WEEKBLAD VOOR BAARLE NASSAU* I
i
I
I
I
0
HERTOG EN OMSTREKEN
UITG. ELECTRISCHE DRUKKERIJ
DE JONG BAARLE-NASSAU
ONS PRINSESJE LOOPT I
I
I
I
0
1
i
i
34e Jaargang
19 AUGUSTUS 1939
No. 33
Werktuigencrediet
0
Ons Handelsverkeer
met Duitschland.
b
Menigeen verbeeldt zich, zoeklichten over
wereld en menschenleven te laten schij
nen, wanneer hij een stallantaren boven
een poel zwaait.
Een wijs man is in staat van meening te
veranderenr een dwaas volhardt in zijn
dwaasheid.
Indien de jonkheid niet en deugt,
En geef de schuld niet aan de jeugd,
De vader zelf verdient de straf,
Die haar geen beter les en gaf.
i
j
bestaanden toestand. De export-mogelijk-
heden voor zijn artikelen laten hem vrij
koud, zoo lang hij op een bevredigend de
biet in het binnenland kan rekenen. Voor
een deel moet zijn geringe belangstelling
voor den export ongetwijfeld ook worden
toegeschreven aan de ingewikkelde ad
ministratieve formaliteiten, welke aan den
uitvoer zijn verbonden en die den fabri
kant afschrikken.
Verder werkt de uitvoering van het
Duitsche vierjarenplan nadeelig op den
export, evenals de fabricage van oorlogs
materiaal. Door het een zoowel als door
het ander is Duitschland’s industrieele
positie op de wereldmarkt verzwakt. Men
houdt in hoofdzaak rekening met de vraag
van de zijde van buitenlandsche koopers
waar het betreft artikelen, vallende binnen
het kader van het vierjarenplan, zooals
automobielen en motorrijwielen, waarvan
de export is toegenomen.
En vooral mag niet vergeten worden,
wanneer wij het hebben over de hinder
palen, welke de export van Duitsche arti
kelen naar ons land ontmoet: 6de over het
algemeen hooge prijs van de Duitsche ar
tikelen. In weerwil van den exporttoeslag
is het den Duitschen fabrikant meesten
tijds niet mogelijk, het hoofd te bieden
aan de concurrentie. Dit is een argument
dat wel zeer zwaar weegt, wanneer den
Nederlandschen importeur wordt voorge
houden, dat hij niet voldoende meewerkt
aan de bevordering van het handelsver
keer tusschen Nederland en Duttschland.
Overigens brengt de Nederlandsche
importeur dan nog een ander argument
naar voren, dat niet minder gewicht in de
schaal legt, dan de prijs, namelijk; de
kwaliteit. Van deze zijde wordt vaak de
klacht vernomen, dat de hoedanigheid
van de Duitsche producten niet meer vol
doende op peil wordt gehouden.
Men beweert bijvoorbeeld, dat nieuwe
machines in Duitschland niet voldoende
zijn beproefd, voordat ze worden uitge
voerd, terwijl de schaarste aan bepaalde
grondstoffen oorzaak zou zijn, dat er veel
„Ersatz” aan wordt verwerkt.
In hoeverre deze laatste klachten ge
grond zijn, is moeilijk na te gaan. Zijn zij
gegrond, dan vormen zij inderdaad een
ernstigen hinderpaal voorden export naar
ons land, waar men over het algemeen
over een niet te groot prijsverschil nog
wel wil heenstappen, mits de kwaliteit
aan hooge eischen voldoet.
Voor het oogenblik willen wij volstaan
met het hier uiteengezette, doch wij stel
len ons voor, nader op dit ontwerp terug
te komen, dat van zooveel belang is voor
den export van onze agrarische producten.
(Nadruk verboden)
B
kunnen worden goedgebeurd en houdt
bij haar oordeel o. m. rekening met vak
bekwaamheid, credrietwaardigheid en
persoonlijke eigenschappen van den
aanvrager.
De Uitvoeringsbepalingen geven na het
eerste artikel, hetwelk de principes vast
legt, de verdere regeling van deze crediet-
verleening aan. De voornaamste bepalin
gen worden hieronder in het kort vermeld.
