Werken
de
échte haanlozen
voor
Baanlozeticentrum
4
OOn
Nieuwsblad
van het
Zuiden
5.x.1980
Al jaren draait de cursus, zoals
trouwens het hele Baanlozencen-
trum, op een vrij kleine groep éch
te haanlozen. De meeste bezoekers
van het centrum in de Goirke-
straat zijn huisvrouwen die niet
bij het arbeidsbureau ingeschre
ven staan, jongeren die voor een
deel werkloos zijn, of mensen die
er komen terwijl ze wél een baan
hebben. Vooral de groep werklo
zen tussen de dertig en de zestig
jaar laat zich weinig op het Baan-
lozencentrum zien. Dit, terwijl de
staten van het arbeidsbureau aan
geven dat in deze leeftijdscatego
rie veel ingeschrevenen zijn.
Om die reden hebben de organi
satoren van de „open cursus” en
quêteformulieren samengesteld,
waarmee ze willen gaan posten
voor Arbeidsbureau, GAK en So
ciale Dienst. In de enquête wordt
gevraagd naar de reden waarom
geen gebruik van het Baanlozen-
centrum gemaakt wordt. Op die
manier hopen dé organisatoren
een handvat te krijgen om meer
voor hun eigenlijke doelgroep te
kunnen gaan betekenen.
De „open cursus” van aanstaan
de dinsdag, 14.00 uur, zal aan de
zelfde vraag gewijd zijn. De be
zoekers krijgen drie vragen voor
gelegd waarover in afzonderlijke
groepen gediscussieerd gaat wor
den. Deze vragen zijn:
- er wordt op het project niets
aan belangenbehartiging va i
haanlozen gedaan
- het baanlozenproject wordt fou
tief gebruikt
- haanlozen moeten meer verant
woordelijkheid krijgen voor het
functioneren van het project.
„Tegenwoordig horen wij vaak
van haanlozen dat ze niet naar het
centrum willen komen omdat ze
het daar een „huisvrouwenkliek"
vinden, of omdat ze vinden dat ze
door het volgen van een cursus
geen cent wijzer worden. Ze blij
ven werkloos, „zegt open-cursus-
man Jean-Louis van Os. „Daar
moet een eind aan komen. Een
baanlozencentrum is er voer de
belangenbehartiging van haanlo
zen.
(Van onze stadsredactie)
I TILBURG - De mensen die ie
dere dinsdagmiddag op het Baan
lozencentrum de zogenaamde
„open cursus” organiseren een
cursus waarin problemen van
haanlozen behandeld worden -
willen niet langer voornamelijk
werken voor mensen die niet
werkloos zijn.
In deze tijd toen onze harten het
uitschreeuwden van ellende, wisten
wij echter, dat iriljoenen vrouwen
in de wereld ons haar warme groe
ten en beste wensen zonden. Op 8
maart, 's-ochtens om 5 uur, ont
rukte de sirene ons, zoals elke dag,
aan de slaap.
Op die dag werd er niet geroepen:
"Opstaan", maar Resi, onze poli
tieke blokoudste, een Tsjechoslo-
waakse kameraad, zei luid en met
diep bewogen stem:
"Ik groet jullie op deze dag allen
en ik ben er vast van overtuigd,
dat wij het volgende jaar deze dag
in ons vaderland en met onze vrien
den en vriendinnen zullen meemaken".
De vrouwen omhelsden en kusten el
kaar en wij drukten elkaar de handen.
In alle talen'weerklonk de groet:
"Leve de achtste maart, onze Inter
nationale Vrouwendag". Zacht weer
klonken nationale volks- en strijd
liederen, overal zag men stralende
ogen De hoofden waren dicht bij
elkaar, want êén van de vrouwelijke
kameraden van iedere groep sprak over
de betekenis van de Internationale
Vrouwendag. Onze kracht en onze
hoop op bevrijding werden sterker.
Straf noch dood konden ons afschrik
ken. Wij hebben gezworen, dat wij,
vrouwen, wanneer wij in leven zouden
blijven, ervoor zouden strijden, dat
dergelijke misdaden zich nimmer
zouden herhalen".