R
f
r
e
L
i
j
Hdig. t
I
Twee Tilburgers op zoek naar het lot van de Indische joden
van tilburg
KEUKENS
2e PAASDAG
SCHERP at.
4'
r
F
SYNAGOGUE,
Op Paaszaterdag
rond ik de prijzen
s
T
I’
X
ek
„ka Golline”
1
•S,
V
S'
£1,
Tv
j, W- -
en
pagina 4
DE TILBURGSE KOERIER
Donderdag 9 april 1998 pagina 5
‘Waarom ben ik wie ik ben, en wat is er van mijn mensen geworden?’
we
het
FOTOGRAFIE ARJAN ONDERDENWIJNGAARD
Adresbordje van de Synagogeo in Surabaya
8 78
Arjan Onderdenwijngaard en Theo Wilton van Reede.
FOTO PETER LIGTENBERG
N
begraven werd in Su- hulP
cust van India. In deze een
van R
in bel
I
Joods huisje in de bush bij Tarutung, N. Sumatra.
Het echtpaar Nasiem in hun woning in Petak Tikwa, Israël. "Spijt van de komst naar Israël!"
tiet ver
Oosti
Bas van Tilburg
Karei Luiijf
KEUZE LENTE-MENU
h
543 98 40
Interieur van de synagoge in Surabaya, Indonesië.
4
X
2'PAASOAG
OPEN
Tilburg - Zomerstraat 49b - Tel. 013 - 583 97 97
Tussen Korvelseweg en Schouwburgring
)AM
I:
F*
e
j-gevangenschap
-ent vergoeding g?,“7
icn de zoon nu. De enige
herinnering aan die tijd ligt
JL. KAYON No. 4 - 6
SURABAYA
I
Al met al leefden er voor de Tweede
Wereldoorlog zo’n tienduizend joden
joden
e eeuw in Ne-
tig uit wat nu
lucht voor het
inhetMidden-
nd als de Bag-
persoonlij
kelde die zijn i
nieuwsgierig
Reede zelf
sy- burger”)
jr ri- vooroude
graven en te de, gouvemeur-gene
Een menu met een aantal geheel
nieuwe, perfect op elkaar
afgestemde creaties van onze
Chef, die u zelf samen stelt met
o.a. gerechten van asperges.
Wij kunnen u dit spéciale vier
gangen keuze menu aanbieden
voor 62,50 per couvert
restaureren. De kampcommandant
wilde ook de joodse graven -die vol
gens de tlauiuv n.
rust gelaten moeter
ten maken, op z
Irfdi- gevangenen weigerde
ief de werd vreselijk: er zijn i
teldend -J- L
/gT restaurant
Heuvel 39. Tilburg
Tel. 013-5431132
Willem Nijholt, Wim Kan, Joop van Tijn, Yvonne
Keuls, Leo Vroman. Bekende mensen die één ding ge
meen hebben: het zijn Indische joden. Samen met
hun duizenden onbekende lotgenoten zijn ze onder
deel van een vrijwel niet beschreven stukje geschiede
nis. Van Nederland, van het voormalig Nederlands-
Indië en het huidige Indonesië, van Israël. De
Tilburgers Theo Wilton van Reede, zelf van joods-In-
dische komaf, en Arjan Onderdenwijngaard zijn
druk doende die geschiedenis te besschrijven. “De In
dische joden leven in de diaspora: verstrooid over alle
werelddelen, en ook al wonen ze dicht bij elkaar,
meestal kennen ze elkaar niet.”
I
niet, zelfs niet in het geval dat ze een
paar deuren van elkaar verwijderd
wonen. ‘“Nooit gedacht dat hij er ook
een was’, kregen wé toen te
vertelt Aijan.
In Nederland kampen de Indische jo
den met vergelijkbare problemen. Ze
voelen zich gediscrimineerd door hun
Indische identiteit, en met hun trau-
kunnen ze niet of nauwelijks te
recht in de joodse gemeenschap.
Via oproepen, onder meer op internet,
krijgen Theo en Aijan nog vrijwel da
gelijks reacties binnen van mensen
met een Indisch-joodse achtergrond.
