Baarle's Nieuws-en
Advertentieblad
-F
WEEK
Emigranten van God I
VAN WEEK
tot
Eerbied in Gods huis!
■I I
46e Jaargang
Zaterdag 30 Juni 1951
No. 26
Uitgave: Drukkerij de Jong, Baarle-Nassau - Tel. 231
I
17 Juni
24 Juni 1951
Pater Guido de Vet o. f. m. cap.
Pastoran katholiek
Gunuhgsitoli
Nias Indonesia
MIJNHARTJES: sterke
bestrijders van pijnen
van atapblaren blaast. De ratten en mui
zen, die hier een paleis hebben, zijn on
rustig vanavond. De Islamieten, die bij
me inwonen, neuriën hun gebeden en
langzaam valt de nacht over dit eiland
der eenzamen.
Op 10 April heeft een boot me hier af
gezet. Vreemd met alles ben ik door de
onderkomen straten gelopen. Inderdaad
het leek of ik aan het uiteinde der wereld
gekomen was. Vroeger zeiden we wel
eens in Gilze dat in Ulicoten de we
reld ophoudt, maar hier ben je werkelijk
in een heel andere wereld. 6 Maanden
heb ik in Medan gewoond, veel volken
van Indonesië gezien, maar wat ik hier
zie en meemaak, heb ik nog niet onder
vonden. Je meent onder bruine mensen
te moeten werken, zoals overal in Indo-
nesië, maar hier zie je niets dan knappe
blanke, bijna gele gezichten. Het was net
of ik in Italië stond. Een ding heeft het
wel met ons goede Baalse en Ulicotense
volk gemeen, dat het even hartelijk, blij
en vrolijk is. De gastvrijheid is h er ook
een volksdeugd. Maar in één ding ver
schillen ze weer hemelsbreed met Baal
se mensen, dat ze doodarm zijn. Dat kun
je niet van alle mensen in Baal zeggen...
Hollandse soldaten zijn hier nooit ge
weest en wij priesters zijn de eersten, die
er weer als Hollander sinds 1942 komen.
Het missiewerk was er nog maar pas
voor de inval van dejapanners begonnen
en de missionarissen meenden, dat alles
wel vernietigd zou zijn. Toen ze gevan
gen genomen werden (ze y/aren met
twee), lieten ze een 200 katholieken
achter met een keur van onderwijzers,
die opgeleid waren in <fe godsdienst,
maar niemand had aan de mogelijkheid
gedacht, dat die guru's door gewerkt zou
den hebben. O. L. Heer heeft nu eens echt
het werk in handen genomen. Zonder
priester zonder boeken of kerken, zijn
daar in de tijd van 8 jaar meer dan
4000 Katholieken gekomen. De mensen
hebben zelf allemaal kleine kerkjes ge
bouwd en overal komen de mensen sa
men om te bidden. Nu er weer twee pries
ters zijn, worden deze overstormd met
aanvragen van mensen die ook katho
liek willen worden, maar er is zoveel an
der werk, dat we met tranen in de ogen
hen moeten zeggen: Nog even geduld....
geduld.... Twee priesters (waarvan een
nog de taal goed moet leren) voor 4000
katholieken, die hun godsdienst nog maar
slecht kennen, die voor een groot gedeel
te nog moeten biechten en de eerste H.
Communie ontvangen, mensen die ver
spreid wonen over een grootteals Noord-
Brabant, In een land zonder wegen, met
bergen en heuvels met grote stromen van
soms 1 kilometer breed, zonder enige
brug of vervoer middel. Het klimaat is
ongezond.... er is geen dokter.... veel
mensen liggen ziek en sterven zonder
de laatste Sacramenten.... kinderen ster
ven er ontzaggelijk veel... En zo zou ik
door kunnen gaan. We hebben zelf nog
geen fatsoenlijk huis. Een kippenhok is
er nog een paleis bij, vergeleken bij het
hutje, waarin we nu wonen.
Doopboeken moeten nog helemaal
opgeschreven worden... huwelijken in
orde gemaakt... nieuwe onderwijzers
moeten worden opgeleid... preken voor
de kampongs moeten gemaakt worden...
er moet een blad gedrukt worden... Het
is als bij een emigrant, die in een vreemd
land komt en geen nuis heeft, geen stoel
om op te zitten, geen ketel om water te
koken, geen ploeg of paard om zijn land
te bewerken.
Dit is onze steun en sterkte In dit een
zaam, regenachtig en benauwd eilandje.
Over de zeeën en bergen heen, in ons
kleine Brabant, aan de grens van België,
wonen mensen, die aan ons denken, die
voor ons bidden en offeren. Dan kennen
wij geen moeite, geen slapeloze nachten
geen stromen en geen gewonde voeten,
dan kennen wij alleen Gods Liefde, die
door moet dringen in harten en lichamen
van deze mensen.
