NooitopZondag BERKELMANS BIOSCOOP RIJEN TEL 303 TOPSLAGERIJ Berlijn, pijnbank voor Oost en West. f HET ORGEL. Kop op handen thuis VIER EN DERTIGSTE JAARGANG POSTGIROREKENING 28.32.41 UITGAVE VAN: DRUKKERIJ NICO HOBBELEN - RIJEN - TELEFOON 343 (01692) No. 34^) (ZATERDAG 26 AUG. 1961 Weekblad Qilze-Kijen biedt U deze week V2 kg Botermals hachévlees a.s.WOENSDAG f 1.75 BURGERLIJKE STAND VAN RIJEN Wordt vervolgd. Het Bestuur. 250 gram smeerleverworst 250 gram gek. varkensworst 200 gram boterhamworst V2 kg heerlijk gekruid gehakt Verse worst of saucijsjes Probeer onze Nasi-Goreng, elke donder dag steeds vers. 150 gram gek. ham 150 gram saucise formidablé 150 gram gebr. gehakt 150 gram cornedbeaf 150 gram pork 150 gram zure zult 80 ct 70 ct 68 ct 70 ct 58 ct 38 ct 70 ct 68 ct 55 ct maar mensen een 1 ca. te naar Rijen, Heistraat Tilburg, naar Rijen, Een verrukkelijke dwaze lachfilm. U kunt wel veel uitgehaald hebben, maar zo bont hebt U het zelf toch nooit gemaakt I Toegang elke leeftijd. Het Westen wacht nog maar af. Maar af wachten betekent nog geen zwakte. Het be tekent eerder rijp verstand nauer Zondag 6.15 en woensdag 8 uur Tilburg naar _yan Eijk, won. te Dongen en den Ouweland, won. te Gilze zondag 8.30 uur Onstuimig plezier en heerlijke spot in 'n Griekse havenstad. Eindelijk weer 'ns onverheulde vreugde op 't doek.” (De Volkskrant.) Een bruisende film (Elsevier) Toegang 18 jaar. R.K. GEM. ZANGVER. „EUTERPE”. De vacanties lopen ten einde, derhalve zul len onze repetities per 1 september wederom een aanvang nemen. Wij doen op alle muziekminnenden da mes zowel als heren -een beroep de gele deren van onze zangvereniging te komen ver sterken. Ouders, leidsters en leiders van jeugdorgani saties zullen ons zeer verplichten, de jongeren in deze geest te stimuleren. Aanmelding voor dames bij mej. J. Franken, Hoofdstraat 12; voor de heren bij dhr. J. v. Enschot, Hoofdstraat 71, tel. 312. n Zaterdag 8 uur en gekeurd door de geallieerden ook in West- Berlijn rechtskracht. De munteenheid is dezelfde. Ook het economisch stelsel. De hardheid van de Westberliijnse economie steunt op draagkracht van de West-duitse D-Mark. Het vertrouwen in de Bonner mark maakte grote investeringen in West-Berlijn mogelijk. Ieder jaar komt uit Bonn 1.200 miljoen mark als extra injectie voor de industrie. De economische band met West-Duitsland is groot en stevig. Een vrije stad Berlijn zou die band nooit kunnen hebben. Zodra Berlijn van Bonn wordt afgesneden zou de stad sterven als een vis op een droge oever. Een stad-staat met ruim twee miljoen inwoners, zonder grond stoffen, zonder handel, zou binnen een jaar economisch over de kop zijn gegaan.. Ondanks een flinke dosis industrie. Chroestjow weet dat. Daarom vecht hij voor zijn Vrij-Berlijn. Voorzichtig. De West-Duitsers hebben zich bijzonder on tevreden getoond over de weinig krachtige re acties van het Westen op de Oostduitse maat regel. Spottend klonk het: „Kennedy zwijgt, MacMillan jaagt en de Gaulle is op vacantie". Ruim 250.000 West-Berlijners protesteerden in een massabetoging. Toch hebben zij ongelijk. Ook de Duitse studenten, die Kennedy de pa- raplue v. Chamberlain stuurden omdat de „wei felende" Amerikaanse president „zich een waar dig drager van het symbool van toeschiete lijkheid had getoond." (Vervolg) De vorige keer deden we een beroep op Uw verbeelding door te spreken over dingen die men van de buitenkant van een orgel niet zien kan. Wij klimmen nu in gedachte naar de koortribune om de buitenkant van dichtbij te