De credieten worden aangevraagd bij
een der kantoren van de Nederlandsche
Middenstandsbank N. V., of bij een der
bij deze instelling aangesloten Midden
stands- en Boaz-banken, op daartoe aan
gewezen formulieren.
Voor credietverleening komen niet in
aanmerking bedrijven, welke economisch
geen bestaansrecht hebben, die ook met
het gevraagde crediet den strijd om het
bestaan niet met succes kunnen voortzet
ten, of die niet op zaakkundige wijze wor
den geleid. Verder zijn uitgesloten die on
dernemers, die zelf of door hun echtge
noot^) als ambtenaar of uit een particu
liere betrekking een eenigszins beteeke-
nende bron van inkomsten hebben.
De credietaanvrager moet een over
zichtelijke boekhouding hebben, of zich
verplichten die te gaan bijhouden.
Er worden geen grootere credieten ver
leend dan van f 5000.De maximum-
looptijd bedraagt 10 jaar, indien de om
standigheden van het bedrijf of de levens
duur der machines, enz. daartoe aanlei
ding geven, kan de looptijd korter dan 10
jaar worden gesteld. Zoolang de crediet-
nemer aan zijn verplichtingen voldoet,
kan het crediet binnen den overeengeko
men looptijd niet opgezegd worden.
De credieten moeten, voor zoover mo
gelijk, door persoonlijke of zakelijke ze
kerheid worden gedekt.
De credietnemer zal zelf een deel van
de koopsom moeten kunnen betalen en
zal dit berag tevoren bij de bank moeten
storten.
De door de Commissie goedgekeurde
credieten worden vestrekt door de Neder
landsche Middenstandsbank N. V.
Bij de beoordeeling van de technische
zijde van de aanvragen worden de Rijks-
Nijverheidsconsulenten ingeschakeld.
Met het hierboven vermelde zijn de
groote lijnen van deze regeling geschetst.
Moge het Werktuigencrediet voor vele
ambachtspatroons en klein-industriëelen
de mogelijkheid openen om hun bedrijfs-
outillage te verbeteren of te vernieuwen.
De Regeering verdient den dank van den
middenstand, dat op deze wijze een cre
dietverleening wordt mogelijk gemaakt,
waarin totnogtoe in den regel moeilijk of
in het geheel niet kon worden voorzien.
Tempora mutandur et nos mutamur in
illis, zegt een oud Latijnsch spreekwoord
d w.z. de tijden veranderen, en wij met
hen. Vroeger was het Duitschland, dat
door zijn bloeiende handel en industrie
volop land- en tuinbouwproducten kocht
in ons land, waartegenover stond dat Ne
derland op groote schaal Duitsche indus
trieproducten invoerde. Daarin is intus-
schen een groote verandering gekomen.
Hiertoe hebben verschillende oorzaken
medegewerkt: de uitslag van den wereld
oorlog. met het daarop gevolgde vredes
verdrag, dat Duitschland aan den rand van
den afgrond bracht, de financieele crisis
van 1931-32 en ten slotte de enorme uit
gaven voor de bewapening.
Het gevolg van een en ander laat zich
gemakkelijk begrijpen. Willen wij hebben
dat Duitschland een flink kwantum goe
deren van ons afneemt, dan moeten wij
beginnen met veel meer van Duitschland
te koopen. dan op het oogenblik het geval
is. Het is echter gemakkelijker, dit aan te
voeren, dan uit te voeren.
Wij moeten allereerst beginnen met na
te gaan, waarom Nederland tegenwoordig
minder koopt van en in Duitschland dan
vroeger. Wat ons dan in de eerste plaats
in het oog valt, is, dat ons nationaal be
drijfsleven voor een groot deel wordt be-
heerscht door den invloed van de wereld
economie. Nederland onderhoudt een
druk handelsverkeer met de geheele we
reld; beweegt de conjunctuur zich dus in
dalende richting, dan ondervindt men
daarvan in ons land onmiddellijk den te
rugslag. Hoe sterk de achteruitgang in
zaken zich sedert een jaar doet gevoelen,
behoeven wij hier niet in herinnering te
brengen. Deze algemeene achteruithang
is wel een van de voornaamste redenen,
waarom wij minder uit Duitschland be
trekken.
