n f s G S i I r De Inktvis ANTON WILKE >0 i 1 ONS VERVOLGVERHAAL iging toen Leslie R” precies volgde Zijne en „Mijnl af. „In pril Grasmaaimachines MG zei hg kort en bondig FIJNGOEDWASSERU BOUMANS mijnheer riETS st op jven Foto nu •p ny, al BEER is een niet te onder- >09 56 is, hebt Deskundige Service te olen,” ïrder. conver- in, indruk c.°U f 75.— ze op hun het aanhou- irsatie in de met i motor- en RESTAURANT cht zei hij op Lekpot” 'IM op (Wordt vervolgd) van Beurden ook ^'ir rn ENSCHOT Eerste café (links) vanaf Tilburg Detective-roman Juwelier St Annapiein 13 Telefoon 22359 PETER BARON Geautoriseerde vertaling van Jean H. P. Jacobs Billyke prijzen Prima afwerking O Vlotte service welk vergif uw zal ik ertoe kunnen >nder- i hand buiten- de ge- House hoffe- iten en gaan 4 N 25158 J lauwde 1 naar ver viel,. zo deze de et en déArmee uit,” gedecideerd. „U deed -J te gaan, mijn- wzrf’ fieve van loed, dat iets dergelijks niet uw lijn ligt, nietwaar?” zei klonk i r beneden. 1 3rd om. e zijn, r gaf Fret i, wie beval hij en - „Ik denk, - even fdagent Clarke 1' stevig een hanc Soepele betalingsmethode. “Ti door 3 opmer- de toe- toon, waarop iet vriéndelijk, drommel... te halt ssenbeide i teef- ij hield sek er Voor FILMS en APPARATUUR ONTWIKKELEN en AFDRUKKEN fillem H-straat 39 i>urg Telefoon 21503 en een Freddie hebben. kwart, daarover Reparaties aan Goud- en Zilverwerk in i sigart i sigart ig- ie van hem te op zijn ig al wat 1 e Wil Tilbi halve mi na eerst „Mogelijk •er wil ik MARKT 5 DEN 8Q$C« WIIHELMINASTRAAT 19 WAALWIJK;] r 0.(1160.32091 Genade. x>k geen gedaan maar on- - ver te ller te 184 inapark 25374. legde vriendelijk is mi .nd op Freddie’s Zij Firma Th. SCHAPENDONK (v.h. Het Leerhuis) In het centrum van de lederindustrie. De zaak kwaliteit en ver in, heeft voor U icht collectie: sterk door zijn: vlotte bediening en 0 klassewerk Steeds dezelfde week 1 .elseweg 160 - Tel. lopen, ker te feleden daar op weerklonk, hun plaats, zaten drie even voorstellen,” Craven, de hertog ^„De De grootste zaak In Brabant op het gebied van lederen en suède- kleding. Ook Uw adres voor het reinigen van suède kleding. Overal aan huis te ontbieden. jullie naar Loesely stelde Zijne Genade „Mijn wagen staat buit wat vroeg om al te tand van u mijn rond- vanavond gezien?” voldaan achterover in De eerste mensen, die zij moetten, waren sir Marcus Genade van Framlingham. De twee mannen bogen, t naderde. „Jimmy, zei Leslie van Fraiuji. „Laat ons de herto»' gemakk—-,.. Jimmy Genade. „Met i "ieder— Ie week klaar. - Tel. 23890 er een luid Fenton keer- Voor dit beroemde fabrikaat naar: Jos W. Simons' Piano- en Orgelhandel Goirkestraat hoek Wilhelmina Telefoon 25 die, ka- wil hier en... ehik keek, hé, en medewerken uw gestel te or r zó. Begrijpt u, men krijgt mijnen?’’ vroeg de hertog beleefd. gelegenheid om zo’n kamer Jimmy noemde de eerste de l 'en, lieve hoofdagent." n. de vertegenwoordiger der aan. Clarke,” verbeterde deze „Hebt u iets aangeraakt van trouwen, een prac. Lederen herenjassen vanaf f 140.— Lederen herenjacks vanaf f 120.— Lederen herenvesten Suède damesjasjes vanaf f 87.50 Suède herenjacks vanaf f 150.