Onvergetelijke Kerstnacht
Jaarlijkse Statiedag Gilde St. Catharina
Bedevaarten
naar Lourdes
De Overheid van Gilde St. Catharina
Moergestel
Afsluitend werd er nog een onderlinge schiet
wedstrijd georganiseerd, waarna iedereen na
een geslaagde Statiedag huiswaarts keerde.
Wij willen alle jubilarissen nogmaals van harte
feliciteren met hun langdurig lidmaatschap.
Op zaterdag 27 november jl. heeft Gilde
St. Catharina haar jaarlijkse Statiedag
gevierd.
Volgens traditie werd er om 10.00 uur een
Heilige Mis opgedragen door Pastor Theo te
Wierik. Voor hem was het de eerste keer dat hij
voorging in een Gildemis. Hij vond dit een
hele eer en hij genoot van de gastvrijheid en het
gezellig samenzijn met onze gildebroeders en
-zusters.
Na de Heilige Mis zijn wij teruggekeerd naar
ons onderkomen aan de Heuvelstraat waar ons
gereikt aan de gildezusters Mietje Wolfs, Ria
Bruurs en Marianne van Bijsterveldt, voor het
vele werk wat zij verricht hebben voor de tot
standkoming van deze dag.
INFORMATIE BIJEENKOMST
U wordt van harte uitgenodigd, samen met
vrienden, kennissen en familie voor een infor
matiebijeenkomst. U kunt dan alles te weten
komen over de reizen en er worden dia’s ver
toond over het leven van Bernadette, het ver
loop van de reizen en over Lourdes zelf.
Deze bijeenkomst wordt gehouden op woendag
19 januari 2005 in de zaal van de Levenskerk
in de Le Sage ten Broekstraat te Oisterwijk.
Aanvang 19.30 uur.
Wilt U zich opgeven bij: Joke Hoekman, Olmen
pad 13, 5061 BJ Oisterwijk. tel. 521 6701.
We weten dan op hoeveel mensen we kunnen
rekenen. Tevens kunt U bij Joke inlichtingen
krijgen en een brochure aanvragen met in
schrijfformulier.
Graag tot ziens op 19 januari a.s.
De Limburgse Bedevaarten organiseert ook in
2005 weer bus- vlieg- en een treinreizen naar
Lourdes. De vrijwilligers staan dan weer klaar
om met veel inzet en plezier bedevaarten van
goede kwaliteit voor de pelgrims te verzorgen.
Programma:
Busreizen in juni en september (van 22 tot 30
september 2005 (bij voldoende belangstelling
vertrek vanuit Oisterwijk).
Treinreizen in juni en september 2005
Vliegreizen in mei, juni en sèptember 2005
vanaf vliegveld Eindhoven.
In Lourdes krijgt U een programma aangebo
den, waar U geheel vrijblijvend aan deel kunt
nemen.
Alle reizen worden begeleid door een ervaren
reisleider.
een overheerlijke ouderwetse Brabantse koffie
tafel stond te wachten.
Deze Statiedag kreeg nog een bijzonder tintje
door het grote aantal jubilarissen. Het is in het
bestaan van ons Gilde nog nooit voorgekomen
dat men 18 jubilarissen heeft gehuldigd, die alle
maal 25 jaar of langer lid zijn van ons Gilde.
Elke jubilaris kreeg een speldje opgespeld, uit
beeldend St. Catharina, door de Heer van de
Moergestelse Gilden, Burgemeester Y. Kort-
mann.
Na de huldiging van de jubilarissen werd er door
onze Hoofdman nog drie boeketjes bloemen uit-
- y-
i
a
’DE GÈSSELSE’ - WOENSDAG 22 DECEMBER 2004
PAGINA 21
Kaarslicht onthult een kleine, lage ruimte, bestaande
uit grove blokken bruingrijs natuursteen. De eerste
indruk is die van een ondiepe kelder zonder ven
sters. De ruimte is echter niet als opslagplaats in
gebruik, want buiten een langwerpige, arduinen tafel
die in de breedte is geplaatst met aan weerszij
den een eenvoudige houten stoel en een metal
en kastje dat aan de achterwand hangt, is de ruimte
verder kaal en leeg. De schim heeft nu de onvaste
en rimpelige vorm van een oude man aangenomen
die naar het kastje loopt en het met een sleutel
opent Op de bodem van het kastje ligt een bruin
wit stapeltje, wat nadat hij zich naar het licht heeft
omgedraaid, een keurig opgevouwen laken blijkt
te zijn.