Beste Vrienden, andere keren zal ik
vertellen over ons eilandje, over ons
werk en over ons successen, want Nias
beloofd Iets geweldigs. Later zal blijken
welk groot aandeel in deze strijd voor
Christus ons dierbaar Baal heeft gehad.
Baol Draalom Ja'ahowoe, is de Niasse
vaarwel.
Aan al mijn goede Baalse vrienden...
Er is geen serieus man in Baal, of hij
heeft gesproken over de emigratie. En
als we over emigratie spreken, dan den
ken we aan Canada, aan Nieuw-Zeeland
aan Australië en Brazillië, dan denken
we aan jonge, stoere kerels, die met heel
hun gezin hun vaderland verlaten om
elders een nieuw bedrijf te gaan opbou
wen. Maar. er zijn nog meer emi
granten. Onbekend, soms eenzaam, wo
nen ze in verre landen, op bergen en ook
soms op heel kleine, onbekende eiland
jes, om daar gans alleen de Kerk van
Christus op te bouwen. Een van die emi
granten is door U op gulle wijze gehol
pen en vertelt U nu eens niet over grote
boerderijen, maar over een eilandje,
waarop hij woont, over een hutje, aan de
zee, dat zijn pastorie is.
Misschien is er een atlas in huis. Ik
raad U aan die open te slaan en te kijken
bij de kaart van Sumatra, een van de
grootste eilanden van Indonesië. Aan de
westkust kunt ge de plaats vinden: Sibol-
ga. Soldaten, die op Sumatra geweest
zijn, kennen die plaats wel. Met een klei
ne motorboot kunt ge vandaar ongeveer
iedere maand varen naar het eilandje
Nias. Misschien staat er de voornaamste
plaats op: Gunungsitoli. In een hutje, zo
groot als een kippenhok, woont daar nu
de missionaris, die een klein jaar geleden
vanaf Uw preekstoel afscheid nam. Drie
meter van zijn hutje buldert de grote In
dische Oceaan. En terwijl hij U dit alles
schrijft, heerst er een zware storm. Gol
ven, huizen hoog, botsen op de zware
boomstronken, die als brekingsblokken
dienst doen. Mijn petroleumlampje
walmt telkens, als de wind door het dak
Het artikeltje in “Ons Weekblad" van 23
Juni 1. 1. getiteld "Dat is absoluut verboden"
heeft mij bijzonder geinteresseerd, en biedt mij
de gelegenheid het volgende op te merken.
Dat er gepraat wordt in onze katholieke ker
ken zal wel een overal voorkomend verschijn
sel zijn en een euvel dat moeilijk uit te roeien
is. Wat ik echter opmerkte in de parochie
kerk te Chaam is erger en zelfs walgelijk.
Daar wordt niet alleen gesproken, maar „ligt"
men achter in de kerk gewoon tegen de grond
aan, houdt er gezellige buurpraatjes of zet er
de afgebroken nachtrust verder. Achter in de
kerk spelen zich tonelen af, die voor ieder fat
soenlijk katholiek of hij dan „fijn" is of niet
een ergenis zijn. Dat dergelijke toestanden ja-
ren achter elkaar kunnen blijven voortbestaan
is voor mij een raadsel. En toch bestond deze
toestand 10 jaar geleden in dezelfde kerk ook
al. Kunnen hier geen maatregelen getroffen
worden opdat aan deze ongewenste toestand
een einde wordt gemaakt? Wat moeten
vreemdelingen en toeristen die in zo talrijke
mate naar Chaam komen, hier toch van den
ken? Is het geen schande voor ons katholieke
Zuiden? Maar vooral is het geen oneer tegen
over O. L. Heer? Chaam zorgt er voor dat
deze vraagtekens opgelost worden.
‘n Opmerker.
Goed voorgaan
doet goed volgen
In allerlei toonaarden wordt ons voor
gehouden, dat sober leven en de uiterste
zuinigheid van het grootste belang zijn
voor de toekomst van het vaderland.
Maar al dit preken zal weinig baten, zo
lang de overheid zelf niet het voorbeeld
geeft. Het verslag dat de algemene re
kenkamer onlangs heeft uitgegeven be
vat een aantal voorbeelden van hoe het
niet moet, die een gloeiend teken vormen
aan de wand. Vooral de Dienst van
Buitenlandse Zaken schijnt in verspilling
uit te munten. Een ambassaderaad bij
voorbeeld genoot f 114 000 aan ver
blijfsvergoeding. Deze ambassaderaad
is inmiddels op non-actief gekomen en
werd niet meer vervangen. Met andere
woorden: hij was nog overbodig ook.
Een onzer gezanten, die onder de oorlog
zijn inboedel verloren had, ontving drie
jaar lang f 1200,— per jaar voor (houdt
LI even vast) het huren van een eetka
mer ameublement 111
Zolang dergelijke ergerlijke verkwis
tingen mogelijk blijven, zolang sheque
controle en voorbeeldige sancties hier
aan geen paal en perk stellen, zolang zal
al het gepreek over sober leven boter
aan de galg gesmeerd zijn. Zelfs al zijn
deze gevallen uitzonderingen, en zelfs al
is het merendeel der landsdienaren van
een ander kaliber, dan nog zijn deze uit
wassen zo negatief in hun uitwerking,
dat de uitgemergelde, belastingbetaler
luide zal knarsentanden
Binnenland:
Punten van zeer uiteenlopende aard trok
ken deze week heel speciaal onze aandacht.
