en
Baarle's Nieuws- en Advertentieblad
Weekblad voor Baarle-Nassau-Hertog en Omstreken.
I
I
Een jaar Wieringermeer
en wat te verwachten is
begonnen. De
de neringdoen-
voor
EVANGELIE VAN DEN ZONDAG.
Hoofdstuk 10 11-16
In dien tijd zeide Jezus tot de Farizeërs! Ik
ben de goede Herder. De goede herder legt
zijn leven af voor zijn schapen, Doch de huur
ling en wie geen herder is, wien de schapen
niet in eigendom behooren, hij ziet den wolf
komen en laat de schapen aan hun lot over en
vlucht, en de wolf rooft en verstrooit de scha
pen. De huurling nu vlucht, wijl hij een huur,
ling is en zich om de schapen niet bekreunt. Ik
ben de goede herder, en Ik ken de mijnen en
Mij kennen de mijnen, zoals Mij de Vader
kent, en Ik den Vader ken. En mijn leven leg
ik af voor mijn schapen Nog andere schapen
heb Ik, die niet uit dezen schaapstal zijn; ook
deze behoor Ik te leiden, en ze zullen naar mijn
stem luisteren, en het zal worden een kudde en
een herder.
waarvoor de tekeningen en het bestek nu
nereed gemaakt worden. De aanbestedin
gen van deze woningen is spoedig te ver
wachten.
Zoo wordt allerwege getracht binnen den
kortst mogelijken termijn den polder zijn
vroeger aanzien te hergeven. Vijftig boer
derijen zijn opnieuw met bomen en hees
ters beplant, de drinkwatervoorziening
functioneert weer geheel normaal, het
belangrijkste deel van den polder zal
voor het binnenhalen van den oogst aan
sloten zijn op het electriciteitsnet, dat
grondig werd vernield; de verkeersmoei
lijkheden zijn minder groot doordat be
reids alle brugopritten in orde zijn ge
maakt.
De Wieringermeerbevolking is uit het
goede hout gesneden. Zij deinst er niet
voor terug ten tweede male pionierswerk
te verrichten. Zij zal herstellen wat be
schadigd werd. Zij kan het niet alleen,
daarvoor is de taak te groot. Anderen zul
len moeten helpen. Er zullen 3000
bouwvakarbeiders uit Friesland en uit
Holland komen om de verwoeste haard
steden op te bouwen. Maar toch is het de
bevolking, die de grootste lasten moet
dragen, die zich tevreden moet stellen
met bekrompen huisvesting, gebrekkige
verkeersverbindingen, tal van maat
schappelijke ongemakken en die arbeid
moet verrichten onder de moeilijkste
omstandigheden. Het is wel tekenend,
■dat slechts een boer, wiens boerderij en
grond onder een dikke laag zand ligt, ge
zegd heeft, dat hij niet wilde terugko
men.
Alle anderen zijn weer
boeren, de arbeiders en
den, zij komen terug en zullen in geza-
melijken arbeid trachten den Wieringer-
meerpolder te doen worden wat hij eens
was. Dit jaar droog, was het devies in de
zomer van het bevrijdingsjaar. De opti
misten, die vertrouwen hadden in eigen
kracht, voegden daaraan toe: en volgend
jaar oogsten. Zij hebben gelijk gehad,
want de oogst beloofd goed te worden,
dit jaar....
koolzaak door het snelwassende water
werd neergeslagen, maar reeds nu weer
ligt er over ‘t grijsgrauwe land een groe
nig waas van opkomende tarweplantjes
reeds nu hebben zich meer dan 200 ge
zinnen blijvend in den polder kunnen
vestigen. Het wederopbouwwerk is ener
giek aangepakt en bijna de gehele opper
vlakte van den polder zal in de komende
maanden onmisbare voedselproducten
opleveren.
Juist de laatste vier, vijf weken gaf den
polder, veel bedrijvigheid te zien. Want
behalve de boeren en hun arbeiders, die
alom in het wijde land vol ijver en toewij
ding bezig waren met het zaaiklaar ma
ken en den inzaai van hun gronden, wa
ren er nog ongeveer 2000 arbeiders met
andere, hoogst noodzakelijke werkzaam
heden aan den gang.
Op het ogenblik zijn tachtig herstelba
re boerderijen in orde gemaakt, waar
door 120 boerengezinnen onderdak heb
ben gekregen. Zoolang de woningnood
nog zo groot is, zal dubbele bewoning
van de grote boerderijen noodzakelijk zijn
Het Bureau voor den Wederopbouw van
den Wieringermeerpolder, dat nu nog
in Medemblik gehuisvest is, maar per 1
Juni zijn intrek zal nemen in het herstel
de Domeinkantoor te Wieringerwerf
heeft ook voor arbeld-dfaüoödwoningen
gezorgd. Deze zijn gebouwd in de ruime
wagenbergplaatsen der boerderijen en
kunnen stellig, ondanks het tijdelijke ka
rakter, aan de gestelde eisen voldoen. De
woninkjes bestaan uit een woonkamer-
keuken twee tot drie slaapkamertjes en ‘n
behoorlijke bergruimte. Zij worden toe
gewezen aan de arbeiders, die het verst
van den polder af wonen.
