1 i I ONZE WONING WEKELIJKS NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR DE GEMEENTEN ALPHEN EN RIEL - BAARLE-NASSAU - BAARLE-HERTOG - CHAAM e. o. p I I DRINGENDE OPROEP Korte wenken Ml I MIJN BRIEFKE NAAR CANADA Land- en tuinbouw DRUKKERIJ DE JONG Baarle-Nassau Zaterdag 15 Oei. 1955 Nummer 42 dit HARRIE. BAARLE-NASSAU bevolking 1 J. Jansen; te achterzetten. De groetjes tels hé, en tot nog eens. De Burgemeester, J. Loots. J. B. van Hoek Ass. R. L. V. D. weddeschaal van de voltijds tewerkge stelde personeelsleden van gelijke rang en van dezelfde categorie. Deze vergoedingen vallen ten laste van het Ministerie van Binnenlandse Zaken. De vrijwilligers ontvangen anderzijds ’t kenteken van het Korps B. B. onder vorm van een knop te dragen op de bur- gerkledij en op het einde van het eerste jaar een diploma. In vredestijd: de vergoeding voorzien bij de wet betreffende de arbeidsongevallen en bij de besluitwet van 13.12.45 betref fende de ongevallen die zich op de weg naar of van het werk voordoen. In oorlogstijd: dezelfde als die bepaald voor de militairen t.t.z. invaliditeitspen sioen en pensioen voor weduwen, wezen of ascendenten. De agenten ontvangen een werktenue bestaande uit een overall en een muts met badge. Belangstellenden die wensen in aan merking te komen voor dit Korps, moe ten hun aanvraag doen ten gemeente- huize uiterlijk voor 1 November 1955. Bij bevel De Secretaris, J. Van Haeren. De meeste mensen hebben geen ander motief voor hun meningen, dan dat dat ze in de mode zijn. ren omdat er geen suiker of zetmeel- waarde voldoende is. De boterzuur en rottingsbacteriën kunnen dan goed wer ken, deze splitsen eiwit, daarbij komt ammoniak vrij en dat is een base, waar door de Ph (zuurgraad) nog eerder ho ger wordt dan lager. Welke gewassen die wij willen inkuilen hebben toevoeging nodig? Vooral klaver, gras, lupine en snijrogge. Stoppelknol- len, die bladrijk en daardoor eiwitrijk zijn, hebben ook wat toevoeging nodig, b.v. wat gesneden bieten of suikerbieten kop en blad. Dikwijls zien wij, dat de kuilen van een prima bladrijk gewas stoppelknollen nogal eens glibberig zijn en in kwaliteit tegen vallen, omdat de Ph niet laag genoeg geworden is. Zulke kuilen hebben dan een sterke boterzuur- lucht en dan is er zeer veel eiwit verlo ren gegaan, wat jammer is, want als wij het moeten gaan kopen moeten wij er 30 a 90 cent per kg voor betalen. Als U veel eiwitrijk kuilvoer hebt, kunt U veel op Uw krachtvoer-rekening besparen. Dus besteedt de nodige zorg aan het in kuilen, het wordt U ruimschoots beloond door betere kwaliteit van kuilvoer en daardoor kunnen de koeien weer meer melk produceren. En als wij prima kuil voer hebben zullen wij ook niet zo ge makkelijk kuilsmaak aan de melk krij gen, waardoor weer een hogere prijs voor onze zuivelproducten. Ik wens allen veel succes met het in kuilen en wij zullen van de winter de kuilen wel eens komen bekijken hoe ze zijn geslaagd. Er staan veel prima stop pelknollen, laat deze niet door slecht in kuilen verloren gaan. 1 van ’t hart Overeenkomstig de bepalingen van het Statuut van het Korps d.d. 11 Maart 1954, is dit laatste, zoals reeds gezegd, ook geroepen om desgevallend in vredes tijd op te treden. Het is een feit dat er zich periodisch rampen van de een of andere aard voordoen. De eerste hulp verlening dient, gezien de ontoereikend heid van de bestaande instellingen en meer bepaald bij afwezigheid van een speciaal gemeentelijk organisme, steeds geïmproviseerd, wat versnippering van krachten, verwarring en derhalve een wanverhouding tussen doelmatigheid en aangewende middelen teweeg brengt. Het is dus om in werkelijk bestaande leemte te voorzien dat in elke gemeente een eenheid van het Korps B. B. zal op gericht worden, met een aantal man schappen in verhouding tot het bevol kingscijfer. Deze manschappen worden aangewor ven bij wijze van vrijwillige dienstneming Hier volgen de inlichtingen betreffende deze aanwerving: 1) Belg zijn. 2) Van goed gedrag en zeden zijn, en in het bezit zijn van burgerlijke en politieke rechten. 