Omdat daarbij vaak ook verzoeken
om contacten of vragen om hulp zit-
In het overwegend islamitische Indo
nesië zijn de schaarse joden nu on
zichtbaar; hun cultuur is na de oorlog
grotendeels uit het openbare leven
verdwenen. Theo en Aijan hoeven
daarom ook niet te rekenen op mede
werking van het ministerie voor Reli
gie. Maar de sinds Soekamo bestaan
de staatsideologie, de Panca Sila (Vijf
Zuilen), stelt het geloof in God op op
een belangrijke plaats. Of die nu Jah
weh, God of Allah genoemd wordt, er
is immers maar één God. In deze filo
sofie past de gedachte om de vijf we
reldgodsdiensten binnen de staats
grenzen te hebben. De onderzoekers
worden dus ook niet echt tegenge
werkt door de regering. “Voor re
search hoef je er niet aan te komen,
voor herleving van het’ jodendom
wel”, zo legt Theo de houding van de
Indonesische autoriteiten uit.
Theo (49) en zijn 1
ner Arjan (37) hebben I
twintig jaar bestaande
produceerden ze
(foto)boeken, artikelen,
documentaires, met r
nesië. Ze verzorgen
derland over dat
organiseren voorstellingen ...Tu
nesische artiesten. En wie dat v~’
met hen een culturele rondreis n.<mvi.
door delen van wat vroeger de Gordel
van Smaragd heette, Ze wonen dan
ook een deel van het jaar op Java.
De drijfveer? Begrip kweken voordat
mooie land ginder en vooral voor de
mensen die daar wonen. En dat in een
gedreven stijl, maar tegelijk ook met
dat typisch Indische van kalm aan, dan
breekt het lijntje niet; we komen er
toch wel.
Maar nu hebben ze echt haast. Theo
heeft een vorm van spierdystrofie, die
hem het werken steeds meer zal be-
in een van de vitrinekasten met Indi
sche memorabilia in de huiskamer
van Theo en Arjan. Het is een lepel die
Theo’ s moeder van de gemeente Am
sterdam kreeg, toen ze vanuit Indone
sië in Nederland naar zijn vader kwam
zoeken. Zelf had ze, als joods-Javaan
se, eerst ondergedoken gezeten in een
ravijn. Later in de oorlog gaf ze les aan
een Indonesisch-nationalistische
school. Waar haar man gebleven was, was
wist ze niet. De steun van Amsterdam j°de
taar zoektocht had ze, -blijkens de Hote
—“ie op de achterzijde- terug den gingen
geven toen het haar materieel ze feestdage
:r wat beter ging.
Ook in Israël ondervonden de Til-
joumalisten tijdens hun speur-
i eerste instantie weinig mede-
ng. Maar op een onverwacht
;nt gingen er deuren open. “In
Üaspora Museum in Tel Aviv
we wat ze over Indonesië
vertelt Theo. “De dienst-
ledewerkster keek ons
«1 zei dat ze niets hadden
omdat het museum
Pas toen
we niets
Twee tintelende
verrassingen gratis
Bij dit KEUZE LENTE-MENU
serveren wij bij het dessert gratis
een sprankelend glas mousserende
dessertwijn in een flonkerende flute.
Deze fraaie flute bieden wij u tot
slot als present aan.
in de Nederlandse kolonie, vermoe
den Theo en Arjan na de eerste ronde wilde ook de joodse graven -uit wi
lt op Bali langs een restau- van hun onderzoek. Op grond van hun gens de traditie tot de Laatste Dag met
t Shalom heet. In de tijd van bevindingen schatten de twee Til- rust gelaten moeten worden- open la-
zijn overigens veel namen burgse journalisten dat er nu waar- ten maken, op zoek naar sieraden. De
isiest, maar ze zijn nog wel schijnlijk zo’n vijftienduizend Irfdi- gevangenen weigerden. Het i
-sche joden in leven zijn, inclusief de werd vreselijk: er zijn mensen ge
kinderen en kleinkinderen die meest- teld en doodgeschoten.”
