Kiske Rijnen: ’Mijn hart ligt nog altijd in Moergestel. E 5 Interessante ontmoetingen (3) xs Ge k?" Raadsperiode He ’Op ben het vooi gewi voor een; ism nam end suee te tij andi gene tasti ’Hei vert ven 'Ali den uit ovei naai Op dooi heb miji weg toe. was Ex Schooltijd in Spoordonk Cees Rijnen is geboren 29 november 1913 aan de Geeneindseweg in Spoordonk. Een oud-inwoner van Moergestel die veel mensen in onze gemeente het best kennen als ’Kiske’ Rijnen en die, zoals je kunt zien aan zijn geboortejaar, bijna 80 jaar oud is. Fitselstek De vrije tijd Naar de kerk in Oirschot w 'MOI ’MOERGESTEL-NIEUWS' WOENSDAG 27 OKTOBER 1993 deb blev gen doei sche nog gen' Ik 1 schi end Wet en 1 Mei ter’. Elk hoo zen 'Mij amb op 1' feest nota brac sone Mis gaar als 1< uitsi mid< end had een Bare een; Moe med oper naar dag’ ’Na van voor In deze derde aflevering van ’Interessan te ontmoetingen’ neemt Gerard Knijpers u ditmaal mee naar camping 'De Boskant’ op de grens van Moergestel en Oisterwijk en gunt u ’n kijkje op het leven van Cees (’Kiske’) Rijnen. In 1971, juist na het opzetten van genoem de camping, beleeft Cees een ongeluk tij dens de jacht waardoor hij blijvend invali de wordt... De foto’s komen uit het familie-archief en van de hand van Chris van den Bijgaart Fo tografie. ren (incl. een drieling) en 6 achterkleinkinderen. Het kan er bij ons daarom wel eens druk zijn. In 1952 heb ik de Marcan Hoeve ofwel de Mari- nus Canters Hoeve gekocht op de Oirschotsebaah in Oisterwijk. Tot 1967 hebben we het boeren bedrijf doorgezet. Niemand van mijn kinderen had echter belangstelling om het boerenbedrijf voort te zetten. Samen met het gezin hebben we toen de beslissing genomen om een camping op te zetten. In 1967, bij de opening van camping ’De Boskant’ hadden wij ons zilveren huwelijks feest. Pastoor Marks heeft toen op de camping de H. Mis opgedragen. Gedurende het gehele va kantieseizoen van Pinksteren tot 1 september was er iedere zondag een Misviering’. ’Tot aan het fatale jachtongeluk in 1971 ben ik zelf vijf jaar beheerder geweest. Het deed mij veel plezier om te gaan met vele vreemde men sen. Dag en nacht stond ik voor hen klaar op de camping; er heerste regemlaat en orde; nage noeg nooit problemen, en ’s-avonds om elf uur moest het stil zijn. Voor de mensen was ik een vraagbaak en doordat ik natuurgids werd van het IVN heb ik veel vakantiewandelingen bege leid voor de vakantiegasten’. ’Tegenwoordig is het niet meer zo makkelijk om een camping te beheren. De voorschriften zijn niet gering; zeer hoge toeristenbelasting met enorme investering voor zuiveringsinstallaties en tenslotte hoge personeelskosten. Dat alles in ogenschouw genomen moet je van goeden huize komen om alles gefinancierd te krijgen, en dat het daarbij voor de kampeerders een dure zaak gaat worden is ook duidelijk’. ’Als ik terugdenk aan de raadsperiode van 1949- 1953, direct na de oorlog, dan is dat een zeer be langrijke periode geweest. Voor de oorlog ging al les nog te goeder trouw. De burgervader werd nooit tegengesproken, hij nam over het algemeen PAGINA 6 In 1 de hot van geit gen ons doe de De school stond indertijd waar zich nu het Spoordonks Handelshuis bevindt. ’Ik moest op 1 april 1920 naar de eerste klas. Er waren 3 leer krachten die elk twee klassen onder hun hoede hadden. De meisjes en jongens zaten in aparte rij en banken. De kinderen droegen bijna altijd klompen, lange zwarte kousen die de knie geheel bedekten, en die boven de knie werd opgehou den met een strakke kouseband’. T)e broek hing over de kuiten, er was niks bloot te zien, geen flauwekul. Op de school heerste tucht en orde, al moesten we natuurlijk regelma tig strafregels schrijven’. ’Het kwam zelfs wel eens voor dat, als de juf zich Cees Rijnen is geboren 29 november 1913 aan de