1 juni 1979
Toen ik wel weer bij het moment
was, het begon met het opzet
ten van de tent, kwamen een hele
hoop onzekere gevoelens, ne
gatieve gedachten over mezelf
boven zetten. Ik ben niet zo
handig, zo vlug als bijvoorbeid
Thil en Yvonne; ik ben niet zo
zorgzaam, kan beter alleen le
ven en dat komt er deze week
natuurlijk ook uit; zij zien
er leuker uit, ik ben te dik,
ik kan niet fatsoenlijk koken,
zij wel, ik kan eigenlijk
niets.Ook de volgende dag zette
zich dat nog door. Stond op met
hoofdpijn, voelde me onzeker.
Naar mijn gevoel hobbelde ik
overal achteraan. Als Yvonne
ging afwassen, ging ik maar
afdrogen. Als Thil de kleren
in de tent opruimde, deed ik
dat met mijn kleren ook maar.
Ik zag niets uit mezelf. Toen
we onze bikini’s aan gingen
doen, ging ik nog meer voor de
anderen denken. Ze vonden al
van mij dat ik sloom en onhan
dig en niet zorgzaam was, maar
nu vonden ze me ook nog veel
te dik. Ik voelde me weer hele
maal de oude, onzekere, twij-
velende maria. Languit op het
matras in de zon, probeerde ik
te lezen, maar dat lukte van
Toen we vertrokken had ik een
onbestendig gevoel. Van de ene
kant was ik benieuwd, vol ver
wachting, had zin om met z’n
vieren weg tc gaan, maar het
afscheid nemen was
overheersend. Ik voelde me
losgemaakt uit een zeer ont
spannen, maar ook erg inten
sieve, energie opslokkende re
latie. Dat losmaken ging ook
gepaard met angstige gevoelens,
van ’hoe staan we over een
week tegenover elkaar, zal hij
me missen,vindt hij me over een
week nog zo belangrijk’? Ik
probeerde het te verwerken met
te denken over wat ik de afge
lopen dagen met hem had meege
maakt, weg te zakken in de
fijne herinneringen. De eerste
dag in de auto was ik dus niet
in het NU.
het terras gaat om half elf
dicht en we lopen met ons vieren
gezellig kletsend terug naar
de tent. Het is heerlijk weer
en we hebben nog geen zin om
naar bed te gaan. Blijven nog
wat buiten zitten met een glas
wijn en praten over vroeger
Vooral over onze moeders en
hoe we thuis zijn opgevoed
Wat dat heeft te maken met
onze relaties met mannen.
Iedereen heeft daar op
haar eigen manier moeilijk
heden mee.Ik voel me hoe
langer hoe verdrietiger worden
want het ging de laatste we -
ken thuis zo slecht en ik weet
me geen raad meer. Begin ten
slotte te huilen De anderen
troosten en we proberen er
weer verder over te praten.
Tot 3 uur in de nacht, dan
moeten we naar binnen vanwege
onweer
’s-Middags op een terrasje,
gedwongen omdat we nog moeten
afrekenen met de camping en de
receptie is gesloten. Maar we
gebruiken de tijd weer goed.
We praten door over gisteravond.
Ik was toen begonnen met schrij
ven, maar vond praten op dat
moment belangrijken. Dicht
bij jezelf blijven, zeggen wat
je voelt, hoe je erin staat,
kwaad worden, huilenergernis
uiten, troosten; praten over
jezelf, je situatie en rela
ties; onze ouders, vrienden/
vriendinnen, hoe kijken we
tegen ons lijf aan; onze voor
behoedmiddelen, wat noemen
we vrijen. Dat zijn de dingen
waar we mee bezig geweest zijn
met ons vieren. En na één dag
voel ik me ontzettend vertrouwd,
op mijn gemak, ontspannen.
Daar had ik wel een dag en nacht
voor nodig. Wat ik niet ver
wacht had gebeurde toch. Ik
verviel in ’oude’ gedachten over
mezelf, voelde me erg onzeker.