al -zoals Theo- opgegroeid zijn met Vader Wilton van Reede werd -niet
deze aparte culturele achtergrond, via de Nederlandse autoriteiten, maar
Maar die vijftienduizendleven we- via het Rode Kruis-door zijn moeder
beladen is. Je rijdt dus van stad reldwijd. Door onderzoek en oproe- opgespoord en kwam in 1947 op door-
r stad en kijkt of je de menora of pen in media zijn er bij Theo en Aijan reis aan in Nederland. “In 1949 werd
«tele- zevenhonderd met naam bekend in Is-
zoekt op begraaf- raël, honderd in Indonesië en duizend
in Nederland.
Grote aantallen;
ze grif, en de Ine
op de achtergrond gebleven. Maar
hun geschiedenis en cultuur moeten
beschreven worden, daar zijn Theo en
Aijan stellig van overtuigd. Niet al
leen om het beeld van Nederlands-In-
dië en Indonesië meer compleet te ma-
c om recht te doen
speurtocht moet
van de eigen ge-
sviiivuvnis van de Indische joden, mét
uma’s die ze vaak hebben opge-
r en in het Jappenkamp en na de oor
log door het doodzwijgen van hun
problematiek. Theo: “De Indische jo
den leven in de diaspora: verstrooid
over alle werelddelen, en ook al wo
nen ze dicht bij elkaar, meestal kennen
ze elkaar niet. En, waar je onzichtbaar
bent, is er geen erkenning.”
Ook Theo’s ouders ondervonden dat.
In 1940 werden in Indië door de Ne
derlanders alle
onder
Nu zijn zij tweeën de geschiedenis en
het lot van deze bevolkingsgroep
grondig aan het uitdiepen. Als het
werven van de benodigde fondsen
lukt, zullen er eind volgend jaar, begin
2000 drie boeken verschijnen.
Het eerste is het persoonlijke verslag
van een speurtocht vol obstakels en
emoties, die zich in drie landen af
speelt, waarvan er twee mogelijk op
historische keerpunten staan: Indone
sië dat zich onder Suharto uit worstelt
(Theo: “Het onvermijdelijke is niet te
gen te houden; hopelijk gebeurt het
zonder bloedvergieten”) en Israël, dat
sinds de moord op Rabin in een steeds
moeilijker positie verkeert.
Het tweede boek omvat het documen
taire gedeelte. Hierin worden de feite
lijke gegevens verwerkt die Theo en
Arjan uit bronnenonderzoek, egodo
cumenten en interviews verzamelen.
Het derde boek wordt een literaire
bloemlezing: gedichten, verhalen of
delen van romans over het leven van
Indische joden. Voor die “illustraties”
zorgen onder anderen Paul Theroux,
Leo Leeser en Aya Zikken.
“Waarom ben ik wie ik ben, hc
gekomen en wat is er van mijn i
geworden?Waaromi»uitviiu
ilevens-en werkpart- beiaden waaroir -
i haast. In hun al king?” Zo vat Theo Gv mui ui,
samenwerking moeilijken en uiteindelijk onmogelijk de eerste wee boeken samen.
onder meer zal maken. Te voet 25 meter over- bedd*"
:n, radio- en tv- bruggen lukt nog net, maar dan is-ie lijk”, Aijan u
t name over Indo- op. Buiten hun flat in Tilburg-Noord fundament al gek
n lezingen in Ne- heeft hij een rolstoel nodig. In de toe- over veel
t onderwerp en komst menten of 1
ïllingen van Indo- -hoever die weg is, is onvoorspelbaar- waar ze bewt
it wil, kan zal hij aan huis gekluisterd zijn. Gedi:;:::?:
as maken Voor het zover is, moet dit project vonden ze a>
klaarzijn, hopen beiden vurig. Eerder, drie landen v
in 1984, besteedden ze al aandacht aan sche joden lever
een aspect van het Indisch jodendom land en Israël. Sc
in hun boek Eendraadvanangst; over
Japanse vrouwenkampen op Java en
het leven daarna. Maar verder was er
niet één enkel boek over dit onder
werp, zegt Aijan. Ook Lou de Jong
heeft in zijn standaardwerk over Ne
derland in de Tweede Wereldoorlog
nauwelijks aandacht aan de Indische
joden besteed, voegt Theo daaraan
toe, bitter.
