r 1;, 1975 -42.” -16?5 6.” 8.” s 1 5?s 856,- r ROLLUIKEN >rational< BscennBsom specialist 325, 625, 185, VORSELAARS NP£5| 553,- NO32S SF F 2475 Donderdag 24 november 1983 pagina 23 IpETILBURGSE KOERIER vember 1983 pagina 22| Gas-elektro dagtoc ikten. BUDGETPRIJS inbouw koelkast BUDGETPRIJS Onderbouw afzuigkap BUDGETPRIJS ver- Inbouw gaskookplaat BUDGETPRIJS Inbouwoven BUDGETPRIJS op nid l 4 Wij komen vrijblijvend voor prijsopgave Ook 's avonds Tel. 013/423423 na kantoor 013/331759 Uit«Monumenten» U U 1 diverse kleuren Rolscreen Nederland b.v. Boogschutterstr. 10, Tilburg Industrietei rein Oost (zijstraat Jules Verneweg) Showroom dag. geopend 's Zaterdags tot 13.00 uur Rechtstreeks bij de fabriek Enorm voordelig misaties zet zich in deze bedreigingen vens, daar h werder De{ bezi gebr gen u» bezuinig kan verbet samenwerkingsver- in 1975. rzzel voor ettekst. mensen een wrak? ze aan een klus bruin, wit, RVS ifitp- azij l om met ituurlijk i moet ien g<" kan ook wens ZOUu leefti niet I 160 Itr. vriesbox. ZANUSSI inbouwappara- al U leze e iet t id ht bij rr te ki varer Waarom t jaren en jé dubbeltje Vrc gelijk, vaak schept beeld neiu, weter volkskundig met recht Dat vinden de e en als zodanig eigendommen ooi ter wat vóórzie., voor de consequer originele i botters (kookplaat oven) inbouw combinatie voor de Brengt tuur. 7 mei het Bui- Een verlaten men kan z ’er woonden. He brachten dt van hun set )t varende botter i het ZBV werkt in tichting Stamboek spen, ouder dan v in de voorwaarde wet stelt aan de monumer heid, wetenschappelijke ige waarde). K< «Varende eigenaars i ig behandelen ook. I richtit BOVENGENOEMDE PRIJZEN ZIJN GELDIG TOT 1-12-'83 INCL. B.T.W. Von Suppéstraat 35 (ingang: De Schans) Tilburg. Tel. 013-551933 Bij uw bezoek kunt u vragen naar J. Kouwenberg zorg. Bij penlijsten diend. in de ban e het niet ïrkwistend 1 erf- In ieder geval een mooie puzz juristen en opstellers van de wet el. 432391 'n greep uit onze collectie daast de VBB en I Federatie de Sti nog artikel isteld wordt dovertreksets van 100% katoen. 1- pers. 29,75 2- pers 49,75 Npq275 :hte baby pop met logen. Gekleed in» ikje 60 cm. Ook- aar 50 cm. 23,75 vreemd te bedenken dat oude haven steden als Hoorn, F demblik in aanmerki o status «beschermd stadsgezi rijkdom aan oude huizen he steden voor een gr aan de zeilende 1 I w Gevolg Ten gevolge van die maatregelen werden in de jaren 20 en 30 veel bot ters, akers, pluten, kwakken en bonzen i de toilette-spray. leuren. 50 ml. 8,75 NU^SO ize blauwe Xrzor-' ene voor mannen: after shave. 7,75 Federatie Oud Nederlandse Zeilschepen (Fed.) Een vrijwillig band, aangegaan it Doel: het behartigen van de ge-\ meenschappelijke belangen van de op richtende organisaties ter zake van het behoud van oud-Nederlandse zeilsche pen. N? de F mee. «botterikken» deed de een nieuwe bestemming had geleken, dreigde de jrgang te worden. Het Zui- ;um besloot snel tot aan- implaar, voordat de stype helemaal ver- o-stoelhoezen van tweed. Inkl. losses un-hoezen Set a 2 stuks. 49,75 de oude sreerst is is van scheeps- i. De botters zijn, u.tzondering na, ge- - het toevallig op lige eikehout. Sterker botter is symmetrisch kunnen we Compleet met I grill mogelijkheid voor montage bestaande kookplaat met boven bediening. Diverse andere combinaties en mer ken mogelijk. rgarage met lift en ompen. Om zelf in. aar te zetten. 