9
liet ik het warenhuis
waarts rijden
u-ciiue ^aijjuec 'n schone luier om,
bové^ardse schoonheid en zoog
Liften zoefden af en aan,nieuwe pakketten werden aange
voerd. Met' razende snelheid dreunden de zwaarbeladen rol
trappen op en neer,stapels tijdschriften in alle talen
overspoelden de gangenzij gangen en toonbanken van het wa
renhuis De wekkers op de afdeling uurwerken begonnen op
gewonden te ratelen.
Mijn helpers en vrienden(de uitgekookte halvegaren en
slapjanussen van de bij standzoals mijn geestige achter
neef de multimiljonair hen noemt),die zoals gewoonlijk,
op de verwarmingsroosters bij de ingang van het warenhuis
voor mij een oogje in het zeil hieldenzorgden ervoor,
dat het angstig saamgeschoolde publiek niet in paniek
raakte en ordelijk het warenhuis verliet.
De geëmancipeerde winkeldames werkten onbewogen door aan
hun toilet.
Uitgeput en met koortsachtig trillende handen smeekte de
baviaan mij het eens ergens anders te proberenmaar zo
gemakkelijk liet ik mij niet afschepen.
Honderd man van het "sterke" geslacht kroop kermend over
de vloervijfenzeventig bedienden vlogenvolslagen neuro
tisch geworden,tegen de muur omhoog en bleven daar hangen
alsof ze een steile bergwand bewoonden.
De baviaan sprong met een knal uit elkaar
Als één vrouw rezen nu de geniaal gekapte en gelakte
winkeldames vanachter de toonbanken omhoog.
Een stormachtig applaus barstte los en ik kreeg een staande
ovatie
Op datzelfde ogenblik brak het besef in mij door van mijn
uitzonderlijke roeping tot het Schone en het Hogere en tot
het Stille Gebeurenachter gesloten deuren)waarvoor geen
offer te groot mocht zijn.
Ik slikte moeilijk
Toen viel mijn oog op mijn man,die onopgemerkt was binnen
gekomen om mij af te halen.Ik wenkte hem naderbij en
richtte allereerst het woord tot hem"Eugèneik ben de
laatste jaren veel weg geweest,maar zo bont als de laatste
tijd heb ik het nog nooit gemaaktBedanktEugènehet was
formidabel"
Een behoorlijke blos vloog over de wangen van mijn man
en verlegen staarde hij naar de grond.
Voor ik verder kon sprekengolfde opnieuw een warm applaus
door het warenhuisf
Het was een aangrijpend moment.Het was zo aangrijpend,
dat het heilige vuur in mijn binnenste hoog oplaaide.Het
heilig vuur laaide z<? hoog op,dat ikals- een Vesuvius zwa-
velkleurige wolken uitblies.
De vrouw sidderden-en zongen diep onder de indruk plechtig
lied vijf uit het vrouwenpsalterKomt allen saam,onder haar
naam.
De roodwangige jongste bediende zat, met
op schoot bij een man van L_--
tevreden op een fopspeen.
In de zevende hemelwuivend en zingend als een lijster ver-
en innig gelukkig liet ik mij huis-