burgse jc
tocht in
werking
moment
het Dias
vroegen i
hadden”,
doende me
vreemd aan en ze
over Indonesië,
aan de diaspora gewijd was.
we duidelijk maakten dat t
Het is het verhaal van een onderzoek
“met haken en ogen”, een zoektocht
op vele plekken, met tegenwerkende
ambtenaren, overheden die de proble
matiek niet kennen en vervolgens dus
ontkennen, van onverwachte vond
sten en ontmoetingen, van mensen die
elkaar leren kennen, herkenning en
steun vinden.
Voor de oorlog had Soerabaja de
grootste joodse gemeenschap met
tweeduizend gelovigen; de synagoge
bestaat nog. In Batavia (nu Djakarta)
was geen officiële synagoge; zo’ n 450
:~den in de hoofdstad sjoelden toen in
notel des Indes. Rijke orthodoxe jo-
j-=---n voor belangrijke religieu
ze feestdagen naar Singapore. Andere
joodse gemeenschappen waren er in
Bandoeng, Malang en Semarang. Er
zijn hierover nog wat schriftelijke
bronnen. “Als er ergens joden waren,
was er ook minstens een gestencild
blaadje”, stelt Theo.
kwamen zoeken, maar juist brengen,
raakte men enthousiast. Op een ande
re dag werd een bezoek van ons inge
kort, omdat de ambassadeur van
Duitsland op officieel bezoek kwam.
Bij binnenkomst vroeg hij: ‘Heeft u
ook iets over Indonesië? Daar ben ik
geboren.’ Toen hadden wij ons punt
wel gemaakt. De staf is sindsdien een
stuk coöperatiever.”
Ook het zoeken naar Israëli met een
Indische/Indonesische achtergrond
ging eerst moeizaam. “Maar je begint
met twee families en in een paar we
ken waren we toch zevenhonderd
mensen op het spoor”, zegt Agan.
Toen was ook de Israëlische staatste
levisie geïnteresseerd in hun zoek
tocht.
De Indische joden blijken in Israël
overwegend in een erg moeilijke po
sitie te verkeren, vertelt Theo. “Dat is
eng. Die mensen zijn bruin, worden
gediscrimineerd. Niemand begrijpt
iets van hun situatie. De uit het Wes
ten afkomstige joden weten niets van
het verloop van de Tweede Wereld
oorlog in Azië. Ze kunnen, alleen
maar vertrouwd met de Shoa in Euro
pa, niet begrijpen dat er in Azië ook
veel joden in concentratiekampen te
rechtkwamen. Ze weten het ook niet,
want die geschiedenis wordt zelfs op
de scholen niet verteld. In tegenstel
ling tot de joden uit Europa hebben de
Indische joden geen monument en
worden de namen van de joods-Ja-
panse kampen in Yad Vashem -het na-
tionale gedenkteken van Israël met
daarin ‘alle namen van joodse kam
pen’- niet genoemd. Hun trauma’s
worden niet begrepen. En ze krijgen
van de Nederlandse staat dezelfde
bar, die in 1691 begraven werd in Su- hulP als de ™duizend J006" met
rat aan de westkust van India. In deze een Europees-Nederlandse achter
plaats sterkten de matrozen en solda- gron,dP,euhulP slult dus aan blJ
ten van het VOC aan, op weg naar Ne- bun ?"dlsche ?ltuur en geschiedenis,
derlands-Indië. Er ontstond, net als in hun ldentIte,t'
regime het naburige Cochin op Ceylon, een
gemar- bloeiende joodse gemeenschap.
Die adellijke afkomst (“Ik ben toch de
laatste man van de Wiltons van Ree
de”) vindt Theo minder van belang Indisch
dan zijn Indisch-joodse identiteit. In ma’s kt
Nederland heeft door de oorlog geen
familie meer, in Israël wel èn in Indo
nesië veel, allemaal neven en nichten
met hun families.
