft ingegrepen in het persoonlijke leven van dege nen, die het betrof. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden in Duitsland op grote schaal burgers uit bezette gebieden tot dwangarbeid gedwongen. Dwangar beid is een speciale vorm van sla vernij, waarbij mensen - tegen hun eigen wil-onder bedreiging van straf voor de vijand moeten werken. De Duitse mannen waren naar het front gestuurd om Hitler te helpen aan de uitbreiding van het grote Duitse Rijk, zodat er in de fabrieken en op de akkers mankracht te weinig was. Aanvankelijk probeerde de Duitse bezetter met wervingscampagnes Nederlanders te ronselen, maar toen bleek, dat zoiets geen effect had, vaardigde de Neder-landse Rijkscommissaris op 28 februari 1941 een verordening uit, die de tewerkstelling van dwangarbeiders voor de Duitse oorlogs industrie definitief regelde. Tussen 1939 en 1945 zijn 631.000 Nederlanders tewerkgesteld geweest in Duitsland en in door Duitsers bezet gebied. Op donderdag’18 oktober 2012 om 13.30 uur in den Boogaard verzorgt de Rabobank een presentatie over veilig bankieren. Het beta lingsverkeer verandert regelmatig. We worden al voorbereid op het IBAN-systeem, zodat het betalingsverkeer in veel Europese landen een voudig en direct kan verlopen. De samenleving wordt steeds meer digitaal. Betalen gaat bij voorkeur via internet: inter netbankieren. En steeds meer mogelijkheden voor betalen biedt de mobiele telefoon, o.a. Rabomobiel. Maar we horen ook over proble men met de veiligheid van de digitale wereld.

Kranten Regionaal Archief Tilburg

Weekblad Moergestels Nieuws | 2012 | | pagina 3