3) Geen militaire verplichtingen meer hebben, t.t.z. ofwel: a) de leeftijd van 35 jaar overschreden hebben. Nochtans zullen de militianen van de 3 laatste klassen (32 tot 35 jaar) die een dienst verbintenis ondertekend hebben bij het Korps Burgerlijke Bescherming, in oor logstijd niet meer opgeroepen worden voor het leger, b) definitief vrijgesteld zijn voor de militaire dienst. 4) Van 19 tot 60 jaar oud zijn. 5) Kunnen niet aangenomen worden: agenten van de N.M.B.S., van de regies en intercommunale verenigingen (water, gas, elëctriciteit) alsmede de leden van de vrijwillige Brandweerkorpsen en van het Rode Kruis. De vrijwiligers tekenen een dienstver bintenis van 3 jaar. Deze dienstverbin tenis moet niemand afschrikken. Door deze ondertekening verbinden de vrijwil ligers zich, gedurende drie jaar, op te treden als redders ten behoeve van de bevolking van hun gemeente ter beschik king van hun burgemeester. Trouwens kunnen de niet-voltijds tewerkgestelde vrijwillige deelnemers te allen tijde hun dienstneming opzeggen mits inachtne ming van een termijn van 2 maanden. Ze zijn gehouden tot prestaties van maximum 60 uren gedurende het eerste jaar en maximum 30 uren in de loop van elk der volgende jaren, onder vorm van practischè en theoretische lessen die plaats hebben éénmaal per week, of één maal om de 14 dagen, buiten de werk uren. (gewoonlijk van 20 tot 22 uur of volgens de wensen van de vrijwilligers), De vrijwilligers ontvangen een vergoe ding van 20 fr. per uur les. Alle bijko- Uitgave van Beste Giel, ’t Is nou al aardig wat in October, maar ’t is alle dagen zomer. We hebben reuze weer op de suikerpeeën en dat is maar goed ook, want die dingen bren gen veel werk mee. Vandaag ben ik mee het vrouwvolk heel de dag in de Koekedongen bezig geweest, om in zo’n kort mogelijke tijd die peeën n kopke kleiner te maken. Nou mee da weer motte vooruit zien te komen, zee onze Pa en gelijk heeft ie. Mar als ge zone hele dag mee da vrouwvolk op de akker staat dan bende blij da ’t avond is. D’r kwebbels staan geen moment stil. Vooral ons Stina die kan hem roeren, ’t Eerste schof van morgen heeft ze over dieën film gehad, die ze gisteren gezien heeft „Alphen op het witte doek". „Jongen, Harrie," zee ze „da hadde motte zien. Ik kende me zelf bekanst nie terug van het pastoors- feest in 1949. Wat was ik toen toch nog een kindje. En ik stond er toch zo duidelijk op." Wij motte er schijnt ook opstaan Giel, tenminste da zee ze. Ik zou ook wel gère gaan kijken zijn, maar as ge vrijt motte Zondagsavonds bij ’t meske zijn, da hoort zo. En in de film van de kerkconsecratie van de zomer had ze nog eens opnieuw gezien hoe schoon en hoe druk het ge weest was. En als ze da nou zo ne keer verteld, allee dat kan, mar daar een schof over aan de gang blijven, en meest over d’r eigen. Hoe ze ging, waar ze stond en bij wie ze was enz. enz. Ik zeg tegen d’r, het schijnt toch wel da ge de hoofdrol hebt motte spelen, want as gij er nie bij geweest was, hadden ze nie geweten wa ze op de film hadden motte zetten. Maar ja, ik heb toch wel van ander mensen gehoord, dat ’t genog ne aardige film was, zo van oe eigen dorp. En op de Goedentijd zijn ze mee de aanleg van de waterleiding begonnen. Ze kwamen op ne mergen daar bij Klaas Leenaars en begonnen ’n gat in zijne tuin te bossen, en da wou zoveel zeggen as het begin van de waterlei ding. Ik dacht eerst da ze die buizen vlak neven de weg zouden leggen, maar ze leggen ze n flink eind op d’akers en deur de tuinen. Maar ja, ik geloof dat daar de