de n. v. HOLLANDSE KUNSTZIJDE INDUSTRIE TE BREDA FUNKE ARBEIDSKRACHTEN dinsdag 4 Morgen zondag na-kermis JAN LEYTEN DANSEN TE IEIC0TEN a. s. t Singel, A 14 De Geheimzinnige Pensiongast september J. v. Puijenbroek-v. d. Lint en het „Wapen te Baarle-Nassau in i 9 Agent: 1 A. Spapen, Baarle-Nassau i Drukkerij Em, de Jong, Baarle van Nassau" VRIJ BUSVERVOER BROUWERIJ VAN HAECHT N.v.Beigie 8 BAARLE-NASSAU GEVESTIGD in Hotel „DE ENGEL HEDEN Het 3 KEES VAN DE VEN heeft plaats voor: haar produktie-afdelingen. (ploegendienst) Wij bieden het gehele jaar door in voor gelegenheid tot melden op gesloten en A. van der Sluis-van Tilburg IHMMi11^M iPilsner Bier fijnproevers Inlichtingen Voor heropening der klassen DANSSCHOOL EVERS hebben wij alle benodigdheden voor de school. Boekentassen, schriften, pennen, schoolétuis, bloes, de echte zwan-potloden nu voor 10 cent enz. De nieuwste modellen schorten jon- gensbloesen, broeken, meisjes-trui- tjes en -vestjes, voordelige kousen. Vanaf heden zijn wij telefonisch aan onder no. 3 94 Oulickx Schoenhandei Bruidsbouquetten lste Nieuw-Ginnekense bloemisterij G. ROOVERS Dorpsstraat 9, Ulvenhout, Tel. 279 voor al Uw familie- en handelsdrukwerk Voor Alphen: „De Nieuwe Magneet’' BONTMANTELS! 1/ I goed loon; goede sociale voorzieningen; opleiding tot geoefend V ciSe vvwiK tegen: arbeider; afstandsvergoeding; j TUSSEN 7.30 EN 8.30 UUR ’S AVONDS. Aangesloten bij de R.-K. bond van Dansleraren „San Filippe Neri” ONZE NIEUWE CURSUS BEGINT OP PRIMA CONSUMPTIES BAARLE Beschaafd milieu! Aanbevelend, Aangenaam onderwijs! TELEFOON 376 Wordt vervolgd I VRIJDAG 7 SEPTEMBER a.s. CURSUS BEGINNERS CURSUS GEVORDERDEN Singel A 10, Telefoon 242 K 4257 Ondanks zichzelf nam mevrouw Bun- Wat haar man INLICHTINGEN EN INSCHRIJVING IN HOTEL „DE ENGEL” c i i I 1 MUZIEK „THE JOLLY FELLOWS” di P- sl V, d z< b Si g w n e v d r c t t PROFITEER ERVAN BIJ: HERPLAATSING WEGENS MISSTELLING. NIEUWSTRAAT A 138 BAARLE-NASSAU Stationstraat Baarle-Nassau den achtergelaten. Wat er verder aan meubels in het ver trek aanwezig was, zag er degelijk en behoorlijk onderhouden uit, zoals alles wat zich nu eenmaal in het bezit van me vrouw Bunting bevond, maar deson danks was de kamer koud en ongezellig, en het speet de pensionhoudster op dit ogenblik dan ook geweldig, dat zij niets gedaan had om haar althans een beet je aantrekkelijker te maken. Tot haar stomme verbazing straalde echter het donkere, scherp getekende gezicht van haar bezoeker plotseling van voldoening. „Schitterend! Schitterend!” riep hij uit, terwijl hij voor de eerste maal het koffertje, dat hij in de hand had, op de grond zette en zich vol voldoening de handen wreef. „Precies wat ik zocht.” Hij liep met grote passen naar de gas kachel. „Eerste klas eerste klas. Pre cies, wat ik zocht! U moet weten, me vrouw eh Bunting, dat ik een we tenschappelijk aangelegd man ben. Ik neem namelijk allerlei proeven, en ik heb dikwijls eh een kachel nodig, die een geweldige warmte ontwikkelt.” Hij strekte zijn hand, die, naar zij meende, ietwat beefde, uit in de richting van de kachel. „En deze zal mij van oneindig nut zijn,” ging hij voort, ter wijl hij met zijn hand strelend de goot steen aanraakte. Toen wierp hij het hoofd achterover en streek met