ZJfi KONING
V^Gé
I
BROMFIETS
1
De vrienden van Lourdes
v°°r f j J
MANNEN EN JONGENS
HAAR HART
„BLEI KRISTALLEN”
SCHAAL
SMOLDERS KOEKFABRIEK GILZE
SNEL
STERK
4
4
4
en
C. A. VERHEIJEN, Ulicoten, Tel. 252
WAFELTJES
KERMIS ULICOTEN
22, 23 en 24 AUGUSTUS
Bezoekt Café „DE VEEHANDEL"
1 PAK Ie KLAS
ZELFWERKEND WASMIDDEL
de fabriek.
ill
VOOR EEN
B
jammer het is, i-
streng luidt, dat alle
MAAK NU
UW COMPOTE-STEL
COMPLEET
met 8 geldzegels
10 pCt. korting.
a
I
Het aangewezen adres
VOOR DIRECT KUNNEN ENIGE
IN ONZE FABRIEK GEPLAATST WORDEN
van
Een grote
Daar zit prima muziek er is vlugge bediening en
DANSEN
Zondag 29 Augustus Ronde van Ulicoten
na afloop DANSEN
Beleefd aanbevelend, JL Leijten-Geerts
me mee ging
_l uw
zonne-
op de
Aantnelden dagelijks aan
Nóg zo n echte
Végé-aanbieding
voor cent
niet even waardig zijn!"
„Kom, kom kind, zo mag je niet den
ken: dat is onnatuurlijk. De jeugd is een
tijd van hoop, vertrouwen en liefde. Ver
tel me eens, heb je dan geen enkele held
ontmoet in de geschiedboeken?"
ja,hernam het meisje, ,,ik houd van
de figuur van een Richard Leeuwenhart,
van ridder Bayard en de Kruisridders; ik
houd van Savonarola, die het schone
Florence redde, van Robert Bruce en nog
anderen. Het meest houd ik van koning
Arthur, de koning van de Ronde Tafel."
,,Dat is maar een koning uit de legen
de," zei lady Lennox.
„Ik was er wel bang voor," glimlachte
Beatrix, „hij was te goed om werkelijk
geleefd te hebben. Maar in ernst, ik weet
wel, dat er goede, edele mensen zijn en
helden. Wanneer ik zulks mannen tegen
kom in ‘t leven, zal ik van hen houden."
V
„Beatrix," zei lady Lennox enkele
dagen later, „je kleed is erg versleten je
moet een ander hebben."
„Waarom is dat nodig, moeder?"
„Lieve kind, ik zie je niet graag zo
slecht gekleed. Je moet ‘n ander costuum
hebben, maar ik weet niet, hoe we het
geld bij elkaar moeten krijgen om het te
kopen."
„U hebt geen geld, is het niet zo moe
der?" zei Beatrix werktuiglijk, als ware
ge
Neemt deel aan de grote kaarskensprocessie
op Zondag 22 Augustus te Baarle
georganiseerd door
Te 19.45 uur rozenhoedje Te 20 uur lof en predikatie
Om half 9 volgt dan de kaarskensprocessie.
Neemt in grote getale deel aan deze processie.
5)
Is het werkelijk een bewijs van onaf
hankelijkheid de wereld te haten en alle
valsheid, alle laagheid, alle leugen, alle
kruiperij en alle bedriegerij te verachten?
Ik zou nooit een lage daad willen bedrij
ven om mezelf van de dood te redden.
Is dat onafhankelijkheid? Of zou Marga
ret denken, dat ik niet goed ben, omdat
ik altijd de eenzaamheid opzoek? Mijn
moeder zegt altijd, dat de lieden, die mijn
vader geruïneerd hebben, hem in zijn
ongeluk in de steek lieten Ik heb liever
andere vrienden. Ik houd van bloemen:
ze geven mij haar schoonheid en haar
geur zonder er iets voor terug te vragen
ze vergiftigen mij niet, wanneer ik
heur zachte blaadjes aan de lippen druk.