boeren niks op tegen hebben, want straks hebben ze toch maar eens lekker fijn water uit een kraantje en zonder pompen. Wij zouden tenminste ook wel waterleiding willen hebben, maar ik zie het er nog nie van komen hier op de Keutelberg. Maar, Giel, ik ga er weer ’n punt van alle keu- Voor vele Nederlanders is de ge dachte, dat woning en kunst met elkaar in nauwste verband staan, een dwaas heid geworden. Zij kunnen ’t nog aan- nemen, wanneer onder „woning en „huis” verstaan wordt: het grote huis en de voorname woning. Maar indien gedacht moet worden aan eigen huis, de woning van de een voudige burger, dan zijn het voor hen twee dingen die elkaar uitsluiten. Kunst behoort thuis in musea, maar in een ge woon huis, het andere, hetja, hoe zal je het noemen, maar in alle geval niet kunst. Treed de meeste eenvoudige woning binnen, ge vindt er allicht ’n handboek over dogmatiek, boeken over handels- rekenen, natuurlijke historie en talen, maar de omgeving zal uitsluitend zijn van kunstloosheid. De bewoners weten het zelf niet, en voelen zich rijk, terwijl ze toch arm zijn! Dat is een droef geval. Als de met wa ter volgezogen spons leven zij, volge zogen van kennis maar in ’n omgeving, dor en droog van smakeloosheid, ja in het midden der kunsteloosheid, als in een woestijn. Zo leven onze onderwij zers, leraren, dominees, professoren en ook de eenvoudige man. Vergeef het hun en beklaag hen, want ze wisten niet beter. Het is hun verkondigd, dat het zo moest, van jongsaf aan. Het zal ook daaraan te wijten zijn, dat ik nog zelden ’n borduurwerkje, dat door een meisje bij een feestelijke gele- I genheid werd aangeboden, geheel af I zag. Haar verontschuldiging is: zij had- I den geen tijd, moesten leren. Arme meisjes! Gooi er een Nederlands woord in, er komt wel een vreemd woord uit, maar hoeveel beschaving en ontwikke- I ling moest er ingegoten, om uit haar I hand de heerlijke blauwe pauw te krij- I gen, geborduurd op wit of rood fond? I Daarom mede zijn onze woningen I plaatsen, waar de kunst niet woont. Er I wonen vrouwen in, die wellicht gearti- culeerde woorden spreken, maar waar de kleden en borduurwerken, tafello- I pers en anti-makassers ons spreken van I de Franse Bazar, dat is: van een ver- storven gevoel. Dat hebben die ziels- bedervers de vrouw aangedaan. I Och! Ze hebben onze jongens ’t uit- I zicht benomen, door ze te omstapelen I met boeken en hun verstand zo bezig I gehouden dat het hart niet aan ’t woord I kon komen. Want hun gevoel hunkert naar kunst. Gekomen uit de hand van I zijn Schepper snakt ieder mens om te I scheppen en zich te verheugen in het I geschapene. Daarom, als nog geen I woord tot de ziel doordringt, wordt het I oog reeds bekoord door de schitterende I rammelaar en geboeid door het flikke- I rende lichtje. En nog steeds is de bouw- I doos het meest geliefde speeltuig, waar I het jongenshart zich mee vermaakt. I Maar gaat hij naar school, komt hij on- der de hand van zijn opvoeders, dan is I ’t uit, dan bestaat die wereld niet meer. I Niet het kunnen, maar het kennen is het I al. I Zijn hart moge hunkeren naar die I Wereld van kleur en toon van lijn en I vorm, hij zal er niets van horen, maar I heeft te berekenen, als A en B en C te- I zamen een werk kunnen doen in 10 da- gen en A het werk kan doen in 30 da- I gen en B in 45 dagen, in hoeveel dagen I C het werk zal kunnen voltooien als I eerst A 5 dagen werkt, dan B 9 dagen, I dan weer A 6 dagen en B weer 5 I dagen.... I Maar het houtsnijwerk, dat hij vader op zijn verjaardag geeft, ziet er onbe- I holpen uit. Ze hadden geen tijd, de I stakkers! Zo worden ze groot, en, is de I drang naar scheppen niet zeer sterk, I zodat ze het juk van zich werpen, dan verdort dit alles en versterft dit zo bij uitstek menselijke gevoel. En toch was het Bilderdijk