VOOR DE GEMEENTE ALPHEN EN RIEL
De oudste hoeven
van
I
Alphen
KINDEROPVOEDINGS-PROBLEMEN
INWONERS VAN
ALPHEN EN RIEL!
w. w
1
Door bliksemactie van
duizenden medewerkenden
-
a
Nummer 1 0
5 Maart 1955
Uitgave: Drukkerij de Jong, Baarle-Nassau - Tel. 231
I
werken
.P. I
daarvoor snoep te
zijn
het tot stelen komen j
Ancion.
3.
4.
percelen in de Vucht (onder
nieuwe zak, twee
Kapelaan
I
1
Alphen, 1 Maart 1955.
Het Hoofd van de plaatselijke
politie voornoemd, Ancion
1.
2.
i
uw kind,
niet wan-
kinderen te
op het vol-
In 1728 nam de abdij de uitbetaling van
de hoeve zelf ter hand. Omdat er geen be-
van Weert werd met de admini-
men de rekeningen
nagaat, blijkt dat die kapelaan een flinke
ongeremde genot-
ontspoorde verzamel-
i degelijke con-
van hun kinde-
2.
uit wraakzucht, het steelt om
hate opvoeders te kwetsen.
3. Bovendien kan
BEKENDMAKING
Het Hoofd van de plaatselijke politie te
Alphen en Riel maakt bekend, dat aanvraag
formulieren ter verkrijging van vis enlofhen-
gelhaken voor het seizoen 1 Juli 1955-1956
kosteloos ter gemeente-secretarie verkiijg-
baar zijn.
van Tongerloo;
er nieuwe huisgenoten zijn die lid willen
worden.
Lid van de K V. P kan iedere Neder
lander zijn boven 18 jaar.
WORD LID VAN DE KATHOLIEKE
VOLKSPARTIJ.
kocht. En na aftrek van alles bleef er nog
een schuld over van 328 gld. Toen hij daar
voor 94 gld. betaalde, was alles uit conside-
In de bezettingstijd ben ik erg
trots op U geweest, omdat geen
enkele inwoner van Alphen en
Riel lid is geweest van de NSB
en niemand in ons midden een
on-nederlandse houding heeft aan
genomen, zodat wij o. a. rustig
naar de Engelse zender konden
luisteren.
Nu zie ik weer een kans
trots op U te kunnen zijr
10 Maart a.s. zal door de K
in Brabant’n bliksem actie worden
ingezet voor het werven van
nieuwe leden. Aan LI de taak om
te zorgen dat Alphen en Riel
wederom een goed figuur slaat.
Aan het succes van deze actie
twijfel ik niet! Want gij zult als.
Brabantse Katholieken tonen dat
gij de herderlijke raad van onze
Bisschoppen weet op te volgen.
En niet alleen enkelen onder U,
maar GIJ ALLEN! In het aantal
ligt onze macht! Iedereen die zich
katholiek noemt en in aanmerking
komt (Nederlandse nationaliteit en
21-jarige leeftijd), geve zich op!
Zó zij het!
boer was. Niet alleen hield hij het bedrijf
gaande, maar hij bracht er verschillende ver
beteringen in aan. Timmerlui werkten aan de
schuur en aan de schaapskooi; het zaaltje
werd opgeknapt; steen werd aangevoerd;
hout werd gekocht; nieuwe plantages werden
aangelegd. Voor het weiden van ossen pacht
hij in Baarle een weiland. Er is een post voor
geleverde rode wijn. Hij koopt verschillende
ingrediënten voor bestrijding van vee-ziektes
o.a. voor het genezen van een kwade paar
denvoet. Hij heeft op zijn bedrijf 4 knechten,
een schaapherder en een dienstbode.
De proef gelukte. Hij bewees, dat bij een
redelijke verzorging de mogelijkheid bestond
om met ruim verdienste het bedrijf gaande
te houden.
Toen kon weer overgegaan worden tot het
verpachten der hoeve. De functie van paro-
chie-kapelaan en bedrijvende boer zijn eige
lijk toch niet te combineren.
