I I I »WB s 'LS - WEEKBLAD VOOR BAARLE-NAS5AU- 1 HERTOG EN OMSTREKEN G tn 1 W” I UITG. ELECTRISCHE DRUKKERIJ DE JONG BAARLE-NASSAU A WRAAK. Eerbied voor ons Natuurschoon! GOOI uw geld niet langer weg aan dure gaskooktoestel- len, want is het U bekend, dat U met het nieuwe DEMON gaskooktoestel binnen de 6 minuten een liter water kunt koken en dat het met een liter petroleum 10 uren brand. Zonder het minste onderhoud van pompen, voorverwarmen of iets dergelijks, direct klaar voor het gebruik, door een kind te behandelen, en gegarandeerd geheel geruisloos. In alle maten en prijzen. Alleen bij ID. CAIM1P Chaamscheweg, Baade-Nassau. 33e Jaargang 27 AUGUSTUS 1938 a* No. 35 L HET NIEUWSTE Binnenlandsch Overzicht. vuilnisbak of onderweg in een van de te genwoordig bijna, overal aangebrachte, speciaal daarvoor bestemde bakken te deponeeren. Moet dit kwaad tenslotte een zoodani- gen vorm aannemen, dat er weer een ver bod voor moet worden uitgevaardigd in ons aan verboden toch reeds zoo rijke land? Laat het daarop toch niet aankomen! Een kletn beetje verantwoordelijkheids gevoel, een klein beetje zin voor netheid, welk ieder onzer toch moet zijn aangebo ren en het kwaad is overwonnen. Wat zouden wij zeggen, als onze huisgenoo- ten binnenskamers dezelfde manieren aan den dag legden, als zij vaak buiten doen? Dat komt immers niet in hun hoofd op! Wij weten het: al deze dingen zijn reeds tot in den treure toe verkondigd; en dat is juist het erge ervan. Het moest niet noodig zijn, om steeds weer te wijzen op dingen, die zoo vanzelfsprekend zijn. Doch, hoe wel wij Nederlanders, als volk, ongetwij feld tal van goede hoedanigheden bezitten en die ook aan den dag leggen toch schijnt het begrip, dat natuurschoon moet worden geëerbiedigd, lang niet tot het al gemeen te zijn doorgedrongen. En, wij betreuren het, dit te moeten zeggen: de waarheid gebiedt te erkennen dat het vol strekt niet alleen de lagere klassen zijn, die zich aan dit euvel schuldig maken. Ook zij, van wie men het op grond van hun opvoeding en algemeene ontwikke ling niet zou verwachten, vervallen in deze fout. Naast deze ontsiering moet worden ge wezen op een ander, in zijn gevolgen nog veel noodlottiger kwaad, waarvan wij in dezen drogen, winderigen zomer tallooze voorbeelen hebben gezien. Wij bedoelen het onvoorzichtig omgaan met vuur in de bossche en op de heide. Hoeveel duizen den boomen, hoeveel hectaren schilder- achtigen heidegrond zijn dit jaar weder ten offer gevallen! En nu spreken wij nog 1 den dag was hun kleine voorraad levens middelen bijna uitgeput. Hierover veront rustte de jager zich echter niet erg want er was wild genoeg in de bergen en meer dan eens had hij door zijn geweer moeten leven. Een stil plekje uitkiezend, stapelde hij eenige takken bijeen en stak een flink vuur aan, waarbij zijn makkers zich zou den kunnen warmen want zij waren thans bijna een vijfduizend voet boven den spie gel der zee en de lucht was scherp koud. Na de paarden te hebben gedekt en Lucie gegroet te hebben, wierp hij het geweer over den schouder en ging op jacht. Om ziende zag hij den ouden man en het meis je over het vuur gebogen, terwijl de rij dieren onbeweeglijk achter hun stonden, in ’t volgend oogenblik verborgen de rot sen hen aan zijn blik. Een mijl of twee liep hij zonder succes van het eene ravijn naar het andere, ofschoon hij uit de tee- kenen aan den schors der boomen zag, dat er tal van beren in de buurt moesten zijn. Eindelijk, na drie uur lang vergeefsch gezocht te hebben en reeds vol wanhoop van plan terug te keeren, zag hij, de oogen opslaande, drie vierhonderd voet boven zich een dier gelijkende op een schaap, maar met ontzaglijke horens. Een wilde ram stond blijkbaar op post vooreen kud de, die de jager niet kon zien. Hij ging Waakt voor het behoud van ons natuur schoon Deze raadgeving wordt onophou delijk herhaald, in de bladen, door de ra dio, tot