die zong: Het hangt aan 't gevoel En draait om deze spil. Zo zagen wij velen van scholen en onderwijsinrichtingen verjagen, omdat voor de Landbouw De tijd dat er veel ingekuild zal wor den is weer aangebroken. Door de droge zomer die we achter de rug hebben, zal dc opbrengst van de voederbieten op verschillende bedrijven wat tegen vallen. Om toch voldoende voeder te hebben, om een goed rantsoen te kunnen voeren, zullen wij moeten trachten, zoveel mo gelijk kuilvoer te winnen van goede kwa liteit. En aan goede kwaliteit, daar man keert nogal eens wat aan. Een goed geslaagde kuil moet vol doende zuur worden, moet wat geel van kleur zijn, niet glibberig van structuur en fris zuur ruiken. Om dit te kunnen bereiken moeten wij bij eiwitrijke ge wassen wat toevoegen bij het inkuilen, o.a. bieten (goed fijn gesneden) Melasse, A.I.V.zuur, of suikerbietenkop en blad. Waarom moet men een van deze pro ducten toevoegen? De kuil moet voldoen de zuur worden om geconserveert te zijn, om goed te blijven. De Ph (zuurgraad) moet 4,2 of lager worden. Voegen wij A.I.V.zuur toe, dan maken wij de kuil direct zuur. Als wij gesneden bieten, melasse of suikerbietenkop en blad toe voegen, dan geven wij daarmede ’n goede voedingsbodem voor de melkzuurbacte riën. Deze vormen veel zuur, zodat ten slotte de kuil zo zuur wordt, dat zij, in door hen zelf gevormd züur afsterven, en dan is de kuil goed geslaagd. Voor een goede werking van de melk zuurbacteriën moeten wij ook snel wer ken, goed spreiden en goed aantrappen en direct zwaar belasten, want de lucht moet er zo snel mogelijk uit. Boterzuur en rottingsbacteriën werken het best met lucht en die moeten wij niet hebben. Als er lucht in blijft dan kunnen de melkzuurbacteriën de overhand niet krij gen, waardoor de kuil dan niet voldoende zuur wordt. Als wij nu eiwitrijke gewassen zonder toevoeging inkuilen, dan kunnen de melkzuurbacteriën zich niet vermeerde- Zondag hield de rijvereniging Nassau een onderling concours op het terrein van de heer Const. Jansen. De belang stelling was zeer goed en de talrijke paardensport-liefhebbers hebben naar hartelust kunnen genieten. Na het con cours werd in hotel Riggeling een koffie maaltijd aangeboden aan genodigden, jury, leden en bestuur. De uitslagen waren Dressuur: lAnt. Pelkmans 127 pun ten; 2 J. Jansen 124 punten; 3 Antoon Vermeulen 102,5 punt; 4 Ad. Pelkmans 100 punten. Springen: (na herkansing) 1 J. Jan sen 0 fouten 50 seconden; 2 A. v. Tilborg 4 fouten 46 seconden; 3 J. Jansen, Grens 4 fouten 53 seconden; 4 Sjef Jansen, Grens. Zaklopen: 1 J. Jansen; 2. Antoon Vermeulen; 3 P. van Raak; 4 J. Pelk mans. Taliho: 1 Fr. Verhees; 2 Jan Jansen; 3 Ant. Haagen; 4 Ant. Pelkmans. Appelhappen: 1 J. Jansen; 2 J. Jan sen, Grens; 3 J. Pelkmans. Stoelrijden: 1 Ant. van Tilborg; 2 J. Jansen; 3 Ant. Pelkmans; 4 Ant. Ver meulen. De prijsuitreiking werd verricht door voorzitter P. v. d. Veeken. Diverse prij zen werden geschonken door notabelen en zakenlieden. Uitgezonderd enkele gewassen, ais bieten, maïs e.d. die nog op het veld staan, geven de landerijen weer een kale aanblik. De drukke oogsttijd met uit zonderlijk goed weer behoort ook jaar tot het verleden. Het afgelopen seizoen was ook uiter mate geschikt voor het doen van proef veld en practijkwaarnemingen. Wie zijn ogen goed de kost heeft gegeven, kon zien dat er in verschillende gebieden nogal wat aan de bemestingstoestand van de grond haperde. Vooral op onze lichte zandgronden troffen wij nog vaak kalk- en magne- siumgebrek aan en op menig slecht gras land perceel was dikwijls fosfaat-, kall en kalkhonger te constateren. Er wordt aan een oordeelkundige besmetting nog veel te weinig aandacht besteed. Nu wij weer in het bemestingsseizoen zitten en het weer (in tegenstelling met vorig jaar) meewerkt is het