bekijken. Meteen valt ons aan de orgelkast de speel tafel op, met haar drie manualen en het pe daal. Dit laatste is een klavier met basregis ters en ook enkele soloregisters, dat men met de voeten kan bespelen. Maar waarom heeft de orgelbouwer de speeltafel nu zó geplaatst dat de organist -jiet zijn rug naar het altaar zit? Er bestaan inderdaad orgels waarvan de speeltafel los staat en soms verplaatsbaar is. Dit laatste is mogelijk omdat bij zulke orgels het bevel van de toets naar het ventiel langs electrische weg gegeven wordt. Drukt men een toets in, dan wordt een contact gesloten. Hier door wordt in een ruimte onder de betreffende pijp een electro-magneet in werking gesteld, die het ventiel open trekt. Vanuit de al of niet verplaatsbare speeltafel loopt dus een dikke kabel, die alle draden bevat om de nodige con tacten te kunnen sluiten. Bij een mechanisch orgel, zoals het onze zal worden, bedient iedere toets een serie hefbo men en draaiers, waardoor het ventiel onder in de cancel wordt geopend. Evenzo worden door het uittrekken of induwen van de register knoppen een reeks hefbomen bewogen, die de sleep in de windlade heen en weer bewegen. Om de weg van de toets naar het ventiel zo kort mogelijk te maken, en de aanslag dus zo licht mogelijk, bouwt men de manualen aan de orgelkast. Hierdoor ontstaat het betrekkelijke nadeel, dat de organist met zijn rug naar het altaar zit. Daar het mogelijk is met behulp van spiegels toch het nodige te zien, weegt dit nadeel niet op tegen de voordelen die een mechanisch orgel boven een electrisch bezit. Waartoe dienen echter die drie manualen? Zou één ook niet voldoende zijn, zoals bij een piano? Men ging over tot het bouwen van orgels met twee of meer manualen in de tijd, dat de windlade met sleep nog niet bestond. De regis ters konden toen niet afzonderlijk worden afge sloten. Men had dus geen mogelijkheid om de orgelklank te variëren dan wanneer men twee of meer afzonderlijke orgels in één bouwde, die met evenzoveel manualen konden worden bespeeld. De uitvinding van de registerafsluiting in de XVe eeuw bracht een grote rijkdom aan mo gelijkheden, maar maakte de manualen niet overbodig. Zou men alle registers, die welis waar afzonderlijk te gebruiken zijn, op één enkel manuaal aansluiten, dan zou het bv. niet meer mogelijk zijn om van bepaalde stukken de melodie met een sterkere combinatie te spelen dan de begeleiding. Ook zou de begeleiding van afwisselende zang door koor en volk niet zo handig kunnen ge schieden als nu men het koor op het éne, zach tere manuaal en het volk op een sterker ma nuaal kan ondersteunen. en begrip. Ade- heeft aangekondigd, dat de huidige maatregelen van het koppel Chroestsjow-Ul- bricht nog maar het begin van een cyclus vormden. Ergere dingen zouden nog moeten gebeuren. Zo kan Berlijn, dat in het centrum van de Oostduitse zone ligt, van West-Berlijn worden afgesloten. Op dat moment zou het Westen moeten ingrijpen. Kennedy heeft al duidelijk te verstaan gegeven dat zij dat zou doen ook. Voorlopig wil hij nog voorzichtig zijn. Er is niemand die hem dat kwalijk kan nemen. 