otpw in het vrouwencentrum
r -w.
I
22
4
schillende funkties. We streven naar drie vol-
tydsbanen, dat is het meest ideaal.
"We hebben ons wel afgevraagd: wat gebeurt er
intern op het moment dat er drie vrouwen betaald
werk gaan doen terwijl de anderen het onbetaald
doen? Er verandert dan heel wat aan Je onder
linge verhoudingen en samenwerking."
Margriet: "We zyn ons nog aan het bezinnen over
de valkuilen die eraan kleven. Je kunt achter
betaald werk aanjagen, wat op zich heel terecht
is, maar er zitten ook veel nadelen aan."
Klaar: "Je institutionaliseert steeds meer. En
dat biyft in stryd met de horzelfunktie die je
als vrouwenbeweging, Vrouwencentrum hebt. Het
gevaar van inkapseling."
Margriet: "Dat is de kunst op termjjn, denk ik
dan. Een bepaalde gevestigde positie innemen als
instelling en aan de andere kant veel ruimte
openlaten voor nieuwe initiatieven lijkt heel
moeilijk verenigbaar."
In wat voor richting zou de organisatiestruk-
tuur van het Vrouwencentrum veranderen?
Klaar: "Op het moment dat je mensen in dienst
neemt, moet iemand de rol van werkgeefster ver
vullen. Ik denk dan aan een bestuur."
Margriet: "De overleggroepvergadering zal ook
veranderen. Het is mjj nog niet duidelijk in
welke richting dat zal gebeuren, welke status
je aan een overleggroepvergadering geeft."
Klaar.: "Het is nu een dilemma dat de koördina-
tiegrbep nu zowel beleidsvoorbereidend als
beleidsuitvoerend werk verricht. We willen dat
uit elkaar halen. Ik stel me dan voor dat de
betaalde werksters het beleid uitvoeren en dat
een andere klup de beleidsvoorbereiding op haar
neemt. Die funktie zou de overleggroepvergade
ring moeten hebben, maar dat werkt zo niet. De
vrouwen die daarin zitten zijn allemaal met hun
eigen projekt, hun eigen werkgroep, hun eigen
winkel bezig. Ze hebben meestal niet zo'n zicht
op het geheel
Margriet: "Je hebt mensen nodig met een speci
fieke kennis van zaken. Wat mij betreft komt
er een bestuur dat in de voorwaardescheppende
sfeer bezig is en dat niet te dicht by het
Centrum zit."
Klaar: "Het bestuur zet globale lijnen uit en
het krijgt handjes en voetjes door het dagelijks
Wat voor soort werk zou betaald moeten worden?
Klaar: "In principe alle werk, maar ik denk
zeker dat het koördinerend werk, dat nu door
vijf vrouwen wordt gedaan, betaald zou moeten
worden. En ook het werk dat de Vrouwenhuis-
groep doet: zorgen dat de vuilnisbak geleegd
wordt, dat er koffie is, dat de ruimtes in orde
zijn. Dat werk zou je kunnen verenigen in ver-
De koördinatiegroep van het tilburgse Vrouwen
centrum heeft onlangs besloten ervoor te Ijveren
om werk, dat nu door vrijwilligsters wordt gedaan,
om te zetten in betaalde banen. We spraken met
Klaar van Helvoort en Margriet Stommel over de
achtergronden van dit besluit.
Wat zijn de overwegingen die hebben geleid tot
het besluit te streven naar betaald werk?
Klaar: "Ten eerste dat hier voorwaardescheppend
werk wordt verricht dat heel belangrijk is voor
emancipatie, vrouwenbeweging, feminisme in Til
burg. Het is belangrijk werk dat een loon ver
dient. Een andere overweging is dat de vrouwen
die hier nu werken, de verantwoordelijkheid hebben
om de tent hier open en draaiende te houden, wat
nodig is om alle groepen die hier komen te huis
vesten. Ook die verantwoordelijkheid verdient een
loon. Daarnaast krjjgt het werk, als het betaald
wordt, een maatschappelijke erkenning en zicht
baarheid
Margriet: "Wat ik het belangrijkste vind is dat
je de kontinuïteit van het werk waarborgt, zowel
binnenshuis als naar buiten, dat je ook de
ruimte krijgt om in een bepaalde setting verder
te gaan. Nu heb je een bepaald verloop, dingen
worden afgebroken totdat een ander het weer
o p p a k t
Klaar: "Als ik hier wegga, wordt er waarschijn
lijk gejammerd. Je kunt mensen vragen of ze het
werk willen overnemen, maar het blijft wille
keurig in een vrjjwilligstersorganisatieBjj
betaald werk heb je ook iets te bieden en kun
je een officiële sollicitatieprocedure volgen."
Margriet: "Dat is één kant, de andere kant is
dat je de ander ook iets kunt vragen. Het is
kwaliteitsverbeterend. Je kunt nu ook wel eisen
stellen, maar het ligt wel lets moeiiyker."
Klaar: "Je mag eigenlijk al bly zjjn dat vrouwen
het doen. Het blijft een onzekere faktor. Er is
nu een aantal vrouwen dat haar hart en ziel in
het werk stopt, maar als ze een betaalde baan
krijgen of een aktiviteit die ze toch leuker
vinden, zjjn ze zó weg."
Margriet: "Aan betaald werk zitten sowieso een
aantal voordelen: je hebt een maatschappelijke
status, je financiën zijn gegarandeerd, er zit
een aantal sekundaire arbeidsvoorwaarden aan,
die doorgaans heel plezierig zjjn. Het is mijn
ervaring dat ik, als ik betaald werk doe, veel
makkelijker een scheiding kan maken tussen mijn
werk en mijn vrjje tijd. Als mijn werk me aanstaat,
heb ik ook nog een soort immateriële beloning.
By vrjjwilligsterswerk moet ik het alleen daar
van hebben
Klaar: "Ik merk by mezelf dat het me begint op
te breken om onbetaald zoveel verantwoordeiyk-
heid te hebben. Ons nieuwste grapje is: we
hebben OTPW-banen, Onbetaald Te Pletter Werken.
Ik hou dat niet langer vol. Tegeiykertyd weet
ik dat er een heleboel in het niet valt als ik
opstap. Dat maakt het ook weer moeiiyk om op
te stappen. Als het werk niet door iemand anders
wordt opgepakt, doorgezet, heb ik het gevoel dat
ik een jaar voor niks heb zitten werken."
Margriet: "Ik wil ook het bredere belang onder
strepen. In de politiek wordt vaak wel beleden
dat vrouwenemancipatie en feminisme belangryk
is, maar financieel wordt er weinig of geen
ruimte geboden. Behalve dan voor aktiviteiten
maar niet in de ondersteunende sfeer."