in de eerste plaats Uw belang, boer en tuinder om reeds die meststoffen toe te dienen dié thans gestrooid kunnen worden, dus het Thomasmeel en de verschillende kalk- mende prestaties, bijvoorbeeld in geval meststoffen. Om een goede gelijkmatige van ramp, worden vergoed naar rato van verdeling van de meststoffen te verkrij- de uren prestaties op basis van het ge- gen. is uitstrooien met een kunstmest-middelde van de wedden bepaald bij de strooier de beste werkwijze. In het voor jaar geeft het veelal moeilijkheden om de kunstmeststrooier te gebruiken. Ook is er op bouwland thans betere gelegen heid om met eggen, cultivateren en ploe gen de meststoffen door de bouwvoor te verdelen, hetgeen de werking zeer ten goede komt. aan de van Baarle-Hertog In België werd, evenals in al de buur staten, een Korps Burgerlijke Bescher ming opgericht. Dit Korps is een orga nisme van niet militaire aard, dat tot opdracht heeft de bescherming van de bevolking en van het Nationaal Patri monium tegen de onmiddellijke gevolgen van het oorlogsgeweld of van andere rampen voor te bereiden, de redding te verzekeren en hulp te verlenen. De ervaring van de jongste wereld oorlog heeft ons geleerd, dat in de mo derne oorlogsvoering de burgerbevolking meer dan ooit direct in het militaire gebeuren wordt betrokken. Het lijdt geen twijfel, dat in geval van oorlog, de poli tie- en brandweereffectieven die traditio neel ten dienste staan van de burge meesters om hen in noodtoestanden bij stand te verlenen, verre van toereikend zullen zijn. hun ziel zich niet lenen wilde voor zulk een systeem. Doch ze werden mannen van naam en van daad. Maar groter is het aantal van hen, die nimmer onder dit juk uitkwamen en het leven in moesten, maar wier bestaan geheel automatisch geworden is Zij lopen naar hun kantoor, schrijven in dikke boeken en kunnen uitrekenen, als zij van kan toor gaan, om vijf uur en hun vrouw van huis om kwart over vijf, bij welke straat zij elkander dan ontmoeten zullen, als hij tweemaal zo hard loopt als zij. Dit hebben die zielsbedervers de man nen aangedaan. Hoe zal dan de wereld er uitzien met zulk een geslacht? Ellen dig en troosteloos, en indien wij niet een weinig schadeloos gesteld werden door de muziek, wij zouden waarlijk troosteloos zijn. En toch o, gij misvormde zielen, hoe lang zult gij nochtans beweren, dat uw zielsgesteldheid de ware en normale is? Hoe lang zult ge nog beheersen het onderwijs en de opvoeding, de school en de kerk? Hoe lang zullen in iedere stad de scholen overal gevonden worden, maar de stad zelf een toonbeeld van armzalige kunsteloosheid zijn? Hoe lang zal nog in iedere kerk en catechisatie- kamer gepraat worden over schone en verheven dingen, maar die kerk en ka mer zelf een toonbeeld zijn van zielige smakeloosheid? Hoe lang zal nog de manlijke jeugd het uitzicht benomen worden door boekenstapels, terwijl oog en hart hunkert naar een Rembrandt, een Vermeer en een Millet? Hoe lang zal nog het vrouwelijke gemoed ver strikt worden in dorre wetenschappen, maar haar onthouden worden de schone kunsten, die het behoeft? En het resultaat? Gebrek aan schoonheid, gebrek aan kunst. Dit is uw misdaad, misvormde ken niszielen, dat ge ons Nederlanders het gevoel tracht uit te doven. Het gevoel, dat naast het verstand ons edelste bezit is. Ge hebt ons de vreugde ontstolen, de vreugd, die het schone geeft. Want waarlijk, God wil ons vreugde schen ken, door de schoonheid en vrolijkheid door de kunst. ONS WEEKBLAD V. IV. Verzekering bij ongeval. V. Kledij: t ’■’■'7' I. Voorwaarden: II. Verplichtingen: III. Vergoedingen en beloningen: I En wat de man? RIJVERENIGING „NASSAU” ATTENTIE GRONDGEBRUIKERS KORPS BURGERLIJKE BESCHERMING Hoe lang nog?

Kranten Regionaal Archief Tilburg

Baarle-Nassau - Ons Weekblad | 1955 | | pagina 1