19,75 Varende monumenten Alle schepen, ouder dan vijftig jaar, voldoen aan de voorwaarden die de lumenten (schoon- betekenis en Kortom, ze zijn monumenten in ieder geval leien zij hun De overheid is ech- htig, misschien bang hi ties. en ander pen, die derzee, de stromen iri en gebc Lede tip Is Fi stereo cassette- iden. Super ferro, - high- dynamic,.! den van 60 min. of anden van 90 min. uwe serie verzor-1 celen: badschuimi tuw huid zacht en j >epel 250 ml 3,75 grote onderhoudsbeurt. Als het zover kwam, werd de botter meestal uit de vaart genomen. Begin zestiger jaren visten nog slechts een tien tot vijftien botters. In de stille hoekjes lag een veelvoud daar van te wachten. Wachten waarop? Op het einde? Met echte De grootste in Europa. En... voor BETAALBARE prijzen. Vereniging Botterbehoud (VBB) Opgericht: 14 oktober 1968. Doel: het behouden en in or staat'terugbrengen van houten I Landelijke Vereniging tot Behoud van het Zeilend Bedrijfsvaartuig (ZBV) Opgericht: 23 juni 1974. Doel: het behoud van zeilende be drijfsvaartuigen, waarmede oorspron kelijk op de Nederlandse wateren enig bedrijf is uitgeoefend en waarvan het karakter overwegend bewaard is geble ven. Leden: ca. 1.000; schepen: ca. 450, waarvan 80-120 zeilend. er toen nooit meer aan gedaan werd de vaart te hou- -jnderd, die er in vertimmer- uu, ^1. wv ML.^enkant te; dunne platen ijzer geslagen Dat scheelde de eerste ja onderhoud. Helaas zette K proces zich onder het ijzer enige tijd hielp alleen ■■F 54* - spe wateren als in de gouden over speciale een ronde of zwaarden. Mede e bedrijfsvaartui- vorden. Ze wer- t voor de visse- goe- ont- lang- plu- opgelegd. Een paar «gelukkige» wer den verbouwd tot woonboot of jacht. De rest kwam in stille hoekjes van ha vens, sloten en kanalen terecht. En daar lagen ze al snel te verrotten. Of ze werden na een tijdje gesloopt voor brandhout. In de 2de wereldoorlog werden en kele botters opnieuw ingezet. Voor de visserij of voor het vervoer van vc sel. Maar na de oorlog nam het aaiua> schepen snel af. Totdat, zoals gezegd, in 1966 tenslotte ook de laatste twee de zeilen streken. Het einde was daar. Bedreigingen Er zijn een aantal zaken die zeilschepen bedreigen. Allen daar de huidige kennis bouw en constructies, op een enkele uitzor j bouwd op het oog van hei j de werf voorradige eike1- I nog, geen enkele bu.w. I gebouwd. Tegenwoordig at 36 fijnschrijversl met fijne puna :re zeilende houten visser^sche- voor het bevissen van de Zui- Waddenzee en de Zeeuwse i Nederland zijn ontwikkeld jouwd. ien: 84; schepen: 88, waarvan 80 zeilend; donateurs: ca. 1.600. gemeenten rond het IJsselmeer zijn dg een artikel over het bedrijfsmatig iruik van zeilende bedrijfsvaartui- gen op te nemen in de Algemene Poli tie Verordening. Hoewel de schepen varer eeuwen zonder reling voeren, bestaat scher nu het gevaar dat botters en kwakken, een reling van 75 tot 90 cm rondom moeten aanbrengen om met passagiers te mogen varen. Natuurlijk moeten er regels zijn. Natuurlijk moet de veilig heid van de opvarenden gewaarborgd worden. Maar dat kan ook op een an dere manier, op een manier dat er nog iets overblijft van het historisch karak ter van de oude schepen. De tegelma kers hebben zich dat in veel gevallen niet gerealiseerd. Bestemming Een gerestaureerd gebouw heeft een functie nodig. Sommigen vinden dat er pas gerestaureerd mag worden, als er een nieuwe bestemming gevonden is. Ook voor zeilende bedrijfsvaartuigen is een nieuwe functie nodig. Gelukkig hebben ze die allemaal gevonden. erg *.s of eten nog ken», die c te. kochten. Ze de nieuwe gebruiksmogelijkhe botteren. Door ’s Zomers met I de passagiers te varen, kwart geld voor het noodzakelijl houd en de restauratie. Elk werd benut om de schepen op pen. Het begin was er. Erkenning De organisaties vroegen al jarenlang om erkenning. De Federatie werd op gericht om de contacten naar de over heid te bundelen. Sinds de oprichting heeft de Federatie onder meer contac ten onderhouden met CRM (nu WVC) en de Rijksdienst voor Monumenten- - Bij die instanties werdens sche en toelatingscriteria inge- Gebruik van nieuwe materialen technieken Voorop staat het behoud van het monument. Liever een betonnen draagconstructie, verstopt in pijlers en gewelven, dan geen kerk of kasteel meer. Restaurateurs gaan soms erg ver, al weten ze dergelijke hulpcon- begrijpt wel, dat dan het hoognodige om deze schepen in den. Een enkeling uitgezor toch nog tamelijk veel in de.» Dit schreef Jan Mol, oud-visser uit Volendam in 1975. Na het aannerpen van ver- wet werd het leven voor -u zonder motor. De onzeker. Zo erg zelfs, loesten afleggen, wa- weinig meer aan hu kort. En bij doen. Na d ze altijd nog erger, omdé hun toe- rugliepen. 