Weekblad voor Baarle-Nassau-Hertog en Omstreken
28e Jaargang Ho 52
Zaterdag24Dec 1932
Dit blad verschijnt Zaterdags
DRUKKER UITGEVERS:
Een kostbare ontdekking*
Een Wildzang*
st Wordt Kerstdag!
-
liet abonnement niet
geacht abonné te
XVEJC. T. X>JEC JOVG cSzr ZOON
verlaten, zeide zij met schitterende
oogen tot hem.
Rylton zweeg, maar zij las het op
roer zijner ziel op zijn gelaat. Hij had
reeds lang opgemerkt, dat haar hef
tig, hartstochtelijk karakter voor al
lerlei buitengewone gevolgtrekkin
gen en besluiten ontvankelijk was;
maar dat zij het verlies van haar ver
mogen metblijdschap zou begroeten,
omdat zij daarin het middel zag hem
te kunnen verlaten dat was hem wel
wat kras.
Het volgende oogenblik was hij
zich zelven weder meester en be
sloot hij den eenigen hem openstaan-
den weg in te slaan, dien in dit geval
zijn eer hem voorschreef.
Je zult bij mij blijven, zei hij kalm.
In geen geval! Liever ga ik bede
len! Zij draaide hem den rug toe en
zei opgeruimd tot Margaretha. i\u
moet je mij eens op de hoogte hel
pen, hoe ik in mijn levensonderhoud
kan voorzien. Als een kind des volk
ik citeer je moeder, Maurice,
wil ik tot het volk wederkeeren.
Zoo erg is het nog niet, Titia, zei
Margaretha die den onheilbrengen-
den brief met de beste bedoeling om
er nog iets goeds in te vinden, nog-
maalsaandachtig doorlas. Het schijnt
dat je oom toen de speculaties met
jouw geld mislukten (wat reeds voor
jaren moet geschied zijn), zijn eigen
vermogen heeft opgeofferd om het
uwe te redden.
Die arme oom! zei Titia zacht,
terwijl haar oogen zich met tranen
vulden. Voor de eerste maal scheen
het ongeluk van haar hnis haar ter
harte te gaan. Kon ik maar naar hem
gaan en hem helpen; misschien zou
hij nu wat vriendelijker voor mij zijn.
Dat is onmogelijk, Titia; hij is
naar het buitenland vertrokken, zei
Margaretha, door deze leugen Titia
verder verdriet willende besparen.
Titia zuchtte, maar het was een
zucht van verlichting; het vooruit
zicht weder naar haar oom George te
gaan, lachte haar toch niet erg toe.
Nu, dan zal ik op de een of andere
manier in mijn levensonderhoud
moeten trachten te voorzien, zei zij
moedig.
Dat zal niet noodig zijn, antwoord
de Margaretha vriendelijk; twee- tot
driehonderd pond per jaar zullen je
nog altijd overblijven, dat is genoeg
om....
O, ik kan van de helft reeds leven!
Je zult met mij samenleven en ik
zal voor je zorgen, viel Rylton haar
overheersching der republikeinen
duurde, zorgvuldig verborgen op
een pachthof H e t W i t h u i s genaamd
Nog heden is Onze-Lieve-Vrouw
van Bijstand de toevlucht van al de
bedrukte harten der streek; in allen
nood komt men haar te voet vallen;
geen dag gaat voorbij of men treft er
bedevaarders aan, en dat er vele gun
sten verkregen worden, blijktgenoeg
uit de kostbare en talrijke geschen
ken welke de dankbaarheid er voor
Maria’s troon nederlegt. Ook geene
week gaat voorbij of er worden Mis
sen van dankbaarheid voor verkre-
gene weidaden gelezen.
Alle Zondagen, ten ure, vergade
ren er een aantal godvruchtige per
sonen om in het gemeen denheiligen
Rozenkrans te bidden. Ook bestaat
er een bloeiend broederschap ter
eere van Onze-Lieve-Vrouw.
De kapel werd langen tijdverzorgd
door de inwoners der aanpalende
kluis, waarvan de laatstlevende ten
jare 1874, in de Orde van den heili
gen Franciscus is getreden.
In het jaar 1862 vierde Turnhout
den 75en verjaardag van den voor
noemden veldslag. Dat feest, hoewel
eigenlijk een volksfeest, mocht ook
een godsdienstig feest geheeten wor
den; immers in de versiering der
stad was ook de kapel niet vergeten.
Al de straten die er heen leidden wa
ren fraai versierd en voor de bid
plaats was, ter herinnering aan de
door Maria’sBijstand behaajde over
winning, een prachtige zegeboog op
gericht.
30
Maurice, zij heeft geen schuld!
Vergeef mij, Titia; ik hoorde.... zag
en vreesde.... De goede Margare
tha moest zwijgen om ademteschep-
pen. Je verdenkt Titia valschelijk,
ging zij voort; zij was bij mij en wil
de naar haar kamer gaan, toen....
Wees kalm, Margaretha, riepTitia
uit en sneed haar het woord af. Ik
wil niet verontsohuldigd of verde
digd worden.
Maar, kind, laat mij toch zeggen,
dat....
Er valt hier niets te zeggen; ik
heb Tom vaarwel gezegd. O, die ar
me Tom, riep zij snikkend uit, hij
bemint mij! Hij was mijn eenige
vriend op heel de wereld! En ik ben
zoo onhartelijk tegen hem geweest
en heb gezegd, dat hij nooit weder
P: ijz» n der advertentie’»: Minstens
5 regels 75 et. Elke regel meer 15 et.