4 augustus 1945 de Russen het accoord van Potsdam opnieuw schonden door vrije verkie zingen en vrij verkeer te verbieden, zijn mil joenen Oost-Duitsers naar het Westen ge vlucht. Verreweg het grootste deel gebruikte de vluchtpoort, die Berlijn heet. De vluchtelingen waren overwegend jong of het ging om gezinnen van middelbare leeftijd. Er was een opmerkelijk hoog percentage intel lectuelen onder. Artsen en ingenieurs, technici en geschoolde arbeiders, zij allen verkozen de materieel èn geestelijk veel beter ontwikkelde Westelijke wereld boven de dwangbuizen van het Oostelijke regime. Oost-Duitsland bloedde leeg. De Oostduitse leiders zitten nu met een bevolking, die gemiddeld boven de gemiddelde productieve leeftijd is. Zelfs de manschappen van de gehate Volkspolizei, de VOPO, hebben de weg naar het Westen weten te vinden: 20.000 man in totaal, een complete divisie. Tegenstelling. Als een magneet heeft West-Berlijn gewerkt op Oost-Duitsland. Waarom? Hoe kon een deel van de stad na vijftien jaren zoveel verschillen met een ander deel, dat er eerst onverbrekelijk mee verbonden was? Chroestsjow heeft eens gezegd, dat de kwestie-Berlijn een laatste restant is van de tweede wereldoorlog. Hij vergat er bij te zeggen, dat dit alleen van communistisch standpunt bezien juist is. Voor het Westen bestaat er al sinds lang geen kwestie-Berlijn meer, evenmin als er een kwestie-Duitsland be staat. Alle moeilijkheden, die zijn ontstaan, zijn het gevolg van de communistische agitatie en politiek. In vijftien jaren is van West-Duitsland en West-Berlijn (dat economisch onverbrekelijk met de rest van West-Duitsland is verbonden) een florerende welvaartsstaat gemaakt. Er is werk in overvloed, geld genoeg, luxe naar iedere behoefte. Niet in Oost-Duitsland. Dit deel van het voormalige reich, wordt na al die jaren nog steeds geplukt door een vraatzuchtige Russische beer. Nog altijd moeten zware herstelbetalingen aan Rusland worden gedaan, die als een stevig juk op de toch al zwakke schouders van Rus senvriend Ulbricht drukken. Er is werk genoeg, maar geen personeel. De arbeidskrachten zijn gevlucht. Er is geen geld, er is niet het ge ringste spoortje van luxe. Wel zijn er enige t.v.-apparaten. Maar de uitzendingen brengen geen ontspanning, alleen maar politieke propa ganda, zoals scheefgetrokken biografieën van Westduitse politici, gecombineerd met afschu welijke beelden uit de tweede wereldoorlog. Deze grote schrijnende tegenstelling tussen Oost en West-Berlijn heeft het probleem Berlijn ge schapen. Op initiatief van de Russen. Het probleem Berlijn heeft in Nederland een tamelijk eenzijdige betekenis. Het probleem op zich speelt hier vrijwel geen rol. Politieke as pecten interesseren ons in zoverre, dat zij in bepaald verband met onze eigen veiligheid moeten staan. Wat ons betreft zou het pro bleem Berlijn niet bestaan, als onze nationale er niet mee waren gemoeid. Dat is de globale indruk van de Nederlander, die men krijgt wan neer men hier en daar reacties beluistert op de jongste gebeurtenissen in en rond de voormalige hoofdstad van het eveneens voormalige Duitse Rijk. Berlijn is de gevaarlijke lont aan het enorme kruitvat, dat Duitsland heet. De kwestie Berlijn is niet meer een probleem van menselijke ver houdingen, van arbeiders die in het Oosten ver kommeren en in het Westen een beter tehuis zoeken. Berlijn is niet alleen de pijnbank, waarop de communistische bewindslieden met hun eco nomische programma’s gelegd worden. Berlijn is ook het uitgangspunt van de buitenlandse politiek van twee wereldmachten. De stad is ook de pijnbank waarop de soms falende Wes terse politiek nog verder gemarteld kan worden. Voor het Westen is Berlijn een erekwestie. Maar de politiek is al lang niet meer bereid om voor het behoud van eer grote offers te bren gen. Er is echter een andere reden. Het woord prestige heeft in de jaren na de oorlog een wrange bijsmaak gekregen. Het wordt ook dik