en wat ik eraan over heb gehouden is een groot wantrouwen tegen alles wat man is." de opvang Dit gebeurde vrijdagavond/nacht Marian heeft toen ook aangifte gedaan bij de politie. Hier zag ze eerst erg tegenop, omdat ze geen idee had, hoe dat zou gaan en op welke manier men haar zou benaderen. De politie vroeg haar zaterdagmorgen langs te komen. De opvang - door de zedenpolitie - bleek erg mee te vallen. Hierover meer. De naam "Ik kom binnen, verwacht meteen vragen gesteld te krijgen, wat niet gebeurd. Het eerste half uur vertelt één van de twee mannen die bij de zedenpolitie werkt, wat over zijn eigen ideeën, om trent o.a. opvang. Deze vind ik vrij vrouw-vriendelijk waardoor ik me wat meer op m'n gemak voel. Hij spreekt zich uit in de trant van: "alles wat tegen de wil van een vrouw gebeurt, zou eigenlijk veroordeeld moeten worden." Daarna vertel ik mijn verhaal. Moet dan meteen foto's bekijken om de dader te helpen opsporen. Hij blijkt er inderdaad bij te zitten, met nog zo'n zelfde poging als reden hiervoor. - Op deze vorige aangifte kon bij gebrek aan bewijs niet ingegaan worden. Daardoor kon de jongen nog steeds vrij rondlopen en zich ook een wraakaktie permitteren tegen het meisje dat toentertijd aangifte had gedaan. Waarschijn lijk had hij een paar ruiten van haar ingegooid. Nadat ik de dader had herkend, maakte de politie foto's van mijn "bewijsstukken": blauwe plekken én een kapotgeslagen lip. Het blijkt verder dat de twee jongens van de vorige avond de politie en door is verzon- een slacht- "Ik ga naar een kafee en raak in gesprek met een jongen die ik al van gezicht kende. Hij blijkt erg begripvol en vriendelijk te zijn, kan goed luisteren naar hetgeen ik over mezelf vertel. De sfeer is zodanig dat ik hem wel met de auto naar huis wil brengen, als blijkt dat hij anders helemaal moet lopen. En koffie drinken op z'n kamer - bovenin een studentenhuis - is ook heel vanzelfsprekend. Ik ga daar op een stoel zitten die volligt met kleren. Hij vraagt of ik misschien niet even in die lege stoel wil gaan zitten en als ik dat wil doen,springt hij op en gooit me op z'n bed. Zelf gaat hij bovenop me liggen, knijpt mijn keel dicht en drukt z'n andere hand op m'n mond. Ik kan door flink met m'n hoofd heen en weer te schudden zo nu en dan nog wat schreeuwen. Waarschijn lijk net luid genoeg, want na enkele minuten wordt er op de deur gebonsd. Ik hoor twee stem men voor de deur van z'n kamer, merk dan ook dat de deur op slot is gedaan. De jongen schrikt, aarzelt even, maar doet dan toch de deur open. Twee jongens komen binnen. Ik zie ze nauwelijks, want ik ren meteen de deur uit en rij zo hard als ik kan naar huis." Om een beetje een idee te hebben hoe het zou kunnen voelen offer te zijn, willen we een ervaringsverhaal publiceren. Het gaat hier over een vrouw die in Tilburg aangevallen is de Tilburgse politie opgevangen is. De naam van het meisje nen

Kranten Regionaal Archief Tilburg

Vrouwenkrant Tilburg | 1982 | | pagina 9