Plechtig legt hij het op de palmen van zijn uit
gestoken handen en loopt ermee naar de tafel.
Hij pakt het laken met beide handen bij de zoom
vast, slaat het open en spreidt het zorgvuldig uit,
alle onevenheden gladstrijkend. Het lijkt alsof er
een smoezelig, roodbont koeienvel op tafel ligt Loopt
terug naar het kastje en pakt er twee borden,
bestek, twee wijnglazen en een stapeltje papier
uit Verdeelt het serviesgoed vrijwel symmetrisch
over de tafel, het stapeltje papier blijkt een aan
tal foto’s en brieven te zijn die hij naast het dichtst
bijzijnde bord legt Loopt nog een keer terug en
neemt van een haak een kleerhanger, waaraan
een bruinwitte, gewatteerde jas hangt met een
\yergelijkbaar vlekkenpatroon als het laken op
Silhouet van een mens staat voor het hek van een
ondergesneeuwd weiland dat deel uitmaakt van
een uitgestrekt golvend heuvellandschap, onder
broken door donkere, dichtbegroeide percelen met
dennenbomen. De laatste flarden van nevelsluiers
trekken weg in oostelijke richting, in het westen
laait de einder op ijo een baaierd van paarsoran-
je vegen. Hier en daar zijn al een paar zwakke
vonken op het donkerend uitspansel zichtbaar. Het
hek gaat open en de schim beweegt zich moei
zaam in de richting van een bouwsel, gemaakt van
halve boomstammen, dat nog net niet onzichtbaar
is gemaakt door de zich snel uitbreidende inktvlek
van het aangrenzend bosperceel. Bij het gebouw
tje aangekomen, valt in de linkerhoek onder de
overkapping een koe te onderscheiden die op
haar gemak in het hooi ligt te herkauwen. In de
rechterhoek staat een pony te plukken aan het
hooi dat uit een aan de wand bevestigde korf steekt
De schim stampt de aangekoekte sneeuw van z'n
schoenen, doet een greep in de jaszak en loopt
met uitgestoken hand naar het midden van de
achterwand. De hand zoekt even en maakt dan
een draaiende beweging. Een deel van de achter
wand zwaait open en de schim stapt zonder
aarzelen het zwarte gat binnen dat hierdoor is
ontstaan. Vervolgens sluit de wand zich weer tot
een aaneengesloten geheel. Op de plaats waar zich
zo ongeveer het sleutelgat zou moeten bevinden,
verschijnt plotseling een fel lichtpuntje, alsof zich
ook daar een fonkelend sterretje door het firma
ment heeft geboord.
Hij staat op, ruimt de tafel af, doet het kastje op
slot en gaat naar buiten. De pony en de roodbonte
koe verkeren nog in diepe rust Hij sluit de deur,
de flonkering in het sleutelgat is gedoofd. Nog even
blijft hij onder de overkapping van de stal staan
en kijkt naar het oosten in de richting van het ont
wakend licht Het is onbewolkt, de sterren doven
langzaam en zullen weldra vervangen worden
door de priemende zonnestralen van een hartver
warmende vorstdag. Geert Smolders
Hè, hè, eindelijk ben je d’r weer, ouwe makker, wat
heeft het toch weer lang geduurd, ondanks dat elk
jaar sneller voorbij lijkt te vliegen lijkt het pas als
de dag van gisteren dat ik je voor het eerst ont
moette en dat terwijl amper twee weken geleden
de zestigjarige herdenking is geweest en ik dus ook
al weer bijna 55 jaar geleden vanuitAmerika hier
naar deze aangrijpende en dierbare Ardennen
ben geëmigreerd, de weersomstandigheden zijn
momenteel haast identiek aan die, van laat ik maar
zeggen, onze Kerstnacht, hier, vooruit neem een
flinke slok van die Eiswein, die komt van een wijn
goed dat in de buurt van je geboortehuis ligt
man, man, man, dat was me wat ik wist niet wat
me overkwam, totaal ontredderd van de over
haaste terugtocht was ik op de bodem van deze
ondiepe schuttersput aan de rand van dit bos en
weiland gaan liggen, met alleen een harde korst
oud brood in m'n holle maag probeerde ik me te
vullen en te warmen met herinneringen aan de
Kerstfeesten thuis, daarbij geholpen door de twinke
lende sterren die als flakkerende kaarsjes de
zwarte nachthemel verlichtten omdat die hard
nekkige mist na anderhalve week eindelijk optrok,
