Baarles
Nieuws
Advertentiebl
en
I
1
I
I
J
UnmEA
Land-
en
'54
Het feest
de
van
I
A1
Koning der koningen
1 uinbouw
Machtig front tegen
een vernietigende kracht
a
I
P
I
V
i
I
X
Emigratie naar Canada in
Drukkerij de Jong, Baarle-Nassau - Tel. 231
■hmmmm
I
Uitgave
<5
L
C
1
DE STALTIJD VOOR HET VEE
VOOR LEVENSGELUK en
LEVENSKRACHT VAN ZEER VELEN
F
48e Jaargang
Zaterdag 24 Oct. 1953 No. 43
rubber geeft al di-
MmMMM
,v
Het is «ie Hamamelis die het 'm doet
ffi
Het is opmerkelijk, dat in onze tijd, waarin
vele koningen uit hun land worden gejaagd,
de ene wegens corruptie en persoonlijk wan
gedrag, de andere wegens totale ongeschikt
heid als souvereih aan het hoofd te staan, een
derdewegens overcompleet" volgens mar
xistische en materialistische ideeën, één echter allesbehalve populair-
onveranderlijk het sublieme voorbeeld blijft
datgene, wat eenvoudigen van harte in vroe
ger eeuwen en ook nu nog in ’tintellectuele"
Europa zich als de ideale koning hebben ge
dacht: Christus. Terwijl Hij van ean kant dus
als het boven de massa verheven idaaal van
noblesse voornaamheid, rechtvaardigheid en
mildheid wordt aangezien, vervult van zorg
om zijn onderdanen, heeft zijn Koningschap
weer een zo eigen en aan de wereld vreemd
karakter, dat Christus Koning voor ons en
voor de nageslachten de grote uitzondering
zal blijven, met wie een partij van het mens
dom het hartstochtelijk eens is en tegen wie
een andere groep zich in felle haat of woede
zal blijven keren,
In het uur van Zijn diepste vernedering,
overgeleverd door Zijn volk, verraden door
1
I
1
Verhoogt het aanzien van Uw
handen. Altijd gaaf, zacht en, welverzorgd
zenden t.b c. patiënten was geld, heel veel
geld nodig. In een van de eerste jaarboeken
van
denkbeeld geopperd Herwonnen Levens
kracht een financiële basis te geven door ieder
lid van de Katholieke vakbeweging 1 cent
contributie per week te laten betalen. Het was
een bescheiden wens, maar toch duurde het
nog vier jaar aleer Herwonnen Levenskracht
het centje in de week van de arbeiders kreeg
patiënten door toedoen van Herwonnen Le
venskracht verpleegd, hetgeen een som vor
derde van meer dan 640.000 gulden Van 1926
tot 1937 steeg het aantal patiënten tot 4728
en liepen de kosten op tot 1,5 miilioen gulden,
rhans zijn doorlopend meer dan 1000 pa
tiënten in behandeling, waarvoor Herwonnen
Levenskracht, al naar gelang de bijdragen be
taalt, variërend van enkele dubbeltjes tot
f2,50 per dag persoon. Daarnaast ontvangen
rustiger da*,- meer dan 2.000 thuiskurende t. b. c. patiënten
een vergoeding voor extra voeding. Door
toedoen van Herwonnen Levenskracht ge
luste het zo de „witte pest" in ons land in haar
aanvalskracht belangrijk te reduceren.
Aanmelding NU al noodzakelijk
Wie in 1954 in Canada aan het werk wil,
moet zich zeker nu al melden bij een plaatse-
ijjk emigratie-aanmeldingskantoor. Dit geldt
wel allereerst voor boeren en landarbeiders.
Ook het volgende jaar wacht in Canada weer
voor vele handen werk, maar de Canadese
farmer neemt geen arbeidskrachten in zijn
Nu het tijdstip is aangebroken waarop het
vee in de stal wordt geplaatst, willen wij op
‘n mogelijkheid wijzen om onze dieren en de
stal zindelijker te houden.
Verschillende veehouders maken reeds ge
bruik van de zogenaamde staartbinder in de
vorm van een touw, dat aan een looplijn is
bevestigd, dit lijkt een goede manier, maar er
zijn enkele opvallende nadelen aan te wijzen.