wijls in verband met Berlijn gebruikt. Er mogen op dit punt geen misverstanden zijn. Het Westen houdt niet zo zonder meer vast aan de rechten op Berlijn. Chamberlain ondervond (te laat) voor de tweede wereldoorlog begon, dat er ergens een streep is tussen toegeven en vast houden. Dat is nu de Westelijke wereld in het geval Berlijn duidelijk geworden. Het prijsgeven van de twee en een kwart miljoen West-Berlij ners zou een te grote overwinning zijn voor het communisme. Afrika en Azië zouden mee smuilend naar het Westen kijken en daarop het gezicht lachend naar het Oosten keren. Aan de andere kant staat het verschrikkelijke alternatief: een wereldoorlog. Kan men zo’n ramp ontketenen voor een stad in het omstreden Duitsland? Het zou de wereldtragedie compleet maken, want dan zou Centraal Europa voor de derde achtereenvolgende maal beginpunt van een wereldbrand zijn. Vrije stad. Chroestsjow wil van Berlijn een vrije stad maken. Hij heeft in zijn Oostelijke sector ge toond wat hij daarmee bedoelt. Maar ook zonder prikkeldraad en beton zou Berlijn als „vrije stad" verloren zijn. De 2.225.000 West-Berlij- ners zijn sterk met de Bondsrepubliek verbon den. Volkenrechtelijk is het tamelijk zelfstan dig. In de Westduitse Bonsdag is de stad ver tegenwoordigd door een aantal door de ge meenteraad gekozen leden, die een beperkt stemrecht hebben. De wetten, die in de Bonds republiek gelden, hebben - voor zover goed- Ulbricht, „De Geitesik”, zegt men in West- Berlijn spottend, heeft de grote stap gewaagd. Na overleg in Moskou met Chroestsjow heeft hij de grens tussen Oost- en West-Berlijn defi nitief laten dichtspijkeren. Het Ijzeren Gordijn is neergelaten. Tanks en pantserwagens, bemand door manschappen van de para-militaire VOPO, zorgen er voor, dat het door niemand kan wor den opgehaald. Ulbrichts stap is een nieuwe uitdaging aan het adres van het Westen. De afsluiting van de Oostelijke sector van de voor malige Duitse hoofdstad is zonder meer een flagrante schending van de Viermogendheden- overeenkomst, die op 7 juli 1945 werd gesloten. Die dag werd tussen Amerika, Engeland, Frank rijk en Rusland afgesproken, dat binnen de stad ongelimiteerd transport mocht plaats hebben en volledige bewegingsvrijheid zou heersen. Spaanse ruiters, prikkeldraad, betonversper- ringen en pantserwagens vormen de Oostduitse ondertekening van dit verdrag. Wat de bedoe ling van deze ondertekening is, is niet duidelijk. Er zijn talrijke punten te noemen, waarom Ulbricht c.s. de grens tussen Oost- en West- Duitsland en in het bijzonder tussen Oost- en West-Berlijn hermetisch hebben gesloten. Maar wat er ook de reden Moor is, een passieve houding van het Westen zou de zaak alleen nog maar verergeren. Van communistische zijde is de schending van de overeenkomst uitgelegd als een maatregel, die tot doel had de komst van „Westduitse en kapitalistische agitatoren" naar Oost-Duitsland te bemoeilijken. Maar vreemd genoeg was het niet aan West-Duitsers verboden om Oost- Duitsland in te gaan, maar aan de Oost-Duitsers om naar West-Duitsland te gaan. Pas toen de communistische verklaring haar weg had ge vonden, werd ook het verkeer voor West- Duitsers bemoeilijkt. Waarmee het argument, dat de grens is gesloten om provocatie tegen te gaan, wel danig in de knel komt te zitten. Leegbloeden. Berlijn is wel eens de „uitstalkast van het Westen" genoemd. Er schuilt veel waars in die woorden. In West-Duitsland floreert een knappe industrie. De interne sfeer van de ge ladenheid en spanning wordt