In 1732 werd daarom de hoeve verpacht
aan Laureys Vaerten, gehuwd met Cornelia
Ruelens. De pachttermijn was 12 jaar en de
huursom 100 gld. Ook deze pachter gelukte
maar half. In 1740 had hij een achterstand
van 193 gld. In 1745 huurt hij de hoeve weer
in. Tot in 1762 voor hem ook het einde van
de aardse beslommeringen kwam. Vanaf 13
Juli 1762 betaalt zijn weduwe. Zij stond, na
geleidelijke aflossingen, toen reeds vóór met
een boni van 58 gulden. In Maart 1763 is
het Peeter Vaerten die betaalt voor zijn moe
der. Alles werd trouwelijk voldaan tot half
Maart, wanneer de pacht vervalt.
11 November 1764 was de boerderij inge
pacht door Jan Wouter de Jongh, gehuwd
met Jenneke van Axel. Alles wordt in de
volgende jaren geregeld betaald. In 1782
betaalt Geert de Jongh voor zijn vader het
laatste van de huur 150 gld.
In 1782 wordt de hoeve gepacht door Hen-
Na de interessante geschiedenis van ons
dorp tijdens de 80-jarige oorlog, keren wij
thans terug naar de oudste hoeven. Dus
achtereen zullen we nu gaan behandelen:
De Middel-hoeve.
De Koeckedonkse hoeve of de
pastorie-hoeve.
Het Hof ter Zande, gelegen op de
Quaalburg.
Het Hof ter Brake of de princen-
hoeve.
jaarlijks moet hij onderhouden 100 eiken
heesters of 200 ander pootsel. Ook zal hij
de prelaat moeten vereren met een paard van
125 gulden.
Door allerlei omstandigheden, vooral aan
de beroerde tijd gelegen, heeft hij reeds in
1630 een achterstand van 416 gulden. In 1637
wordt hem een korting toegestaan vanwege
de droogte. Hij begint daarna te bekomen.
In 1638 heeft hij nog maar te betalen 95
gulden. Maar hij juichte te vroeg: in 1639
was de schuld weer gestegen tot 777 gld.
Doch zijn bazen laten, als naar gewoonte
weer barmhartigheid gelden boven recht. 5
Juli 1640 mag hij desalniettemin de hoeve
weer inpachten. In 1643 bedraagt zijn schuld
nog maar 555 gulden.
1677: de hoeve wordt gepacht door Cor
nells Goris Cornelissen. Alras zat deze baas
eveneens in de schuld: 479 gld. Deze liep
alras op tot 631 gld. Telkens betaalde hij
af. In 1678 was het nog maar 252 gld.,
waartegen hij leverde 2 vette ossen. De abdij
leefde mee met haar goedwillende pachter
j en *n 1680 betaalt zij hem terug 232 gul-
Deze^pTchter maakt het niet lang. Want den- door hem betaalt voor de Franse con-
in 1616 werd de hoeve verpacht aan zijn ^jbutie en 73 gulden door hem betaalt aan
weduwe. Zij heeft in gebruik de helft van
het weiland ,,het Wouwerken”.
Vanaf 1621 heeft haar zoon Gerardus
Geradi Broeken de pacht. Let eens op hoe
die naam langzamerhand uit zal komen op
de tegenwoordige naam van Broek! De arme
kerel heeft een schuld van 328 gulden. In
1621 wordt hem een verlichting in de pacht
toegekend omreden van het slechte weer.
Maar zijn schuld blijft stijgen. In 1624
1625 wordt hem pacht en voorlyf kwijt ge
scholden om de last, die hij ondervonden
heeft van plunderend soldatenvolk.
Hij kon het uiteindelijk niet bolwerken.
Hij scheidt van de hoeve met een schuld
van 1234 gulden, die uit barmhartigheid in
1630 werd gereduceerd tot 345 gulden. In
Donderdag a.s.
geheel Noord-Brabani lid van de K. V. P.
Gij twijfelt niet aan de grote waarde
van een eigen katholieke politieke orga
nisatie. Doe dan iets om deze sterk te
maken. Word lid van de K. V. P. De
contributie is nog geen 5 cent per week
en ligt binnen ieders draagkracht Gij
kunt als gij wilt in vier termijnen betalen.
