Baarle's Nieuws- en Advertentieblad I Terug uit Buchenwalde* Gemeente-Nieuws Requesteeren, al of niet? i volgens wordt het touw onder onze armen bevestigd omhoog getrokken en daar zwe- genomen en te nemen maatregelen door regeeringsinstanties, die men maar niet begrijpt of niet begrijpen wil. Zoo met de zuivering van geld, zaken en personen. Zoo met inbeslagname van de eigendom men van rijksduitschers en NSBers. Nu moest een ding toch eigenlijk voor ieder een klaar en duidelijk zijn, dat deze zui vering alleen kan geschieden door de wettige regeering of door haar aangewe zen'instanties. En ook dat de voorschrif ten voor iedereen gelden. Het is al voor gekomen, dat men niet begreep, dat deze of gene werd opgepakt of gestraft, terwijl hij toch oogenschijnlijk zich steeds goed gedragen had. Achteraf, na grondig on derzoek dus, bleek dan toch echter het tegendeel. Wat al weer niet wil zeggen dat er geen onschuldigen zijn gepakt, na tuurlijk. Maar het gaat slechts om het feit wie deze zaken moet beredderen, de be trokken instanties of Jan Publiek, hoe goed hij het ook eventueel bedoelt. Het is daarom dan ook, dat ik boven begon met over verwarring te spreken. Er zijn op 't oogenblik zoo veel zaakjes op te knappen en te regelen, dat men het de betrokken instanties niet gemakkelijker maakt met het inzenden van requesten ten gunste van dezen ofgeneof van deze of die zaak Het werk wordf er slechts door vertraagd, terwijl het nog een vraag is of men in sommige gevallen den betrokkene wel een dienst bewijst. Zoo bij inbeslagname van eigendommen. Moeten dan allen over een kam geschoren^ worden of moet er uitzondering gemaakt worden? Moet Jan F-’ubliek vandaag hard werken aan herrij zend Nederland en morgen actie gaan voeren voor Duitschgezinden, die dat herrijzend Nederlanden de wereld ge- s'chopt hebben? Het Kan samengaan hoor ik U al zeggen; maar wees dan voorzich tig, want dan weet ge niet waar ge blijft en kunt ge het dus beter aan de regee- ringinstanties overlaten. Het kan slechts de orde en de rust bevorderen en daar gaat het tegenwoordig in de eerste plaats om, niet waar? Een sprekend voorbeeld: er wordt de laatste dagen drükgeschreven over annexatie van Duitsch grondgebied en liefst van 10 duizenden K M2. Maar dan zonder Duitsers. Die moeten er dan maar uit, ook al hebben ze er levenslang gewoond. Is dat dan rechtvaardig? En toch roepen de meesten, dat men met die Duitschers niets kan beginnen. En toch zullen daar ook wel brave menschen bij zijn. Laten wij deze kwesties maar gerust aan de regeering over het kan de rust slechts bevorderen. E. v. P. verwonderen is dat niet daar veel legaal w ere wat steeds en ook nu weer illegaal ven wij tusschen dak en vloer, tot wij be- I is. Vandaar het gekanker en geklaag over wusteloos zijn.,Ik had'tien minuten ge hangen eer ik bewusteloos was, maar er waren er bij die tot 20 minuten bleven hangen. Toen ik bij kwam, lag ik doornat op den vloer, daar de SS mij,'na mij los gemaakt te hebben, met water had had begoten, opdat ik zoo snel mogelijk zou bijkomen. Dit wist ik natuurlijk niet maar zag hoe.ze het de andere gevangenen die gehangen hadden deden, als ze die van de haken deden. Gij zult misschien den ken, deze straf gaat wel, maar ge moet ’t ondervinden om te kunnen zeggen hoe vreeselijk ze is, in 3 a 4 dagen kunt ge u bijna niet bewegen omdat je alles pijn doet, vooral bij het bewegen van armen en beenen, dien dag dat men gehangen is, behoeft men door de goedheid der S S niet te werken, maar den anderen dag gaat dat gewoon zijn gang eh wordt men extra in het oog gehouden. Daarbij kreeg ik als straf nog zes daqen aftrek van mijn rantsoen brood, dus slechts 100 gram per dag. Ik heb tweemaal gehangen, maar de tweede maal zult ge later wel vernemen omdat daar nog iets anders aan verbon den was. Den anderen dag moest ik weer aan het spoor gaaQ werken, doch kon onmogelijk een pios hanteeren- Er kwam een SS die vroeg wie letters kon schilde ren. Ik zei dat ik dat wel kon. -Kom mee zegt