Bisschoppelijk Mandement 1954. Toont naastenliefde door het voorkomen van excessen Het mysterie van het leven HARMONIE BIOSCOOP De Zeehavik No. 26 RIJEN - TELEFOON 343 (K 1692) - POSTGIROREKENING 28.32.41 UITGAVE VAN: DRUKKERIJ NICO HOBBELEN RIJEN Zij, die gemeend hebben lid van die Partij te mogen worden, doen dan ook goed persoonlijk in geweten ernstig na te gaan of zij de verantwoordelijkheid van zulk een steun kunnen dragen. Men ka nu eenmaal een partij niet steunen en propageren zonder mede verant woordelijk te zijn voor wat die partij (^ZATERDAG 26 JUNI 1954 (zeven EN TWINTIGSTE JAARGANG in het staatkundig vlak doet, of indirect in het maatschappelijk leven steunt en bevordert. 53. De bisschoppen stellen dan vast: (letterlijke tekst). Ten eerst, dat een doorbraak naar de Partij van de Arbeid een even grote afbraak is van de katholieke partij. Ten tweede, dat de gevolgen van zulk een doorbraak niet te overzien zijn, ook en niet het minst ten aanzien van de verwezenlijking van een katholiek sociaal programma, waarvan toch zo ontzaggelijk veel afhangt. Dit geldt te meer, daar die doorbraak niet beperkt zal blijven tot de politieke partij, maar ongetwijfeld zal doorwer ken naar de socialistische vakbeweging, de pers en andere terreinen van het openbare leven. Ten derde, dat deze Patrij generlei basis of garantie biedt voor een christe lijke politiek. Ten vierde, dat het lidmaatschap van katholieken in deze Partij ernstige ver antwoordelijkheid met zich brengt, ook wegens de steun, welke deze Partij direct of indirect geeft aan onchriste lijke stromingen. Welke subjectief goede bedoelingen enkele katholieken ook mogen hebben bewogen om aan de z.g. doorbraak mee te doen, de bisschoppen zijn van me ning, dat dit niet de weg is om de en verkeert onze vrijheid in slavernij. We zijn dan niet meer dan horigen van onze laagste driften. Echte vrijheid ligt geborgen in het gelukkige besef, dat wij ons door stevige banden met opvattin gen van fatsoen en moraal in staat we ten, om alleen maar iets moois van onze vrije dagen te maken. Al gebeurt het dan lang niet altijd met opzet, dat wij onszelf uitstallen als een object van zin nelijkheid, wij kunnen de verontwaardi ging begrijpen, die in zulke gevallen bij anderen over ons gedrag opkomt Laten we toch vooral niet de vrijheid om maar precies te kunnen doen en laten wat we willen ontlenen aan het feit, dat niemand ons kent, waar we in de vacantiedagen verblijf houden. Op die manier immers tonen we weinig begrip, dat de wortels van uiterlijk fat soen liggen in het geweten. Van iedere katholiek kan verondersteld worden, dat hij dit weet. Daarom is het des te erger, wanneer de mensen bepaalde personen om hun onbetamelijk optreden met de vinger nawijzen en er bij voe gen: „die zijn nog wel katholiek”. Onze overtuiging, onze verbondenheid met die verenigd zijn in de Kerk verplichten ons, in moreel opzicht ook in de vacan tie onze stand op te houden. Bovendien doen we er voor onszelf ook het beste aan, excessen te vermijden. Wie immers voelt zich gebaat met gemoedsonrust welke altijd het gevolg is, als wij de perken van moraal en fatsoen te buiten gaan. We moeten als altijd in het leven, ook in onze vacantie alle zeilen bijzet ten, om zoveel mogelijk rechtop onze weg te gaan. Dat betekent te moeten oppassen, niet door anderen te worden meegesleurd, die zo ongelukkig zijn alle normen van moraal en fatsoen, uit het oog te hebben verloren. Daarmede be wijzen we ons zelf een grote dienst en geven we tevens blijk, dat we begrijpen wat naastenliefde is. Na er weken op te hebben uitgezien, is dan eindelijk die blijde dag daar. Die dag waarop alles ver weggeborgen wordt in de bureauladen, wat anders altijd op het bureau staat, de werkkiel diep in de wasmand verdwijnt en het uniform of de bedrijfskleding eveens aan de kant gaan. Op die lang verbeide dag immers, als de klok een jaar hard werken heeft uitgeluid, dan breekt de vacantie aan. De tijd van het zalige niets doen, of beter gezegd, van precies doen waar je zelf zin in hebt. Niemand is er, die ons in die vrije dagen kan hinderen; vrijwel geen enkele plicht bindt ons nog aan bepaalde taken. Als dan de deur van kantoor, fabriek