Vul de strookjes in van de circulaire,
die ge vandaag of morgen in Uw bus
vindt. Deze worden Donderdag a.s. bij
U opgehaald. Zij die reeds lid zijn hoe
ven zich niet opnieuw te melden, maar
wel zal men daar even komen vragen of
nieuwe huisgenoten zijn die lid willen
neer men sportief het risico van eventuele
straf wil dragen. Zeer concrete motieven
zullen de opvoeding tot rechtvaardigheid
in deze jaren moeten schragen. Niet zelden
echter treft men bij het gelegenheids-diefje
zulke spontane gevoelens van wroeging aan,
dat alleen het herstel van het onrecht als
voldoende correctie kan gelden.
Aan het einde der lagere schooljaren
komt het kind in een periode van innerlijke
onzekerheid en weerloosheid, gepaard aan
een verzet tegen inmenging van buiten.
Vaak treedt een tijdelijke verzwakking van
het normbesef op, waarop de opvoeder voor
zichtig dient te reageren. Vanwege de ver-
zethouding namelijk kan demonstratieve
correctie in deze periode wel ’ns averechtse
uitwerking hebben. Een min of meer kritieke
phase voor het optreden van kinderdiefstal
maken de 11- tot 14-jarigen door. Behalve
gebrekkig inzicht of tekort aan zelfbeheer
sing, kunnen ook andere tendenzen het kind
tot stelen voeren. De diefstallen staan dan
niet los van elkaar, maar vormen tesamen
een vorm van gedrag, een levenshouding.
Verschillende factoren kunnen bij dief
stal een rol spelen.
1. De behoefte om een rol te spelen, om
mee te tellen.
Te weinig liefde of huiselijkheid voor het
kind.
Geschonden gezinsleven door echtschei
ding.
Miskenning door kameraden.
Een kind kan ook tot stelen komen
daardoor ge-
dijkschot van
Teteringen).
In 1648 heeft hij het tijdelijke met het
eeuwige verwisseld. Dan wordt afgerekend
met de weduwe. En zij mag het bedrijf
doorzetten. Zij betaalt getrouw alles.
In 1699 is alles in het reine. Bravo
I voor die dappere vrouw! Zij sterft in 1712.
Met haar erfgenaam wordt alles vereffend.
I In 1712 is de hoeve verpacht aan Cor
nells Cornelisz. Vaerten, gehuwd met An
neke den Haen. In 1719 heeft hij bij het
verlaten van de stee een tekort van 182 gld.
Norbert Dens is zijn opvolger. Ook hij
was onfortuinlijk in het bedrijf. De grootte
van de schuld was alras 1161 gld. In 1726
werd door de stokhouder de zaak uitver-
October 1627 werd de hoeve ingepacht door
Stelen.
Stelen heeft niet dezelfde betekenis bij de
kleuter, het lagere schoolkind, de puber en de
volwassene. Voorzichtigheid met de woorden
stelen” en „dief” is dus allereerst geboden.
Het kind heeft spoedig besef voor het feit,
dat sommige dingen van hem zijn. Het be
grip voor andermans eigendom groeit echter
veel langzamer. Aanvankelijk kent de
kleine binnen de gezinskring niet anders
dan het gemeenschappelijk bezit, waarin
geleidelijke persoonlijke bezittingen van in
dividuele gezinsleden onderscheiden wor
den. Contact met kinderen buiten de ge
zinskring is daarna een krachtige stimulans
voor de groei van het onderscheid tussen
mijn en dijn.
Wanneer het kind echter reeds tot enig
inzicht gekomen is tussen mijn en dijn, dan
heeft de ongeoefende wil nog niet altijd
de kracht om weerstand te bieden. De
egocentrische levens-instelling en de ten-
denz om alles beet te pakken maken de
verleiding vele malen te groot. Van stelen
in eigenlijke zin kan dus in dit stadium
zeker nog niet gesproken worden. Het da
gelijkse voorbeeld van de ouders en de
uiterlijke dressuur moeten hier het kind de
weg wijzen. Voor het aanleren van de
nodige zelfbeheersing is het beurtelings ge
bruiken van stukken speelgoed n vrucht
bare methode. Bovendien lere het kind
vroegtijdig iets af te staan uit eigen be
zit. Voor het liefde-motief en de regel:
Wat gij niet wilt dat u geschiedt
kleuters zeker zeer gevoelig.