hij. Er moesten twee groote platen appèlplaats blijven staan tot spot van de geschilderd worden, met reclame, Ik krijg SS en de gevangenen. x Op zekeren dag moest ik in het maga zijn van den spoorweg materiaal natellen en maken wat stuk was. Hier stond een kachel. Ik was daar met een zekere Jan Brugman uit Leiden en een soldaat met hond als bewaker. Ik had van mijn ouders wat havermout gestuurd gekregen en was die aan het koken, wanneer daar, zonder dat wij het gehoord hadden, een sturm- bahnfurher binnenkwam. Ook was ik aan ’t rooken, wat gedurende den werktijn ten strengste verboden was. Hij vroeg, wat doet gij hier. Ik zet, omdat ik zoo ge schrokken was, de rechte waarheid, ha vermout koken. Ik vergat daarbij mijn muts af te zetten, wat immers ook ver plichtend was en mijnsigaret weg te gooi en. Waar hebt gij die havermout vandaan vroeg hij, waarop ik antwoordde, dat ik die gestuurd gekregen had van mijn fami lie. Hij zei: eten koken, gedurende den arbeidstijd, daar zult gij nog wel van ho ren. Ik kreeg eenige vuistslagen in het aangezicht, ik dacht ik zal mij laten vallen dan is dat wel gedaan, maar ook hier had mij'misrekend, want hij nam een knup pel en ranselde mij daarmee ongenadig af, daarbij met zijn groote laarzen in mijn gezicht stampend, dat ik weer opgespron gen ben. Ook Jan Brugman kreeg de noo- klappen, en de soldaat (bewaker) kreeg er gelukkig ook eenige, waarvan wij natuur lijk genoten zonder dit te laten zien dat wij daar plezier van hadden. Wij moesten onmiddellijk weer terug bij de spoorweg- werkers aan het werk, zonder nog naar de havermout om te mogen zien. Na 2 dagen kreeg ik een bewijs om aan den to ren bij den kommandant te komen. Ik- <lacht wat zal ernu gebeuren, want ik had al zoo’n vreeselijke verhalen daarvan ge hoord, dat ik met angst naar den toren ging. Gelukkig was ik niet alleen, want met 24 man waren wij te zamen. Ik vroeg zoo aan den een en den ander waarom zij moesten komen, de een zei, ik was aan ’t rooken, de ander, ik stond stil bij ’t werk en werd opgemerkt, enz. Ik vraag zoo terloops wat zij er van denken. De meeste meenen dat wij 25 slagen op ons bloot achterste zullen krijgen. Na eentijd wach ten komt er een SS man. Hij roept op stellen, dat is met 4 man neven elkaar in het gelid gaan staan. Hij roept rechts om marsch, en daar gaan wij naar de cine mazaal aangekomen wordt ons een touw onder de armen gedaan, onze armen te samen gebonden, en dan boven ons 1- ge rokken, aan een haak bevestigd, ver- tvee groote borstels, een om de platen wit te maken en een om er de zwarte let ters op te zetten. Die plaat wit maken was een licht werkje, maar met een groote borstel letters zetten is onmogelijk. Ik wil er dan ook niet aan beginnen, ik ga er dus bij liggen en wacht rustig af wat deze S S er van zeggen gaat als hij komt zjen. Nu, den anderen dag komt hij zien, de capo en een kommandofuhrer zijn daar ook juist, wanneer hij de platen ziet, gansch wit, begint hij te brullen, slaat de capo 2 tanden uit den mond en begint mij dan te slaan, zeggende dat ik te lui ben om te werken enz. Ik zeg hem beleefd dat ik kleinere borstels moet hebben en dat ik dan zal zorgen dat de platen de volgende dag klaar zullen zijn. Zonder iets te zeg gen rijd hij met zijn auto weg om ’n uur later met twee borstels terug te komen. Hij gooit ze voor mijn voeten, zeggende, morgenmiddag zullen die platen klaar zijn. Ik zeg Jawohl. Ik zet me aan ’t werk en ’s anderdaags in de voormiddag rond tien uur ben ik er mee klaar. Rond den middag komt de SS met zijn auto daar aangereden, en begint reeds te brullen en te vloeken, waarom dat werk nog niet klaar is, ik zeg hem dat het in orde is. Neen, zegt hij, een stationchef heeft hem gezegd, dat ik niet gewerkt heb. Ik zeg hem, dat hij zich zal overtuigen, kreeg echter jveer slagen, met de opmerking dat wonneer de SS iets zegt, ik niet zal tegenspreken. Hij gaat dan zien en ziet schijnbaar verwondert dat het toch klaar is. Dan vraagt hij mij of ik iets ken van autos. Op