Een touw, op zichzelf al moeilijk te beves
tigen, knelt spoedig en door het schuren en
trekken van de dieren is het zeer wel mogelijk
dat wondjes ontstaan. Ook een combinatie
van touw en leer is niet ideaal.
Toch wil men in ieder geval voorkomen,
dat het vuil door de zwiepende staart overal
heen wordt geslagen, tot op de uiers toe
Het is ons verschillende malen gebleken,
dat de rubber staartbinder in dit geval een een
voudige oplossing is.
De grote elasticiteit van
reet een voorsprong op touw, dat rekbaarheid
volkomen mist. Deze staartbinder heeft een
speciaal geconstrueerde lus, die - wanneer op
de juiste wijze bevestigd-, afknellen van de
staart zal voorkomen.
Bij het liggen zal de koe geen last hebben
van de staartbinder, omdat deze steeds vol
doende meegeeft.
Er zijn altijd nog veehouders, die het op
binden van de staart overbodig vinden. Maar
laat men zich de moeite eens getroosten tege
lijk met het opstallen de staarten op te binden;
men zal dan zien dat men daar veel profijt van
heeft.
eigen handen worden genomen. Wat wilde
men immers uitrichten met de subsidie van
f 135.000,welke van overheidswege werd
uitgetrokken in 1913 voor bestrijding van de
t. b. c. Deze omstandigheid leidde er toe, dat
in de kringen van de katholieke vakbeweging
het initiatief genomen werd voor een tubercu-
losefonds. Dat was dus in de jaren, dat het
Katholiek Werkliedenverbond nog niet be
stond. Nauwelijks drie jaren na de oprich
ting van het vakbureau werd in 1912 door
de Nederlandse R. K. Typografenbond het
voorstel tot vorming van dit fonds naar
voren gebracht. Het werd ingetrokken, maar
een jaar later opnieuw ter sprake gebracht,
nu door de R. K. Diamantbewerkersbond.
Het werd in beginsel aanvaard en een com
missie voor oprichting en beheer werd be
noemd. Deze bestond uit de heren C. Roes-
tenberg, voorzitter, W. H. D, Frie, secretaris
H, A. Bekker, penningmeester, N. Palmboom
2e secretaris en J. van den Nieuwenhuizen, 2e
penningmeester. De eerste vergadering van
de commissie vond plaats op 15 Juni 1913,
welke datum thans beschouwd wordt als de
geboortedag van Herwonnen Levenskracht.
Groei tegen weerstand in.
Hoe onwaarschijnlijk dit in onze dagen ook
moge klinken, de oprichting van Herwonnen
Levenskracht werd allerminst van alle zijden
met vreugde begroet. De sterkste tegen
kanting werd wel ondervonden van de Neder
landse Centrale Vereniging tot bestrijding
van Tuberculose, welke in de nieuwe orga
nisatie een ongewenste „concurrentie" zag.
Maar deze weerstand bracht de Katholieke
arbeiders niet van hun stuk. De ernstige op
vatting van hun taak leidde zelfs tot navolging
van het initiatief in de kringen van de Protes-
Katholieke Centrale Emigratiestichting, Bad-
huisweg 91‘s-Gravenhage.
Wilde Herwonnen Levenskracht haar werk preekt ook op de Canadese fa
van naastenliefde metterdaad kunnen beoefe- !.voor,aar 1
nen, dan was het niet alleen voldoende, dat -
haar medewerkers beschikten over een grote
dosis goede wil. Voor het herstel van de dui-
»en 1
j zich NU al aanmeiden kunnen er zeker
het Vakbureau, dat van 1916, werd het
Zijn apostel, verlaten door Zijn vrienden,
heeft Christus, staande voor de vertegen
woordiger van de hoogste wereldlijke macht,
getuigenis afgelegd van Zijn Koningschap.
In dat uur, waarop beslist wordt over leven
en dood en waarin de mens zich niet langer uit
ongemotiveerde heerszucht onrechtmatige
titels pleegt toe te eigenen, sprak Christus het
verheven woord: „Gij zegt het, Ik ben ko
ning." Om echter alle misverstand aangaande
het karakter van Zijn Koningschap te voor
komen, verklaarde Hij aan de vertegenwoor
diger van het wereldlijk gezag: „Mijn Rijk is
niet van deze wereld."
