I F 1 Wf I WEEKBLAD VOOR BAADLE-NAS5AU- HERTOG EN OMSTREKEN UITG. ELECTRISCHE DRUKKERIJ LfiLDDE JONG BAADLE-NASSAU. S1PIJHF.— A 33e Jaargang 11 r •or. fi as 30 APRIL 1938 No. 18 !L JL M ID ID U W B O Economische Industrieele Verdedigingsvoorbereiding ’k Zou zoo zeggen ij 77 r S3 1 salie van het zuiver militaire gedeelte van onze weermacht is overgegaan, doet ons oveiigens het beste verwachten. (Nadruk verboden). B it I En men is er met dit simpele voorbeeld op nog geen stukken na. Maar wij gaven dit voorbeeld om dui delijk te maken, dat achter invoerrechten contingenteeringen en clearingsovereen- komsten soms heel wat anders schuilt dan persoonlijke vriend-of vijandschap. Het geld speelt de grootste rol. Zoo zal Polen ons straks op de Engel- sche markt nog meer kwaad doen dan het reeds deed. Dit land heeft van Engeland weer geld geleend. En zal het als vanzelf spreekt meer begunstigd worden op de Engelsche markt dan wij. Wij leenen niet van Engeland, integendeel wij be- hooren met Engeland (om nu maar in Europa te blijven) tot de rijke landen, die die geld uitleenen. Tot de landen die veel geld hebben ge- Dezer dagen werd op een bijeenkomst van landbouwgeleerden (als wij ze zoo eens mogen noemen, gesproken over de verschillende werkingen in den bodem, die door de verschillende meststoffen ver richt werden. Daar is het laatste woord nog niet over gezegd. Gelukkig maar,, want er moet toch al tijd wat te onderzoeken overblijven, niet waar? En onderzoek is altijd goed, want meer malen wordt een onderzoek naar een be paalde zaak of aangelegenheid ingesteld, terwijl daarbij een andere en vaak voor land- en tuinbouw zeer belangrijke ont dekking gedaan wordt. Maar, zooals we zeiden, over de wer kingen van de meststoffen in den bodem is men nog niet uitgestudeerd. Dat bleek onder anderen ook wel op bovenbedoelde bijeenkomst. Over alles was men het nog niet eens. Wel over de uitdrukking van een van de deskundigen, dat kalk, kali en fosforzuur beschouwd materiaal en levensmiddelen beschikt. Vroeger beperkte de economische oor logvoering er zich toe, bepaalde gebieden te blokkeeren met het doel, den aanvoer van als contrabande aangeduide artikelen te beletten. In hoofdzaak betrof zulks wapens en voor de wapenindustrie be stemde grondstoffen. Reedsin den wereld oorlog echter werden ook levensmiddelen als contrabande beschouwd. Voor een land als Nederland, dat zoowel industri eel als agrarisch voor een groot deel van het buitenland afhankelijk is, is dit een hoogst ernstige omstandigheid, want op de hulp van de bondgenooten kan men ook niet steeds rekenen. Dat heeft b.v. Duitschland in den Wereldoorlog moeten ondervinden. Het is dus noodzakelijk om ook ten aanzien van de economische omstandig heden op eigen krachten te bouwen. De nemarken geeft ons hier een goed voor beeld. Van de 50 millioen kronen, welke voor de landsverdediging beschikbaar zijn gesteld, zal de helft worden bestemd om reeds nu voorraden levensmiddelen en grondstoffen op te slaan. Natuuurlijk zal men in ons land met een dergelijken maat regel alleen niet kunnen volstaan. Een „H A I leend, ook van ons, behoort ook Duitsch land, dat dus zal trachten om zoo veel mogelijk aan ons te leveren en zoo wei nig mogelijk te koopen. Wij zijn van Duitschland de grootste afnemers. Zoo kochten wij in Duitschland in 1937 voor 468 millioen Mark en leverden voor 215,7 millioen Mark. Het land dat op ons volgde was het andere geldschietersland van Europ, n. 1. Engeland, dat voor 432,2 millioen Mark kocht en voor 308,5 milli oen leverde. Maar de welwaartstoestand verbeterd in Duitschland. Vandaar, dat het weer meer boter en kaas van ons kocht. Boter 20 pCt. en kaas 50 pCt. meer. Daar zit weer wat perspectief in. Maarer is zooveel dat het handelsverkeer beïn vloedt. ’k Zou zoo zeggen, het best is te zor gen dat een piekfijn product geleverd wordt, want dat