Geeneindseweg in Spoordonk. Een oud-inwoner van Moergestel die veel mensen in onze gemeente zich zullen herinneren en die, zoals je kunt zien aan zijn geboortejaar, bijna 80 jaar oud is. In Spoordonk op de ouderlijke boerderij, waar zijn jongste broer (66 jaar, en getrouwd met Toke van Esch van de Schoolstraat) woont, blijkt ’Kis ke’ nog altijd ’Kees’ genoemd te worden. De naam Kiske heeft hij te danken aan zijn grootmoeder ofwel ’grutje’ die destijds woonde op de boerderij op de Vossenhoorn, tegenwoor dig bewoond door de familie Hamilton. Grutje noemde Kees al direkt ’Keesje’, wat later verbasterde tot ’Kiske’ en onder die naam ken nen de meeste onder ons Kees Rijnen. Zoals op meerdere plaatsen in Moergestel was bij de boerderij een schuur gebouwd met zg. ’mu ren’ van fitselstek. Dat betekende het volgende. Er werden meestal eiken palen van 2 a 3 meter lengte in de grond geplaatst, ongeveer 40 a 50 cm van elkaar. Tussen de palen door werden dan wilgetenen (werft) en ook wel hondsknoppen- hout (vuilboom) geslinterd (gevlochten). Vervol gens werd de wand bestreken met een mengsel van leem en koemest, soms wel met toevoeging van roggemeel en boekweit. Zo’n samenstelling plakte goed aan elkaar vast, zo goed zelfs dat, als de wanden goed droog stonden, ze jarenlang meekonden. Dat betekent volgens Kiske, dat men de bouw materialen vroeger allemaal zelf bezat en werk loon bestond er nagenoeg niet. Kiske vertelt vol enthousiasme over zijn lange leven en dan speciaal over zijn jeugdjaren. ’Ik wil’, zegt hij, ’nog eens bandjes inspreken die ze later na mijn dood maar eens af moeten luisteren, en dan weet ik zeker dar iedereen die er ook maar ’n beetje in geïnteresseerd is zich zal afvragen hoe het mogelijk is dat in een men senleven de wereld volkomen veranderd is’. Kiske was de derde uit een gezin van 6 zonen en 1 dochter. Vader Koop Rijnen is overleden in 1933 op 56-jarige leeftijd, z’n vrouw stierf 43 jaar later, in 1976, 87 jaar oud. winters als in de zomerdag, ’n Klein beetje was sen bij de gootsteen en dan te voet door weer en wind en via slechte wegen naar Oirschot. Nor maal was ook dat je tijdens de mis te communie ging, maar dat kon je niet zomaar doen. We moesten nuchter blijven vanaf ’s-nachts 12 uur, dus zonder water of brood. Het was zelfs verbo den dat als het regende en er vielen ’n paar drup pels in je mond je dan nog te communie zou gaan. Maar och, zo was dat in die tijd en wij had den er totaal geen moeite mee’. ’Bij ons thuis hadden we maar één fiets, ’n da rn esrij wiel. Mijn moeder kon niet fietsen. Ze heeft het één keer geprobeerd om het te leren, maar ze reed recht in ’n diepe sloot met water. Nooit heeft ze ’n fiets meer aangekeken... Mijn vader ging na het melken om 8 uur met de da mesfiets naar de kerk’. ’Vaak gebeurde het dat boeren bij toerbeurt met de zgn. korte kar of ’erdkar’, met wat planken dwars over de karbak gelegd zodat er vier of vijf zitplaatsen ontstonden, naar Oirschot voeren. Deze vervoersmethode heeft echter niet zo lang geduurd, want al spoedig kwam het ’gerijke’ ook wel ’sjees’ genoemd. Daarin zaten we tenminste droog’. ’Na de mis ging ons moeder dan winkelen. Dat stelde eigenlijk niet zo veel voor, hoogstens ’n half pond suiker, ’n pak beschuit en ’n pakje margarine. De kinderen kregen altijd ’n spits pa pieren zakje met snoepjes: Tum-Tum noemden ze die. Als je alleen was had je geluk, anders was het eerlijk delen geblazen. Ook werd er altijd kof fie öf thee gedronken om te ontnuchteren: gra tis van de winkelierster’. ’Thuis aangekomen was de kachel lekker warm en er stond dan een flinke pan spek gereed en werd er goed gegeten van het boeren ’dwars ge bakken’ roggebrood, gesopt in de vette pan...’ ’Als je 11 jaar geworden was, dan werd je ge reed gemaakt voor de plechtige communie: dat betekende Catechismusles, en als ik dan na de les nog het Tof’ meepikte, dan kreeg ik ’n hele cent. Hemels gelukkig sabbelde ik dan met de gekochte zuurstok of ’n stuk zoethout op Spoordonk aan'. ’Vroeger stonden wij erg kort bij de natuur. Ik heb al strikken gezet toen ik nog maar amper tien jaar oud was: het werd de kinderen gewoon aan geleerd. Snoeken heb ik zo uit de Beerse getrok ken met ’n koperen draad gevormd tot strik. Iedereen deed dat trouwens, dus het was ’n heel normale zaak. De vis was een heerlijke afwisse ling bij het eentonige dagelijkse menu. Snoek of paling was voor ons een delicatesse en het was nog gezond ook! Honderden heb ik er gevangen, toch bleef er altijd voldoende vis over’. ’Ook bestond er in het voorjaar een grote lief hebberij in het zoeken naar vogelnesten. Kraai en, eksters, duiven, eenden, kieviten en kulders (wulp). Het moesten grote eieren zijn die me teen werden geconsumeerd. Bij de vogels was het al precies hetzelfde als bij de vissen: de aan- werd vervolgens omgezet in bier of sigaretten. Bij café ’De Klaore’, in de Schoolstraat waar thans slijterij Tn den Korenmaaier’ gevestigd is, kostte 1 borreltje 0,15 en bij 2 stuks moest je 0,25 betalen, ’n Groot glas bier kostte ’n dubbeltje evenals Pirate sigaretten. Voor Chief Whip moest je echter 0,20 cent betalen, maar daar zaten er dan ook 20 in...’ ’Met mijn 16 jaar ben ik lid geworden van het Gilde St. Cathrien in Moergestel. Ik was toen boerenknecht bij een oom van me (Jaoneke Rij nen, red.) op de Heikant in Moergestel. Bijna zes jaar ben ik daar gebleven. Mijn vader was inmid dels overleden, dus ik werd naar huis geroepen om mee te helpen op de boerderijIk vond het jammer dat ik weg moest uit Moergestel.Weg van ’De Klaore’... (biljart was mijn lievelings- sport) Weg van Gilde St. Cathrien... Ik had er veel vrienden gemaakt. Daarnaast heb ik nog to neel gespeeld bij de R.K.J.B. en was ik ceremo niemeester bij bruiloften en partijen. Nee, akti- viteiten genoeg. En je moet niet vergeten, ik kan eigenlijk zeggen dat bijna de helft van de Moer- gestelse boerenbevolking min of meer familie van me is. Mijn moeder heette ook Rijnen en zo kwam het dat de familie van Akeren, Hoeven, Ketelaars, Rijnen en Wolfs allemaal een beetje aan ons ’raakte’. In 1942, midden in de oorlog, trouwde Cees Rijnen met Miet Bierkens van den Heikant. Ze was de oudste dochter uit een gezin met 5 zo nen en 2 dochters. ’Och’, zegt Kiske, ’ge kunt beter de jongste trouwen, want mijn vrouw blijft altijd de oud ste. Maar ik heb het er goed mee getroffen, we zijn al meer dan 51 jaar samen’. Na hun huwelijk zijn ze gaan wonen in de Zand straat waar nu Cees Bierkens Mzn. woont. Op de boerderij zijn acht kinderen geboren, ’n aantal dat later nog werd uitgebreid tot tien, omdat er nog twee geboren werden in Oisterwijk. ’Ja’, zegt Kiske, ’op dit moment hebben we 10 kinderen (6 meisjes, 4 jongens), 29 kleinkinde- tallen liepen nooit terug. Korhoenders heb ik echter nooit uitgehaald en later ook nooit ge schoten: ik vond ze te mooi’. Een specialiteit was het stropen met de lichtbak. Er waren nog geen jachtopzieners, dus was het toendertijd een prachtige sport. Maar al werd het dikwijls ’s-avonds laat, 's-morgens om half zes moest je weer uit de veren om te gaan melken. Voor een goede haas kreeg je één gulden en voor ’n behoorlijk konijn zeven stuivers. Dat geld gesprongen, maar ’n dag later was alles weer ver geten. ’n Heel mooie tijd...’ Spoordonk was nog geen zelfstandige parochie, dus men moest naar Oirschot ter kerke. ’Elke zondag moesten wij met ons moeder om 6 uur ’s- morgens in de kerk zijn. Dat hield in dat we om 4 uur uit het bed werden getuimeld. Zowel ’s-

Kranten Regionaal Archief Tilburg

Weekblad Moergestels Nieuws | 1993 | | pagina 6