26 wijntjes De Schilderswijk »n pak beschuit gaan zitten, want de krui- van Steeds meer mensen hadden een televisie, de gastarbeiders kwamen, en ook steeds meer auto’s en de straten werden stiller. Hans Koekoek maakte een televisiedoku- mentaire over de Schilderswijk, maar hij maakte daarin de grote fout dat hij zich beperkte tot één gezin. Dit had tot resul taat dat heel Nederland een stereotiep beeld had van de Schilderswijkers’a-sociaal’, wat dat dan ook moge betekenen. Dat ik in de Schilderswijk ge woond heb, werd mij pas duidelijk toen ik op kamers ging wonen. In een deftig gedeelte van 's-Graven- hage, de Denneweg. Per slot wilde ik ook hogerop. In de wijk zelf was het bijna oorlog, het gezin van de dokumen- taire moest weg en Hans Koekoek ook De reorganisatie: De sociale en kulturele werksters, de inspraak - en informatie-centra j. kwamen. Zelfs een eigen radio - programma. De Surinaamse Nederlan ders kwamen, en de oorspronkelijke bewoners trekken langzaam weg. van het arme kind Jezus wonen er nog, en mijn ouders ook. Als ik naar huis ga, loop ik vanaf het station via de Hoefkade een stukje Hoofdskade en dan de Hobbemastraat En ik zie Turkse koffiehuizen, Islamitische slagerijenSuri naamse sieradenwinkeltjes en andere kleurige winkels, en ik vind het heel leukzo'n inter nationale buurt. Dan denk ik, zo hoort het eigenlijkzonder gr-enzen Maar omdat ik er niet meer elke dal inzit, ontgaan mij ook veel dingen. Zoals bijvoorbeeldde zeer penibele woonsituatiesom maar wat te noemen, de verschil lende kuiturenin zo'n klein gebied vlak bij elkaar, dat botst af en toe. Dat zat ik daar dan ook, op een ouwe, tochtige kouwe zolder, voor veel huur. En de mensen waren niks leuk in de straat en in de winkels, Maar de zusters kale kak. Dat had je in de Schilderswijk niet. In onze straat, in de zomer, zaten de men sen daar voor de deur in de zon, aardappels te schillen of zo. Want als je twee hoog woonde kon je geen kant op, had je geen bal konnetje, niks. Zodoende was er veel op straat te doen. Wegens weinig auto’s kon je ook nog goed spelen en alles deed mee, put deksels, lantarenpalen, stoep randen en vuilnisbakken. En als je gevallen was en een pleister nodig had, kon je beter naar dié tante gaan, want van je moeder kreeg je nog op je kop ook. Je wist ook dat die en die ziek was, dat het daar zus was en bij honderdelf zo. Bij grote gebeur tenissen werd er geld ingezameld, en de hele straat leefde mee. Het gebeurde vaak dat als ik uit school kwam, dat mijn moeder van af twee hoog uit het raam riep: 'n flesje maggie, en niks vertellen!", denier op de hoek wist alles de hele buurt, het nieuwsblad. Wat ik met dit verhaaltje wil zeg gen is eigenlijk dat het stempel van de buurt, mij toch niet geheel en al in de kouwe kleren is maar hierover later. jiflMr'

Kranten Regionaal Archief Tilburg

Vrouwenkrant Tilburg | 1979 | | pagina 28