1 d met ge- schepen in-het-ijzer Jering. in dat aan de buiten! laaid, omdat het Zuiderzeemuseum een replica/reconstructie van de blazer TX 11 heeft laten maken. Dit schip werd aangemeld bij Botterbehoud. Binnenkort moet de vereniging beslis sen of deze TX 11 toegelaten kan wor den op grond van de statuten. Voorbij Eeuwenlang werden de schepen voortbewogen door de wind. Was er wind, dan konden ze varen en vissen; was er geen wind, dan hadden ze pech. De uitvinding van de scheepsmotor bracht verandering. Binnen zeer korte tijd waren alle zeilende vissersschepen van de Noordzee verdwenen. Er is er niet één bewaard gebleven, behalve op plaatjes. En met de schepen verdween ook de kunst van het varen en vissen de Zuiderzee- de vissers ero s, dat velen niets ui hun schepen lieten de afsluiting werd het r dat de visvangsten sterk Veel schippers lieten hun zetten. Dat hield tegen de huid :n werden, jaren flink in het rottings- «,r voort en na nog een extra Slot Waarom kopen beginnen ze aan een klus van jaren? Waarom steken ze elk en elke vrije minuut in een zeilend bedrijfsvaartuig? In schepen die na de restauratie om voortdurend onderhoud blijven vragen? Wat drijft hen, wat zoeken ze? Zoeken we wel iets? «Dat iets is moeilijk te omschrijven. Wie er gevoel voor heeft, vindt het, staande achter de helmstok, als wind, water en schip met elkaar in evenwicht zijn», zo schreef T. Leeuwenburgh. Wie eens met een botter, aak of klipper meevaart, kan het zelf ontdek ken. Zeilen op zo’n schip brengt de mens.dichter bij de natuur. De botters, aken, jollen, klippers, tjalken, ze zijn er nog. Nieuwe bestemming Wie er toen op het idee kwam, zal wel nooit meer duidelijk worden. Maar op een goede dag stapte een groepje studenten aan boord van een botter. Ze stopten de schipper een paar gul den in de hand en wilden een dagje meevaren. Het «botteren» was heront dekt. Herontdekt, omdat de vissers eind vorige en begin deze eeuw ook wel eens dagtochten met betalende gasten maakten. Niemand had echter gedacht dat zoiets in de moderne tijd nog/weer mogelijk zou zijn. In korte tijd kwam er echter zoveel belangstelling voor het botteren, dat opgelegde schepen weer in de vaart ge bracht werden. Voor een paar tientjes de man had je een hele week plezier. Sommigen vonden een week wa). kort en kochten een botter voor een paar honderd gulden. Dat leverde echter niet alleen plezier, maar ook narigheid op. De nieuwbakken eigenaars'ontdek- ten namelijk al gauw dat het meevaren op een botter iets heel anders was dan het bezitten van zo’n oud houten schip, dat voortdurend om onderhoud schreeuwde. Na één zomer varen, lie ten enkelen hun botters dan ook onder de golven verdwijnen. Of ze staken er de brand in; dat gaf nog een leuk vreugdevuur aan het einde van de va ar ae kantie. roed- D.e "aam ronde. En wat antal voor de botter totale onderg" derzeemt)seuiu koop van een exemj botter als scheepstyl dwenen zou zijn. Begin Onder de zich echter van de botter raakten, konden aanzien dat er zo ver werd omgesprongen met cultureel goed. De botters vormden immers het resultaat van een eeuwenlange ontwik keling in de scheepsbouw. De basis voor de huidige vorm was in de 16de of 17de eeuw gelegd. En sinds die tijd waren voortdurend kleine veranderin- gen aangebracht door scheepsbouwers dat en vissers om de bouw en het gebruik hou te verbeteren. dergelijke werkwij Het eindresultaat was een zeer prak- den toegestaan Oi tisch schip geworden, dat door twee worden afgekeurd, man volledig gemand kon worden. Onlangs is J Niet alleen het varen, ook het vissen. Ii> de