KAARTSYSTEEM Menschenlot in een Popelende en angstige menschenharten stelden 60 000 vragen op één dag Zegenrijken arbeid in een moeilijken tijd Rond het paleis van den Volkenbond te Genève is het reeds lang stil geworden, maar een te grooter bedrijvigheid heerscht daarvoor in de plaats bij den Centralen Inliehtingendienst van het Roode Kruis. Hlsr wordt niet alleen gezorgd voor de krijgsgevangenen, maar ook voor de tallooze gewonden, geïnterneerden, alle geëvacueerden en vluchtelingen, die door de oorlogswoelingen weggerukt werden uit bun werk, uit hun dagelijksche leven. Het Inlichtingenbureau te Ge- nève bezit thans een archief van meer dan vijf millioen adreskaarten. Dagelijks komen er tusschen de 8000 en 60.000 brieven binnen, welke doorgewerkt en zoo mogelijk beantwoord moeten worden. Kort gele den bezocht een bijzondere medewerker dit instituut en aan zijn in drukken is het volgende ontleend. DATURA. Even Lachen Gedachten ONZE FEUILLETON :ij zich gang van 1: Reeds eenige jaren duurde den toorn des vaders en hij was zich ten volle bewust, dat de zoon zwaar mis daan had, de gedachte dat deze uit jeugdige lichtzinnigheid en dooreen valsch eergevoel gedreven zoo ge handeld had, kwam niet bij hem op. Hij vond zich zoo alleen, zoo ver laten, wat restte den ouden man nu zijn dochter was heengegaan en zijn zoon niet meer terugkeerde? Wat baatte hem nu al zijn rijkdommen? Niets bleef hem over, niets dan een diepe wroeging over zijn bedrevene slechte daad. Wat zou hij kunnen doen om zijn gemoed tot kalmte te brengen? Dit was de gedachte, waar hij zich sedert eenige dagen druk mede bezighield. Eindelijk had hij een idé. Hij zou aan zijn voormaligen vriend schrijven, hem een zijner dochtertjes voorloopig af te staan, daar hij zich zoo eenzaam en verla ten gevoelde. Later zoude hij haar dan zijn erf goed en zijn rijkdommen schenken om alzoo goed te kunnen maken, wat hij aan de ouders ontnomen had. Spoedig daarna zond hij dan ook een brief aan de familie Meerveldt, waarin hij zijn verzoek te kennen gaf, doch van de groote voordeelen, die er aan verbonden zouden zijn, sprak hij niet. Lang werd er overlegd eer de fa milie Meerveldt een besluit kon ne men. De eenigste, die er voor in aan merking kon komen, was Datura en vooral de moeder mistte haar on gaarne daar zij een steun in de huis- 5 houding en een lief en zorgzaam zusje voor de kleintjes was. Eindelijk, werd er dan besloten en hoewel ongaarne vertrok Datura spoedig daarop naar Beilecourhouse Datura werd er allerhartelijkst door den eigenaar ontvangen, doch de slaven zagen met angst en schrik de komst van de nieuwe Meesteres te gemoet. Doch al heel spoedig leerden zij haar kennen en zagen in haar geen tyran zooals vroeger in Melanie, doch verlangden telkens weer de lieve verschijning te ontmoeten, die op zoo’n zachtzinnige wijze toch haar gezag als meesteres deed gel den Iedereen hield van haar en ook Bellecour was overgelukkig, liever had hij zijn geheel vermogen gemist dan Datura weer te moeten zien heengaan. En Datura hield van den ouden man als ware het haar eigen vader, en deze vond in haar een steun en troost voor zijn ouden dag. Hoe ge zellig immers kon ze met hem keu velen. Wat waren de wandelingen, die ze met hem maakte, altijd heer lijk. En welk een troost voor den ouden man om te zien hoe aardig zij met al zijn slaven omsprong en hoe zij door al deze op de handen gedra gen werd. Kortom overal waar Da tura was, heerschte vreugde en op gewektheid. Op zekeren avond riep hij haar tot zich en deelde haar de plannen,die reeds lang