mijn bevestigend antwoord, zegt hij dat de knalbuis van zijn auto los is gegaan en of ik die vast kan maken, i want dat rammelt zoo verschrikkelijk. Met een ijzerdraad bevestig ik de knal buis goed vast. Wanneer ik er mee klaar ben, geeft hij mij een pakje van 20 siga retten, en goede nog wel. Hij doet mij nog opmerken, dat degene diegoed werkt ook goed behandeld wordt. Dat ondervind ge toch wel, nietwaar, vraagt hij. Wat moet ik zeggen. Ik zeg, Jawohl, maardenk er toch wel wat anders over. A.van Loon. ONZE HELDEN We hebben al dikwijls hooren beweren dat er veel verwarring ontstaan is door hoofd de langdurige bezetting van ons vader land en vooral veel geestverwarring, Te EVANGELIE VAN DEN ZONDAG. Hoofdstuk 16, 19. In 1943 werd er nog ’n gebouw gezet, een pracht van een gebouw, voor twintig meisjes, die politieke gevangenen waren van een vrouwenlager. Zij werden ge dwongen door de SS hier hun intrek te nemen ten gerieve der gevangenen. Nie mand van de politieke gevangenen ging daar echter heen, want hij werdonmidde- lijk door zijn medegevangenen op het laakbare van zijn gedrag gewezen en uit de gemeenschap gesloten. Niemand wil de met zoo’n man nog spreken of wande len, hij kon ook van niemand nog wat extra eten bekomen. Voor de russen was de toegang heelemaal verboden, maar toch kwamen er wel eens Russen binnen. Voor een bezoek moest een bewijs aan gevraagd worden bij den blockoudste. En zoo kon het gebeuren dat een Nederlan der, Belg of Franschman zijn bewijs aan een Rus doorgaf. Het was echter voor de Russen niet aangenaam als de Russische krijgsgevangenen dat te weten kwamen, want hier was de vaste straf de dood voor hen die zich daaraan waagde. Eens was een Rus in het heiligdom der meisjes doorgedrongen zonder bewijs. Hij werd door de S S gesnapt en onmiddellijk des avonds na den appèl opgehangen. Het meisje waar hij was binnengedrongeh, werden geheel heur haren afgeschoren qn tot straf moest zij dan 24 uur naakt op de GLORIA NIEUWS V. V. Dosko.x Weekblad voor Baarle-Nassau-Herwg en Omstreken, j Uitgave: Drukkerij E. de Jong, Baarle-Nassau. 40 Jaargang. Zaterdag 14 Juli 1945. Redacteur: Emiel de Jong. I I SS Nadruk verboden. Wordt vervolgd. Nurnmèr 28. I Eindelijk na bijna 5 jaat is ons landje bevrijd.t Veel is er in die 5 jaren gebeurd, ja zelfs zoveel dat we zouden vergeten wat er in het begin van die 5 jaren is voorgevallen. En toch is er toen zo ontzaglijk veel gebeurd en is toen de kiem ge legd van onze vrijheidsstrijd die we vijf jaren lang tegen den overweldiger zouden volhouden en winnen. In de mooie Meidagen van 1940 toen de vijand ons landje binnenviel, stonden onze ei gen jongens op de bres om hun plicht tevolbren- gen voor hun vaderland en voor ons allen. Zeker kort was de openlijke strijd die er toen gestreden was, maar daarom niet minder fel en hevig. Tegen ’n overmachtige overweldiger en tegen verraad moesten onze jongens’nongelijkenstrijd aangaan. Toch hebben ze dien strijd aangegaan omdat „de plicht” dit van hen vergde. Ik denk hierbij aan de jongens van de grensbattaljons, aan de mannen uit de Peel, aan de helden van de Grebbelinie en aan de strijders uit Rotterdam. Zij allen streden omdat ze wisten waarom en waarvoor de strijd ging. Te ongelijk was echter deze strijd en daarom van zo korten duur. Maar hoevelen waren er niet die 't bevel van het neer leggen der wapens niet begrepen en dit dan ook met tranen in hun ogen en een verbeten gemoed konden doen. In dien tijd zeide Jezus tot zijn leerlingen deze gelijkenig Er was zeker rijk man, die een rent-, meester had. En deze werd bij hem beschuldigd, dat hij zijn goederen verkwistte. En hij ontbood hem en zeide hem: Wat hoor ik daar van u? Geef rekenschap van uw rentmeesterschap, want gij kunt geen rentmeester blijven. Maar de rent meester zeide bij zichzelf: Watzal ikdoen? Want mijn heer ontneemt mij het rentmeesterschap. Spitten kan ik niet, te bedelen schaam ik mij. Ik weet wat ik doen zal, opdat ze mij, als ik uit het rentmeesterschap ontzet