scheepsvorm hadden bouwers en vissers hun gevoel voor schoonheid en hun directe relatie met het water vast gelegd. De vloeiende lijnen, de eenvou dige kleuren en de uiterst sobere ver sieringen vormden een harmonieus ge heel, een lust voor het oog. Tenminste, voor diegenen die er oog voor hadden. Die in staat waren de tal rijke rotte plekken weg te denken en de stotre schepen weer," zij het nog slechts in gedachten, zagen zeilen. Je moest wél over enige verbeeldings kracht beschikken om dat beeld voor ogen te krijgen. Zeker in de moderne wereld van plastic wegwerpartikelen en betonnen flats. Nee, dan was een half verrotte, eike- houten botter wel even wat anders. Toch waren er enkele van die «gek ken», die er iets in zagen en een botter speelden dankbaar in op gebruiksmogelijkheid: het o uxvt betalen- cwamen ze aan jke onder vrij uurtje Tp te knap- porselein. Bijv.: zijnflesje^yc -metkurk ampot met deksel’ en lepel^75 eierdopjes/- ovenschalen Verrassend vond men dat de organi saties in eerste instantie om erkenning vroegen en niet om geld. Geld zou ech ter de betrokkenheid van de restaura teur bij zijn schip hebben verkleind. Hij zou het werk gaan uitbesteden; sterker, dat zou wel eens een eis van dé geldgever kunnen zijn. Nee, gestreefd werd en wordt naar een ideëlp erkenning. Een erkenning als stimulans. Een erkenning om de inde monumenten te helpen be- ;rmeri en verdedigen tegen de be dreigingen en aanslagen op de origina liteit. Bereikt is dat de belangstelling van de instanties is gewekt. Helaas is dat niet voldoende om behoud voor de toekomst te verzekeren. Misschien ma ken de schepen nu echter een kans. Op 10 mei jl. kondigde minister Brinkman (WVC) aan dat de Monumentenwet op enkele punten aangepast zou moe ten worden. Doelde hij daarmee ook op de categorie «varende monumen ten»? We hopen het. Tot zolang is het uering. 'e zeilende visserss- dzee verdwenen. E tard gebleven, beh; de schepen 1st van het varen met zeilschepen op zee. In tegenstelling tot hun collega’s op de Noordzee hielden de Zuiderzeevis- sers langer vast aan hun oude ver trouwde zeilschepen afstanden die zij moe ren immers betrekkelijk gebrek aan wind konden gaan bomen. Daarnaast was komst erg onzeker in verband met ruchten over afsluiting en inpoldering. De vissers waren uiterst voorzichtig met hun investeringen, zekér waar hvl een motor betrof. Toch waren omstreeks 1930 prak tisch alle overgebleven schepen van een hulpmotor voorzien. Een veel voorkomend type was het A-Fordje, een echt thuisbrengertje, niet geschikt voor de visserij. Daarvoor leverde de wind nog steeds de benodigde energie. Na de 2de wereldoorlog maakte het zeil definitief plaats voor de motor. In snel tempo verdwenen de bruine zeilen van het tvater. Halverwege het jaar 1966 streken ook de twee laatste bot ters voorgoed hun zeilen. Aan een eeu wenlange periode van visserij-op-zeil was definitief een eind gekomen. Inkrimping De plannen tot afsluiting en inpol dering van de Zuiderzee werden in 1919 in de Zuiderzeewet vastgelegd. De overheid verwachtte na de afslui ting een geweldige terugloop in de vis vangsten. Vandaar dat er direct plan nen tot inkrimping van dé vloot wer den gemaakt. De daarmee gepaard gaande onzekerheid dwong een flink aantal vissers direct te stoppen, omdat toeleverende bedrijven (werven, net tenbreiers, touwslagers, e.d.) geen kre diet meer durfden te verlenen. In 1925 werd de Zuiderzee-steunwet een feit. Die gaf vooral de oudere vissers iets meer zekerheid. Met tientallen stapten ze van boord. I Het natuurlijke verloop zorgde voor een verdere daling. En vervolgens maakten inpolderingen het de vissers uit Vollenhove, Elburg, Harderwijk en Bunschoten-Spakenburg, alsmede uit tussengelegen plaatsen, praktisch on- piogelijk hun beroep voort te zetten. Tegenwoordig zijn er nog 125 vis sers met een beroeps-visvergunning voor het IJsselmeer en de