— Motorhelmen, wanten, motorcaps, enz. enz. RIJWIEL- EN BROMFIETSHANDEL P. van LOON Zn. Lijnshelke 94B Telefoon 26604 I Deskundige Service I voor hem gaan halen, elf naar boven.” naar de hertog, alsof dat die een gloeiende voor zijn neef zou de kamer ■ret uit te iret uit te Ie speciale Pannekoekenhuis van hei zuiden daar ont- en Zijne s Een grandioos artikel van de drie mannen naar hem toe. sir Marcus,’’ jammerde opgewonden. „Oh, sir o.t de beste mond kwam, j zichzelf op, man aardig ik zal je lie. „Mijnheer amlingham.” is iets gaan gebruiken,” zei rtog, „en noem mij Erb, dat is ckelijker.” - grijnsde loor, Erb.” niet, om die kennen,” ant- „Och, dat is een kwestie van tijd,” antwoordde de hertog, en hij het glas tegen het lidit en keé naar met kennersblik. „Nu...” „Ik bedoel, het stuk,” merkte Jimmy glimlachend op.” „Kinderspel,” zei hij. ,.Maar wat - ik zeggen wil, mijnheer Craven, het komt me voor, dat ik uw naam meer ge hoord heb." „Ik ken uw neef, Freddie Leicester,” antwoordde Jimmy, „hij zal mijn naam waarschijnlijk al eens genoemd hebben.” Moge lijk. Dat schatten nadeel." „Och, ik weet ’t niet,” antwoordde de reporter en kleurde lichtelijk. ,,Er zijn nog erger namen.” „U begrijpt me verkeerd,” zei de hertog rustig. „Ik bedoel dat het een karwei met mijn neef bekend te zijn. U mijn sympathie. Gebruikt u nog meer?” „Sympathie?” „Nee, een borrel. Alg ik het over die bliksemse kwajongen heb, krijg ik al tijd een onlesbare dorst.” Jimmy schudde het dit ogenblik juist de gonj begaven zij zich weer i De hertog en sir Mai rjjen 8*t* „En'. nalist t ,Hij 'i mine euu.ny noemde de eei drank die hem voor de en merkte inmiddels bij dat hij werkelijk die oude vond. „Ik verm< erg in Jimmy. „Maar, ’t is immers ónmogelijk, dat Freddie dat zou gedaan hebben,” pro- uusiappen testeerde Leslie ineens vooruitstappend, eezelschan ’>HÖ 2011 er de”verstandelijke ver- sir Marcus’ moSens niet voor hebben, wilde je welgedane zeker zeggen,” onderbrak Zijne Genade haar spijtig. „Ik geef het graag toe, maar hij had hier slechts enige handig heid nodig, en daar maakte hij niet eens gebruik van. Hoe kwam die ezel er anders bij, om zijn plannen aan Jimmy te verraden?” „Hij zei alleen maar, dat hij belang stelde in diamanten,” verdedigde Jimmy. „Juist, juist," zei Zijne „Maar natuurlijk denk ik er ook ogenblik aan, dat hij het zou j hebben. Hij heeft er alleen vergelijkelijk slag van, om op een vt keerde tijd op een verkeerde plaats 1 recht te komen en zich op die mani in een chaos van beroerdigheden storten.” Hij keek de baronet eens aan. skenisvol met zijn was nu weer 1 Hooft maar arm. „Nu mijnheer,” zei hg, „alstublieft.” „Wét? Ik blijf hier en daarmee uit,” riep Freddie verstoord. ,.,U blijft hier niet - zei de hoofdagent gedc. beter kalmpjes mede heer.” Freddie ging kalmpjes mee. NEGENDE HOOFDSTUK Freddie’s avontuur Leslie wachtte reeds in de satiezaal op Jimmy. „Het spijt me, dat ik je heb laten wachten,” zei hij, toen hij even later verscheen. Zij verlieten samen de club en Jimmy riep een taxi aan en beval chauffeur naar „Court Royal” te len. „Waai Jimmy „Hg 7- Je zult Jimmy „Da. zei Jii „Ma... geweest. vanaf f 33,50 Plastic Tuinslang vanaf 28 ct pm. „Och, zowat tien nuut,” antwoordde goed nagedacht te tien en drie niet twisten.” „Hebt u altijd tien minuten nodig, om uw koker te vinden, mijnheer?” Zijn toon was dreigend. „Neeeh.... nee,” blaatte Freddie, „in minder dan een wip heb ik maar ’t kwam alleen, doordat de mer