jongerenplan
kinderopvang
7
d
Als het om kinderopvang gaat stelt de gemeente
zich nogal tweeslachtig op. Het gezinsdenken,
en speciaal de onvervangbaarheld van de moe
der lijkt onuitroeibaar. In de nota Kinder
opvang van mei 1984 moeten met name de kinder
dagverblijven het ontgelden. Kinderdagverblijven
bieden opvang voor hele dagen, wat niet wil
zeggen dat ook alle kinderen iedere dag van
8 tot 5 in een kinderdagverblijf zijn. De ge
meente maakt zich vooral zorgen over de emo-
tioneel-affektieve effekten deze vorm van
kinderopvangZe vindt dan ook dat het hier
gaat om een noodoplossing voor éénoudergezin
nen en voor gezinnen "waar een of meer ouders
door welke oorzaak dan ook de dagelijkse ver-
szorging niet kunnen verrichten". Ze onder
kent wel dat vanuit emancipatories oogpunt
aan deze voorziening veel belang moet worden
gehecht, maar dat zwakt ze onmiddellijk af door
te stellen dat vooral twee-veel-verdienende
ouders gebruik maken van de kinderdagverblij
ven
De gemeente erkent niet dat kinderopvang
een basisvoorziening is, beschikbaar, finan
cieel èn materieel, voor iedereen die daar
behoefte aan heeft.Dat die behoefte groot is,
blijkt uit cijfers van een gemeentelijk onder
zoek. Het aantal kinderdagverblijven moet
met twee worden uitgebreid tot vijf, het aan
tal peuterspeelzalen en peuterklubs (een
peuterspeelzaal in een buurthuis) moet van
25 naar 36 en het sleutelcentrum (buiten
schoolse opvang voor schoolgaande kinderen)
voldoet aan de gepeilde behoefte.
Financiële overwegingen doen de gemeente
afzien van uitbreiding van het aantal voor
zieningen. Wel worden een aantal peuterspeel
zalen voor meer dagdelen per week openge
steld. Tegelijkertijd wordt er een maximum ge
steld aan het aantal dagdelen dat een kind
in een peuterspeelzaal terecht kan: name
lijk twee. Omdat peuterspeelzalen steeds meer
een beroep moeten doen op vrijwilligsters
(lees: moeders) gaat het emancipatie-effekt
natuurlijk geheel verloren.
Baby-opvang is helemaal uit den boze. Maar
gelukkig kon de ambtelijke onderzoeker vast
stellen dat daar ook geen behoefte aan is.In
tegenstelling echter met de uitkomsten van
een telefoniese peiling van de drie kinderdag
verblijven dat er per 1/1/'85 behoefte is aan
baby-opvang voor 33 kinderen (160 dagdelen)
Aan de konstatering dat er naast het be
staande sleutelcentrum geen behoefte zou zjjn
aan buitenschoolse opvang kan ook getwijfeld
worden: met name in Tilburg-Noord zou een
sleutelcentrum bestaansrecht hebben.
De subsidiëring van projekten komt het volgend
in de knel. Doordat 90% van Nederland priori
teitenregio is geworden en er een overvraging
van het EuropeesSociaalFonds door alle e.g.lan
den met 230% heeft plaats gehad zullen lang
niet alle aanvragen voor financiering uit dit
fonds gehonoreerd kunnen worden. Bovendien wor
den er vanuit het ministerie vraagtekens gezet bij
de mogelijkheid om via werkgelegenheidsbevorderende
maatregelen de 800.000 werklozen aan een baan
te helpen. Daar wordt er van uitgegaan dat de
helft als kansloos moet worden afgeschreven
Deze groep komt ten laste van de welzijnsbegro
ting van de gemeentes. Gemeentes zelf hebben
verder te maken met druk vanuit de politiek om
'suksesjes' te behalen: geen geld steken dus
in kansarme groepen. En meiden zijn in de ogen
van de beleidsmakers al snel kansarm. Al deze
zaken maken het er voor de gemeente niet makke
lijker op, maar is toch niet voldoende reden
om de emancipatiedoelstellingen zomaar aan de
kant te zetten. In dit stukje zullen enkele
projekten worden besproken die nu lopen.
-Bouwbedrijven, die zich hebben georganiseerd
in het regionaal opleidingscentrum bouwnij
verheid verzorgen met subsidie leer/werkover-
eenkomsten. 100 jongens, die vier dagen wer
ken en één dag in de week onderwijs krijgen
maakten in de nu 2 jaar dat deze voorziening
bestaat ervan gebruik. De reden dat er geen
meiden werden opgeleid ligt in het feit dat
als vooropleiding Lts werd gevraagd, en daar
zitten nu eenmaal niet zoveel meiden. Een op-
stapkursus, waarin meiden techniese basisvaar
digheden wordt aangeleerd zou hiervoor een
oplossing kunnen zijn.
-Het projekt leerling-stratenmakersdat al
twee jaar een subsidie kreeg van ƒ50.000,-
maar nog niet gestart is heeft ook niet de
deelname van meiden op het oog.
-West Werkt is een doorstroomprojekt. Het
meidenprojekt als onderdeel hiervan ver
zorgt een naaikursus, die de mogelijkheid
biedt daarna een opleiding voor coupeuse te
gaan volgen. Beroepsoriëntatie tijdens thema
middagen moet er voor zorgen dat ook andere
beroepen en beroepsopleidingen binnen het ge
zichtsveld van de meiden komen.
Hiernaast is er nog een naaiatelier dat in
de toekomst kostendekkend moet worden, een
niet funktionerende klussendienst (het enige
projekt waar uitsluitend jongens werken) en
een zeefdrukkursus op verzoek van het Mo
luks Centrum.
-De jeugdonderneming Tilburg maakt o.a. zonne
hemels en zonnebanken en is een metaaloplei-
ding in het kader van het leerlingwezen. Deze
suksesvolle onderneming (de deelnemers komen
na afloop vrijwel allemaal aan een baan) leidt
uitsluitend jongens op.
Andere projekten zijn de opleiding in het tex
tielmuseum, opleidingswerkplaats voor meubelma
ker Inhout, buttonfabrlek Perslucht, de ener-
giewerkplaats zonnewind, een onderwijs projekt
voor werkloze onderwijzers, kapsalon Black Hair
(zie bij 'kleinschaligheid') en de Stichting
LeerWerkplaatsen (zie bij 'melden')
Voor (bijna) al deze projekten geldt dat er niet
gelet wordt op emancipatieaspektener worden
geen streefcijfers gehanteerd met betrekking tot
de deelname van meisjes en ook van roldoorbre
king is geen sprake. Misschien zou de gemeen
telijke emancipatiekommissle een taak kunnen
hebben bjj het kontroleren van zulke projekten
op emancipatiedoelstellingen.
j