de comateuze cocktail van uitputting, slaapge-
brek en honger, vermengd met die troostende
gedachten moeten me in een diepe slaap gewiegd
hebben, slaapdronken dacht ik even een paar
dagen onafgebroken geslapen te hebben en als
kind te zijn gewekt voor het hoogtepunt van
Onafhankelijk-heidsdag, de hemel was hel ver
licht door een ontwrichte regenboog van lichtko-
gels, van jullie die wanhopig onze posities tracht
ten te ontdekken en wij die in onze machteloosheid
weinig anders konden doen als om artilleriesteun
smeken, jongen, jongen, wat ging je toch te keer,
je geschreeuw kwam haast boven de herrie van
de tanks en het artillerievuur uit, in eerste instantie
had ik helemaal niet in de gaten dat je met je keel
boven op mijn in de aanslag staande geweer
terecht was gekomen, stom toeval was het, maar
ja, mijn schuttersputje was nauwelijks als zodanig
herkenbaar, je moet het gevoel hebben gehad dat
je in een zwart gat sprong, ik was net zo verbijs
terd als jij toen ik die afgrijselijke wanhoop in je
uitpuilende ogen zag, ik werd uit m'n diepe slaap
gewekt door je oorverdovende gekrijs als van een
Stuka, de kolossale ademwolken uit je wijd openge
sperde neusgaten en mondje leek warempel het
paard op "The Nightmare" van Füssli wel, pure
pech was het dat m'n bajonet op de zenuwen van
je halswervels drukte, het enige wat ik er op dat
moment aan kon doen en wilde was jou van de
overduidelijke pijn verlossen en mijzelf van het gegil
zo vlak bij mijn oor, ik kon ook geen kant op, omdat
tafel. Hij drukt de jas als een kostbaar kleinood
tegen zijn borst en aangezicht als betrof het een
relikwie van een heilige. Hangt de jas vervolgens
over de rug van de dichtstbijzijnde stoel, klopt
een paar keer enthousiast op één van de schou
ders en onderwijl naar de andere kant van de tafel
en de stoel lopend, begint hij te praten:
jij boven op me was gevallen en jouw bajonet mijn
arm had doorboord, hospiks en verbandmiddelen
waren in geen velden of wegen te bekennen, ik
was blij dat ik onderweg een geweer en een paar
patronen had gevonden, anders hadden we jullie
met onze blote handen moeten proberen tegen
te houden, je gegil maakte plaats voor tranen en
met de tranen kwamen de woorden, 'onstuitbaar
als een rivier die traag richting zee stroomt voelde
je de behoefte om aan mij, een wildvreemde nota
bene en een vijand zelfs, je levensverhaal te
vertellen, de armoede en wanhoop van de crisis
jaren gevolgd door de verleidelijke hoop en glorie
van een nieuw ideaal, die mooie beloften die je
als een insect naar het leger hadden gelokt, je
gruwelijke ervaringen aan het Oostfront, de onder
dwang van bevel begane misdaden die je aan mij
opbiechtte als was ik je beste kameraad en wapen
broeder en waar je ook in de brieven aan je vrouw
en kinderen met geen woord over gerept hebt, uit
schaamte, het verlangen om te deserteren en het
afzien ervan uit angst voor represaillemaatrege
len tegen je familie aan het thuisfront, die tranen,
waar geen eind aan leek te komen en ik die niets
in de gaten had, helemaal overdonderd door deze
onverwachte situatie, ik kwam net van school en
had me aangemeld door de belofte dat de eind
overwinning nog slechts een kwestie van één
genadestoot was, dat we met Kerst weer thuis
zouden zijn, ik kreeg de kans nog wat van de wereld
en het Europa van mijn voorouders te zien, te profi
teren van de talloze bevrijdingsfeesten bruisend
van champagne en gewillige meisjes, daar was
echter bitter weinig van te merken in deze armoedi
ge en dunbevolkte streek waar we gelegerd waren
totdat jullie ons onder de voet liepen en op de vlucht
joegen, ik heb niet eens de kans gekregen om één
schot te lossen, jij bent de enige, de eerste en tevens
laatste vijand die ik te zien heb gekregen, gelukkig
vond ik in een vernield huis een wit laken dat als
camouflage diende in dat bevroren sneeuwland