Ik moet nog altijd mijn bewondering blijven
uitdrukken voor St. Ignatius, die op de ge
dachte kwam om zijn volgelingen en duizen
den en duizenden andere trouwe dienaren van
deze Christus' Koning in vuur te zetten door
hen simpel uit te dagen een duidelijk en beslist
antwoord te geven op deze vraag: „Wilt gij
de standaard van de Koning volgen, ja dan
neen". Hiermede is deze uitzonderlijke en
e heilige vier eeuwen
lang erin geslaagd een leger te kweken van
soldaten, in dienst van deze Koning. Al dege
nen, die zijn beslissende vraag met ja hebben
beantwoord zijn op hun beurt weer de leiders
geworden van de christenen, die het Rijk van
Koning Christus in de wereld trachten te
vestigen. Dit leger, het militante christenleger
op deze aarde, zien wij op dit ogenblik alles
op alles zetten om het woord in vervulling
te doen gaan: „Uw Rijk kome".
Grote groepen zijn krijgsgevangenen ge
worden van de met haat vervulde tegen
standers: „Zij zijn de duizenden katholieke,
protestantse en orthodoxe leken, priesters en
bisschoppen of predikanten, zuchtend in de
gevangenissen en concentratiekampen achter
het Ijzeren Gordijn. Andere groepen vechten
in eenzaamheid op vooruitgeschoven posten,
butie, 1920, werd met deze cent per week een
staat in gebreke bleef, moest het initiatief in bedrag bij elkaar gebracht van 1
die centen bij elkaar geteld leverden in 1937
een totaal van f 1.245.261,— op. Al beschikte
Herwonnen Levenskracht nu over een finan-
ciëel uitgangspunt voor haar werk, toch wa
ren de middelen nog niet groot genoeg om met
de juiste gestrengheid tegen de t. b. c. te kun
nen optreden. Daarom werd in 1924 overge-
I gaan tot het instellen van een vrijwillige con-
i tributie van 5 cent per week per lid. Het eer
ste jaar van deze contributie bracht het schra
le resultaat van f 177,97. Maar reeds in het
daaropvolgende jaar liep dit op totjl 7.465,15
terwijl bij het 25-jarig jubileum een jaarop- j
brengst genoteerd werd van f55,796,79.
x Velen gezondheid hergeven
De gestage groei van het aantal donateurs
van Herwonnen Levenskracht demonstreert,
hoezeer het nut van deze instelling werd inge
zien. Het inzicht was gerijpt, dat t b.c.-bestrij-
ding op confesionele grondslag geen overbo
dig sectarisme was. Juist de mens, aangetast
door een dergelijke ernstige ziekte, vraagt
verzorging van de gehele persoon. En hoe
zou deze kunnen geschieden zonder daarbij de
levensbeschouwing in het geding te brengen?
Zo groeiden de inkomsten uit donaties van
ruim een halve ton bij het zilveren jubileum
tot f 410.000,thans bij het 40-jarig bestaan.
Het zijn 150.000 donateurs, welke thans dit
bedrag bij elkaar brengen. Volgens voorlopi
ge cijfers zal de jubileumactie dit aantal nog
verhogen met 22.000.
Moge uit deze cijfers de bereidwilligheid
spreken het nobele doel van Herwonnen Le
venskracht te willen steunen, het grote nut
van deze instelling komt nergens duidelijker
naar voren dan in de cijfers over de verleende
bemiddeling voor medische hulp. Van 1913,
het jaar van oprichting, tot 1925 werden 1385
Het is wel heel bijzonder, als een instelling
bij de viering van haar veertigjarig julileum
als het schoonste huldeblijk van haar onver
moeide streven kan aanwijzen de bevordering
van het herstel van levensgeluk en levens
kracht van tienduizenden.