speelt ook een rol bij de afzet dat producten. en had die onverschilligheid weggetoo- verd. Hij had geleefd als in een droom. Vol aandacht luisterde hij naar haar ver halen, die ze hem deed en langzamerhand was ’t hem duidelijk geworden, dat hij haar liefhad. Hij vertelde haar soms ook over z’n werk, maar ze scheen absoluut geen belang te stellen in die ontginningen. Het stelde hem wel teleur, maar getrooste hij zich, ze is hier nog zoo kort en weet er nog zoo weinig van. Ik kan toch niet van haar verlangen, dat ze er zooveel voor voelt als ik. Lang had hij gewacht, voor hij haar zijn liefde bekende. Maar, toen ze hem zei, dat ze weer terug zou gaan naar Den Haag, had hij niet langer geaarzeld en haar gezegd, dat zij alleen, hem gelukkig zou kunnen maken. Hij was zoo stellig overtuigd geweest van zijn overwinning en nu.... Maar toch, zijn lust tot werken zou er niet minder om mogen worden. Al was de teleurstelling, die zoo plotseling in z’n leven gekomen was, ook groot; hij mocht zich niet overgeven aan zijn leed. Zou ze ooit beseffen, wat ’t voor hem beteekende, toen ze hem afwees? In Den Haag wisten ze niet wat Annie Is dit je laatste woord, Annie? Ja heusch, toe Huug, vraag nu niet langer, ik meen het; nooit zou ik hier kun nen wennen in dit stille dorp. Het spijt me, meer dan ik zeggen kan, dat ’t zoo gegaan is. Waarom heb je het niet wat eerder laten doorschemeren, dat je niet genoeg van me hield? Je moet wel begrepen hebben, dat ik meer voor je ge voelde, dan voor een vriendin. Als ik ooit had kunnun vermoeden, dat ik je totaal onverschillig was, hadden al mijn woor den bespaard kunnen blijven. Ik had niet gedacht, op deze manier af scheid van je te moeten nemen, Annie! Maar we kunnen toch vrienden blijven, Huug? Vrienden, hij lachte sarcastisch, dacht je dan, dat ik m’n liefde voor jou ineens veranderen kon in vriendschap. Nooit zal ik dat kunnen. Het is beter, dat we elkaar maar niet meer zien in ieder geval dan zoo weinig mogelijk. Het zou te pijnlijk voor me zijn, je dikwijls te ontmoeten, ik zal probeeren me in m’n studie te verdie pen, heide-ontginning, iets, wat jij zoo haat, maar m’n lust tot werken is weg. Je weet niet, wat je me hebt aangedaan Hij drukte haar kleine hand vast in de zijne, liet haar dan ineens los en ging heen. Hij voelde zich als lamgeslagen. Vol hoop was hij dien morgen van huis ge gaan. Hij wist, dat hij haar in het bosch vinden kon, daar wandelde ze ’s morgens altijd. En hij had haar gezien en gevraagd zijn vrouw te willen worden. Geen oogen- blik was de gedachte in hem opgekomen, dat ze hem zou afwijzen. Ze zou haar druk, gezellig leventje niet willen opgeven, voor dat saaie leven hier, had ze gezegd. Als ze hem werkelijk had lief gehad, zou’t haar niet hebben kunnen schelen, al moest ze afstand doen van de vele ple ziertjes, die het stadsleven haar bood. Ieder een had gedacht, dat ze een paartje zouden worden. Misschien vond ze het wel interessant, om in den Haag te kun nen vertellen, dat ze op dat Dorp nog een huwelijksaanzoek had gehad. Langzaam liep hij voort, langs de vel den Lupinen. Dit alles was ’t werk van zijn vader en hem. Later zou hier, in plaats van de Lupinen, die de grond vruchtbaar maakten, de rogge bloeien. Ginds, waar toch ook vroeger niets dan hei geweest was, graasden nu de koeien op malsche weilanden. Hij hield van z’n werk, hij ging er ge heel in op. Jarenlang had hij in Wagenin- gen moeten studeeren en toen hij terug keerde in het mooie dorpje in Noord-Bra- bant, had hij zich met hart en ziel aan zijn werk gewijd. Zijn werkkring beviel hem, hij was gelukkig, verlangde niets meer. De menschen in het dorp mochten graag den flinken jongenman, ..met zijn ijver en wilskracht. Zijn beste vriend was de jong dokter Vermeer. Dagelijks kwamen ze bij elkaar en toen, nu een jaar geleden, Ton ge trouwd was met Rie van Lanken, was de