een leugen
23
ALPHABET
3 Hl
blik-
toe -
zodat
het leven dat de vrouwen zullen
leiden wiens mannen niet 'zo
goed' zijn.
verschil tussen de twee, het
vijfjarige jongetje is besneden,
terwijl het bij het andere
jongetje zal gebeuren als hij
drie is. Naemet vertelt dat ook
de meisjes besneden zijn toen ze
drie waren.(ik vind uit dat het
klitoriskapje wordt weggehaald)
Ze kan me niet vertellen waarom
dit gebeurt, maar is hevig ont
steld als ik vertel dat wijin
Europa, dit niet doen.
Ze vertelt dat mannen en vrouwen,
zodra ze getrouwd zijn, ook hun
schaamhaar scheren, omdat het
fijn en zacht is. Ik ben ver
baasd, dat deze mensen, wiens
vrijpartijen zo minimaal zijn,
die (vooral op het platteland,
waar de kleren slechts één keer
per week, na het bad, verwisseld
worden) nooit vrijen zonder
kleren, hun haar scheren omdat
het zo lekker zacht voelt’.
fc—HIEROGLYPHIC X' X
terugbekken
's Avonds zitten Naemet en ik
weer rond het vuurtje. Het is
rustig nu. Farag en de jongetjes
slapen, de meisjes kijken ergens
tv
Plotseling maakt Naemet een ge
baar naar Farag. Ze zegt dat ze
hem niet leuk vindt, omdat hij
haar en de meisjes zo afbekt,
en soms zelfs slaat.
Ik vertel haar dat vrouwen in
Europa terugbekken en terug
slaan (nou ja) als hun mannen
hun zo behandelen.
Ze is meteen dolenthousiast en
beslist dat wij hem de volgende
dag samen onder handen zullen
nemen. Ze pakt Farag's stok, en
maakt sla-bewegingen naar hem,
die natuurlijk net op dat moment
wakker wordt en opkijkt. We
giechelen samenzweerderig, en
hij weet niet hoe te reageren,
gromt wat en slaapt weer verder.
Wij maken nieuwe plannen.
Naemet beslist dat zij en de
kinderen weg zullen lopen, en
dat hij in zijn eentje in de
hut achter kan blijven. Ik voeg
daar nog bij dat we met zijn
allen naar Nederland zullen gaan.
We lachen samen, maar ik voel
me een beetje treurig, omdat ik
weet dat zij, arabische platte
landsvrouw, nooit de kans zal
hebben om weg te gaan, omdat
ze gedoemd is haar hele verdere
leven bij een echtgenoot te blij
ven om wie ze niet eens geeft.
Op een middag drinken we samen
thee, de 2 jongetjes zitten naast
ons. Ze dragen djellabijes (een
jurk voor mannen) en geen onder
broekjes. Naemet wijst me het
Ik zit op het pontje, dat ons
naar de andere kant van de Nijl
zal brengen. Mensen staren naar
me. Mannen proberen mijn aan
dacht te trekken, maar ik kijk
niet eens naar ze. Mijn glim
lachjes bewaar ik voor de vrou
wen en de kinderen.
Ik voel woede omhoog komen als
ik naar deze gelaten, onderda-
nig-kijkende zwartgeklede vrou
wen kijk. Ik denk aan hun
dochters, die straks hetzelfde
leven te wachten staat als hun
moeder' en grootmoeder.
Misschien zijn ze gelukkig, mis
schien
Maar ik kan mezelf niet meer
wijsmaken dat ze niet beter
weten.Dat is een leugen.
Ik heb genoeg gehoord, de
ken gezien die ze me soms
werpen, fel en afgunstig,
ik er koud van word.
a