ben, in hun huizen op nemen. En hij ontbood één voor één de schulde naars van zijn heer, en hij zeide tot den eersten: Hoeveel zijt gij mijn heer schuldig? Deze zeide: Honderd vaten olie. En hij zeide hem: Neem uw schuldbrief, en ga vlug zitten en schrijf: Vijftig. Weer tot een anderen zeide hij: maar gij, hoeveel zijt gij schuldig? Deze zeide Honderd mud tarwe. Hij zeide hem: Neem uw papieren en schrijf; Tachtig. En de Heer prees den bedrieglijken rentmeester omdat hij voorzichtig gehandeld had Want de kinderen dezer wereld in hun geslacht zijn voorzichtiger dan de kinderen van het licht. Ook Ik zeg u Maakt uzelf vrienden door den be- driegelijken mammon, opdat ze, bij uw verschei den, u opnemen in de eeuwige tenten. 6 Nee het waren geen lafaards die in die dagen hun leven voor hun vaderland en voor ons allen hebben geofferd. Fier kunnen we getuigen van onze jongens die toen gevallen zijn, dat ze als helden zijn gevallen. Ook Baarle telt onder deze helden twee dorps genoten en wel: van den Brand en Jacobs. Hel den moeten geëerd worden en wel zodanig dat ze nimmer vergeten worden, ook niet door ’t nage slacht daarom heeft de vereeniging „Oud-Neder- landse Militairen”, hetplanopgevat om te komen tot de oprichting van een monument ter nage- dachtenis aan onze beide gevallen dorpsgenoten. De medewerking van de overheid is reeds spon taan toegezegd en in dank aanvaard, Doch we hebben nog meer steun nodig en wel voorname lijk geldelijke stem.. Daarom zullen we bij u al len komen aankloppen om een bijdrage voor dit monument. Stuurt onze jongens dan niet door. Laat Baarle tonen dat ’t zijnheiden weette waar- deeren. Laat ’t nageslacht zien wat wij voor on ze vrijheidshelden hebben overgehad. Laat de omgeving, ja Iaat heeLNederland zien wat Baar le in deze waard is. Hoe meer er wordt gegeven des te mooier monument kunnen we oprichten. Helpt allen mee, zoals ge allen hebt meege- gewerkt om de bevrijding te vieren. Viert ook de helden die deze vrijheid met hun leven hebben betaald. Wij rekenen op U! ,J. W. J.l. Zondag trok het le elftal naar Ulvenhout om de club van Kapelaan de Kerf te gaan be kampen. De opstelling was eenigzins gewijzigd, hetgeen geen verzwakking betekende De rust ging in met 10 voorsprong voor Gloria, dank zij een goed doelpunt van Jan van Beek. Naar de rust scoorde onze midvoor nog drie maal, terwijl Ulvenhout tweemaal het doel wist te vinden. Einduitslag 4—2 voor Gloria. Het tweede elftal speelde met 10 man- waar bij nog 2 invallers- in Gilze tegen Crescendo. Ondanks dat, werd kranig partij gegeven en de 3—0 nederlaag strekt dan ook geenszins tot schande. Morgen, Zondag, gezamelijk vertrek op de 1 SINGEL om kwart voor 1 precies. Hetzal alle sportminnende inwoners van Baat- le ongetwijfeld plezier doen te vernemen datGlo- ria binnen zeer korten tijd een nieuw terrein o- pent vlak bij het dorp. Volgende week hopen we hierover nadere mededeelingen te doen. Onze jongens troken verleden Zondag met een 150 tal supporters naar Wortel alwaar zij buitengewoon ontvangen werden. De fanfaren leiden onze spelers en supporters met zang naar het veld. Op het veld gekomen hoorden wij nog de Brabaconne. daarop volgde een minuut stilte voor de gesneuvelde in dezen oorlog en dan vol de het begin signaal van den scheidsrechter. Wortel was eerst in den aanval en onzen keeper had gevaarlijke standjes op te knappen toch wis ten onze mannen het tot de rust vol te houden in beurtelingse aanvallen, ruststand 00 Na de koffie, zette Dosko een onvergefelijke drie kwartier in en dat leide al direct tot succes. Daarop reageerde Wortel weer eens en volgde ook voor hun succes. Dan komen onze suppor ters in actie maar het elftal zal het goede werk doen. En doelen nog tweemaal. Eindstand 31 j voor Dosko een waar reclaam jongens. Het gan- Nee de Nederlandse soldaat was geen lafaard. 1 se elftal heeft voldoening gegeven, maar als uit-

Kranten Regionaal Archief Tilburg

Baarle-Nassau - Baarl’s Nieuws en Advertentieblad | 1945 | | pagina 1