de hand over zijn voor hoofd; vervolgens liet hij zich met een vermoeid gebaar in een stoel vallen: „Ik ben moe,” ging hij met lusteloze stem voort, „moe, dood-en-doodmoe! Ik ben de hele dag op stap geweest, mevrouw, en in de straten van Londen zijn nergens banken te vinden, waarop men zijn ver- i moeide ledematen kan uitstrekken. Die I vindt men alleen op het vasteland. In menig opzicht is men daar heel wat menselijker aangelegd dan in Engeland.” „Dat is zo,” gaf ze beleefd toe; en toen na een blik in zijn richting geworpen te hebben, stelde zij hem de vraag van wel ker beantwoording voor haar zoveel af hing. „Dus u denkt wel deze kamers te nemen, mijnheer?” „Deze kamer zeer zeker,” antwoordde hij, na nogmaals rondgekeken te hebben. IN DE ZAAL VAN z zich vrijwel geen enkele versiering aan de wanden bevond. Ook aan de verdere aankleding was weinig zorg besteed; j om kort te gaan, zij bevonden zich in dezelfde staat en toestand, als op de dag waarop de Buntings de huur van de vo rige eigenaar hadden overgenomen. Bovendien was het lang geen gemak kelijke taak een knusse zitkamer te ma ken in een vertrek, waarin zich een goot steen en een gaskachel bevonden. De gaskachel, van een in onbruik geraakt merk, was voorzien van een soort munt meter, die werkte doordat men een shil ling in een gleuf wierp. Deze was het ei gendom geweest van mensen, die voor de Buntings in het huis gewoond had den en die, wetende dat zij geen gelde lijke waarde vertegenwoerdigde, deze als overbodige ballast in l et huis had- 3 En toen kwam het weer, dat onzekere zenuwachtige klopje, dat tot tweemaal toe herhaald werd: geen klop, zoals de luisteraarster zich verbeeldde, die veel goeds voorspelde. Huurders in spe wa ren altijd direkt te herkennen aan de ze kere, snelle en vastbesloten wijze, waar op zij op de deur tikten. Zij opende de deur der zitkamer. Ei genlijk was het de taak van haar man geweest om naar de voordeur te gaan, maar zij was veel beter dan hij opgewas sen tegen lastige bezoekers, en zij ver stond bij uitstek de takt hen met een zoet lijntje weg te krijgen. Hoe het ech ter kwam, wist zij niet, maar zij zou het op prijs gesteld hebben, wanneer hij die avond naar de voordeur was gegaan. Maar Bunting was geheel en al verdiept in zijn krant, en toen zij de deur opende zei hij enkel: „Heb je niet horen klop pen?” Zonder hem een antwoord te verwaar digen, ging zij de hal in. Langzaam en een serie van acht etsen, portretten van schonen uit de tijd van Koningin Victo ria, gekleed in met kant en tarlatan af gezette baljaponnen, welke geknipt waren uit een oud boek. Deze wandver sieringen maakten mevrouw Buntings trots uit, want zij gaven de ontvangka mer, naar zij meende een cachet van élé- gance en waardigheid. Maar wat was datDe bezoeker keek de kamers rond met iets in zijn blik, dat er op wees, dat ze hem niet aan stonden. „Dit lijkt wel wat groot voor mijn doel,” zei hij tenslotte. „Mag ik uw andere kamers eens zien mevrouw, eh..” „Bunting,” vulde ze zachtjes aan. „Bun ting, mijnheer.” En terwijl zij sprak, daalde de gehele zware last van zorgen en ellenden op nieuw op haar hart neer. Misschien had zij zich vergist in haar bezoeker, of al thans op één punt, misschien was deze mijnheer, te arm