randmeren. Artikel 1 ,c. van de Monumentenwet omschrijft wat beschermde monumen ten zijn. Volgens de letter van de wet kunnen schepen nog geen beschermde monumenten zijn. Dit kan veranderen, als de overheid teboekstelling in het scheepsregister van het openbaar ka daster accepteert als zijnde «onroe rend» genoeg. En dan is er nog artikel 14, waarin onder andere gesteld wordt dat zonder een vergunning van de minister: a) een beschermd monument niet ver plaatst, b) een beschermd monument niet in gevaar gebracht mag worden. Twee punten, waarvoor permanent onthef fing verleend zal moeten worden. Ten minste, willen de monumenten «va rend» blijven. Het «in gevaar bren gen» zal duidelijk omschreven moeten worden. Is zeilen met een originele botter of klippergevaarlijk voor het schip? Ik vind van niet, maar ik ben misschien bevooroordeeld. Ik heb ech ter mensen aan boord van de botter gehad die dachten dat ze om zou slaan op het ogenblik dat een licht briesje de botter enige graden deed hellen. Trou- ens, als het gevaarlijk zou zijn, dan luden de schepen de respectabele tijd van tussen de 50 en 110 jaar hebben gehaald. Enkhuizen en me ting komen voor de stadsgezicht». De ■1UU.V11 nebben die ’root deel te danken bedrijfsvaartuigen. roeger lagen de havens vol met der- ilijke schepen. Nu worden ze echter weggekeken, terwijl juist deze ,en het beschermde-stadsgezicht- I zouden kunnen completeren. In Enkhuizen is f tenmuseum geopen «vissersdorp», waar men kan zien hoe de vissers vroeger woonden. Het groot ste deel van de tijd brachten de vissers echter aan boord van hun schepen door. Is een vloot varende botters dan niet veel beter in staat een beeld te ge ven van het leven van de vissers? Heeft de overheid nog moeite met erkenning, de mensen duidelijk niet Bij het skütjesilen verdringen ze el kaar. Bij de zomerreünies van de St. Stamboek, van het ZBV en van de VBB komen steeds meer mensen kij ken. En wat te denken van de belang stelling voor Sail ’75 en Sail ’80? Hon derdduizenden mensen bewonderden daar de historische schepen. Het einde? «Het was voor ons, mede door de droogmaking van de Zuiderzee, een verloren zaak. Onze oude, houten vis sersschepen waren gedoemd te ver dwijnen. De schippers wisten dit zo’n vijftig en meer jaren terug. En Problemen Al gauw ontdekten de botter-eige- naars dat het in de vaart brengen van zo’n oud bedrijfsvaartuig heel wat pro blemen opleverde. Het dromen over nostalgie en romantiek moet direct plaats maken voor keihard ploeteren. Replica - reconstructie Naast een gigantische klus bleek het restaureren van een botter ook een erg dure bezigheid. Zou het niet makkelij ker en goedkoper zijn een nieuwe bot ter naast de oude te bouwen? Met de oude als voorbeeld? Een soort replica dus? Dat zou zeker kunnen, het zou makkelijker en goedkoper zijn. Alle le den waren het daar snel over eens. Maar... Voor musea of speciale herdenkin- k‘ gen zou een replica/reconstructie van ïn een totaal verdwenen scheepstype zijn nut hebben. Van de bouw viel veel te leren evenals van het varen ermee. Waarbij niet uit het oog verloren mocht worden dat geen enkele kopie van een oud zeilschip zich exact het zelfde zou gedragen als het originele schip. Waarom zouden we replica’s van de, nog in een redelijk aantal voor komende, botters gaan taureren was immers lijk. De botters waren lang verwaarloosd zeer veel achtersta gewerkt worden, plank te doen, bh De visserij is voor de bewoners van het waterrijke Nederland altijd een gro te bron van voedsel en inkomsten ge weest. Steden en dorpen kwamen tot grote bloei dank zij de visserij. «Hol landse nieuwe» was in de gouden eeuw al een begrip. Niet voor niets werd dan ook de haringvisserij de «grote» en de walvisvaart de «kleine» visserij ge noemd. Met hoeveel schepen er gevist werd, is niet bekend. Het zullen er on getwijfeld veel geweest zijn, verspreid over de Noordzee en