De zoektocht van zoon Theo was eerst
een persoonlijke, maar al gauw prik-
Jjn en Aijans journalistieke
“righeid. Theo Wilton van
.elf (“een Indisch-joodse Til-
is van adel. Een van zijn
Iers is baron Adriaan van Ree-
-neraa] van Mala
•s en
door
ensen met
onder wie
j-jaren dertig gevlucht
waren. En, in een jacht op persoonlijk
gewin of bijvoorbeeld om een oude
vete te beslechten, werden eveneens
honderden Nederlanders valselijk
aangegeven door buren of kennissen
en, zonder proces, in concentratieka-
moen verzameld. Ook de (joodse) va
der van Theo overkwam dit lot.
-- -j-, j- >--anners jn 1942 indië
,.™.ielen (koningin Wilhelmina
I vanuit Londen namens de Neder-
dse regering de oorlog verklaard
r protestanten, aan Japan), werden duizend geïnter-
geen trek in hadden naar neerden op drie vrachtschepen op
j Indië te gaan. Bleef over transport gesteld naar Ceylon (de
joodse proletariaat. Ook joodse Duitsers) en Suriname. Eén schip
handelaren trokken met de VOC oost- werd onderweg door de Japanners tot
waarts, later gevolgd door kolonisten zinken gebracht. De bemanning ging
en beoefenaren van vrije beroepen, van boord in de sloepen en liet de cir-
zoals artsen. ca vijfhonderd gevangenen, die in bijhs
Eind vorige eeuw en in de crisisjaren geïmproviseerde kooien van prikkel- inscriptie
tussen de twee wereldoorlogen kwa- draad opgesloten zaten, met het schip moeten g
men er nog twee golfjes joodse mi- ondergaan. weer wat
granten aan in Nederlands-Indië. Theo’s vader zat op het schip dat wel
Vluchtend voor de Nazi’s kwamen Suriname bereikte, maar zijn lot was
ook joden uit Polen, Rusland, Honga- ook niet te benijden. Theo: “Hij leef-
rije, Oostenrijk, België en Duitsland de daar van 1942 tot 1946 in het con-
naar Indië. Onder hen waren er veel centratiekamp op de Jodensavanne.
met Duitse namen. De taak van de gevangenen was de
oude joodse nederzetting met de
nagoge en de mikwe (ruimte voor
tuele baden; red.) op te
houten gevels. Zomaar midden in het
jungle, ver van de bewoonde wereld.”
“Of je rijdt op Bali langs een restau
rantje, dat Shalom heet. In de tijd van
Soekamo z:j” --
verindonesiest, maar ze zijn
herkenbaar. Dat geldt ook voor de
menora, de joodse zevenarmige kan
delaar, die daar meestal als symbool
gebruikt wordt, omdat de Davidsster
in dat land met veel islamieten poli
tiek belader ~1J* J -J
naar
Davidsster op muren ziet, pluist
foonboeken na en zoekt op beg
plaatsen.”
Dat er joden in Indonesië zijn komen
leven, heeft verschillende achtergron
den, hebben Arjan en Theo dan al ver
teld. De oudste groep woont er sinds
het jaar 1000 en is afkomstig uit het
Midden-Oosten. Via handelsroutes
langs de zuidkant van Azië belandden
zij in het gebied dat wij als Indonesië
kennen, maar dat toen uit vele vor
stendommen bestond. Vaak werden
ze adviseur van zo’n vorst; J
beurde bijvoorbeeld op Zuid-Su
si en in Atjeh. Er zijn ooi-
kend van mach
joodse vrouwen trouwde-1
vorstenhuizen van
Solo.
Een andere groep oriëntaalse
vestigde zich eind vorige i
derlands-Indië, afkomstig
Irak en Iran heet, op de vlu
Turkse oorlogsgeweld in het Midden- Ook Theo’s ouders ondervonden dat.
