I
I
I
I
I
!g
I
I
I
I
I
I
I
l
r
I
B
Groep 6, stelling 1:
Groep 5, stelling 1:
c
b
Groep 7 stelling 1
t
hangt af van: - persoon (dus
niet zozeer sexe)
- bui (stemming)
De seksuele rol van de vrouw is
een passieve. Bij het begin,
Stelling 2:
Het wordt nog steeds niet ge
accepteerd dat de vrouw de man
versiert (dat geldt voor èn
de man ën de vrouw)Dat geldt
in mindere mate naarmate de
groep bekend is.
Stelling 3:
Je verwacht dat de man hetzelf
de voor jou doet.
De grote meerderheid heeft
volgens ons wel een passieve
rol, bij sexualiteit e.d.
Als er sprake is van een pas
sieve rol, vinden we dit ver
keerd. Er zou een evenwicht
moeten komen. Dit wordt be
moeilijkt door opvoeding.
Stelling 2:
idem
Stelling 3:
Nee. Juist niet.
Vrouwen zijn opgevoed met
huishoudelijk werk en doen
deze dingen later sneller
en beter dan mannen 1
(Oppassen hiervoor)
Stelling 4:
Vaak een noodzakelijk kwaad.
Voor veel vrouwen geldt dat
zodra ze getrouwd zijn de
glimlach blijft, maar soms
gebeurt het dat ze zich be
wust worden van hun opge
drongen rol en zich ertegen
verzetten.
Stelling 6:
Vrouw wordt meer als zelf
standig wezen gezien. Geen
konkurrentie-sfeerDit geldt
niet voor iedereen. Sommige
vrouwen kennen dit niet. Aan
wezigheid van mannen belemmert
de kommunikatie tussen vrouwen.
pvoor mij de meest begeerde man.
Instelling 6:
PHier kom je met een andere in
ly tentie. Hier alleen met vrouwen
p- maakt enorm verschil: begint
pmakkelijker een praatje,
pin een gewoon kafee stel je
pje afwachtend op. Je gaat niet
pnaar een man toe, omdat je
phet gevoel hebt dat je jezelf
laanprijst
Stelling 4
Bescherming en veiligheid
zoekt iedereen. Daar moet
geen glimlachende afhanke
lijkheid tegenover staan.
I Stelling 5:
H Voor êën avond.
Stelling 6
Ja/nee.
Sommigen voelen zich meer
ontspannen bij enkel vrouw
en. Dit geldt niet voor
iedereen.
Deze groep bestond uit:
Loes, Ria, Jeanny, Ine,
Brigitte, Willy.
5
c
I
I
I