moeders en dochters zus: ans: 5 iets te en doch- Hoe is de relatie met je doch- ter? Deze vraag wordt niet al leen door anderen gesteld maar ook vraag je je dit dik wijls zelf af. Dit laatste houdt al in dat het voor je zelf niet altijd even duide lijk is. Oppervlakkig gezien is ze heel goed maar het is vaak moeilijk te peilen hoe je dochter over de relatie denkt. Een gezagsverhouding is van mijn kant nooit opzet geweest maar of je dochter dit ook zo ervaren heeft is moeilijk te zeggen. Het naleven van bepaalde regens in een gezin met meer kinderen is on vermijdelijk en ik heb soms stellig de indruk dat dit toch als "gezag" overkwam. Dit leidt ik af van het feit dat er zo'n sterke drang naar to tale onafhankelijkheid was. En nog altijd heb ik het ge voel dat mijn dochter van mening is op aantasting van de verworden vrijheid te moeten blijven letten. Dit kan zeer doen Mijn ervaring is overigens dat er voornamelijk door jou als moeder aan een goede re latie gewerkt moet worden. Zij heeft er ook het meeste belang bij. Het is immers voor haar onmisbaarniet alleen om gelukkig te zijn maar ook, en dit is erg belangrijk,om niet het gevoel te krijgen ge faald te hebben. Een en ander houdt beslist niet in dat je dochter een goede verstandhou ding niet op prijs steltmaar zij beschouwt het m.i. als een prettige bij komstigheid die voor haar niet van levensbe lang is. Begrijpelijk heb ik het over een relatie die er was in het verleden en er nu is. Ik kan mij echter heel goed voorstel- Er is mij gevraagd om schrijven over moeder terverhouding Nu,mijn dochter is 40 jaar ge leden geboren in een tijd dat er niet over nagedacht werd of je wel of niet een kind wilde. Je trouwde en kreeg na korte of langere tijd een kind,dat was vanzelfsprekend Ik moet zeggen dat ik erg blij met haar was. Maar zoals ik zei; je leefde gedachteloos. Ik voedde haar op zoals ik zelf opgevoed was en dat hield in, gehoorzaam en 1 j_ef zijn en je moeder was de baas over jou. Het kind werniet als een eigen persoonlijkheid gezien. Door bepaalde omstandigheden o.a. de oor loggroeide zij op tot niet zo'n gemakkelijk per soontje. Gelukkig kunnen wij daar nu goed over praten en begrijpt ze ook wel,dat het in die tijd het opvoedingspa- troon was. Verder heeft ze niet veel behoefte aan mij.Ik zie haar ongeveer 2a3 keer per jaar. Ze woont buiten de stadheeft drie kinder en studeert en werkt. Zij heeft geen tijd om mij eens te ontvangen. Ik vraag mij zelf wel eens af als zij minder autoritair was opgevoed ik een beter kontakt gehad zou hebben. Tegenwoordig hebben de kinderen meer in breng en rechten in het gezin. Maar ik weet het niet zeker, het is ook mogelijk dat iedere jongere generatie zich toch helemaal los van de moeder wil voelen. Het is nu eenmaal een gegeven dat moeders meer aan hun dochters hangen,dan dochters aan de moeder. Als je dit voor ogen houdt,kan de verhouding toch nog wel goed zijn al zie je elkaar niet veel ANS.

Kranten Regionaal Archief Tilburg

Vrouwenkrant Tilburg | 1979 | | pagina 7