Een tweede, zeer voorname reden is
gelegen in het feit, dat men thans wij
wezen er reeds meer op veel minder
dan voorheen den gulden regel der weder-
keerigheid in het handelsverkeer toepast.
Wij wijzen hier op de handelsbalans met
Engeland, welke voor ons land zeer gun
stig is, aangezien wij naar dat land onge
veer twee maal zooveel uitvoeren, als wij
vandaar betrekken Het is dan ook zeer
begrijpelijk, dat deze verhouding het koo
pen van Engelsche goederen in de hand
werkt.
Doch er is nog meer, waaronder onze
handelsbetrekkingen met Duitschland te
lijden hebben. Zoo noemen wij het feit,
dat de Duitsche Industrie lang niet zoo
vlug de inkomende bestellingen kan uit
voeren, als andere landen. Dit ziet men
ook in Duitschland in en geeft het volmon
dig toe. Dit is natuurlijk een factor, waar
aan de producent niet het minste kan ver
anderen, zoodat hij zich, wanneer er bij
zijn opdracht bepaalde haast is, elders
moet voorzien.
Dit is een sterke handicap voor het
handelsverkeer tusschen Nederland en
Duitschland. Hierbij dient nog te worden
opgemeikt, dat de Duitsche leverancier
zich over het algemeen weinig moeite
geeft, om verandering te brengen in den
Vertooning van de GEKLEURDE film die Z. K. H.
Prins Bernhard van PRINSES BEATRIX maakte
op ZONDAG 20 AUGUSTUS vanaf 6 uur doorloopend in de
NOVA-BIOSCOOP te Baarle-Nassau»
ENTRÉE: Kinderen 10 cent. Volwassen 25 cent.
Programma duurt ongeveer 1 uur. GEVARIEERD BIJPROGRAMMA.
Zooals men in de dagbladen en in de
middenstandspers heeft kunnen lezen, is
op 24 Juli 1.1. de Commissie van Toewij
zing voor het Werktuigencrediet geïnstal
leerd. Deze Commissie is onmiddellijk
met haar arbeid aangevangen en heeft in
Laar eerste vergadering de uivoeringsbe-
palingen vastgesteld, welke inmiddels
door den Minister van Economische Za
ken zijn goedgekeurd.
Een nieuwe maatregel ter verbetering
van de voorziening in de credietbehoefte
van den middenstand kan thans in wer
king treden.
De naam „Werktuigencrediet” duidt
reeds aan, dat het hier een speciale cre
dietverleening geldt. De uitvoeringsbe
palingen zeggen daaromtrent het volgen-
cj'ende in artikel 1
De credietverleening krachtens de
ze regeling heeft ten doel, aan am
bachtslieden en kleine industriëelen
de aanschaffing van werktuigen, ma
chines, installaties en dergelijke, als
mede de verbetering van hun outil
lage in het algemeen, mogelijk te
maken.
Deze credietverleening staat uitslui
tend ten dienste van de ambachts-
drijvenden en kleine nijveren, die,
naar het oordeel van de door den
Minister van Economische Zaken bij
beschikking van 3 Juli 1939, No.
36049 M. ingestelde commissie,
daarvoor uit hoofde van hun vakbe
kwaamheid, credietwaardigheid en
persoonlijke eigenschappen in aan
merking komen en voor wie het niet
mogelijk is gebleken op andere wij
ze in die aanschaffing of verbetering
te voorzien.
In dit artikel het belangrijkste uit de
Uitvoeringsbepalingen trekken de vol
gende punten de aandacht:
a voor het Wertuigencrediet komen in
aanmerking „ambachtslieden en kleine
nijveren”; niet iedere middenstander,
uit welke branche dan ook, kan ervan
profiteeren
met het crediet kan slechts worden ge
financierd „de aanschaffing van werk
tuigen, machines, installaties en derge
lijke, alsmede de verbetering van hun
outillage in het algemeen”; het crediet
kan dus slechts voor de bepaalde, hier
boven genoemde doeleinden worden
aangewend;
c het Werktuigencrediet komt slechts in
aanmerking, indien het niet mogelijk
is op andere wijze in de aanschaffing
of verbetering te voorzien;
d een door den Minister aangewezen
Comissie beoordeelt, of de aanvragen
-t
BAABLE S NIEUWS EN
ADVERTENTIE BLAD