V
welvaart
wpzijn
i
IS®?.
•J
^ss® 4
b
I
I*
IIOlLiMMriÉkHi tril., Ulïïk
V.T*
vt
0
O
sr
wij wensen u
een
zalig kerstfeest
en
een
voorspoedig nieuwjaar
antvoort 3
t>ben
O’*-
'"w
18 december 1975 pagina 24
1
IS
rttU.6 tlUUUP
BRILJANT
se Rood
tgebreid
ECHAL
:lwijn
g maar één
int van het
lat 1, Tilburg
1663 S
flessen
f 11-
JROflR
I w( d w,
«rtw al
zijn wij nog r
lerenvesten,
overgooiers
IUW.
f 9,95
5
lende kleuren,
erzegels.
4
,u
ruim gesor-J
i, jurken met j
sen blouzen./j
Lw?
i
■>7
ij
foto willem besters inzetde volkstelling van pieter breughel
we hebben wegwerpinvaliden die we ook liefst maar uit
ons midden bannen en overlaten aan deskundigen; daar
hebben we zelfs veel geld voor over als wij er maar afzijn,
daar zijn de wegwerpkinderen die we in crèches
parkeren, uitbesteden, aan de onderwijskrachten overlaten,
en waarvan wij alleen de aardige kanten van het ouderschap
willen aanvaarden, dan de wegwerphuwelijken of
wegwerpechtgenoten waar we proberen vanaf te komen,
ais we het niet meer zien zitten wij proberen ons leven
naar onze zin in te richten, en als de ander dan niet in dat
stramien past, nu ja... die moet zelf dan maar zien er voor
zichzelf iets van te maken dat is onze zaak niet.
al die verhoudingen en relaties, waar zulke
wegwerpgebaren gemaakt worden zijn in de grond mis;
zo’n huwelijk, zo’n opvoeding, zo’n verhouding tegenover
een bejaarde lóópt niet op zeker moment mis, omdat het
niet meer gaat maar die is van het eerste begin af al mis
geweest, omdat we de ander alleen maar hebben
aangenomen vanuit een wegwerpmentaliteit waar elke
menselijke trouw aan mankeert.
de samenleving als geheel is zich van deze instelling wel
vagelijk bewust en daarom ontwikkelt en handhaaft zij dan
ook gebruiken, waarin deze problematiek gevoelig aan de
orde wordt gesteld; zij forceert, om zo te zeggen, de mensen
in de meest intieme situatie bij elkaar, in het gezin vieren
vaders en moeders en kinderen samen feest, en daarbij
vragen zij zich zonder dat dit nu bepaald uitgesproken
moet worden afbenik voorde ander, is de ander voor mij
een wegwerpmens is mijn vrouw, is mijn man, zijn
mijn kinderen, wezens, die ik kan wegwerpen, mag
wegwerpen en vervangen door anderen; ben ik misschien
voor hén een wegwerpmens en overwegen zij misschien'
of ze mij liever zouden verruilen voor een ander, die beter in
hun straatje past
het is wel eens goed om zich deze vragen bewust te maken,
en dan, met grote opluchting, vast te stellen, dat de
betekenis van de mensen voor elkaar toch wel ruimer is,
dieper gaat, meer eigen is, kortom, met een heel gewoon
woord, meer liefde inhoudt, wat onder meer betekent
erbij horen zonder dat de nuttigheidsvraag een rol speelt
de kerstdagen lenen zich bij uitstek ons weer eens te
bezinnen op die waarden in het leven, die voor ons bestaan
van aanzienlijk meer betekenis zijn, de tekenen van onze
welvaart kunnen op andere wijze gedemonstreerd worden,
door onze levenshouding, onze daadwerkelijke
belangstelling ook voor de minderheden in onze
samenleving en Öok voor de ontwikkelingslanden, onze
welvaart kan zich ontwikkelen naar een vorm van welzijn, die
meer ligt in de sfeer van het kerstgebeuren.
Christus kwam op aarde om ons te bevrijden, velen wachten
nog op bevrijding in de zin van de kerstboodschap: dat er
vrede zou zijn op aarde.
we leven in een wegwerpmaatschappij, de zich gedurig
ophopende afvalbergen spreken enerzijds van welvaart
alle rommel en verpakking is eerst door iemand verbruikt
maar anderzijds ook van gebrek aan vindingrijkheid en van
onverschilligheid voor de gaven van de natuur, die ons wel in
rijke overvloed geschonken zijn, maar dan toch in een
overvloed, die niet onuitputtelijk is. we hebben dan ook een
slecht geweten over onze verkwisting, en de club van rome
heeft met haar rapporten over heteinde aan de groei dat
geweten enkele jaren geleden nog eens extra wakker
geschud.
toch is het opraken van de grondstoffen, en het onnut, ten
halve, gebruiken van produkten, waar veel mensen zich toch
moeite voor gegeven hebben om ze te maken, nog
kant en misschien nog wel de onschuldigste kan
wegwerpsysteem, waarin wij opgroeien en leven, we
verkeren namelijk voortdurend in het gevaar, dat we niet
alleen dingen wegwerpen, maar ook mensen, we gebruiken
dikwijls mensen voor zover ze in ons eigen denken en
verlangen te plaatsen zijn, en als aan ons verlangen voldaan
is, zien we de mens niet meer, maar alleen de prestatie voor
zover die ons van nut is.
alle mensen kennen het verschijnsel van de postbode, die
alleen door de hond, en dan vaak nog als iets vijandigs,
wordt opgemerkt, en waarvan alleen de brieven in de bui
voor ons van belang zijn, we staan allemaal wel eens ooit
aan een loket ons ongeduld te verbijten en dan zien we aan
de andere kant van het glas alleen de functionaris, die ons
een kaartje, een stempel, een uitkering, moet leveren, maar
met wie we verder op het menselijk vlak niets te maken
hebben; zijn, of haar, gezicht, gevoelens, instelling,
optreden, is voor ons nutteloze, en vaak alleen maar lastige
verpakking van de prestatie, en als we ons kaartje, ons
stempel, onze uitkering hebben, gooien we de verpakking
gewoon weg. wij geven er ons nooit rekenschap van, hoe
frustrerend deze onverschilligheid van onze kant kan zijn
voor de functionaris, die ons bedient.
maar ook dit is nog maar een randverschijnsel, ook in ons
meer dagelijks leven is soms sprake van
wegwerpmensen daar zijn de wegwerparbeiders die
uit het buitenland komen, zolang we ze nodig hebben, en die
we liefst maar zien vertrekken, als we ze niet meer nodig
hebben, ons interesseren voor hun cultuur, voor hun welzijn,
doen we niet, dat is te moeilijk, daar moeten ze zelf maar voor
zorgen, daarzijn de wegwerpbejaarden die we, als we er
niets meer aan hebben, maar weg proberen te stoppen in
inrichtingen en verpleegtehuizen, waar gesalarieerde
krachten dan maar moeten zien, dat ze er iets mee beginnen.
b
■.MVT»
k ,r’
- w