zelfs op de stempels welke dwars over de postzegels op onze brieven prij ken. Is het eigenlijk niet beschamend, dat wij daar elk oogenblik, bij iedere gelegen heid aan moeten worden herinnerd? Bij den tegenwoordigen hoogen trap van be schaving, die men algemeen heeft bereikt zou een dergelijke aanmaning toch over bodig moeten zijn. Immers, wij zijn allen overtuigd van den plicht, om ons natuur schoon ongerept te bewaren. Doch handelen wij allen in overeen stemming met dien plicht? Dat is een ge heel anderen vraag. Wie in poëtische be wondering verzonken staat voor een heer lijk plekje, wordt maar al te dikwijls aan het proza des levens in zijn minst aange- namen vorm herinnerd door een stuk oude, vergeelde krant, dat door den wind aan een boomtak is gespietst, of door vet tige boterhampapieren, papieren bekers en andere ongerechtigheden, door vorige bezoeker op dit heerlijke plekje achterge laten. Hebben die menschen dan geen gevoel gehad voor de schoone natnur om hen heen? vragen wij ons af. Toch welanders zouden zij hier niet hebben halt gehouden. Men kan zich misschien zelfs eenigszins voorstellen, dat de meegebrachte boter hammen beter hebben gesmaakt terwijl hun oog zich vergastte aan het natuurge not om hen heen. Maar wat wij ons niet kunnen voorstellen is, dat dergelijke men schen dan zoo weinig besef voor harmonie aan den dag leggen, dat zij achteloos pa pieren en anderen rommel om zich heen gooien, inplaats van die voorloopig in tasch of zak te steken en ze thuis in den 17 Lucie en haar vader zouden gaarne nog langer gerust hebben, doch Hope wilde daar niets van hooren. Zij zijn ons bepaald reeds op het spoor, zei hij. Alles hangt af van de snelheid, waarmede zij voortgaan. Eenmaal veilig en wel te Gar son kunnen wij verder ons geheele leven rusten. Dien geheelen dag gingen zij verder en aan den avond van dien dag bereken den zij, dat zij hun vijanden meer dan der tig mijlen achter zich hadden. Den nacht brachten zij door aan den voet van een rots en kropen zij dicht bij elkaar om zich tegen de koude van den nacht te bescher men en voor het aanbreken van den dag waren zij ontwaakt en op weg. Zij hadden geen spoor van vervolgers gezien en Ho pe begon te gelooven, dat zij buiten hun bereik waren, doch hij bevroedde niet, hoever hun ijzeren arm reikte en hoe spoe dig deze hen zou verpletteren. Omstreeks het midden van den twee- alleen van de materieele schade, op zich zelf reeds erg genoeg, en over het nog in geen jaren te herstellen nadeel, aan het natuuischoon toegebracht. Hoe menig maal komt het evenwel ook voor dat le ven van mensch en dier er door wordt bedreigd, als het vernielende vuur met bijna niet te stuiten snelheid huizen en hofsteden nadert! Laten wij allen, zonder uitzondering, aan al deze dingen denken, als wij buiten zijn! (Nadruk Verboden) nieuwe kracht. Hij kwam eindelijk op de plaats, waar hij zijn lotgenooten had verlaten. In de duisternis zelfs herkende hij de rotsen, welke die plek omgaven, bepaald wacht ten zij hem vol angst, want vijf volle uren was hij weg geweest. Blijde zette hij de handen aan den mond, om hun zijn komst te melden. Hij bleef staan en wachtte een antwoord op dit teeken, maar niemand beantwoordde zijn vreugdekreet, dan de talrijke echo’s. Weder schreeuwde hij thans harder, maar weder kreeg hij geen antwoord van zijn vrienden. Een vreese- lijk voorgevoel maakte zich toen van hem meester en haastig spoedde hij zich voort, in zijn angst het kostbaar voedsel latende vallen. Toen hij den hoek omsloeg zag hij de plek, waar het vuur gebrand had. Daar lag nog een hoop glimmend hout en asch en overal heerschte doodelijke stilte. Toen maakte zijn voorgevoel plaats voor vree- selijke werkelijkheid. Daar was geen le vend wezen meerrijdieren, man en meis je waren verdwenen. Het was duidelijk dat een vreeselijk ongeluk tijdens zijn af wezigheid was gebeurd, een ongeluk dat