Inmiddels verrijzen de Sweedse nood
woningen op het oogenblik als padden
stoelen uit den grond. Er komen er in to
taal 188, waarvan er 115 thans binnen
twee tot drie weken bewoond zullen zijn
door boerengezinnen, wier woning volle
dig werd verwoest.
Ook is er een noodkerk in aanbouw in
het bijna geheel vernielde Wieringerwerf,
waartoe een Zwitsersche barak is be
stemd. Slootdorp krijgt een noodschool
met 6 klassen, die binnen enkele weken
klaar is, en het dorp Middenmeer, waar
zich intusschen al een kapper, een krui
denier en een garagehouder met benzine
pomp hebben gevestigd, bezit een post
kantoor met telefooncentrale, waarop
reeds tal van aansluitingen zijn gemaakt.
De voorbereiding voor de definitieve
bouw zijn in een ver gevorderd stadium.
In den gehele polder zal, volgens het
bouwplan-1946, voor rond 13 millioen
gulden aan den wederopbouw worden
uitgegeven. Hiervoor zullen in de eerste
plaats naast het noodzakelijke herstel aan
boerenschuren e.d., 250 nieuwe wonin
gen en 5 nieuwe schoolgebouwen worde
gebouwd.
Het zwaar geteisterde Wieringerwerf
zal 100 permanente woningen krijgen,
Terwijl de jubelende inwoners van
Leeuwarden op 17 April 1945 met blijd
schap in de harten naar het rood-wit en
blauw keken, dat op de toren van de vier
kant scheeve Oldenhove werd omhoog
gehesen, zochten de wieringei meerbewo-
ners in koortsachtige haast hun bezittin
gen bij elkaar, brachten de rest, voor zo
ver de tijd het toeliet, zoo hoog mogelijk
op zolder en vluchtten met volgeladen
karren en fietsen naar veiliger oorden. De
Duitschers hadden den dijk opgeblazen.
Nog hadden zij de macht, hoewel de ba
sis hun reeds was ontnomen.
In een laatste uitbarsting van razernij
zetten zij een van Nederlands belangrijk
ste voorradd schuren onder water. Meer
dan 500 boerderijen en drie welvarende
dorpen, tezamen met ongeveer 6000 in
woners, verdwenen binnen 48 uur in de
golven. Twintigduizend ha. kleigrond, die
na vele jaren moeizame en ingespannen
arbeid, voedsel, werk en leven hadden
gegeven aan een groot deel van onze be
volking, werd weer wat zij eertijds waren
zeebodem.
Zoo was het, een jaar geleden. Zoo
was het ook. een half jaar geleden. Nog
was het toen mogelijk bij Medemblik via
een geïmproviseerd steigertje van aan
gespoeld hout en stroopakken in een
bootje af te dalen en op het water over de
polder te varen. Maar reeds waren milli-
oenen kubieke meters water uit den pol
der gepompt en groote stukken grond wa
ren drooggevallen. Want de dijk was ge
dicht en twee gemalen, bijgestaan door
een aantal hulppompen, waren dag en
nacht bezig den polder leeg te ma
len.
Drie maanden waren nodig geweest
om, buiten het gat van ruim 350 m. om,
een nieuwen dijk te leggen en vier maan
den daarna stond er nog slechts water,
waar het behoorde te staan, in slooten en
in vaarten.
De wegen, de akkers en de weilanden
waren droog. Droog, maar ook dood!
Geen plantaardig leven, hier en daar
een wilg uitgezonderd, was mogelijk ge
bleven, de huizen waren ruinus geworden
de sloten ten deele dichtgeslibd en de tal
rijke brugopritten weggeslagen. De vijf
meter diepe, door den wind opgezweepte
watermassa had zijn sporen achter gela
ten.
Opnieuw moest de polder in cultuur
worden gebracht, moesten er huizen
boerderijen, scholen en kerken worden
gebouwd.
Maar de bevolking weet van pionieren
en de overheid heeft ervaring. Dat bleek
wel bij de dijkdichting en bij de droog
making, dat blijkt ook nu weer bij het
wederopbouwwerk sinds het droogvallen
op 11 December 1945. Het was op 17
April een jaar geleden dat het rijpende
#.jlA
Redacteur: Emiel de Jong.
Zaterdag 4 Mei 1946. Nummer 18.
Uitgave: Drukkerij E. de Jong, Baarle-Nassau.
N
41 Jaargang.