schap maar nauwelijks soelaas bood tegen die
dikke nevel van ijswater, totdat jij tegen m'n lijf liep
en m'n leven ondersteboven gooide, doordat je
bovenop me lag heb ik die barre vriesnacht kun
nen doorstaan in tegenstelling tot vele van onze
kameraden die niet bezweken zijn aan hun ver
wondingen maar aan onderkoeling, kijk, hier ligt
het weer op tafel, kijk eens wat een grillig vlekken
patroon ons bloed gemaakt heeft, het is sindsdien
nog nooit uitgewassen, het wordt elk jaar ver
mengd en uitgebreid met de vlekken van de heil
dronken op onze bloedbroederschap, vooruit, drink
je glas leeg, dan kan ik nog een keer bijschenken,
neem het er maar goed van want je moet er nog
een aantal jaartjes tegen, zo snel laat ik je immers
nog niet los, net zo als jij me niet meer wilde losla
ten toen de hospiks de volgende ochtend ein
delijk kwamen opdagen, ik dacht dat je in slaap
was gevallen toen je je levensverhaal in m'n oor
had gefluisterd, zoveel vredigheid en fysieke warmte
straalde je op dat moment uit dat ik weer in
slaap moet zijn gevallen, jezus nog aan toe, je bot
ten kraakten als vallende bomen toen ze je armen
naar achteren bogen om jou van me af te halen
en pas toen drong het tot me door dat het niet
je tranen waren geweest die onafgebroken had
den gevloeid maar je bloed dat langzaam maar
onstuitbaar uit je hals was weggesijpeld en opge
zogen door de kleren die we droegen, het moet
die braam op de punt van die onderweg opgeraapte
bajonet zijn geweest die je slagader had
opengeschampt en ondanks de ijzige kou niet
stelpen wilde, het is maar goed dat ik toen meteen
je camouflagejas heb uitgetrokken waardoor al je
paperassen bewaard bleven en ik contact kon
zoeken met je familie, tijdens mijn verblijf in het
hospitaal heeft ie voortdurend op de rug van de
stoel naast m'n bed gehangen en gebruikte ik 'm
als ochtendjas, op de ziekenzaal hadden ze me
tot "de roodbonte" gedoopt en tegen de tijd dat
ik hersteld was, was de oorlog voorbij, maar je hebt
me nooit meer losgelaten, overal en altijd als m'n
schaduw gevolgd, je werd in die ene nacht niet alleen
een bloedbroeder, ik kreeg er een onafscheidelijke
tweelingbroer bij, jouw vrouw werd mijn vrouw, jouw
kinderen werden mijn kinderen, onze ontmoeting,
hoe kortstondig ook, heeft verhinderd dat ik later
een normaal gezinsleven kon leiden, alle relaties
er na zijn stukgelopen op jou, vielen qua intensiteit
in het niet bij wat we samen hadden doorge
maakt, ik heb er ook geen moment om getreurd,
ik had tenslotte jou en je gezin, je vrouw en
kinderen die je nooit hebt teruggezien, en de laat
ste jaren ook je kleinkinderen waarvan er een paar
sprekend op je lijken, kijk, afgelopen zomer heb
ik zoals elk jaar bij hen op vakantie foto's van ze
gemaakt en naast je bord gelegd, ja jongen, oor
log is louter mensenwerk, het meest ingrijpende
mensenwerk wat er bestaat, qua diepgang alleen
vergelijkbaar met een mystieke, religieuze ervaring
bouwwerken waar vele mensen vele jaren aan ge
werkt hebben om ze te bedenken en te realiseren
worden in een oogwenk omgetoverd in een hoop
puin, mensenlevens die er tientallen jaren over
gedaan hebben om uit te groeien tot de fractie
van een seconde waarop ze uit elkaar spatten en
oplossen in een anonieme wolk van bloedspetters
en onherkenbare vleesflinters, als het slachtafval
in de roestvrijstalen bak van een slager dat zelfs
niet meer geschikt is om door de gehaktmolen te
draaien, oorlog en ideaalbeeld bepalen het
aangezicht en ook het uiteindelijke lot van de
wereld, een mensenleven is een cirkelzaag van
schepping en vernietiging, kijk maar eens om je
heen naar de constructieve uitwerking die het op
mij gehad heeft, goed, ik geloof dat het zo langza
merhand tijd is geworden om bij mij thuis naar
"Battleground" te gaan kijken, onze favoriete
Kerstfilm, we hebben hem al wel meer dan 50 keer
gezien, maar ach, hij blijft ontroeren