hen allen trof en geen spoor had nagela ten. Als door den bliksem getroffen moest HEI Een slag voor den Haingexport. Geheel onverwachts heeft een gevoe lige slag onzen haringexport getroffen. Zonder voorafgaande aankondiging en ook zonder eenig overleg met onze rege ring heeft de Belgische regeering het be sluit genomen, den invoer van gedroogde gerookte en gezouten haring van een in voervergunning afhankelijk te maken. Het spreekt vanzelf, dat deze maatregel in de I kringen der belanghebbenden groote ont steltenis heeft gewekt. Door het totaal on verwacht invoeren van den maatregel is reeds dadelijk aanzienlijke schade gele den, want de transporten haring die reeds onderweg waren naar België, werden nu aan de grens opgehouden, omdat zij niet van de vereischte invoervergunning wa ren voorzien. Er heerscht een groote ont stemming in de kringen van den haring- handel en men acht den maatregel in het bijzonder daarom onbillijk, wijl eenerzijds de Nederlandsche haringinvoer in België geenszins is toegenomen, doch integen deel verminderd is en anderzijds België juist dit jaar zooveel voordeel trekt van de Nederlandsche toeristen. De belangheb benden hebben dan ook de bemiddeling van den minister van economische zaken ingeroepen, om te trachten den noodlotti- gen maatregel nog ongedaan temaken. plat op den buik liggen en legde langen tijd aan, alvorens te schieten. Toen het schot was gevallen, sprong het dier op, wankelde aan den rand van de rots en viel toen neder in de vailei. Het dier was te groot om mede te dra gen, daarom vergenoegde de jager zich met een stuk er af te snijden en met den buit over de schouders, nam hij haastig den terugtocht aan want de avond begon reeds te vallen. Maar toen hij op weg was, bemerkte hij eerst dat hij niet op den weg had gelet, dien hij ingeslagen had en de zen niet meer kon terugvinden. De vallei, waarin hij was verdeelde zich in zooveel bergpaden, dat het niet doenlijk was het eene van het andere te onderscheiden. Hij volgde een dier paden een mijl ver, tot hij bij een bergstroom kwam, dien hij te vo ren nooit gezien had. Overtuigd een ver keerden weg te hebben genomen, nam hij een anderen met denzelfden uitslag. De nacht viel en het was zoo goed als donker, toen hij op een hem bekend punt kwam. En toen zelfs zou hij nog moeilijk op het goede spoor blijven, want met zijn zware vracht op den schouder en vermoeid van zijn tocht, kon hij zich bijna niet meer op de been houden, doch de gedachte, dat iedere stap hem nader bij Lucie bracht en hij genoeg voedsel bij zich had, gaf hem - Staking der graanhandelaren, Ontstemming heerscht al evenzeer in een anderen kring van den handeldrijven- den stand, namelijk den Graanhandel, en wel eveneens naar aanleiding van een re- geeringsmaatregel, zij het in dit geval een maatregel van onze eigen regeering. Door den regeeringssteun aan de graanverbou- wers in de vorm van een thans opnieuw verhoogde monopolieheffing op graan en aanverwante artikelen, ziet de zaad en graanhandel zich zoozeer in zijn handels mogelijkheden belemmerd, dat de betrok kenen in een spontane vergadering te Rotterdam bijeen kwamen, om den nieuw geschapen toestand onder het oog te zien De verontwaardiging onder de graanhan delaren bleek zo groot te zijn, dat staande de vergadering een telegram van protest aan den minister van Economische Za ken werd gezonden, waarin werd mede gedeeld, dat de betrokken vereenigingen en verbonden unaniem besloten hadden uit protest tegen het gevoerde regeerings- beleid de graanbeurs gedurende drie da gen niet te bezoeken. En zoo heeft ons land het ongewoone feit beleefd, dat de bezoekers van de Rotterdamsche graan beurs drie dagen in staking gingen. hebben wij steeds in voorraad. W: .x4>So''\>-. ii. op het gebied van GASKOOKTOESTELLEN

Kranten Regionaal Archief Tilburg

Baarle-Nassau - Baarl’s Nieuws en Advertentieblad | 1938 | | pagina 1