de Zuiderzee. In die wateren visten zij op het zilver van de zee, de haring. Voor de vaart op ondiej: de Zuiderzee had men i eeuw al de beschikking schepen. Schepen met platte bodem en zljzv dank zij deze zeilende gen is de eeuw goud gewt den niet alleen gebruikt rij, maar ook voor het vervoer van f deren en personen. Vanaf die tijd wikkelden de vissersschepen zich k zaam tot aken, bonzen, schokkers, plu ten, kwakken en botters. Omstreeks de eeuwwisseling voeren van deze typen nog grote aantallen rond. In totaal vis ten toen ruim 2.000 zeilende schepen op de Zuiderzee, samen goed voor zo’n 10.000 tot 12.000 ton haring per jaar. De helft van het aantal schepen be stond uit botters. De haring verdween na de afsluiting. En waar zijn de botters gebleven? Stichting Stamboek Ronde en Platbodemjachten Opgericht: 8 oktober 1955. Doel: bevordering van de belang stelling voor het ronde en platbodem- jacht. Samen proberen deze organisaties bij monde van de Federatie erkenning crijgen voor hun doel en streven: ;nde monumenten. makkelijk berekenen dat de construc- tié en de vorm van de botter verbeterd kan worden. Door bijvoorbeeld lijm- constructies te maken, kan flink op materiaal bezuinigd worden. Ook de tuigage kan verbeterd worden door ge bruik te maken van moderne materia len. Wedstrijdzeilen met traditionele schepen vormt ook een bedreiging voor de originaliteit. Vroeger zou het ondenkbaar geweest zijn dat een sküt- sje bij windkracht 6 omsloeg. Door de veel te grote zeilen gebeurt dat nu wel. Door de moderne wetenschappen en technieken op schepen als botters los te laten, bestaat de kans van een ver dere ontwikkeling. De diverse be- houdsorganisaties doen hun best om de originaliteit te handhaven. Helaas zullen er altijd enkele mensen blfjven die zo fanatiek willen zeilen, dat ze hun schip daaraan aanpassen. Een andere bedreiging vormen re gels van de overheid. Hónderden jaren hebben botters in weer en wind geva ren en gevist op de Wadden- en de Zuiderzee. Volgens enige normen zou de botter nu alleen nog maar op de Kagerplas mogen varen. De opsteller van die norm wist van het bestaan van de botter niets af, anders had hij vast een uitzondering daarvoor gemaakt. Nog een voorbeeld ter illustratie. Het landschapsschoon moet be schermd worden. Een prachtig geres taureerde tjalk, tot in de puntjes zorgd, mag geen ligplaats kiezen in een oude vaart. Omdat... de schipper aan boord woont en dat mag niet volgens de regels. Eeuwenlang zeilden dergelij ke tjalken door deze vaart en op alle tjalken woonden de schippersfamilies. Maar sinds de flats van de Bijlmer _pf de industrie van de Rijnmond tot op enkele kilometers de vaart zijn gena derd, moet de tjalk weg. Wat is land- schap-ontsiering? Organisaties Een drietal orgar om onder andere het hoofd te bieden. iden we 1 elijk aant m bouwen? Res- ook goéd moge- 1 «slechts» jaren- verwaarloosd. Er moest dan ook tallig onderhoud weg gewerkt worden. Door dat plank voor plank te doen, bleef de botter als schip bestaan mét haar geschiedenis. Zou echter naast de oude botter een nieuwe gebouwd worden, dan ging de geschie denis van de oude botter op de vorm le pretvaarders bevonden na verloren. In het gunstigste geval ook lieden die in de ban werd de oude vorm exact overgebracht Die het niet op het nieuwe schip. Het gevaar was echter zeer groot dat er kleine wijzigin gen, kleine «verbeteringen» aange bracht zouden worden om het schip mooier, symmetrisch en/of sneller te maken. Kortom, de vorm, het oude schip zou veranderen. Er zou een nieuw hoofdstuk aan de geschiedenis van de botter toegevoegd worden. En t is iets wat de Vereniging Botterbe- .oud niet wil. Gemeend werd dat een iergelijke werkwijze niet mocht wor- ien toegestaan of ten minste moest worden Onlangs is de discussie weer opge- 1013Q

Kranten Regionaal Archief Tilburg

Weekblad De Tilburgse Koerier | 1983 | | pagina 23