Oosten. Zij staan bekend als de Bag- In 1940 werden in Indië door de Ne-
dad-joden. derlanders alle ‘staatsgevaarlijken’
Dat er joden op de vleugels van het opgepakt, onder wie Duitsers en
Nederlands kolonialisme de wijde NSB-ers. Maar in één moeite
wereld introkken, is ook een logische werden ook alle andere mens“"
verklaring voor hun aanwezigheid in Duitse namen geïnterneerd,
Indonesië. Maar die verklaring is te joden die in de jaren dertig
beperkt, in meer dan één opzicht, ont-
dekten Theo en Arjan. “Je begint aan
een persoonlijk zoektocht en ontdekt
dat die kolonie min of meer is opge
bouwd door joden”, vertelt Theo.
Waarop het verhaal volgt van de Ver
enigde Oostindische Compagnie
(VOC), die vooral onder het joodse
proletariaat matrozen en soldaten ron- Voordat de Japar
selde. De (protestantse) Nederlandse binnenvielen (ko
republiek wilde geen katholieke in- hadv
vloed in de kolonie en wierf daarom in lands
eerste instantie onder protestanten, aan J
die er echter geen trek in hadden naar neerden
het heidense Indië te gaan. Bleef over transport
het joodse proletariaat. Ook joodse Duitsers)
werd i
ten, willen de Tilburgers dat hun pro
ject uitmondt in méér dan in drie boe-
ken. Het gaat daarbij niet alleen om
cregen wé toen te horen”, andere mediaprojecten die uit hun
speurtocht voortvloeien, zoals Indi
sche interviews voor de Spielberg
Foundation en tv-documentaires. Het
gaat evenzeer om het (terug) brengen
van mensen die elkaar zijn kwijtge
raakt en het opnieuw doen opbloeien
van de eigen cultuur. Van het bijeen
brengen van joden in Indonesië om zo
nieuwe gemeenten te kunnen stichten
tot het oprichten van een Indische ver
eniging in Israël, compleet met eigen
Indisch maatschappelijk werk en
toko. Van het redden van begraaf
plaatsen en monumenten in Indonesië
tot het oprichten van een Indisch mo
nument in Israël.
Of, zoals in Indonesië en Israël tegen
Theo gezegd werd: “Je bent net als
Mozes die zijn volk verzamelt.”
ia de Nederlandse autorit,
via het Rode Kruis- door r
opgespoord en kwam in 1947 op door
reis aan in Nederland. “In 1949 werd
hij officieel gerehabiliteerd, maar
voor die jaren gevangenschap heeft
hij nooit een cent vergoeding gekre- [n Indonesië begon de speurtocht die
n zijn dat met, erkennen gen”, vertelt de zoon nu. De enige al gauw tot andere namen leidde. Toch
tdische joden zijn altijd stoffelijke herinnering aan die tijd ligt kennen de meeste joden daar elkaar
1 gebleve"
n culti""
.daarz-j..
tan overtuigJ
weid van Ncuvu
tesië meercomp'-
ken, maar vooral 90k om reef
aan deze mensen. De s
t; dat ge- leiden tot erkenning v
i-Sulawe- schiedenis van de Ind:
■zijn ook gevallen be- de tram
:hthebbers die met lopen ir
wden, zoals in de J
Yogyakarta en
van z
orbeel
hoe is dat
r van mijn mensen
1 is dit onderwerp
im is er tegenwer-
0 de rode draad van
leken samen. “Het
I is al voor een groot deel duide-
legt Aijan uit. “We hebben het
o.:legd. We beschikken
verhalen, foto’s en docu-
kennen de inhoud en weten
taard worden.”
Gedurende de afgelopen drie jaar
inden ze al veel antwoorden in de
waar nu de meeste Indi-
—1.. '-- en; Indonesië, Neder-
■aiiu vu xoiavi. Soms deden ze een on
verwachte ontdekking. Zoals op
Borneo. “Op een tocht moesten we
er omrijden, omdat er een brug ingestort
:r- was”, vertelt Theo. “Het was een
zandweggetje dat we normaal nooit
zouden nemen, dwars door het oer
woud. Komen we op een gegeven mo
ment een bocht om, ligt daar een oud
dorpje. Een joods dorpje, blijkt uit
grote houten Davidssterren tegen de
I I