I
Weekblad voor Baarle-Nassau-Hertog en Omstreken
Berusting.
Zaterdag 29 Oct 1932
Dit blad verschijnt Zaterdags
DRUKKER UITGEVERS:
Een Wildzang*
28e Jaargang No 44
het abonnement niet
geacht abound te
En dat geldt voor alle arbeidenden
en werkenden van hoog tot laag
WHI C T. JTOTKTCS- cfc ZOOIV
M1SSIETENT00NSTELL1NG OP
A. S. ZONDAG 30 OCT. EN 1 NOV.
TE BAARLE-NASSAU
Nogmaals een opwekkend woord
je tot een trouw bezoek aan het mis
siewerk van den naaikring te Baarle-
Nassau,
De dames hebben terdege de rap
pe vingers geweerd om de milde ga-
■ven der bezoekers en donateurs in
prachtige kleedingstukken en fijne
handwerken om te zetten. Zondag en
Dinsdag zal warme dranken en ge-
bakde eventueelegretigemagen ver
kwikken, doch op 1 Nov. 12 u zal de
schoone expositie worden gesloten,
om dan plaats te maken voor de be
langwekkende lezing met lichtbeel
den van den bekenden Pater Dr
Zuure, die overal grooten lachlust en
missiegeestdrift weet te wekken on
der de toehoorders. Deze zullen dan
ook meer dan voldaan huiswaarts
keeren.
Om 3 uur begint de voorstelling
voor de dames en kinderen, en om
6 1|2 uur voor de heeren.
Op 3 Nov, na het lof van 5 uur
zal de loting plaats hebben en de ve
le prijzen worden uitgereikt. Het be
looft een schitterende opzette wor
den. Ieder brenge zijn vrienden en
kennissen mee.
Het gaat voor Christus en zijn rijk!
Het Bestuur.
Prijzen der advertentie’»: Minstens
5 regels 75 ct. Elke regel meer 15 ct.
Advertentie’» dikwijls herhaald en
bij contract prijzen bij overeenkomst.
geworden van sociale redding
het ware nog zoo erg niet wanneer
er niet individueele ontevredenheic
uit opbloeide. En of de wereld daar
beter en gelukkiger op wordt?
werkers is en wordt veel onrecht ge
pleegd), dat geldt ook bijvoorbeelc
tegenover de verdrukking welke de
moderne staat zijn burgers doet on
dergaan en welke ontzettend veel
leed veroorzaakt. Al moge dan mi
nister Verschuur in een gemakkelij
ke sarcastische rede tegenover den
heer Kortenhorst (de minister had
immers te voren gelijk) de ongeloof
lijk arrogante stelling opgezet heb
ben dat de stoat nietde vijand is van
het volk. Iets wat de geschiedenis
iederen dag ook in ons land anders
bewijst!
Maar goed: wij verzetten ons dus
tegen iedere berusting in onrecht,
hetzij het gepleegd wordt van boven
of van onder op.
Dit evenwel vooropgezet beweren
wij, dat zij die berusting prediken
tot de grootste weldoeners behooren
van allen die verdrukking lijden en
dus berusting meer dan noodig heb
ben. TLTÉT
Berusting niet in den zin van het
aanvaardend goedkeuren maar van
in hoogeren zin duldend dragen.
Dat is gelooven wij geheel chris
telijk en in overeenstemming trou
wens met de Bergrede en andere be
kende woorden en nog meer beken
de voorbeelden van den Meester. En
dit heeft de lijdende massa ook ze
ker hoog van noode.
Men kan niet voorspellen hoe het
met de zoogenaamde crisis; die tee-
ken van algemeene verarming is,
verder verloopen zal.
Wij voor ons hebben niet veel
hoop op een spoedig in te treden
herstel.
En zeker niet in een spoedig te
verwachten rechtvaardige maat
schappelijke ordening.