verborgen onder een fluwelen kleed van welstand. Een welstand, die in Oost-Duitsland verre vap haalbaar is. De Oost-Berlijner kan de „zegeningen” van het communisme dagelijks vergelijken met de „be proevingen" van het kapitalisme. Kón het ten minste. Zijn keus was nooit moeilijk. Sinds op f 2,20 met zakje kruiden. Nu weer elke week verse bloedworst. Van 15 aug. t.m. 23 aug. 1961. Geboorten Natascha M. A., dr van Bernardus W. Hoi- tink-Jorre de St. Jorre; Alexandra R., dr van Arthur W. Coert-Veldhuijzen; Wilhelmina F., dochter van Jacobus C. Smans-Boere; Angela C. F. A. M., dr van Cornells J. A. Akker- mans-van Dorst. Huwelijksaangiften: Martinus J. Zijlmans, won. te Roosendaal en Catharina D. M. van Oekelen, won. Gilze en Rijen. Petrus L. van Hees, Johanna P. van en Rijen. Huwelijken: Johannes P. J. Boomaars, won. te Oosterhout en Clara A. Biemans, won. te Gilze en Rijen. Wilhelm F. Bindels, won. te Breda en Ca tharina J. A. M. de Hoon, won. te Gilze en Rijen. Ingekomen gezinnen: G. J. M. van Neerbos, van TT. Rijen, Karei Doormanstraat 21; J. M. van Breda, naar Rijen, Hoofdsteaat 78; S. A. Zeijlmans, van Dussen, 70; P. Cornelisse, van Vijf Eiken 6. Vertrokken gezinnen: Gerardus C. J. Verheijen, van Molenschot, Schoolstraat 24, naar Cuijk ca. PAROCHIE MARIA BOODSCHAP. Voordat we op vacantie gingen hadden we graag de periode afgesloten van vo orberei- dend werk voor de nieuwe kerk. We dach ten een aantal aannemers uit te nodigen en terwijl zij aan het cijferen waren, zouden wij er eens uit willen zijn. Dit laatste gebeurt nu inderdaad, maar het eerste is niet uitgeko men. De architect had wel alle kostencijfers binnen van zijn adviseur, maar hij had al dat materiaal nog niet kunnen verwerken. Dat zal nu eind augustus worden. Opnieuw komt nu het kerkbestuur met de heer Koldewey bijeen in de eerste dagen van september en dan gaan we, als alles accoord is, dus in zee en dat betekent dat opnieuw de Bisschop zijn goedkeuring moet geven, maar dat zal wel niet veel tijd vergen. Ook het gemeente bestuur zal spoed achter de zaak zetten, maar of het in Den Haag zo vlot zal lopen? De vorige kerk die de heer Koldewey bouwde had in twee weken de vereiste rijksgoedkeuring. Als we nu eens heel optimistisch denken dan mogen we veronderstellen dat de aan nemers eind september aan het berekenen zijn en dat we dus half oktober kunnen aan besteden. Jammer, dat we deze vertraging moeten ondervinden. We hebben ons best gedaan, het is geen eenvoudige zaak om al die die nodig zijn voor het bouwen van nieuwe kerk in een snel tempo op gang te krijgen. Laten we hopen dat er na de genoemde termijn werkelijk begonnen kan worden. Geduld is een mooie zaak en als dit het enigste probleem is dan komt het wel goed. De STOP-feesten zullen bij vele mensen opnieuw belangstelling wekken voor de tweede parochie in Rijen. Moge het succes even groot zijn als de inspanning die het actie-comité er aan heeft besteed. En moge al de offer vaardigheid die onze mensen opbrengen door te organiseren en door mee te sparen binnen niet al te lange tijd tot een tastbaar geheel worden in een prachtige nieuwe kerk en een bloeiende parochie-gemeenschap. We zijn voor enige tijd de St. Gothard overgestoken om wat zon en rust te zoeken. Tot nu toe hebben we veel van beide gaven kunnen genieten. Het is een middel dat een bouwpastoor overeind houdt temidden van vele zorgen en problemen.

Kranten Regionaal Archief Tilburg

Gilze en Rijen - Weekblad Gilze-Rijen en Weekblad Gilze en Rijen samen | 1961 | | pagina 1