een beetje rommelig was... ik - zeggen... eh... u moet toegeven dat niet gewoon is?... en dus stond ik en keek en... ehik keek, hé, stond hier zé »*- - niet vaak g" eens te zien, Hij keek wet onnozel „Hoofdagent heer zuurtjes, in de kamer.” ,,Neen,” antwoordde Freddie. „En let u maar niet op Fenton. Dat is alle maal opwinding. Hij zal er wel over heen komen, ’t arme schaap.” „Hm! Waar is sir Marcus... hoe heet hij ook weer?” „Loseley,” hielp Freddie vrolijk. „Hij is naar een schouwburg.” Hoofdagent Clarke keek Leicester onheilspellend aan. „O, zo, zo, zo, enfin, het spijt me wei, maar mijnheer Leicester zal met mg mee naar het bureau moeten gaan.” Hij ging naar de agent toe. Mathers,” zei hij, „let goed op, dat er niets aangeraakt wordt in deze ka mer, en vraag uitvoerige bijzonder heden aan... hoe zei u ook weer, dat u heette?” Fenton, mijnheer,” antwoordde butler, die helemaal in zijn schulp kropen was. „Wat bedoel je daarmee?” vroeg sir Marcus, „Ingebroken?” De butler slikte nogeens en knikte vertwijfeld, alsof hij zich persoonlijk voor de misdaad verantwoordelijk voelde. „Ja, ziet u, mijnheer,” begon hij zich te verdedigen... rhaar sir Marcus zag mets. Hij stormde langs de oude man heen, en gevolgd door de andere, ren de hij de trap op. De politieagent, die stond, haastte zich zijn stond, haastte zich zijn doven, en boog eerbiedig Zonder enige notitie van hem te ne men schreed de baronet op zijn safe toe, en onderzocht haastig ai wat er in lag. Behalve een snel in het rond geworpen blik, scheen hij weinig oog te hebben voor de wanordelijke toestand der kamer. „Vertel op,” tegen Fenton. Fenton keek zenuwachtig de hertog aan, en begon toen aan zijn verhaal. „Mijnheer Leicester kwam hier geveer een uurtje geleden aanlo mijnheer, om zijn sigarettenkoker halen, die hij een paar dagen ge« had laten liggen.” .„Freddie?” vroeg de hertog plotse ling. „Ik wist wel, dat het met die knaap nog eens slecht zou aflopen.” Hij perste zijn lippen vast op elkaar ©n de butler, die hem even zenuw achtig aangekeken had, vervolgde be schroomd zijn verhaal. „Ik wilde hem maar hij ging zei Weer keek hij r.„. hij verwachtte, dat verdedigingsspeech gaan afsteken. „Mijnheer Leicester was al een tijdje hier, toen ik boven eens kwam kijken of ik hem misschien kon helpen. De kamer zag er precies uit, zoals u ze nu ziet, mijnheer, en mijnheer Leicester zei, dat er ingebroken was.” „En dat,” zei Framlingham bitter ,is natuurlijk juist zo’n geestige opmerking, die je van Freddie verwachten kunt!” „Ik belde dadelijk de politie op, mijn heer,” vervolgde de butler, die van het ene been op het andere ging staan, „en de hoofdagent verzocht mijnheer Lei cester mee te gaan naar het bureau.” „Wat?” Loseley stapte plotseling op Fenton toe en keek boos. Toen herstelde hij zich en wendde zich tot de hertog. ,Dat_is verbazend vreemd. Eib,” zei schijnt niets anders weg- te zgn, dan de tiara en toch kamer...” es betel talmte X)t. ten alles grondig onderzocht toch sta ik ervan te kijken, hebben.” schudde het hoofd en ■lik juist de gong "ij zich weer naar lertog en sir Marcus zs achter Leslie en Jimmy. n?” fluisterde Leslie, toen de jour- weer in zijn stoel naast haar zat. valt me mee,” zei Jimmy, hij ider droog, dan ik verwacht had.” j ontmoetten de hertog en sir Mar cus niet meer, vóór ’t einde van het stuk. Beide heren stonden op hen te wachten, niet 't minst aangedaan de stortvloed van bewonderende oj kingen over het spel, van c™ schouwers. „Kan ik brengen?” lijk voor, het is nog slapen.” „Heeft soms iemi wandelende neef vroeg de hertog, v de auto leunend. „Ik heb hem nog gezien in „Noctur nes”, ,.,zei Jimmy, „maar dat was nog vroeg in de avond.” „Die jongen Freddie bedoel ik zal nog eens een dronkemansdood ster ven,” zuchtte Zijne Genade. „Hebt u misschien enig idee ervan, welke bij zondere losbandigheid hij vanavond weer op het oog had, mijnheer Craven?” „Hij zei iets over diamanten,” ant woordde de journalist, „en, wat ik zeg gen wilde, wilt u mij Jimmy noemen?” „Diamanten,” zei de hertog, ,.,hij erft mijn eigen liefhebberij blijkbaar.” „En de mijne,” zei Leslie gedachte loos. De wagen stopte op Eaton Place, Jimmy hielp Leslie bij het uitstappe Nauwelijks was het kleine f uitgestapt of de deur van si huis werd open gerukt en de welgedane Luikje gestalte van Fenton werd in de opening g op. zichtbaar. De butler was merkbaar in zien, de war. Irijf,” Meteen haastte Leslie zich „Sir Marcus, de oude man Marcus...” „Hij heeft het tegen jou,” zei Zijne Genade, de baronet op de arm tikkend. Nu, wat heb je te vertellen,” snauw de sir Marcus een tikje ongeduldig. Fenton slikte eens en staarde ellen dig voor zich uit. „De tiara, Sir Marcus,” wanhopige toon. „Juist, wat is daarmee?” „Ze is weg, mijnheer,” huilde Fenton. Hij wrong zijn handen en scheen ’t punt, in tranen uit te barsten, andere volgde hem de hall in. hij’ „Er genomen is de Hij wees en zgn ka gewoon groot „Zij moetei hebben en toch sta ik ervan dat ze de safe gevonden hebben.” Hij wendde zich tot Fenton. „Ruim die rommel op,” be"“' v keek toen de andere aan. dat we het beste doen, ook maar naar het politiebureau te gaan Freddie vrij te maken.” „Ik heb altijd wel geweten, dat die bliksemse kwajongen misdadige nei gingen had.” mompelde Zijne Genade. „Maar als hij zijn familie wilde bla meren, waarom het dan niet gedaan op een manier, die een man van zijn stand past. Dronken geworden en een politie agent aangevallen bijvoorbeeld. Maar Freddie is nou nooit erg conventioneel geweest. ir is je vriend Erb toch?” vroeg toen ze in de taxi zaten. j zal iets later komen met Marky, zult beslist van hem gaan houden, .imy.” Dat ,heb ik immers altijd gedaan,” 'immy ernstig. farky is altijd een aardige baas „eweest.” ,.,Nee, niet Marky dome „Ik verlang helemaal domoor Erb te leren 1 woordde hij. Een beetje later zaten ze op hun plaatsen, en luisterde naar het aanhou dend gezoem van de conversatie in de zaal. Marky zit zeker op het schellinkje met Erb?” merkte Jimmy grimmig cr. „We zullen geen van tweeën zi™ vóór het einde van het eerste bedrijf,’ antwoordde zij. „Ik geloof dat Marky eerst nog naar Scotland Yard gegaan is om iets te laten vertalen. „Een stukje papier of zoiets, dat hij zeker gevonden heeft in een van zgn oude boeken.” Jimmy knikte afwezig met het hoofd. Hij wist wel beter, maar sprak ner gens over. Het plotselinge uitgaan der lampen en het even plotseling ophouden der ge sprekken waarschuwde hem, dat het gordijn gehaald was; en zij keken naar het mysteriespel: „Middernacht”. Toen het scherm viel, onder donde rend applaus, slenterde zij beide de foyer in. iheer.” maakte