WEEKBLAD VOOR BAARLE-NASSAU-
HERTOG EN OMSTREKEN
UITG. ELECTRI5CHE DRUKKERIJ
Öi&OilSDE JONG BAAQLE-NASSAU
Mill
HET HEIDEBLOEMPJE.
29e Jaargang
22 SEPTEMBER 1934
No. 38
De Installatie van onzen nieuwen
Burgemeester.
PB.
FEUILLETON.
ik bood mijn diensten aan, hetgeen door
de oude vrouw dankbaar aanvaard werd.
Charlotte begon aanstonds naar de papie
ren te visschen, en ik werd belast om het
evenwicht te herstellen in het aangren
zend vertrek, het eigenlijke heiligdom van
den professor.
Mijn eerste zorg was, zoo spoedig mo
gelijk deuren en vensters te sluiten, ver-
vervolgens verzamelde ik de over den
grond verstrooide bladen bij elkaar op de
schrijftafel. Het waren fragmenten van
wetenschappelijke verhandelingen, ge
leerde aanteekeningen, onafgewerkte op
stellen, en dergelijke dingen meer, die ik
hier zonder orde of regelmaat bijeen had
geraapt.
Onwillekeurig liet ik mijne oogen daar
bij een weinig rondgaan. Waarheen ik
ook zag, overal trof mijn blik de werken
van groote denkers, en langs alle wanden
een bibliotheek in allerschoonst uitgesne
den kasten. Ook het schrijfbureau was
even kunstig; op het midden daarvan trok
bijzonder de aandacht een smaakvol in
gelegde casette van donker eikenhout met
kristallen deksel. Zeker een eerbiedwaar
dig familiestuk!
Nieuwsgierig gelijk alle dochters van
Eva, gevoelde ik een onweerstaanbaren
trek om eens te zien, welke schatten er
Op waarlijk schitterende en grootsche
wijze heeft Baarle den EdelAchtb. Heer
H. J. M. Hofland als burgemeester van
Baarle-Nassau welkom geheeten. Was
het tijdbestek van voorbereiding kort ge
weest, heel Baarle had eensgezind de
handen uit de mouwen gestoken en een
feest in elkaar gezet dat er in alle opzich
ten zijn mocht. Als geschenk van boven
werd het feest begunstigd door het prach
tigste zomerweer dat men zich denken
kon. De lieve zon hielp mee om alles met
gouden glans te bestralen Van alle huizen
wapperde de nationale vlag, zooals altijd
in Baarle bij feestelijke gelegenheden het
rood-wit-blauw en het zwart-geel-rood
broederlijk naast en door elkaar. Alle stra
ten hadden een mooie versiering gekre
gen, verscheidene prachtige eerepoorten
met passende opschriften waren opge
richt, op de Alphenscheweg, Molenstraat
Schoolstraat, Kerkstraat, Nieuwstraat,
de Chaamscheweg, Loveren, inUlicoten,
Katerstraat, Stationstraat. De pomp op de
Singel had een prachtige versiering, mis
schien mede om het feit, dat die dezen
dag juist 125 jaar werd. Het gemeente
huis zelf een sobere moderne versiering.
Er was een luidspreker-installatie aange
bracht. De raadzaal was keurig versierd.
De zetels voor den burgemeester en zijn
echtgenoote waren met guirlandes van
fijn groen en exuise rozen omkranst. Ver
der merkten wij eenige prachtvolle bloe
menmanden op, o. a. van de familie van
Gompel-Michielsen, Gemeenteraad en
Dag. Bestuur, Brouwers-van Ophoven,
de bevolking van de beide Baarle’s, fam.
Max van Tilburg e. a.
voorganger aan wie wij steeds dankbaar zullen
terugdenken, want veel heel veel heeft Baarle-
Nassau aan Burgemeester Mensen te danken.