beschreven waren, voor haar toekomst mede n.l. dat zij direct na zijn dood de bezit ster van heel Beilecourhouse zoude worden. Doch Datura wilde van deze plannen niet hooren, daar zij volgens belofte weer naar haar pleegouders terug zoude keeren. Juist wilde Da tura goeden nacht wenschen, toen Juno een heer aandiende, dien zijn don, vsiw g zy'a, wa e, naam geheim wenschte te houden. Laat hem binnen komen, zeide Bel lecour. Wie beschrijft Datura’s verwon dering, toen ze een jongeman binnen zag komen van mooie slanke gestal te, die zich op’de knieën voor den ouden man wierp, terwijl hij met op geheven handen om vergiffenis bad voor de bedreven daad. Gaarne schonk de man vergiffenis aan den zoon, waarnaar hij reeds zoovele jaren in stilte had verlangd, hij stelde hem Datura voor als de toekomstige eigenares van Beile courhouse en stemde toe op verzoek van Datura, dat hij zou blijven om mede het opzicht te houden over de uitgebreide goederen, teneinde Bel lecour meor rust zou kunnen nemen. 'Willem toonde zich een zoon, zijn vader waardig, had pleizier in zijn nieuwe werkkring eh was door zijn sla ven bemind. Langzame; hand leer de hij Datura van nabij, kennen en na verloop van eenige maanden vroeg hij haiar ten huwelijk. Deze tijding werd en door Datu ra’s pleegouders en door Willems vader met genoegen ontvangen. Want.gedurende die paar maan den was den lof van den terugge vonden zoon ook tot de familie Meerveldt doorgedrongen. Bellecour zag hierin zijn laatste en vurigste wensch vervuld. Hij had nu toch weer goed gemaakt, wat hij eens een trouw vriend ontnam. Toch achtte hij het zich als een dure plicht, voor Datura de toestem ming harer ouders ontving hen op de hoogte te brengen, dat zij de door zijn schuld ontnomen dochter Rudi was, en hij slechts om zijn eigen dochters wensch te bevredigen tot deze lage daad besloten had. Gaarne vergaven allen den ouden rsenen den 1 al spoedig Een vast besluit is de eerste scb naar succes. ■*.ïn3 van dan morjK «abrscht Roven den in-1 w te Genève eteat stra- s man, die zulks verblind door de lief-1 de tot zijn eenig kind had gedaan en gaven gaarne hunne toestemming. Zoo was dan toch de eens zoo trou we vriendschap, der ouders bezegeld door den echt hunner kinderen. Bellecour bracht nog eenige jaren in den gezelligen familiekring door, jaren die de gelukkigste zijn levens waren. Hij overleed in volle bewust zijn te hebben vergoed wat eens zijn grootste misdaad was, en met ’t ver zoek nooit met haat, doch met mede lijden te zullen denken aan zijn vroeg gestorven dochter. EINDE. ka -v. Het beste weten is zich weten te hel i i Tevredenheid wordt dikwijls gevoii onder de minst bevoorrechten. Menigeen wil alles ter wereld verbet behalve zich zelven. Een woord te veel gezegd, bederf beste zaken; Een oogenblik_ geduld, kan ’t sleca richtig maken. In een goede daad schuilt meer vera ste dan in duizend goede voornemens, De trein hield slechts enkele minuten aan het station stil. Een reiziger boog zich uit een der raampjes, wenkte een jongentje Directeur van de gevangenis. Wat jij misdaan? Veroordeelde. Ik ben op een fiets J een verboden weg gereden. Directeur. Maar daarvoor krijgt toch geen drie maanden gevangenisstl Veroordeelde. Ja, maar de fiets niet van mij Een heer, die buiten woonde, kreeg een vriend te logeeren, doch kon, omdat hij het nogal druk met zijn zaken had, zich maar weinig met zijn gast bemoeien. Op een goe den dag, toen hij bemerkte, dat zijn logé zich verveelde, zei hij tegen hem: Maar beste kerel, neem toch een geweer en een koppel honden