Freddie de zin i orde hoor.” Op dat ogenblik geklop op de deur de zich geagiteerc „Dat zal de politie zijn, mijnheer?” „Waarschijnlijk,” gaf Freddie toe, „of de post. Treed hem, wie *t ook mag zijn, tegemoet als een man, Fenton. Wil ik je helpen?” Maar Fenton had nergens meer oren naar. Hij draafde de trap af, zwaaide fors de deur open en stortte een ver ward verhaal, van de stoep af over een politiedienaar uit, die voor de deur stond. Zodra de agent het duidelijke van het onduidelijke gescheiden had, keerde hij zich om en beval aan n’ onzichtbare i,Mathers” om, „fluks mee te komen” en volgde de butler de trap op, naar het studeervertrek. Terwijl hij de kamer binnenstapte, groette de agent eerbiedig: „Goede avond, sir Marcus”, zei „O, ja?” vroeg Freddie onne „Toen ik kwam dreigde het te regenen en... wat ik zeggen wou, smeris, ik ben niet de eigenaar dat rommeltje hier.” „Oh,” merkte de agent op en zijn gelaatsuitdrukking veranderde min of meer. „Wie is die heer?” vroeg hij, zich omkerend en plotseling de beduusde Fenton aansprekend. Mijnheer Leicester, mijnheer,” zei Fenton, opgewonden, „een vriend van mijn meester.” „Hm,” zei de agent peinzend, en, een koele blik op Freddie’s blijmoedig ge laat werpend, stevende h^j de kamer door en begon aantekeningen te maken in een klein boek. In de deurc stond agent 1 langstellend g Leicester met '"ut is 1 de ld a; ropening, achter de butler, Mathers zgn superieur be- ngstellend gade te slaan, en mijnheer 3icester met nog groter belangstelling. „Wat is er gestolen?” vroeg de hoofdagent, zijn onderzoek onderbre kend en Fenton aansprekend. „Zover als ik nu zien kan, niets an ders dan de Loseley tiara.” antwoordde de butler, in zijn handen wrijvend. „De Loseley wat?” vroeg de hoofd agent wantrouwend. „Een beroemd erfstuk,” haastte Fen ton zich eraan toe te voegen. „Met diamanten bezet. Zeer kostbaar. Buiten gewoon. Sir Marcus bewaarde het in die safe.” Hij wees naar de safe en de hoofd agent streek met de hand over zijn kin Aangezien hij niet zeker kom zeggen, of hij wel wist, wat een tiara was, zou hij heus niet kunnen vertellen of ze weg was of niet. Hij keek de andere kleinodiën wantrouwend aan, doch be sloot maar niets te zeggen. „Anders is er niets uit de safe ge stolen,” babbelde Fenton opgewonden verder. „Ja, ik heb ook wel ogen,” sm de hoofdagent; en zich zo snel Freddie omkerend, dat deze van rassing achterover in de stoel vroeg hij: „Mag ik vragen hoe lang u hier ge weest bent, mijnheer?” Freddie geeuwde. De t die mijnheer sprak was nit Wel verdraaid... voor de <i „Mijnheer Leicester kwam even aan- de lopen om zijn sigarettenkoker te halen,” rijd« kwam Fenton behulpzaam tussenbeiden. „Mijnheer Leicester heeft zeker ook wel een tong, nietwaar?” vroeg de hoofdagent koeltjes. „Oh, ja,” mompelde Freddie, „ik liet dat ding hier een paar dagen geleden liggen. De koker, hoor, niet mijn tong, ha ha, ha!” Zijn humor slaagde er niet te maken op de hoofdagent. „U was alleen in dit vertrek?” „Natuurlijk,” merkte Fenton boos i „Mijnheer Leicester komt hier vaak, zult toch zeker niet denken...?” De hoofdagent doorboorde hem een ijskoude blik. „Hoelang was u alleen in dit ver trek, mgnheer?” vervolgde de hoofd agent.

Kranten Regionaal Archief Tilburg

Weekblad De Tilburgse Koerier | 1960 | | pagina 7