11
over de be-
Kin-
Zelden komen er meisjesboeken
voor waarin de heldinnen worden
aangemoedigd om lichamelijk
sterk te zijn, om intellektueel
aktief of ondernemend te zijn.
Feministen stellen zich tot doel
een nieuw soort kinderboek op de
markt te brengen, boeken waarin
afgebakende seksrollen niet meer
voorkomen
De Nederlandse taal duidt te
recht een kind met 'het' aan, en
heeft het dan over zowel jongens
als meisjes. Het kind moet onbe
perkte keuzemogelijkheden gebo
den worden. Beide seksen moeten
worden aangemoedigd om ook al
die mogelijkheden te onderzoeken.
krijgen vanuit hun verschil in
sekse een verschillende rol op
gelegd en dat is 'natuurlijk'),
ook jongens worden verminkt door
de druk die op hen wordt uitge
oefend om toch vooral te wed
ijveren, iets tot stand te bren
gen, emoties, tederheid en ge
voeligheid te onderdrukken.
Zoals in één van de boeken staat:
"Hij voelde tranen in zijn ogen
komen, maar hij veegde ze weg
met z'n hand. Jongens van 8 jaar
huilen niet zei hij tegen zich
zelf"
Ook de speciale betiteling 'meis
jesboek' of 'jongensboek' moet
verdwijnen. Nu is het zo dat het
indelen van kinderboeken in deze
twee kategorieën betekent dat
er voor jongens een hele serie
boeken is die ze bepaald niet
moeten lezen, want 'welke zich
zelf respekterende jongen leest
boeken over meisjes'. Aan de
andere kant hebben meisjes een
veel grotere keuze, want die le
zen wél jongensboeken met de
boodschap dat de daarin beschre
ven aktiviteiten bestemd zijn
voor jongens,en voor meisjes die
als 'jongensachtige meisjes' te
boek staan. Als ze jong zijn
worden jongensachtige'meisjes
vaak door ouders, omgeving en
vriendjes nog wel geaksepteerd
en er wordt om gelachen.
Maar als ze de puberteit naderen
verwachten diezelfde ouders en
vriendjes dat jongensachtige
meisjes hun passieve en onder
geschikte rol als 'dame' en 'moe
der' innemen volgens het patroon
waaraan de samenleving zijn goed
keuring heeft gehecht.
En de meisjesboeken voor alle
leeftijden leren ons dan dat de
kwaliteiten die aan die rol kle
ven huishoudelijke en moederlij
ke belangstelling, behulpzaam
heid, lichamelijke aantrekkelijk
heid en goede manieren zijn.
Meisjes werken als vroedvrouw,
verpleegster, werkster, naaister,
bibliothekaresseonderwijzeres,
etc
Het tweede artikel is van Peter
van den Hoven:"kinderteksten en
kritiese pedagogie".
Dit artikel gaat o.a.
levingswereld van het kind,
deren leren het beste wanneer
zij worden benaderd met zaken
die zij herkennen uit hun eigen
belevingswereld (dat is iets an
ders dan leefwereld)En bele
vingswereld moet je dan zien als
zijn/haar eigen emotionele en
intellektuele reflektie (weer
spiegeling) over de leefwereld.
In die belevingswereld speelt
fantasie een grote rol.
Maar belangrijk is om belevings
wereld en konkrete leefwereld
met elkaar te verbinden, zodat
kinderen krities komen te staan
t.a.v. die leefwereld.
Van den Hoven maakt een onder
scheid tussen aanpassende fanta
sie en veranderende fantasie.
Aanpassende fantasie is het ge
bruik van fantasie in kinderli
teratuur, die kinderen wegtrekt
van hun eigen maatschappelijke
leefwereld en ze een toverwereld
voorspiegelt
Daartegenover staat de verande
rende fantasie, fantasie die
wel betrokken is op de eigen
leefwereld van het kind, waarbij
het kind affektief (gevoelsma
tig) en kognitief (in kennis en
inzicht) op zijn eigen nivo
wordt aangesproken en waardoor