vriendschap er geenszins minder op ge worden. Hij was steeds een trouwe be zoeker gebleven in ’t doktershuis. Zoodoende had hij Annie leeren ken nen. Hij herinnerde zich de keer, toen Rie hem vertelde, dat haar zusje voor een paar maanden bij haar zou komen. Hij gaf niets om meisjes, Rie plaagde hem dikwijls met zijn onverschilligheid. Het zal wel veranderen, Huug, placht ze te zeggen. En toen was Annie gekomen Het denkbeeld, of beter gezegd het schrikbeeld van den totalen oorlog is be kend. Men wil daarmee ten koste van alles den duur van den strijd bekorten. Om deze reden acht men het toelaatbaar, het niet-strijdende gedeelte der bevolking de verschrikkingen van den modernen oorlog mede te laten ondergaan en wel door geweldige, overhoedsche luchtaan vallen en door toepassing van economi- schen dwang. Hoewel nu deze wijze van oorlog, wijl zij inderdaad den strijd bekort van meer dan een zijde onlangs b.v. nog door den Italiaanschen minister van luchtvaart als „humaan” wordt voor gesteld, is het voor een beschaafd mensch onmogelijk deze zienswijze te deelen en verheugend is het dan ook, dat de bar- sche luchtbombardementen op Nanking, Kanton en andere Chineesche steden een storm van protesten hebben ontketend. ""“Maar dat daarmee heel veel wordt be reikt, kan helaas niet worden gezegd. En men ziet maar al te goed in, wat ons ondanks protesten boven het hoofd kan hangen en waarmede een op zijn verdedi ging bedacht land rekening zal moeten houden. Vast staat, dat ook het niet militaire deel van de bevolking in een toekomsti- gen oorlog op veel grooter schaal in de vijandelijkheden zal moeten worden be trokken, dan vroeger het geval was. De industrie moet geheel in dienst van de weermacht worden gesteld en de produc tie geregeld. Dientengevolge is het begrip burgerlijke dienstplicht ontstaan en ook hier te lande zijn verschillende categoriën van onontbeerlijk personeel bij mobili satie vrijgesteld van opkomst onder de wapenen. Ook is het noodig, er voor te zorgen, dat men steeds over groote hoeveelheden Wij weten het nu langzamerhand maar al te goed, dat de crisis in onzen landbouw voornamelijk een gevolg is van het ver broken evenwicht in het handelsverkeer m‘et andere landen. Hoe dat eigenlijk in elkaar zit met het handelsverkeer zal voor velen wel een raadsel zijn en het geeft ook niet veel het in de fijne puntjes te weten. Landen, die schulden hebben aan an dere landen zullen om de renten van de ze schulden te betalen, trachten zooveel mogelijk naar het schuldeischersland uit te voeren en daarentegen zoo weinig mo gelijk uit te voeren en daarentegen zoo weinig mogelijk van dit land koopen om de schuld niet nog grooter te maken. Toch wordt ook wel weer geld uitgeleend in de verwachting, dat het leenende land nu ijieer zal koopen met name van hem. goede voorbereiding tot de economisch- Zoqals men ziet is het vrij ingewikkeld verdediging vraagt veel meer. Gezegd dient hierbij te worden, dat de kracht van een volk niet alleen meer zal worden af gemeten naar zijn militaire capaciteit, maar dat de eventueele tegenstander ook de economische weerkracht zal taxeeren. Wil nederland dus een mogendheid af schrikken, om ons gebied te overvallen, dan zal het er voor moeten zorgen, ook economisch voldoende sterk bewapend te zijn. En inderdaad is men nu ook in ons land helaas veel later dan in ande re landen met de bestudeering van dit vraagstuk begonnen. Laat ons de hoop uitspreken, dat gezien het vele, dat wij op dit gebied nog in te halen hebben daarbij de meest mogelijke spoed worde betracht. De wij ze, waarop de regeering tot de reorgani- 'l7<C i fa C; A i t^fe-X fa. zs e 'A will eer.l fi ller: kar. rfflf al- nit' b i ze en srke; Er Be; ckie mff zerk jllie iede zeil wel en n« “■Ss»» me: ne.r V -- en

Kranten Regionaal Archief Tilburg

Baarle-Nassau - Baarl’s Nieuws en Advertentieblad | 1938 | | pagina 1