of werkplaats achter ons dicht valt, dan halen we eens diep adem. Van binnen jubelt het dan, want de vacantie is aan gebroken. Het is een gelukkige omstandigheid, dat in onze dagen iedereen die werkt jaarlijks een of meer weken vrijaf krijgt. Iedereen heeft er immers recht op en heeft het ook nodig om enige tijd vrij en onbelemmerd te kunnen genieten van natuur of stadsschoon. Die vrijheid geeft gelegenheid, weer op adem te komen van alle inspannin gen, waarmee we een jaar ons werk nauwgezet verricht hebben. Zijn de vrije dagen weer verstreken dan voelen we ons naar lichaam en geest gesterkt en in staat om weer bergen werk te ver zetten. Ieder individu is gebaat met vacantie, maar niet in het minst ook de hele gemeenschap. Want het komt aan de maatschappij ten goede, dat iedere werker gelegenheid krijgt te be komen van de inspanning van alle dag en krachten te verzamelen voor hetgeen nog voor de boeg is. Het is een lust die vrijheid, welke een mens in zijn vacantie geniet. Niemand en niets let ons, om in die tijd juist dat te gaan doen, wat we anders nooit maatschappij in christelijke geest op te bouwen en de door de Paus Pius XI zo noodzakelijk geachte hervorming der zeden door te voeren. Zij menen, dat het onverantwoord is deze weg te gaan. En indien Zij hier geen sanctie-maatre- gelen treffen, dan doen Zij dit enerzijds omdat het hier een betrekkelijk kleine groep betreft, die boveriuien ook zonder sancties duidelijk kan weten wat Zij be doelen, en anderzijds uit een bijzondere reserve, die Zij willen in acht nemen tegenover het gebruik van de politieke vrijheid, en uit grote bezorgdheid voor het zielenheil van hen, die tot nog toe aan Hun bisschoppelijk vermaan geen gehoor hebben gegeven, van wie Zij hopen, dat zij thans Hun woord zullen willen verstaan. Zij vertrouwen, dat het voor iedereen duidelijk zal zijn, wat de bisschoppen bedoelen en vragen. 54. Tot slot houden de bisschoppen hun gelovigen voor, dat de gestelde idealen slechts verwezenlijkt kunnen worden in de kracht van God. Dit klemt te meer omdat wij leven in een wereld waarin naturalisme en materia lisme de grondslagen ondermijnen van de oude christelijke beschaving en waarin het christelijk Europa steeds meer het karakter krijgt van een hei dense wereld. Hier moet God helpen, hier moeten gebed en offer Sacrificie en Sacrament, waarachtig geloof en waar achtig leven uit het geloof, de innerlijke kracht geven om ons zelf en ons open bare leven te kerstenen. „Dit is de overwinning, die de wereld overwint, ons geloof”. doen. En is de vacantie daar niet juist voor bestemd? Ons eens helemaal uit het gewone doen te raken. Natuurlijk zal niemand ontkennen dat het goed is, als een mens eens anders kan doen als hij altijd gewend is en wanneer hij er eens echt uit is. Maar toch liggen op de weg, van „het precies doen waar je zelf zin in hebt en het je niets aantrekken van anderen”, 1001 gevaren. Niet al leen voor onszelf, maar ook. voor de mensen om ons heen. Te licht immers gaan we in onze vacantie te ver, in wat we denken ons te kunnen veroorloven. Het meisje, dat zich anders verant woord weet te kleden, komt er in die vrije dagen zo gemakkelijk toe, net een paar streepjes over de grens van het toelaatbare te gaan. En de man, die in zijn gewone doen aan zijn kleding altijd te herkennen is als een heer, die neemt het in de vacantie ook niet zo nauw, en maakt zich met zijn luchtige kleding eerder weerzinwekkend dan sportief. Waarom zouden we ons in dit opzicht beperkingen opleggen, zo wordt door gaans geredeneerd. Waar we nu zijn komt toch niemand die ons kent en de andere vacantiegasten doen het toch ook niet. Wanneer we werkelijk menen, dat het er in de vacantie minder op aan komt met de opvattingen van fatsoen en moraal, dan leggen we daarmee ge tuigenis af van een verkeerd begrip van wat we onder vrijheid moeten ver staan. Vrijheid immers, heeft niets met bandeloosheid te maken, maar is juist het tegenovergestelde ervan. Wie ech ter zijn vrijheid wil uitleven in bande loosheid, die zal de domper op zijn hoofd krijgen omdat het vrij spel geven aan zinnelijke lusten, altijd leidt tot na righeid. We zijn nooit minder vrij dan wanneer we onze hartstochten