en ga wat schieten. De vriend deed het. Na drie kwartier kwam hij terug, en vroeg zijn gastheer: Zeg heb je misschien nog meer honden? Een landlooper had reeds vergeefs aan verschillende deuren geklopt, tot hij ten slotte een huis bemerkte, waar een jonge vrouw bezig was de stoep te dweilen. Hij ging over het hekje hangen, en zei met een indrukwekkende stem: He juffie, geef me een liter melk of anders... Voordat hij echterzijn zin kon voltooien, klonk een bulderende mannenstem binnen huis: Of wat anders? Of anders een glas water, alstublieft, fleemde de landlooper. Waar daden spreken zijn woorden o bodig. Vrouw. Zeg, Janus, weet jij geen afd middel om de vliegen uit den suikerp houden? Man. Wel zeker, doe er zout in, in p van suiker. EEN TOCHT DOOR ITALIë’S „HIEL”: „C A L A B R I Ditmaal zullen wij U in gedachten me- denemen naar Zuid-Italië, naar Calabrië! De meeste toeristen reizen in ééns door van Napels, naar Sicilië met de boot of per vliegtuig en als ze de trein nemen, maken ze er een nachtreis van. Zoodoende zien ze weinig of niets en dan nog alleen in het laatste geval van Calabrië. En toch is dit woeste eenzame berglandschap, dat op sommige plaatsen apocalyptisch aandoet, een van de mooiste interessantste streken van Italië. We deden de reis in een auto en toen we in Mileto kwamen en vandaar verder reden naar Reggio Calabria, was het al duister op den weg. Toen we Rosario voorbij waren, zagen we aan onze rechterhand eindelijk de zee. Zoo kwamen we aan de Golf van Gioia. um- Eigenaardig, die naam. Gioia beteekent s luk--vreugde. Dit land is zoo herhaaldelijk door aardbevingen geteisterd, de grootste ram pen hebben de bevolking getroffen, waar van ieder van hen nog wel een smartelijke herinnering bewaart. En toch houden ze van hun mooie land, dat ook weer zooveel schenkt, en ze noemen dit hier de Golf van Gipia. Het moet dan ook een vreugde zijn voor het oog, een blijheid van licht, van zon, van kleuren. Maar wij zagen alleen maar een eindelooze horizon, niets dan de duistere zep en de diepe klare winterhemel, waarin millioenen sterren fonkelden. Gioia Taura heet de plaats, die in het midden van de bocht ligt. Het zag er sla- psrig uit daar. Da weinige lanicsrns sche nen zich ta vervelen in d’s eenzame stra- H verlnten’-cid v.m d::n avond. In c 03 v’gi’ie hoorden we een liedje zingen, ‘uisf ew-ü bsAjuiA-m, en zei: Hier ventje, heb je twee kwJ Haal voor dat eene kwartje een bi tnet ham voor mij en neem er zelf ook eendoch voor alles, maak voort! Juist toen de trein zich weer in bew| zette, kwam het jongentje aangered schreeuwde: Hier is uw kwartje me ze hadden maar één broodje meer! worden of. daar gestorven zijn, Deze lijsten »ien esn dag door middel ven sien csmiddellhk doorga» zangeneii efkcm. NMIDDELLIJK na het uitbreken van tl den oorlog maakte het Internationale Roode Kruis te Genève aan alle lan den, welke in den oorlog betrokken waren, bekend, dat het zich weer van zijn taak zou kwijten, welke sedert haar oprichting tot een vast begrip, een traditie is gewor den. In de eerste plaats werd in allerijl een bureau opgericht voor het geven van infor maties over het lot van de krijgsgevange nen, nadat van de verschillende staatshoof den telegrammen van instemming met dit streven waren binnengekomen. Al spoedig belastte men zich echter ook met de zor gen voor de civiele geïnterneerden, waar bij in het bijzonder veel waarde werd ge hecht aan het tot stand brengen van een postverbinding tusschen de interneerings- k mpen en het vaderland van de geïnter neerden. Ongeveer 2300 menschen