op weg naar romantica
een feministisch sprookje
8
Zij
De dwerg wordt kwaad. "Jullie komen lekker
toch nooit in Romantica", zegt hij treiterend.
"Dat is nog veel te ver lopen. Bovendien moet
je het laatste stuk vliegen. En kleine luier-
meisjes zoals jullie durven dat toch niet."
De tweeling steekt verwaand haar kin in de
lucht. "Wij durven alles" en voor ze weggaan
slaan ze de dwerg nog even bewusteloos.
Na twee dagen lopen komen ze bij een klein
De jongen kijkt op en ant-
Dan vraagt Wolk aan het meisje:
Het meisje giechelt. "Zij
zegt de jongen. "Waarom zoenen
vraagt Wolk, die niet weet wat zoenen
"Omdat dat romantisch is", giechelt het
vliegveldje aan. "Daar zit de vrouw die de
kaartjes verkoopt", zegt Blosje. Ze lopen
erheen. Blosje klimt op de schouders van Wolk,
zodat ze nu met haar neus boven het loket uit
kan komen. "Twee kaartjes Romantica." De vrouw
kijkt op van haar werk en vraagt zich af waar
die stem vandaan komt. Dan ziet ze het kale
hoofd, twee ogen en het neusje van Blosje.
"Twee kaartjes Romantica", herhaalt die nog
eens
"Romantica?" zegt de vrouw, "Daar hoeven
jullie helemaal geen kaartjes voor te kopen.
Kinderen kunnen er vanzelf komen."
"En de kat?" vraagt Wolk van onder af. "Nou,
laat die maar bij mij", zegt de vrouw. "Ik zal
er wel voor zorgen. Nu moeten jullie naast
elkaar gaan staan en de ogen sluiten. Zeg dan
drie keer: ik ga naar Romantica." De tweeling
doet wat haar gezegd wordt.
Wanneer ze hun ogen openen, staan ze in een
veld vol klaprozen. In de verte zien ze een
meisje. "Daar", zegt Wolk meteen en ze begint
te rennen. Blosje gaat haar achterna. Hijgend
komen ze bij het meisje aan. Deze kijkt op. Ze
heeft hemelsblauwe ogen en prachtige, blonde
krullen. In haar hand houdt ze een bosje klap
rozen vast. "Wat ben jij daar aan het doen",
vraagt Blosje die nooit geleerd heeft 'u' te
zeggen. "Ik pluk bloemen", antwoordt het meisje
met een zachte stem. "Waarom pluk jij bloemen?"
vraagt Blosje weer. "Dat is romantisch", zegt
het meisje en plukt weer verder. De tweeling
haalt haar schouders op. "Stom mens", zegt Wolk.
Ze lopen door.
Een half uur later komen ze aan in een bos.
Onder een grote boom zit een vrijend paartje.
De tweeling kijkt met belangstelling toe. "Wat
doen jullie daar?"
woordt: "Ik zoen."
"En jij? Wat doe jij?
zoent ook"
jullie?"
is
meisje. De tweeling fronst haar wenkbrauwen en
loopt door. "Wat een stomme grieten zitten hier"
zeggen ze tegen elkaar.
Even later horen ze paardehoeven naderbij
komen. Het blijkt een donkere prins op een wit
paard te zijn. "Wat ben jij aan het doen?" De
prins buigt ver naar beneden om de hummels
aan te kunnen kijken. "Ik ben op zoek naar een
prinses", vertelt hij met diepe stem. "Waarom
ben jij op zoek naar een prinses?", vraagt
Blosje, die niet snapt waarom hij een prinses
moet hebben. "Nou gewoon, omdat dat romantisch
is." Dan rijdt hij door.
"Wat een stommerd", schatert Wolk. Blosje
lacht echter niet mee. Ze begint zich zorgen
te maken. "Ik hoop dat we Rita snel vinden."
Ze zet een stevige pas inTenslotte zien ze
aan de rand van het bos een huis staan. In de
voortuin zit Rita harp te spelen. Het klinkt
van geen kanten. "Hoi", zegt de tweeling.
"Wel, wel, wel, als dat mijn kale kinderen niet
Rita krijgt op haar verjaardag twee dochters:
Wolk en Blosje. Beide babies lijken sprekend
op elkaar: ze zijn kaal, lelijk en roze. De enige
nuance in hun gezicht, waardoor ze te onder
scheiden zijn, ligt in de kleur van hun wangen.
Die van Woik zijn lichtroze en die van Blosje
vuurrood
Rita bekijkt de babies eens vanuit haar bed
en zegt: "Wat moet ik nu met jullie? Ik heb
toch niet om kinderen gevraagd? Ik had me een
ander verjaardagskado voorgesteld. Een vlieg
ticket naar Romantica." Ze heft haar hoofd op
en herhaalt: "Jah. Romantica." Resoluut stapt
ze uit bed en pakt haar koffer. Voordat ze het
huis verlaat, draait ze zich om, bekijkt de
babies voor de laatste keer en zegt: "Want
jullie zijn me niet romantisch genoeg." De deur
klapt dicht.
Wolk krabt eens op haar kale hoofd. "Wat nu?"
vraagt ze aan Blosje. Die weet het ook niet. Ze
gaan er eens goed voor zitten. "Taakverdeling",
zegt Blosje. "Wacht, laten we het opschrijven."
Ze trekt haar luier op, klimt over de rand van
het roze ledikantje en pakt een grote vilt
stift. Ze schrijft op de muur: 'Wolk zorgt voor
de kat. Blosje houdt de kinderbescherming en
andere engerds buiten de deur.'
"Akkoord", zegt Wolk, "dan ga ik meteen beginnen."
Zo groeien Wolk en Blosje voor galg en rad op.
Op de dag van hun derde verjaardag vraagt Wolk
aan Blosje: "Wat wil je het liefst. Een pruik
op je kale hoofd of een reis naar Rita?"
"Een pruik hoef ik niet", zegt Blosje. "Wat
moet ik nu met haar? Volkomen overbodig. Ik
ben wel benieuwd naar Romantica." Ze sluiten
zorgvuldig alle deuren tegen de engerds, leggen
de kat in de kinderwagen, die Rita destijds
voor hen gekocht had, en gaan op pad.
Na een dag lopen, stoppen ze bij een boom en
vallen uitgeput in slaap. Als ze wakker worden,
staat een dwerg hen aandachtig te bestuderen.
"Wat zijn jullie kaal!" giechelt hij. "Waarom
hebben jullie geen haren?" De tweeling krabbelt
slaperig overeind. "Wij willen geen haren. Wij
willen Rita die in Romantica is", antwoordt
Wolk. "En zo'n ongekamde rij pieken vinden we
ook idioot