Hij toch was het die, slechts enkele weken in
functie, door het uitbreken van den oorlog zich
opeens voor oneindige moeilijkheden zag ge
plaatst, moeilijkheden die in deze eigenaardige
gemeente al z’n kunnen en opoffering vroeg wel
ke offers door hem echter gaarne werden gebracht
en waarvan alle inwoners de een meer de ander
minder de resultaten hebben ondervonden.
Hij was het die na den mobilisatietijd verbete
ring bracht in de verbinding met welhaast alle
buitenwijken door den aanleg van klinkerwegen,
zoodat Baarle-Nassau thans kan boogen op een
respectabel aantal buurtwegen tot een gezamelij-
ke lengte van ruim 25 K.M. en dat alles op eene
wijze en regeling waardoor de lasten voor betrok
kenen en gemeente dragelijk zijn gebleven.
Hij was het die met alle kracht die in hem was
tot het laatst toe heeft geijverd voor de gelijkstel
ling op velerlei gebied voorde neringdoenden van
Baarle-Nassau en Baerle-Hertog.
Hij was het wiens zucht naar vooruitgang de
hoofdpersoon is geweest voorde electrificatie van
Dorp en bijna alle buitenwijken in deze uitge
strekte gemeente.
Hij is het tenslotte geweest die in samenwer
king met Belgische Waterstaat en Belgisch ge
meenten inzake de ruiming der Markrivier heeft
gedaan gekregen dat een regelingwerd getroffen,
waardoor het mogelijk is geworden ruim 500 Ha.
weiland te ontwateren welk werk thans bijna is
voltooid.
Al het voorgaande is vanzelf maar een kleine
greep uit datgene wat onder zijn bestuur is tot
stand gekomen, doch al had hij nog veel meer
gedaan behoeft uw Edelachtb. nog niet te mee
nen dat hier alles reeds in orde is.
Integendeel Burgemeester er ligt hier voor U
nog een ruim arbeidsveld open. Deze uitgebreide
gemeente met naar gelang een kleine bevolking
eischt weliswaar een zuinig beheer vooral in den
tegenwoordigen tijd, doch er zijn nog werken en
toestanden te over die reeds lang op uitkomst of
afdoening wachten.
Denken wij maar aan het gehucht Castelré
met z’n ruim 350 inwoners hetwelk op ’n afstand
van 12 K. M. van Baarle-Nassau gelegen nog
steeds geen verharden weg heeft waardoor dit
gehucht vanwege z‘n issolatie in vele gevallen op
Belgie is aangewezen wat steeds aanleiding tot
onbillijkheden en misstanden heeft gegeven. Ook
op het gehucht Groot-bedaf verkeeren nog elf
boeren in ongeveer dezelfde positie, waarvoor
eene oplossing zal gevonden dienen te worden.
Te half elf ruim werd de burgemeester
en zijn familie ontvangen aan de grens
onzer gemeente. Hij werd hier toegespro
ken door de loco-burgemeester, de E.A.
Heer Kriellaars, die hem welkom heette
op Baarle’s grondgebied. Bij Theewes’
molen stond onze harmonie en deputaties
der verschillende vereenigingen gereed
en verder trok de stoet onder de opge
wekte toonen van St. Remi naar het ge
meentehuis.
De burgemeester en echtgenoote had
den plaats genomen in een open rijtuig.
Toen destoet aan het gemeentehuis
was gearriveerd, bracht de harmonie het
Wilhelmus ten gehoore en zongen de
schoolkinderen onder leiding van dhr. J.
Appels een welkomstlied, waarna een
tweetal kleinen een leuk toespraakje de
den en aan Mevrouw Hofland-Majoie
bloemen aanboden. Dan zongen de kin
deren het Wien Neerlands bloed.
Het woord was vervolgens aan de heer
Aug. Verschueren die als volgt sprak:
Mijnheer de Burgemeester, Mevrouw,
Als voorzitter van het inhuldigingscomité heb
ik de eer namens heel de bevolking een hartelijk
welkom toe te roepen.