De vogels zijn m‘n vrienden, in hun ge
zang klinktgeen enkele valse noot. Toch
zegt Margaret, dat ik van alle mensen
houden moet. Maar dat zou Ik toch niet
graag doen. Het waren immers mensen,
die koning Charles ter dood brachten;
mensen, die de schoonste koningin van
Schotland vermoorden; mensen, die de
dood veroorzaakten van koningin Marie
Antoinette; mensen, die lachten en grin
nikten, wonneer de mooiste en edelste
mensen, mannen en vrouwen, van
Frankrijk hun hoofden op hét schavot
legden, Neen, geen-enkel vogeltje zingt
van plezier, wanneer een ander sterft
o, nee! Ik kan er niets aan doen, maar ik
heb ‘n hekel aan de mensen, en ik haat
de wereld, die zij gemaakt hebben!’’
Weer lachte ze, een open, vrijmoedige
lach.
„Ten slotte is mijn lijst van kennissen
niet eens zo heel groot!" zei ze. „Ik ken
eigenlijk mezelf niet eens goed. Ik heb
zo het idee, dat ik of heel goed, of heel
slekht ben hoe het er precies mee is
weet ik zelf niet.
Opnieuw luidde de bel. Met foise sla
gen duwde Beatrix haar boot nu dwars
over het meer; ze maakte de roestige ket
ting vast en haastte zich door de vrij
donkere kloof naar huis. Daar lag de
Grange voor haar. Haar donkere ogen
glinsterden, toen zij het schilderachtig
gelegen gebouw zag. Een gedeelte ervan
lag bijna in puin, een bouwvallige steen
massa met klimop bedekt. Uit de spleten
van de muur groeiden anjelieren, en alle
stenen waren met donker mos bedekt.
Desondanks hing er om ‘t oude gebouw
een sfeer van grootheid, zoals om het
huis van een oud, adellijk geslacht. De
pilaren der inrijpoorl gingen schuil onder
het dichte bladerdek van een rode hees-
tersoort. Het was, of alleen reeds het
gezicht van het oude huls Beatrix het
hart verwarmde. Op het voorplein lag
een gebroken zonnewijzer voor ‘n sinds
lang uitgedroogde waterput in het midden
Het troosteloze dezer ruine had geen
effect op Beatrix. Ze mompelde enkele
woorden, terwijl ze langs de gebroken
zonnewijzer liep en wendde nog eens
even h t hoofd, toen een zachte stem
haar riep: „Beatrix."
Een prettige, vriendelijke blos van
genoegen natuurlijk steeg haar als
bij toverslag naar de wangen.
„ja mama," antwoorde ze en in haar
stem vielen zowelliefde als diepe eerbied
gehoorzaamheid en sympathie te belui
steren. Ze begaf zich snel naar binnen
door de donkere hall en betrad de enige
bewoonbare kamer van die vleugel.
Daar zat lady Lennox, die opkeek, toen
haar dochter binnentrad.
„Het werd me eenzaam zonder jou,
Beatrix, sprak ze. „Het is nog wel geen
tijd voor ‘t middageten, doch ik heb toch
maar gebeld. Het hele huls lijkt zo som-
ber, als jij er niet bent!"
Ik wilde maar, dat u met r
mama, dan zou u binnen het uur al
verdrietigheid vergeten zijn. De
schijn jaagt donkere wolken
vlucht."
„De zonneschijn heeft geen invloed
op graniet, m'n kind,’’ zuchtte lady Len
nox, „en mijn smart is zo onuitwisbaar,
als stond ze in graniet gehouwen. Ik wilde
Beatrix, dat ik een vrolijker gezelschap
voor je was!"
Het meisje keek met glinsterende ogen
op.
„Ik heb me toch nooit beklaagd, moe
der?" vroeg ze. Ik ben heel gelukkig!’’
„Ach! Het is zo'n saai leven voor je,"
ging de moeder voort, terwijl ze bewon
derend keek naar de bevallige gestalte en
het knappe gelaat van haar dochter.
,,’t Is een heerlijkheid!” verklaarde
Beatrix Lennox. „Ik wenste, moeder, dat
u half zo gelukkig was alsik. Ik houd van
dit leven, van die vrijheid, van die onaf
hankelijkheid, van alles, wat menselijk
is. Hier is geen geklets, geen ijdele praat
waar, zoals u zegt de wereld vol van is.
Ditnoem ik pas leven, moeder; het leven
in een stad, volgepropt met mensen is de
dood!”
Lady Lennox keek haar dochter bijna
angstig aan.
Ze streek haar over het glanzend
hoofdhaar en drukte haar een kus op het
voorhoofd.