Al is het een opgeziene hulde, dit stille
eerbetoon is voor een instelling, welke zich
tot doel heeft gesteld's mensen geluk te ver
groten door de strijd aan te binden met ern
stige ziekten, de schoonste feestgave bij een
jubileum. Dit uitzonderlijke geschenk valt
thans ten deel aan Herwonnen Levenskracht,
de instelling van de K. A. B. ter bevordering
van de volksgezondheid en tot bestrijding van
volksziekten. Wat deze instelling in veertig
jaren bereikte is van zodanige allure, dat het
zeker past stil te staan bij de opkomst, ontwik
keling en uitbouw van het door haar verrich
te menslievende werk. Met centen en stuivers
bouwde Herwonnen Levenskracht een mach
tig front tegen de vernietigende kracht der
tuberculose. Daarmede leverde dit instituq£
van de Katholieke arbeiders een belangrijk
aandeel aan de volksgezondheid in ons land.
Geboren uit nood-
De geschiedenis van Herwonnen Levens
kracht is *t epos van een tot bewustzijn geko
men arbeidersstand, welke begreep, dat ‘t niet
alleen slechte arbeidsomstandigheden waren,
die tot verzet maanden. Evenzeer zag hij hoe
de mens bedreigd werd door een schijnbaar
niet te stuiten gevaar, van dat der tuberculo
se. En het was juist gezien hiertegen middelen
in de strijd te brengen. Zo rond 1910, toen de
gevreesde ziektebacil zich met al haar venijn
vastzette in tienduizenden, dreef de nood tot
handelen. Het kon zo niet voortgaan, dat de
t. b. c. 12 pCt. van alle sterfgevallen veroor
zaakte, zoals in 1912. Bovendien, waar de
tant-Christelijke arbeiders en later ook bij het
N.V.V. In eigen kring waren er echter ook
nog belemmerende factoren voor een onge
stoorde groei van Herwonnen Levenskracht.
De wrijving tussen vakbureau en federatie
liet het tuberculosefonds lang niet altijd on
gemoeid. Eerst in 1920 breken er i
gen aan, toen Herwonnen Levenskracht een
gemeenschappelijke instelling werd van Vak
bureau en Federatie In de jaren, die daaraan
voorafgingen, was er echter niet stilgezeten.
De structuur van de vereniging was hecht
verankerd, de organisatorische opzet reeds
uitgebouwd in tal van plaatselijke comité's.
De vorming van deze comité's was lang niet
eenvoudig en maakte het nodig, steeds weer
nieuwe wegen te bewandelen. Maar op den
duur lukte het toch over Nederland een net te
spannen van plaatselijke comité's van Her
wonnen Levenskracht. Bij het vijf-en-twintig
jarig bestaan in 1938 telde deze instelling 470
plaatselijke comité's. |ienst> die hij niet dadelijk agn hef k'n
Met centen en stuivers...- I ietten. Evenals op de Nederlandse boerderij
>rm in het vroege
een drukke tijd aan. De Nederlandse
emigrant, die in de Canadese landbouw en
I veeteelt een toekomst hoopt te vinden, moet
dus zorgen op het goede ogenblik er bij te zijn.
Het emigreren naar Canada verlangt echter
klein halfjaar voorbereiding. Alleen zij die
---van
zijn, dat zij zich omstreeks Februari of Maart
van het volgende jaar kunnen inschepen. Zij
zijn dan net in Canada op het ogenblik dat de
behoefte aan hun arbeidskracht daar het
grootst is. Voor de emigrant is het aankomen
in Canada op dat juiste ogenblik dan ook van
groot belang en ook van niet te onderschatten
geldelijk voordeel. Iedere boer of landarbei-
T - 1-, i der, die het volgende jaar in Canada aan de
In het eerste jaar van deze verplichte contn- i slag wj, handek daafOm be|arg
- - als hij zich nu al in zijn woonplaats in verbin-
f70.467, .Al i ding stelt met een emigratie-aanmeldingskan
toor. Emigratie-aanmeldingskantoren zijn zo
als bekend de Gewestelijke Arbeidsbureaux
met hun bijkantoren en de plaatselijke kanto
ren van de drie emigratie-centrales. Plaatse
lijke adressen van de kantoren dezer Emigra-
tie-Centrales worden-op aanvraag gaarne
verstrekt door de hoofdkantoren der Centra
les: 1 Algemene Emigrate Centrale, Javastr.
100, ‘s-Gravenhage: 2 Christelijke Emigratie
Centrale, Raamweg 28, ‘s-Gravenhage; 3