werken dage lijks in de Volkenbondsgebouwen te Genè ve, waarvan slechts 650 betaalde krachten, terwijl ongeveer 1700 mannen en vrouwen de werkzaamheden geheel belangeloos ver richten, omdat zij dit beschouwen als een eereplicht. Wat is nu de taak van het „Agence Cen trale des Prisonnisrs de Guerre?” gelijk de c.’ icieele benaming luidt? Op grond van de Gcaeefsche overeenkomst betreffende de behandeling van krijgsgevangenen ontvangt hot centrale bureau regelmatig ambtelijke lijsten van alle militaire personen, die ach ter de vijandelijke linies gevangen genomen v. bin p - T S&M ■fki krijgsgev We kwamen weer buiten, tusschen velden. Toen we in de buurt van R< waren, roken wc ai dc geur van ber Alles schijnt daarvan hier doortrokk zijn, de grond, de huizen, de menschc.i Bijna zonder er iets van te merken n we Palmi en Bagnara door. Toen kwa we in Scylla. Een mythologische naam. plaatsje ligt tegen de rotsen aan zee ei golven spoelen en slaan er tegen op. den overkant zie je een rood licht, dat kens dooft en weer te voorschijn komt vuurtoren Punta del Faro. In Villa San Giovanni zagen we ei lijk de kust van Sicilië, de lichtschijn Messina. We waren van plan geweest den vol| den morgen vroeg op te staan, maar de had ons te veel vermoeid en we sik door. We hadden de Fata Morgana w zien, maar, dat schijnt toch niet veel i te komen in den winter. Op vroege ht re zomermorgens zie je aan den hor zwevend tusschen water en lucht een verstad. Volgens de legende was de Morgana verliefd geworden op een jon man, die Philinus heette en omdat ze b was dat hij er van door zou gaan en vergeten, hield ze hem gevangen in grot in Calabië.. Af en toe, om hem wa verstrooien, liet ze hem dan de een of dere mooie stad zien. Wel, de Fee Morgana heeft óns niets ten zien, of misschien kón ze het niet. J ook zonder dat, was het mooi genoeg, we zagen. Een schitterende zonneschijn, zuiver blauwe hemel en een prachtig li een waar paradijs. Op den achtergr stond zwaar en forsch de berg Aspromo Reggio is een aardig, vroolijk stadje, is nóg ouder dan Rome, de oorsprong is i terug te vinden. Het is meer dan eens c aardbevingen verwoest, maar telkens is mooier en bloeiender dan te voren hei zen. Calabrië is een sterk land. Het is land van bergen en van vulkanen, die verscheuren en het is dan ook tegen a opgewassen. En ook het volk is sterk wilskrachtig. De inwoners van Reggio s gehard door tegenspoed. Zij hebben I stad telkens weer op de puinhoopen Is bouwd. Er is daar dan ook niets dat tijd heeft gehad om te verweeren, alles er nieuw en feestelijk uit, aan weers: van de breede asfaltstraten. Het nieuwe Reggio dateert van 1808.1 is toen verwoest door de vreeselijke aa en zeebeving, waardoor ook Messina is eengestort. In 32 jaar is het kilomei grooter geworden. Toch passen de oude h zen van vóór den Wereldoorlog, niet sle bij,den nieuwen bouwstijl. Wat er nog' vóór de laatste aardbeving over is, telt o mee, het is zóó weinig. Het is ook niet i wekkend daarnaar te gaan zoeken. Liet keken we naar al dat nieuwe, het druk nijvere leven van het stadje. Er wordt zij gefabriceerd, reukwerken en kant. Je i er dan ook mooie winkels en typist werkplaatsen. In de middaguren zijn we de Aspromffl eens opgeklauterd, langs steile paden, hier en daar zelfs beslist onbegaanbaar ren. Mooi was het er, pijnboomen, beuto dennen en dan weer stoere oude eiken rotsen. Tot we ten slotte het gezicht krej op Sicilië. En dat was zóó mooi, die blai- zee, da gullen zonnscchijn. he: groen v sinaazsb?elga5ric-!. Hó i ooi. dat het w con vi“B<i (-■. FeA «'■’.'As niet c na deze voor verdere doorzending zorg dra gen. Ook komen er regelmatig berichten binnen over bijzondere gevallen. Meestal betreft het hier mededeelingen van de eene oorlogvoerende partij aan de andere. Van de officieele krijgsgevangenenlijsten wordt de naam van elke gevangene overge nomen op een speciale kaart. Deze kaarten zijn voor elk land verschillend wat de kleur betreft die van de Duitschers zijn bij voorbeeld rose, de Engelschen blauw, de Franschen groen en worden al naar ge lang van de nationaliteit tot landendiensten samengevoegd. Op grond van een in Duitschland geldende regeling ontvangt el ke krijgsgevangene bij zijn aankomst in het kamp twee kaarten. De eerste kaart is bestemd om daarop kort de belangrijkste bijzonderheden te vermelden, en wordt ge deponeerd in het archief te Genéve; de tweede is bestemd om onmiddellijk te wor den doorgezonden aan de naaste bloedver wanten. Hierdoor kan men vrij nauwkeurig op de hoogte zijn van den toestand van ei ken krijgsgevangene, daar elke verande ring onverwijld aan Genève wordt mede gedeeld; waar men voor doorzending dezer bijzonderheden aan de familie zorg draagt. Den vijftienden October van het vorige jaar bevonden zich vijf millioen archief kaarten in het systeem van het Instituut. Terwijl het aantal eiken dag ongeveer met 50.000 toenam. Alleen twee millioen komen daarvan vooi’ rekening van de Franschen; een breukdeel hiervan is gedeponeerd in de „Service Allemand", Wanneer nu de iding tot stand is gebracht tus-i jvangene en zijn familie volgt ien regelmatige briefwisseling In het „Musée Rath” verwerken ongeveer 100 „vrijwilligers” de dagelijksehe post. met de gebruikelijke wenschen. Genève is ook hierin de bemiddelaarster. Een groot deel van den in Genève ver richten arbeid wordt veroorzaakt door het beantwoorden van tallooze vragen naar den toestand van krijgsgevangenen en geïnter neerden. In doorsnede zijn dan gemiddeld 6000 vragen per dag in alle mogelijke talen. Deze vragen worden vertaald op een aan- vraagkaart, beantwoord en eveneens toege voegd aan de „kenkaarten”, voorzoover de ze aanwezig zijn. Heel wat móeilijker is de arbeid om ge gevens te verzamelen omtrent vermisten, maar toch worden hier alle pogingen in ’t werk gesteld waarbij de autoriteiten van de desbetreffende landen steeds hun vollen steun verleenen, totdat eindelijk zekerheid is verkregen omtrent de positie van een ge zochte persoon. Maximaal 60.000 postzendingen dat was op een dag in Juli 1940 komen dage lijks te Genève binnen. Tegenwoordig be draagt het gemiddelde ongeveer 8000 bin nenkomende stukken, terwijl 20.000 stuk ken het gebouw per dag verlaten. Men be denke slechts hoeveel arbeid alleen al het openen van deze reuzenpost vergt, om van hetgeen daarna volgt, nog maar af te zien. De vragen komen in allerlei talen binnen en moeten in dezelfde talen worden beant woord. Want juist hier gaat het om duide lijkheid. Maar hiermede hebben wij nog geen volledig overzicht gegeven van de veelzijdige taak van het Comité. Het heeft bij de regeeringen van de oorlogvoerende landen afgezanten, terwijl ook geregeld ge delegeerden onderweg zijn en de kampen bezoeken om daar berichten en wenschen te vernemen van de gevangenen, waarbij zij zich persoonlijk van hun verzorging op de hoogte iü innen stellen, waarover dan lend het teeken van het Roode Kruis, het symbool van zegenrijken arbeid voor mil lioenen menschen. Foto Presse Bild Zentrale. «Wl

Kranten Regionaal Archief Tilburg

Baarle-Nassau - Baarl’s Nieuws en Advertentieblad | 1941 | | pagina 4