„Beatrix" vervolgde ze, „weet je wel,
dat ik soms bang ben dat ik verkeerd heb
gehandeld ten opzichte van jou?"
„Hoe dat moeder?" was de verbaasde
vraag.
„Lieveling, toen ik ErceJdean verliet,
was mijn hart gebroken. Ik verachtte de
wereld en alles, wat er op leefde. Ik was
verbitterd en heb lelijke dingen van de
mensen gezegd. Ik koesterde wrede ge
dachten ten opzichte van iedere man en
iedere vrouw."
,,Ze verdienen het," zei Beatrix.
Want ze hebben nooit getracht u te
troosten of bij te staan in uw smart."
„Neen, maar ik was te haastig. Het is
immers niet meer dan natuurlijk dat de
mensen kijken naar hen, die in de zon
staan en niet naar degenen, die in de
schaduw verblijven."
..Natuurlijk?" riep Beatrix veront
waardlgd uit. „Vergeef me dan moeder,
als ik zulke naturen veracht!"
„Ik heb geleerd concessies te doen
verdraagzamer te zijn sindsdien," sprak
stilte van Loch Nam i-
nadat ik weer eens in de
boeken gebladerd heb!"
„Maai Beatrix," zei lady Lennox nu
werkelijk ongerust, „als je zo doorgaat
zal je nog een mensenhaatster worden."
Beatrix liet haar zonnigzilveren lach
horen, welke klonk als muziek.
„Zou dat zo vreselijk zijn?” vroeg ze
„Ja dat is vei schrikkelijk. Alle mensen
moet elkaar liefhebben, dat is toch het
grote gebod. Kom, Beatrix, wat kijk je me
vreemd aan?"
„Ik dacht alleen maar moeder, hoe
wanneer dat gebod zo
mensen onze liefde
de lieve vrouwe; en zo ben ik bang
Beatrix, vreselijk bang, dat ik je geleerd
heb je medemensen te haten in plaats
van te beminnen."
Ze keek op met haar open glimlach,
welke haar zo onweerstaanbaar maakte.
„Wat ik van mijn medeschepselen ge
hoord heb, moeder, heeft me niet erg
gunstig jegens hen gestemd. Ik heb meer
van wreedheid gelezen dan van barm
hartigheid, meer van oneer dan van eer,
meer van valsheid dan rechtschapenheid
U hebt me gezegd in de geschiedenis te
zoeken naar helden. Welnu, dat heb ik
gedaan."
„En het resultaat?" vroeg lady Lennox
aarzelend.
Dat is niet erg gunstig geweest moe
der. De geschiedenis leerde me aitijd
hetzelfde, de sterke triomferend over de
zwakke, de macht over het recht. Ze
toonde mij mensen belust op roem, eer
en goud, mensen met scherpe zwaarden
en met zo mogelijk nog scherper tongen,
mensen krankzinnig van bloeddorst en
piunderlust, wierhanden roodwaren van
onschuldig bloed. Ach moeder, als u wilt
dat men de mensen lief krijgt, is ‘t beter
de geschiedenisboeken maar dicht te
slaan.”
„Maar Beatrix, er staan in de geschie
denisboeken toch ook veel nobele daden
opgetekend."
„Zeldzaam verspreid als sterren in ‘n
donkere nacht! Moeder wilt u wel
loven, dat ik nooit de schoonheid en de
meer waardeer dan
geschiedenis-
dit de onbelangrijkste zaak ter wereld.
„Neen dat wil zeggen, juist genoeg
om toe te komen tot de rentedag. Ik weet
niet, hoe ik aan geld moet komen, maar
die Schotse ruit kun je niet langer
dragen!
„Ik weet, waT nog verschillende ja
ponnen te vind n zijn," antwoordde Bea
trix. „Margaret en ik hebben ze vorige
week gevonden, maar ze heeft me ge'
vraagd het u niet te vertellen, omdat ze
bang was dat het gezicht ervan oud her
inneringen zou wakker roepen. Weet u
de ronden toren? Vroeger moet daar een
grote slaapkamer zijn geweest. In die
slaapkamer stond een oude kleerkast die
voorover was gevallen.
(Wordt vervolgd)
J
(passend bij de kleine schaaltjes)
samen met 250 gram
OUD HOLLANDSE