”ik wil manifest aanwezig zijn” 1 beeldhouwster tine van de weyer abstrakt nivo gemazzeld aangezien tot "Ik vind het beeld, zonder dat ze niet best als mensen alleen maar een beeldend plezier beleven aan een ze onmiddellijk de betekenis kennen. Maar mensen ergeren zich als weten wat het voorsteltEen beeld zegt niet of het een pakje margarine of een pak koffie is en daardoor hebben mensen het gevoel dat ze niet voor vol worden aangezienHet beeld laat hun de beperkingen van hun interpretatie zien. Als je alles tot in de finesses wilt analyseren en exakt wilt weten wat het is en je komt bij iets wat uniek is, wat uit een of andere her senkronke 1 is ontstaan dan heb je geen vrijheid meer om er op een open manier naar te kijken. De titel kan je wel op een spoor brengen. Daarom zoek ik de laatste tijd naar titels die al een beetje prijsgeven wat mijn bedoeling is geweest." "Ik ben destijds begonnen met het opzetten van Karree (centrum van kleinschalige projekten in Tilburg, red.). Ik ben de eerste geweest die er brieven over heeft geschreven naar de gemeente, ik heb spreektijd aange vraagd bij de raadskommissieLater kwamen er meer mensen bij en toen ben ik eruit gegaan. Ik heb daar mijn atelier en als gebruiker kan ik niet in het bestuur gaan zitten. Nu ben ik sekretaris van de lande- "Ik denk dat mensen die met hun handen werken eerder affiniteit hebben met bijvoorbeeld skulpturen, dan mensen die er helemaal niks mee te maken hebben. De smid die een van mijn beelden heeft gelast, is absoluut niet thuis in moderne beeldende kunst. Hij heeft van die gezellige kleine paartjes op de schoorsteen staan. Maar toch vond hij mijn beeld mooi. Ik denk dat dit soort mensen die dingen toch eerder aksepteert. Tine van de Weyer studeerde zes jaar. geleden af aan de kunstakademie in Den Bosch. Aan vankelijk wilde zij zich bezighouden met grafiek, maar al in het eerste jaar bleek, dat de beeldhouwkunst haar meer aansprak. Tine: "Het is een ruimer, royaler gebied. Het ruimtelijk bezig zijn is manifester. Om een beeld kun je niet heen, of daar móét je juist omheen. Het staat er, het is zeer aanwezig. Het past meer bij me dan een klein etsje, waar minutieus in getekend is. Ik ben iemand die de behoefte heeft manifest aanwezig te zijn. Een beeld heeft dat meer dan een dingetje dat aan de muur hangt. In zoverre past dit vak beter bij mijn eigen persoonlijkheid "Ik werk vanuit een bepaalde thematiek: alles wat driedimensionaal is, neemt ruimte in. Vandaaruit kom je tot een specifieke belangstelling voor een plek. Die plek kun je op allerlei manieren aksentueren. Als je op een snelweg zit, is een rotonde een heel belangrijk item, met een speciale betekenis. Ik leg de betekenis van een plek in skulpturen vast. Het gaat om het belang van die ene unieke plek, of misschien wel die ene unieke ik, die die plek inneemt. Dat wordt dan vertaald in beelden. Ik gebruik daarbij allerlei materialen en vormen. Op dit moment zijn metaal en klei de belang rijkste materialen die ik gebruik. Klei staat daarbij voor het organiese, plastiese, vervormbare, voor het leven. Het ijzer vertegenwoordigt het konstruktieve element, dragers, wervels, skelet." "Het heeft ook met abstraheringsvermogen te maken. Binnen ons vak wordt op een ab strakt nivo gesproken, het is het jargon van een subgroep. Maar als ik in een gezelschap van wiskundigen ben, versta ik ook niet waar ze het over hebben. Voor de ontwikkeling van het vak is het noodzakelijk, dat er mensen zijn die het hele gebeuren in de kunst of in de wetenschap vooruit trekken. Ik vind het niet zo'n probleem dat de rest daar dan een pas achteraan komt wandelen. Ik heb geen zin om konsessies te doen in de uitvoering van mijn vormen omdat het dan beter begrepen zou worden. Maar ik vind het wel mijn verantwoordelijkheid om, als ik beelden lever, er daarnaast ook af en toe iets over te vertellen, omdat het tot een groter begrip kan leiden. "Daarom zit ik ook in het onderwijs. Een paar jaar geleden heb ik in Tilburg op de Zouavenlaan lesgegeven. Twee jaar terug ben ik in Rotterdam begonnen met lesgeven op de avondopleiding. Nu geef ik ook les op de dagopleiding - het basisjaar. Dat zijn mensen die net van de middelbare school afkomen en nog alle kanten uitkunnen. Je geeft ze een basis van plasties vormen, waar ze de rest van hun akademietijd mee vooruit kunnen. Het probleem bij het basis jaar is wel, dat je mensen hebt die het eigenlijk niet interesseert. Het is heel moeilijk hun duidelijk te maken dat skulp- tuur, het beleven van de ruimte en de plas ticiteit van vormen, ook belangrijk is als je gaat schilderen."

Kranten Regionaal Archief Tilburg

Vrouwenkrant Tilburg | 1984 | | pagina 3