Het kind van 7 a 8 jaar heeft door
gaans voldoende begrip voor mijn en dijn,
om in gematigde vorm van stelen te kun
nen spreken. Nochtans moet men er reke
ning mee houden, dat bijzondere omstan
digheden oorzaak kunnen zijn, dat het ge
weten van deze kinderen niet tot een dui
delijke uitspraak komt. Goederen bijv., in
grote hoeveelheid aanwezig, vervagen t
rechtsbesef. Zelfs volwassenen voelen zich
minder schuldig, wanneer geen zichtbare
eigenaar van het gestolen goed te bespeu
ren valt. Voor het eerste geval zijn met
name de warenhuizen, waar alles in massa
aanwezig is, een naaste gelegenheid tot ste
len, tot zonde.
Voor het tweede geval vormen speciaal
staats- en gemeentelijke bezittingen, alsook
kerkelijke bezittingen een verleiding. Deze
beide voorbeelden wijzen er reeds op, dat het
schoolkind de ernst van het vergrijp gaarne
afmeet naar de gevolgen. De gedachte dat
op zo talrijke goederen enkele stuks niet of
nauwelijks zullen worden gemist of de afwe
zigheid van een persoon, die men zich als
smartelijk-gedupeerde zou kunnen voorstel
len, verminderen in hoge mate het schuld
besef. Daarnaast acht de lagere schooljeugd
de schuldvraag zeer vereenvoudigd, wan-
Jan Aerdt Petersz. Deze kwam uit Berkel.
Hij betaalt als voorlyf: de helft van de lam-
mertiend en voor de patrijzen betaalt hij ratie in orde!
50 gulden. Daarenboven 2 vette hameien of
10 gulden; dan nog een nieuwe zak, twee
loop ramp of koolzaad, 22 loop spurriezaad; kwame pachter gevonden kon worden.
12 el vlaslinnen van zeven vierendeel
i breedte. Hij moet de gewone diensten doen stratie belast. Wanneer
tegenover de rentmeester
Dus nu eerst over de Middelste hoeve.
Deze hoeve verschijnt in de Tongerlose
rekeningen in 1603. Zij werd in dat jaar
verpacht aan Antheunis Peter Wynants. In
datzelfde jaar werd op aanvraag van de
schepenen van het dorp de pacht vermin
derd vanwege een destrueuze hagelslag.
In 1610 werd de hoeve verpacht aan
Gherrit Brokken. Naast de te betalen pacht
wordt in het contract vastgelegd, dat hij,
tegen vergoeding, een nieuwe schuur moest
bouwen en de wanden van de schaapskooi
moet opmaken.
door een soort lustgevoel. Diefstal dus als
sport, lust in avontuur, imitatie van films,
jongensbenden.
4. Ook hebzucht,
zucht, snoeplust en
woede.
Om het stelen van onze
voorkomen moeten de ouders
gende letten:
Zij moeten bijzondere zorg laten dragen
voor geleend goed.
Aangerichte schade moeten zij onmiddel
lijk laten herstellen.
Zij moeten hun kinderen zin voor
en sparen bijbrengen.
Zij moeten openlijke en
trole houden op het geld
ren.
Zij moeten het wisselgeld natellen na het
boodschappen-doen.
Geen geld geven om
kopen. Geef dan snoep!
Geen geld uitloven ter beloning tenzij het
rechtstreeks in de spaarpot gaat.
Op rijpere leeftijd verdient het aanbeve
ling beperkt zakgeld te geven.
Geef hun dan ook een eigen kast of 'n
lade, waarvan de volwassene de intimiteit
eerbiedigt.
Bijzondere zorg moet ook uitgaan naar de
vrije tijd besteding (Jeugdbeweging).
Komt ons kind toch tot diefstal, dan:
Moet men de deliquent niet openlijk als
„dief” brandmerken.
Schenk opnieuw vertrouwen in
Wees wel waakzaam doch
trouwig.
Geef uw kind vooral liefde en hartelijk
heid. want dat is het juist wat stelende
kinderen het meest missen.
a
r
«-«MW
ONSWEEKBLA
i
I
I