boven onze hersenen laten uitgaan. Dan im mers verdwijnt iedere vorm van fatsoen 52. (Letterlijke tekst) Tenslotte stelt het Mandement het lidmaatschap van de Partij van de Ar beid aan de orde. Bij alle reserve, die de bisschoppen zich opleggen in zake het gebruik van de politieke vrijheid, en zich houdend binnen het kader van hun geestelijke zending menen Zij ook hierover hun gedachten te mogen en te moeten uiten. Allereerst constateren Zij, dat door sommigen verkeerde conclusies zijn ge trokken uit het feit, dat Zij het lid maatschap nooit ongeoorloofd hebben verklaard. In het licht van Hun alge mene houding en van het belang dat Zij hechten aan de eenheid der katho lieken, moet het voor een ieder duidelijk zijn, dat de kerkelijke overheid ook op dit punt geenszins zonder bezorgdheid leeft. Ook moeten Zij tot Hun spijt vast stellen, dat in dit opzicht door sommi gen blijk is gegeven van onvoldoende begrip voor het gevaar, dat op deze wijze onze christelijke invloed op staat kundig gebied zeer belangrijk zou wor den verzwakt, en dat daarmee ook onze positie in het sociale leven op de duur geheel zou worden ondermijnd. Zij, wie dit aangaat, moeten zich de grote ver antwoordelijkheid van zulk een ernstig gevolg terdege bewust maken, want als het zover niet gekomen is, is het niet dóór, maar ondanks hun houding. In de derde plaats verontrust Hen dit lidmaatschap van katholieken ook nog op zich zelf. Al verheugen Zij Zich er gaarne over, dat deze Partij zich meer en meer losmaakt van de eigen lijke postulaten van het Marxisme en zich positief stelt tegenover het Com munisme, al zien Zij met voldoening, dat ook in deze Partij bepaalde natuur rechtelijke beginselen worden aanvaard en dat in menig opzicht constructieve arbeid verricht in het belang van het algemeen welzijn, niet het minst op sociaal terrein; toch is er veel, zeer veel, dat de katholiek moet doen aar zelen en zelfs moet doen terugschrikken voor daadwerkelijke steun en medewer king. Voor een katholiek ontbreekt hier de basis. Volwaardige christelijke poli tiek kan niet bestaan zonder christelijk beginsel en tenslotte ook niet zonder eendracht in dat beginsel. In feite is het echter zo, dat deze Partij niet vanuit dat christelijk beginsel werkt en dat ook niet kan doen; integendeel, feitelijk overheerst in de Partij een levenshou ding, die niet wil weten van de begin selen en idealen, welke voor de christen heilig zijn. Bepaalde aspecten van een houding, welke symphatiek en voor een onderdeel van onze eigen idealen gun stig mogen genoemd worden, kunnen een samenwerking op het sociale en staatkundig vlak rechtvaardigen, maar bieden nog geen waarborg, nu en in de toekomst, voor een volwaardige chris telijke politiek. Trouwens, nu reeds is van deze Partij direct of indirect aan-, zienlijke invloed van ongodsdienstig heid uitgegaan op het openbare leven, o.m. door de steun, die in de openbare lichamen aan de strevingen van het Humanistisch Verbond is verleend. Katholieken, die toetreden tot de Partij van de Arbeid, steunen niet alleen deze Partij, maar banen ook de weg tot een grotere aansluiting van katholieken bij de socialistische vakverenigingen, de socialistisch pers en radio, waarmee deze Partij nauwe betrekkingen onder houdt, en waaromtrent Zij Hun oordeel hebben kenbaar gemaakt. Zij, die gemeend hebben lid Weekblad QilzeRijen Wij verwachten: «De Banneling van Ballantry” en «Carson City" Zondag 4 Juli Prins Bernhardbal Slechts 2 dagen Zaterdag 26 en Zondag 27 Juni om 8 uur (Haus des Lebens) met Gustav Frohlich, Cornel Borchers en Viktor Staal Naar de roman van Kathe Lambert, 'n Film over de nood en het geluk van het moederschap uit de praktijk van een vrouwenartsBoeiend zonder on gezonde sensatie getuigend van een optimisme en een grote eerbied voor het leven. Toegang 14 jaar. Voorkom teleurstelling en bespreek tijdig Uw plaatsen. Woensdag 30 Juni om 8 uur met Erroll Flynn, Blenda Marshal, Claude Rains Een reprise van een der grootste en boeiendste films welke ooit zijn vervaar digd. Mis deze film niet. Toeg. 14 jaar.

Kranten Regionaal Archief Tilburg

Gilze en Rijen - Weekblad Gilze-Rijen en Weekblad Gilze en Rijen samen | 1954 | | pagina 1