Weken lang zijn wij inspanning geweest wie
de nieuwe Burgemeester worden zou. Nauwelijks
was uwe benoeming bekend, of de faam is U
voorgegaan en we hebben gehoord dat wij een
Burgemeester hebben waaropwijalsBrabantsche
menschen trots zullen kunnen gaan om zijn de
gelijkheid van karakter en eenvoud.
Wij hebben gemeend mijnheer de Burgemees
ter en Mevrouw dezen dag voor U te maken tot
een heugelijke onvergetelijke dag. Gezien de
tijdsomstandigheden en de korte spanne tijds die
ons gegeven was, waren ons grenzen gesteld. De
h w»iiiumiiiMriïiffl'rrnwMim«aiii iimumiii iiww—
wel in die casette verborgen mochten zijn,
en zoo waagde ik het er was immers
niets in gelegen een oogslag te werpen
door het kristallen deksel.
Maar waren dat mijn pantoffels niet?
Ik wreef mij de oogen en zag nogmaals
goed. Gerechte hemel, professor Bruins-
ma bewaarde mijn afschuwelijke pantof
fels, die aaneengenaaide lappen, in zijn
casette. Ik begreep er niets van. Welkeen
plagerij van dien man. Om hem.te straf
fen had ik die prullige papieren haast wil
len laten liggen voor hetgeen ze waren....
Ei, ei, zie eens, de professor kon ook tee-
kenen. Hij had werkelijk een heel aardig
kopje op het papier gebracht. Zeker Jea
nette? Neen, toch niet het was iemand
anders. Mijn hemel.... zouden mijn oogen
mij niet bedriegen? Dat geleek veel op
mij. Inderdaad, erstond ook onder Louise.
Had de professor dat zelf geteekend?
Hoe kwam hij er toe, zich zoozeer voor
mij te interresseeren? Ha, ook nog een
gedicht van zijn hand: Aan Louise. Ik las
het, maar wat ik las, schemerde mij voor
de oogen.
Was dat inderdaad aan mij gericht?
Kon het mogelijk zijn dat ik zijne liefde
gewonnen had - welk een verblindheid,
te gelooven, dat ik met zijn gevoelens den
spot zou drijven?.... Het duizelde mij let-
12
De kapitein lachte, dat de tranen hem
over het gezicht liepen.
Nu heb ik het gedaan, jammerde de
vrouw, terwijl zij zich met behulp van
Charlotte en mij oprichtte. Nu zal ik het
weten? In die kamer mag ik eigenlijk nooit
komen, maar ik kan toch alles niet van
stof laten vergaan. Hij is zoo zelden uit;
nu moest ik vandaag toch eens de glazen
wasschen en luchten en de meubels af
stoffen. Alles ware goed afgeloopen, als
dat verwenschte onweer maar weggeble
ven was.
In vertwijfeling sloeg zij de handen te
zamen toen haar blik op de zwemmende
papieren viel. Dat alles is van het bureau
gewaaid. Daar mag men nooit een vinger
naar uitsteken en nu is alles dooreen en
druipnat. Als ik het in de keuken eens bij
de kachel droogde en er met het strijkijzer
overheen ging, dan merkte hij het mis
schien niet?
Charlotte verklaarde, dat zij in deze
methode weinig vertrouwen stelde, maar
gaarne bereid was, haar een weinig orde
in die verwarring te helpen brengen. Ook
terlijk van geluk. Ik las en herlas zijne
woorden, en als dan mijn hart het uitju
belden wilde, fluisterde mij een demon in
het oor: Het gedicht geldt een andere.
Het is immers niet mogelijk, dat hij in u
zijn behagen vindt.
