kapsalon hetty black hair 17 - een De werkloosheid onder buitenlandse vrouwen is groot, onder andere als gevolg van een onder wijsachterstand. Het vinden van een stageplaats binnen het reguliere vakonderwijs is vaak moei lijk en een stage binnen de school wordt niet altijd erkend. Daarom namen enkele vrouwen samen met het Centrum voor Buitenlandse Vrouwen in Tilburg in december 1984 het initiatief voor het opzetten van een eigen bedrijfkapsalon 'Black Hair'. In september van dit jaar kan werkplaats stageplaats voor gestart worden. De kapsalon zal drie funkties vervullen: - een kapsalon, gericht op buitenlandse vrouwen met een specialisatie in black-hair-behandeling - een 'werkplaats' om praktijkervaring op te doen - een stageplaats voor leerlingen van de Streek school Het projekt heeft de ondersteuning van aantal instellingen: de Streekschool, de Stich ting Buitenlandse Werknemers, het Centrum voor Buitenlandse V' uwen, het HAK-projekt, het Buro Kleinschalig Werk en het Arbeidsburo Til burg. Het is de bedoeling dat na een opstart fase van twee jaar 5 vrouwen in deeltijd kunnen werken "Kappers zijn allemaal kollega's van mjj, het zijn geen konkurrentenJe hebt niks aan haat en njjd Iedereen moet z'n brood verdienen. En dat lukt ook, we hebben niet te klagen. Als je er met de pet naar gooit, heb je het zelf bekeken. Als je er niet honderd procent achter staat, hoef je het niet te doen. Je moet echt van je hart uit gaan: dat wil ik. Je moet niet bang zijn iets aan te pakken en je moet ook fouten durven maken. Als je niets probeert, kom je nergens." "Tegen thuiskappers kun je niet veel doen. Het kappersvak is een blijvend vak. Al ben je getrouwd en heb je kinderen, dan kun je nog goed erbij gaan knippen. Maar veel mensen die uit het vak zijn, blijven niet bij. We hebben genoeg mensen die hier binnenkomen, die totaal verknipt zijn. Het duurt dan soms wel drie keer voordat wij het weer helemaal goed krijgen. Het gebeurt ook dat kap sters net van school zijn, geen werk kunnen vin den en dan thuis gaan knippen. Maar die hebben meestal nog twee linkerhanden. Het duurt toch wel een jaar voordat je helemaal ingewerkt bent, want salonwerk is heel anders dan werk op school. Op school leer je wel de basislijnen, maar niet het echte vak. Ik vind dat het thuisknippen teruggedrongen moet worden. Het is natuurlijk on mogelijk om iedereen op te sporen, maar ze kunnen op de kappersscholen strengere eisen stellen. Er zijn al veel te veel kapsters. Die kunnen geen werk vinden en wat gaan ze dan doen? Thuisknip pen. Dat is niet alleen in het kappersvak, dat gebeurt met elk vak waarmee je bij kunt verdienen." Zeven jaar is Hetty Verbeek nu kapster. Een half jaar geleden heeft ze de kapsalon van haar baas in de Koestraat overgenomen. "Het was altjjd al mijn wens om zelf te beginnen. Je kunt je zo beter ontplooien: je kunt de lijn kiezen die je zelf mooi vindt en die ga je knippen. "Het komt wel voor dat mensen niet weten hoe ze geknipt willen worden. Dan gaan we eerst kij ken hoe oud ze zjjnhoe hun gezicht eruit ziet. Als je dat niet doet kun je een kapsel krijgen dat van geen kant staat - die mensen komen dan ook niet meer terug. Wanneer er mensen komen die hetzelfde willen als ze hadden, zeggen wij toch wel: probeer dit eens een keer, dat staat je leuk. Meestal valt dat wel goed uit. We kun nen er onze ideeën zo toch in kwijt. Dan zjjn er ook klanten die heel goed weten wat ze willen, terwijl wij vinden dat het hun niet staat. Het is heel moeilijk hun over te brengen dat ze beter een ander kapsel kunnen kiezen. Als ze dan toch volhouden, zeggen we dat het op eigen risiko gaat, wanneer het hun niet staat. Maar dan doen ze het toch maar liever niet." "Bjj ons thuis hadden ze ook een zaak, dus ik ben er eigenlijk ingegroeid. Dat merken mensen ook: je kunt goed praten, durft niet gauw iets niet te zeggen. Je leert ja klanten op den duur kennen, je weet precies hoe je met ze om moet gaan. Als een klant niet wil praten, geven we iets om te lezen. Als ze wel wil praten, laten we ze praten. Met een permanent ben je al gauw drie uur bezig en dan krijg Je vaak hele verhalen te horen, zo van mijn dochter dit en mijn man dat. 's Avonds ben ik alles dan weer vergeten. Dat moet kunnen, je moet je die dingen niet allemaal zelf gaan aantrekken, want dan kun je beter op houden "Mijn kollega, die hier aan de overkant zit en ik hebben vroeger bij dezelfde baas gewerkt. Van die baas hebben we allebei dezelfde lijn geleerd, maar toch knippen we nu verschillend. Je zit over het algemeen wel op dezlfde lijn, maar toch heb je wat dingen waarmee je eruit springt. Wij zijn net naar een kursus geweest waar we een nieuwe kniptechniek hebben geleerd. Je moet iede re keer iets anders hebben, want de mensen wil len veranderen. Nu is het hier nog niet zo erg als in Engeland, waar mensen in de stoel gaan zitten en zeggen: ik wil iets wat niemand anders heeft. Nederland is daarbij vergeleken ongeveer anderhalf jaar achter. De jeugd durft niet zo veel: als ze iets hebben, houden ze dat minstens een half jaar. In Engeland willen ze elke twee maanden iets nieuws. Dan kun je lijnen opbouwen, nieuwe technieken ontwikkelen. Dat vind ik echt heel mooi. Dat is ook het verschil tussen Tilburg en Amsterdam. In Amsterdam kun je morgen al iets nieuws doen, maar hier in Tilburg is het echt zoeken. Het is hier heel moeilijk om iets anders te brengen

Kranten Regionaal Archief Tilburg

Vrouwenkrant Tilburg | 1985 | | pagina 17