Op de eerste plaats het krachtdadig optre
den van de regering tegen het „Bureau Zuid-
Molukken”. De regering was namelijk in het
bezit gekomen van een aantal bescheiden,
afkomstig van enige hier te lande verblijven
de Ambonnezen, die zich opwerpen als ver
tegenwoordigers van de zich noemende Re
publiek der Zuid-Molukken. Hun kantoor
houden zij in het zo even genoemde Bureau
in Den Haag. Hun invloed wordt vooral ge
richt op de Ambonnese gewezen militairen
van het vroegere Koninklijk Nederlands
Indonesisch Leger (K.N.I.L.), die thans
tijdelijk in Nederland zijn. Zij matigen zich
volkomen regeringsbevoegdheden aan; ge
bod en verbodsbepalingen worden „afgekon-
digd” en tegen overtreding daarvan straf
bedreigd; zelfs worden paspoorten afgegeven
en een soort belasting geheven. En wat
het ergste is zij hitsen de Ambonnezen op
tegen de Nederlandse Regering die ervan
verdacht wordt gemaakt, dat zij de Ambon
nezen zal gebruiken in het belang van het
Nederlandse Kapitaal in Indonesië. Het is
dus zeer begrijpelijk, dat de regering het op
treden van deze heren niet kan goedvinden
en daartegen maatregelen nam. Mocht be
doeld bureau voortgaan met handelingen van
deze soort, dan zal de regering er niet voor
terugschrikken de daarvoor in aanmerking
komende personen uit ons land te zetten.
De storm rond de Katholieke Volkspartij
is wat geluwd. De vleugeltheorie van Prof.
Duijnstee er zou namelijk een rechter
vleugel moeten komen in de K.V.P. leidde
tot een discussie tussen de heer Andriessen,
Voorzitter van de K.V.P. en genoemde Pro
fessor, die aller aandacht trok, natuurlijk van
de Partij-instajties niet het minst. Het Dage
lijks Bestuur en daarna het Partijbestuur der
K.V.P. hebben uitvoerig over deze aange
legenheid van gedachten gewisseld. Beide
besturen staan unaniem op het standpunt,
dat de K.V.P. een zo breed mogelijke samen-
stelling behoeft en dat deze samenstelling in
haar organen en eventueel te vormen nieuwe
organen tot uitdrukking dient te komen. In
beperkte kring is dan ook reeds over een en
ander overleg gaande. Dit was voor Prof.
Duijnstee aanleiding op zijn pleidooi voor
een rechtervleugel terug te komen. Wel
houdt hij vast aan de rechtse idee. Een en
ander vat hij samen in de leuze „De rechter
vleugel is dood, leve de rechtse idee!” Wij
zien met grote interesse de verdere ontwikke
ling en consequenties tegemoet.
Voor het eerst na een grondige en magni-
fique restauratie vergaderde Tweede Kamer
deze week weer in haar eigen zaal. Verschei
dene zaken deed zij af, waarbij vooral de
verhoging van de Kinderbijslag meer dan
gewone aandacht vroeg. Het ging hierbij
vooral om een voorstel van de regering, om
naast een algemene verhoging, voor de grote
gezinnen een extra tegemoetkoming te ver
lenen. Mevr. Fortanier-De Wit (V.V.D.)
diende een amendement in om de verhoging,
wijl alleen de K.V.P. en de Katholieke heer
Willems van de P.v.d.A. tegen stemden.
Onze Koningin en Haar Gemaal brachten
deze week een driedaags officieel bezoek aan
Luxemburg. De vorstelijke gasten en hun
gevolg, onder wie ook Minister Stikker, wer
den op het vliegveld Findel verwelkomd
door Groothertogin Charlotte, Prins Felix
van Luxemburg en de overige autoriteiten.
Bij de bevolking heerste groot enthousiasme.
Deze dagen werden gekenmerkt door een
geest en sfeer, die waarborgen kunnen zijn
voor een verwezenlijking van de Benelux-
gedachte.
Buitenland:
Z.H. de Paus liet een encycliek verschijnen
over de geloofsvervolging in Azië en de
missie (Evangeli praecones). Hij schildert
hierin de vervolgingen, waaraan de „Herau
ten van het Evangelie” en de Katholieken in
Azië zijn blootgesteld. Hij spreekt de hoop
uit, dat de volkeren van Korea en China, zo
spoedig mogelijk niet alleen van de hen te
gronde richtende geschillen en oorlogen,
■l-
Bij zonnebrand, doorzit-
ten, schrijnen, smetten
ONS WEEKBLAD