De regen viel in stroomen neder; blik
semflitsen doorkliefden de lucht, ratelen
de donderslagen deden het huis sidderen
op zijn grondvesten. In het aangrenzende
vertrek werd op luiden en gejaagden toon
gesproken. De deur ging open. Wat be
kommerde ik mij om dat alles? Mijn geest
was slechts bezig met de oplossing van
deze eene vraag: Zou hij mij waarlijk be
minnen?....
Goeden avond, juffrouw Louise, klonk
het op den drempel.
Dat was zijn stem. Ontsteld wendde ik
mij naar de portiere: daar stond hij. Zijn
bruine oogen zagen mij vriendelijk aan.
Ik weet reeds aan welk toeval ik de te
genwoordigheid eener zorgvol ordende
Fee in mijn studeerkamer te danken heb,
zeide hij op vroolijken toon en bood mij
als groet de rechterhand. Maar onmiddel
lijk daarna kleurde een donkere purper
gloed zijne wangen. Zijn blik viel op het
papier in mijn hand.
Mijn God, Louise, hebt gij die misera
bele verzen gelezen?
huldiging zal er des te hartelijker om zijn. Hertog
en Nassau hebben daartoe broederlijk samenge
werkt om hun eerbied te toonen voor het gezag,
zijn blijdschap met zijn nieuwe burgemeester, die
geve God, nog vele jaren Baarle-Nassau mag be
sturen tot grootheid en welvaart, tot welvaart en
vree.
Als eerste bewijs onzer hulde bieden wij U de
ze bloemenmand aan, geschonken door alle in
woners van Baarle.
Geve God, dat Gij, na vele jaren aan het hoofd
van onze gemeente gestaan te hebben, nog steeds
met vreugde moogt terug zien op dezen eersten
dag, den dag uwer intrede.
Nadat spreker den burgemeester de
bloemenmand heeft aangeboden dankte
de Edelachtb. Heer Hofland in korte be
woordingen. Vervolgens werden de bur-
I gemeester, zijn echtgenoote en familie
naar de Raadszaal geleid, waar de heer
P. Kriellaars als loco-burgemeester de
feestelijke zitting opende met den Chris-
telijken groet.
Als de secretais, de heer H. van Com
pel het benoemingsbesluit heeft voorge
lezen, spreekt de heer P. Kriellaars als
volgt:
Edelachtbare Heer Burgemeester.
Met groot genoegen hebben wij vorige week
de heugelijke tijding ontvangen dat het Hare Ma
jesteit onze geëerbiedigde Koningin heett behaagt
*’J‘‘te benoemen tot Burgemeester van Baarle-
Nassau en zijn wij thans in openbare vergadering
bijeen om UEdelachtbare als zoodanig te instal-
leeren.
Op mij rust den aangenamen plicht U en Uwe
familie van harte te feliciteeren met deze benoe
ming waarbij ik ongetwijfeld spreek namens heel
den Raad en alle inwoners dezer gemeente.
Het is ons aller wensch dat U lange jaren Uw
gewichtig ambt naar ieders wensch zult mogeg
bekleeden en wij hopen dat U met al de krachten
en gaven U geschonken zultwerken om den bloei
en de welvaart der gemeente te bevorderen en
alles wat mogelijk is zult doen voor de goede ver
standhouding tusschen Hoofd en onderdanen.
Eerbied en vertrouwen jegens hun Burgemees
ter was steeds het kenmerk van Baarle’s ingeze
tenen; wees dus voor hen een wijs bestuurder en
verstandig raadsman opdat ze in alle omstandig
heden steeds en altijd zich met vertrouwen tot U
kunnen wenden.
Hierdoor zult U in ’t voetspoor treden, van Uw
JA
8888!
8888!
SC?
SC?
SC?
SC?
SC?
SC?
SC?
SC?
SC?
SC?
8888!
8888!
18888
Ï8888
i
SC?
SC?
SC?
SC?
SC?
SC?
SC?
SC?
:8888
'8888
BAARLE’S NIEUWS EN
ADVERTENTIE BLAD
De ontvangst.