Advertentie’» dikwijls herhaald en
bij contract pnjsen bij overeenkomst.
hier mocht komenik was verschrik’
kelijk hard tegen hem. En dat alles
om niets, om niets! Alleen omdat hij
zei, dat hij mij beminde!
Zij snikte hartstochtelijk.
Titia! Rylton ging op haar toe,
maar zij strekte de handen afwerend
naar hem uit.
Ik wou, dat ik als bedelares gebo
ren was, riep zij toornig uit, dan had
ik je nooit gezien.
Die slag trof; hij veranderde van
kleur, terwijl zijn vingers zich vas
ter om den brief in zijn hand sloten.
Je schijft aan het geld groote macht
toe, zij hij gelaten.
Ik heb daar reden toe, antwoordde
zij koel; het heeft jou er toe geleid
mij te huwen, zooals je moeder zegt.
Nu, deze macht heeft thans hare
w '.rking verloren. Zijne stem had
zulk een vreemden klank, dat Mar
garetha hem verwonderd aankeek,
waarop hij haar in plaats van een
verklaring den brief overhandigde.
Margaretha opende deze haastig,
las de weinige regels vluchtig door
en werd zeer bleek. Arm kind! zei
zij zacht. Wanneer heb je dien ge
kregen, Maurice
Twee uur geleden met de avond
post. Zeg jij het haar, Margaretha;
van jou zal zij het gemakkelijker
aannemen.
Met de ongeduldige vraag: Wat
heb je lui daar toch? strekte Titia
haar hand uit naar den blref waarvan
zij vermoedde dat hij haar persoon
betrof, en drong Margaretha op deze
wijze tot een opheldering.
Titia, mijn kind, begon zij aarzelend,
het betreft hier je vermogen, het is
het is verloren gegaan.
Verloren gegaan?
Ja, wij vreezen, dat er weinig van
zal zijn te redden, bevestigde Mar
garetha met tranen in de oogen.
Verloren gegaan! Titia herhaalde
die beide woorden even werktuiglijk
als een kind dat zich een hem vreem-
uitdrukking wil inprenten. Zij zager
eenigszins ontsteld uit. Opeens hel
derde echter haar gelaat op ;zij keek
Margaretha vol verwachting aan en
vroeg: Je zegt, dat er niets te redden
zal zijn?
Zoogoed als niets, lieveling; maar
je moogt niet ongelukkig zijn,ik zal...
Ongelukkig, o neenriep dekleine
met haar bekoorlijksten glimlach uit.
Daarna ging zij op Maurice toe.
Daar mijn vermogen thans niet meer
aanwezig is, heb ik geen verplichtin
gen meer tegenover je en kan ik je
Ook verhaalden de overwonnenen
dat gedurende den strijd al hunne
moeite vruchteloos was, dewijl hun
eene vrouw in den weg stond welke
alle ballen die zij op de stad schoten
in haar schoot opving. Verscheide
ne burgers die voor het H. Sacra
ment hadden zitten bidden, getui
gen insgelijks dat het beeld der H.
Maagd, gedurende den slag, drie
uren lang afwezig was geweest; nog
anderen zegden dat zij het kleed be
slijkt hadden gezien. Zeker is het
dat later oude menschen meermaals
aan de bewaarders der kapel zijn
komen vragen, wat er toch van dat
kleed was geworden; echter de laat
ste verzorger der bidplaats zegt dat
hij het nooit gezien heeft.
De gedachtenis van Maria’s be
scherming in die twee omstandig
heden wordt jaarlijks den 27 Octo
ber, gevierd met Uitstelling van het
H. Sacrament,goddelijken diensten
sermoon.
Ten tijde der Fransche omwente
ling diende de kapel tot school, en
zoo bleef zij behouden tot troost van
Maria’s kinderen, die dan ook in die
droevige tijden, somwijlen de gele
genheid wisten te vinden om daar,
waar zij dikwijls hunne moeder wa
ren te voet gevallen, hun Rozen
hoedje te komen bidden, Het beeld
werd bij het naderen der Fransche
overweldigers uit de kapel genomen
en bleef al den tijd dat de goddeloo
’t Wordt KerstdagNeen ’t en
kraakt geen snee,
’ten rijmt, ’t en vriest, ’ten ijzelt;
Toch lijden de arme menschen wee
en wordt hun hert verbrijzeld!
Ze willen werken, maar ’t en valt
geen werk, geen loon, geen eten:
wiens hert, van ijs of ijzer, zal ’t
nu ’t Kerstdag wordt, vergeten?
Geeft milde, geeft, die hebt en houdt
van God zoo milde gaven:
’t Wordt anders al, uw geld en goud
naast U in ’t graf begraven.
Geeft milde, gij die kersten zijt
en Kerstdag komt te vieren
geeft milde, alzoo me in vroeger tijd
gaf milde aan mensche en dieren:
en Hij die mensche en dier bemint
die u, o, mensch, verheven,
vergodlijkt heeft, Hij zal ’t zijn kind,
o mensch, eens wedergeven!
GUIDO GEZELLE.
Abonneiner.dsgt ld: 1’1.25 per half
jaar. (bij vooruitbetaling)
Zoolang men
opzrgt wordt men
7,i'p.
BAARL’S
HEWS- EN ADVERTENTIEBLAD