wellicht om meer dan één kamer te huren van zegge acht tot tien shilling per week. En acht of tien shillings zouden voor haar en Bunting weinig betekenen, al was het dan altijd beter dan helemaal niets. „Wilt u deze slaapkamer niet even zien, mijnheer?” „Neen,” was zijn antwoord. „Neen. Ik wil liever direkt uw andere kamers zien, mevrouwen na een ogenblik alsof het zich herinneren van haar naam heel wat geestelijke inspanning kostte, voegde hij er met een soort kreet aan toe: „Bunting!” Zoals vanzelf spreekt, bevonden de beide andere kamers zich boven de ont vangkamer. Maar zij zagen er ietwat ar- hebben we een mooie sortering schoentjes in alle prijsklasse, zo wel voor jongens als meisjes. Koopt U nu tegen ZOMERPRIJZEN bij de bontexpert Nieuwlandstr. 3 Tel. 26617 Tilburg I nieuw uit en was van sterk bruin leder, wijls voorkomt. Het zou maar al te^ge- „Ik ben op zoek naar rustige kamers,” j makkelijk zijn voor cL zei hij. En na een korte pauze herhaalde gauwdief hij„Rustige kamers.” Hij zei dit op een sluipen.” dromerige,verstrooide manier, terwijl hij zenuwachtig om zich heen keek. Toen trok er eensklaps een glans over zijn vaal gezicht, want hij had ontdekt, dat de hal uitstekend gemeubileerd was en alles er kraakzindelijk uitzag. Er be vonden zich een keurig nette parapluie- standaard en kapstok, en de vermoeide voeten van de vreemdeling zonken weg in een zacht tapijt, dat over een vloer lag uitgestrekt, welke geheel in overeen stemming met de kleuren van het be hangselpapier geschilderd was. „Dat lijkt me hier een uitstekend pen sion,” dacht hij bij zichzelf, „geheel en al in overeenstemming met de vrouw, die voor mij opengedaan heeft.” „Wanneer u rustige kamers zoekt, bent u bij mij terecht, mijnheer,” was haar vriendelijk antwoord. „Behalve mijn man en ik, is er op het ogenblik niemand in het huis.” Haar stem was vriendelijk, maar wel- haast toonloos. Het scheen haar te mooi om waar te zijn, dat er zo plotseling een ledigd te voelen, en zij antwoordde, hoe wel ietwat stijfjes: „Hij gaat hier en daar bedienen bij grote partijen. Hij is vangKamer. iviaar zij zagen er ietwat ar- vroeger altijd huisknecht geweest bijmelijk en verwaarloosd uit, omdat er eerste families, mijnheer. Wanneer u zulks zou mogen wensen, zou hij u uit stekend kunnen verzorgen.” En na deze woorden keerde zij zich om en ging hem op de nauwe trap voor naar boven. Op de eerste verdieping bevond zich een zitkamer aan de straatzijde met on middellijk daarachter een slaapkamer. Zij opende de deur van de zitkamer en stak vlug een kaars aan. De zitkamer zag er ongetwijfeld ge zellig uit, zij het dan wellicht ietwat te druk gemeubileerd. Op de vloer lag een groen tapijt; rond de tafel, die zich precies in het midden bevond, stonden vier stoelen, en in de hoek recht tegen over de deur bevond zich een ruime, ou derwetse schrijftafel. Tegen de donkergroene muren hing de een of andere om onopgemerkt binnen te t-V Mevrouw Bunting was tamelijk over stuur. Weliswaar had de vreemdeling de ze woorden op dezelfde hoffelijke toon geuit, waarmede hij haar tot nu toe had aangesproken, maar toch had er iets in zijn stem geklonken, alsof hij geërgerd was. „O, daar behoeft u allerminst bang voor te zijn,” stelde zij hem haastig ge rust. „Ik let er persoonlijk altijd op, dat de voordeur gesloten blijft!’ Op dat ogenblik klonk het geluid van kuchen door de gesloten deur van de zitkamer, een tamelijk hard kuchje, en mevrouwBunting’s huurder schrok er zichtbaar van. „Wie is dat?” vroeg hij, terwijl hij haar bij de arm greep. „Wie is dat toch?” „Mijn man, mijnheer,” antwoordde zij. „Een paar minuten geleden ging hij de straat op om een krant te kopen, en ik denk, dat hij nu een kou gevat heeft.” „Uw man?” hij keek haar scherp en zwantrouwend aan. „Welkzou ik u mogelijke huurder kwam opduiken, en mogen vragen, welk beroep uw man uit- nog wel een huurder, die op die prettige oefent?” hoffelijke wijze tot haar sprak, welke als Ondanks zichzelf nam mevrouw Bun- voorzichtig deed zij de voordeur open. bij toverslag de arme vrouw haar geluk- ting een houding aan. Wat haar man On de bovenste der drie treden, die1 kige dagen van zorgeloze jeugd voor i deed was hun zaak en met de zijne. Maar P rimir leidden stond de lange, ogen bracht. dan herinnerde zij zich, dat zij nu een- schrale^figuur van een man, gekleed in „Dat lijkt mij bijzonder geschikt,” zei maal niet in de positie verkeerden om SnTangè kapmantel en met een ouder- hij. „Vier kamers? Och, waarschijnlijk zich bij het eerste het beste woord, be- wetse hoge hoed. Een ogenblik bleef hijheb ik er maar twee nodig, maar ik zou haar aan staren, alsof hij verblind was ze toch graag alle vier even willen zien, boiio lirht dat hem eensklans I alvorens ik een keuze doe. Wat een gelukkige, wat een zeldzaam gelukkige gedachte was het van Bunting geweest om juist deze avond het licht in de hal op te steken! Had hij dit niet ge daan, ongetwijfeld zou de vreemdeling hun huis ongemerkt voorbij zijn gegaan. Zij wilde hem reeds op de trap voor gaan, in haar zenuwachtigheid geheel en al over het hoofd ziende, dat zij de voor deur open had laten staan, toen de „huurder”, zoals zij hem in gedachten reeds noemde, zich omdraaide en tame lijk snel naar de voordeur liep om deze te sluiten. „O, dank u wel, mijnheer!” riep zij uit. „Neemt mij niet kwalijk, dat ik u zoveel moeite veroorzaakte.” Een ogenblik keken zij elkaar aan. ,,’t Is allerminst veilig om ’s avonds in Lon den een deur open te laten,” zei hij iet wat scherp. „Ik hoop, dat het niet dik- -• I wetse hoge hoed. Een ogenblik bleef hij door het helle licht, dat hem eensklaps j uit de hal tegemoetstroomde. Het ge oefend oog van mevrouw Bunting zag onmiddellijk, dat deze man, hoe zonder ling hij er overigens uitzag,door afkomst en geboorte behoorde tot die kringen, waarin zij het grootste gedeelte van haar leven in dienstbaarheid had doorge bracht. „Verhuurt U wellicht kamers?” was zijn vraag, en er was iets schrils, oneven wichtigs en aarzelends in zijn stem. „Ja zeker, mijnheer,” antwoordde ze onzeker, want het was al zo lang geleden sinds iemand bij hen om kamers geweest was, iemand namelijk, die zij in hun huis zouden kunnen en willen nemen. Onwil lekeurig deed zij een stap terzijde en de vreemdeling stapte haar voorbij de hal in En op dat ogenblik merkte mevrouw Bunting pas, dat hij een smal koffer tje in de hand hield. Het zag er gloed-

Kranten Regionaal Archief Tilburg

Baarle-Nassau - Ons Weekblad | 1956 | | pagina 4