11 interview: Je bent nu al wel een beetje gewend aan je nieuwe leventje zeker? I I: Zo’n zenuwpees ben je toch nooit geweest? LENI LENI I: Toch ben je heel wat verantwoordelijkheid gewend geweest, in je baan als onderwijzeres bijvoorbeeld. Ja, dat is wel zo, maar dit is héél anders! Voor een klas van zo'n 30 kinderen heb ik mezelf altijd gezien als een zeer tijdelijke begeleiderdie in wezen maar een bescheiden rol speelde in die kinder leventjes Nu loop ik met het -- misschien overdreven-- idee rond dat ik alles beteken voor mijn kind; dat zijn leven van mij afhangten dan vooral ook het puur lichame lijke "in leven blijven"Bovendien: bij een gewone baan werk je min of meer op vaste tijden; je hebt week ends en vakanties, zeker in het onderwijs. Maar het zor gen voor je eigen kind is een continu-baanwaarbij geen vakantieperiodes bestaan (in de zin van "er vrij van zijn"). Zelfs als je een babysit inschakelt of een kresj blijft de eindverantwoordelijkheid bij jou liggen als eerste verzorgstervind ik. En dat is best een zware druk Als vrouw ben je altijd dochter, soms ben je zelf moeder. Word je moeder, dan begin je een soort nieuw leven, zo nieuw dat je bijna uit twee wezens ineens lijkt te bestaan: de oude persoon (vrouw) en de nieuwe (vrouw en moeder)Soms voeren deze "twee personen" in jezelf een gesprek met elkaar. Dat gebeurde bij mij, Leni Bierkens, 30 jaar, pas moeder. Zowel interviewer als geïnterviewde zijn dus dezelfde persoon ikzelf. rondom Joris wel het begin maar dat zaken achtig en vroeg en moest doen I: Val je nu niet terug in het oude rollenpatroon, zo van "de enige echt belangrijke figuur voor de baby is de moeder"? Vind je niet dat de vader ook veel verantwoordelijkheid heeft? Nee helemaal niet! Het heeft mezelf ook verwonderd dat het zweet me nu zo snel uitbrak. Voor een gedeelte is dat natuurlijk wel te verklaren vanuit lichamelijke zwakte na de bevalling; maar toch... Ik geloof dat het vooral komt door het verantwoordelijkheidsgevoel voor zo'n hulpeloos wichtje. En je denkt ook dat een baby erg zwak en kwetsbaar is. Dat besef je allemaal niet zo bewust, maar het werkt wel door in je gedrag. LENI: Ja hoor, na zo'n drie maanden beginnen de activiteiten routine te worden. Gelukkig wel, in werd ik doodmoe van alles. Lichamelijk moe, kwam voor een groot deel door geestelijke oor- als Joris begon te huilen, werd ik al zenuw- ik me paniekerig af wat ik eraan kon

Kranten Regionaal Archief Tilburg

Vrouwenkrant Tilburg | 1979 | | pagina 13