Een sociaal rechtvaardige maat
schappij met volkswelvaart voor al
len achten wij slechts denkbaar in
een maatschappij, welke van den
christelijken geest is doordrenkt en
welke op het christelijk beginsel rust
Het staat ieder vrij te hopen en te
gelooven dat Wij die nog eens spoe
dig weer in Europa zullen beleven,
wij voor ons gelooven daar voor de
eerste honderd jaren niet aan.
Met de daarop aansluitende con
clusie, dat een werketijk ideale sa
menleving ook op zich laten wach
ten.
Men moge daarbij metnoodzake-
JP^Hoofd-en Kïesp/^W
MIJNHARDT’5 POEDERS
u Doos 45ct.Perstuk 8 ct .-TT»
lijke wettelijke maatregelen ingrij
pen, en terecht, zoolang de geest
(want tegenover de hoogere lage der der menschen niet anders wordt zul
len de resultaten pover blijven.
Wie het optimistischer wil bezien
moge dat doen, maar hij zal niette
min hebben te verwachten, dat er
voorloopig nog veel ellende zal te
dragen zijn.
Ook voor dezen is het dus goed
werk berusting te preeken en zelf tot
berusting te neigen.
Niet uit sociale vrees, maar uit
sociale werkelijkheidsgedachte en
christelijken plicht.
En dit te meer omdat er tegen
woordig meer dan genoeg apostelen
der ontevredenheid zijn die, hetzij
uit overtuiging, hetzij uit politieke
bijoogmerken er dagelijks werk van
maken aan de menschen iedere
christelijke berusting te ontnemen.
In een rede over den socialen toe
stand heeft de R.K. arbeidsleider de
Bruyn gezegd, dat er zijn die berus
ting prediken maar dat daarbij niets
anders tot uiting komt dan sociale
vees.
Zoo ougeveer volgenseencouran-
tenverslag en geciteerd uit het hoofd-
Hisrp afgaande zouden wij enn an
dere stelling daarnaast willen zetten
miet er tegenover want wat de heer
de Bruyn gezegd heeft zal in zijn be
doeling wel waar zijn en daarmede
zijn wij het dangeheelenalseens.
Dit laatste ga vooraf. Want wij ach
ten iedere betusting in sociaal en in-
diAidueel onrecht of tekortdoenin on-
noodig en zelfs verkeerd.
Men heeft zich zooveel men kan te
verzettn tegen wat ons ten onrechte
wordt aangedaan en speciaal in het
sociale vraagstuk is het slechte ver
zet tegen sociale (individuerle en col
lectieve) verdrukking eisch van
recht en van algemeen belang.
Stuur dan iemand tot haar, die
haar kan zeggen, dat ik haar vriende
lijk om een onderhoud verzoek, zei
lady Rylton met bijtende spot.
Ik wil met de heele. geschiedenis
niets te maken hebben, antwoordde
mrs. Bethune afwijzend. Titia mag
mij niet lijden en wordt doormij even
eens gehaat. Stuur haar kamenier
naar haar toe, of een gelukkige
gedachte schoot haartebinnenlaat
het haar door Margaretha zeggen; die
zorgt voor Titia als de kat voor haar
ongen.
Diearme Margaretha, antwoordde
ady Rylton hoonend, zal, naar ik
vrees, steeds voor vreemde katjes
kunnen zorgen.
Dat geloof ik niet, zei Marian, die,
ofschoon zij bijna op alle menschen
verachtelijk neerzag, voor Margare
tha een eigenaardige, doch ongehui
chelde genegenheid gevoelde; ik
denk dat ze binnen korten tijd met
colonel Neilson gaat huwen.
Stel je toch niet bespottelijker aan
dan noodig is, antwoordde lady Ryl-
Abonnementsgeld: f 1.25 per half
jaar. (bij vooruitbetaling)
Zoolang men
opzegt wordt men
zijn.
ton. Wat. moet Neilson Met zoo’n
oude jongejuffrouw beginnen! Dit
kun je mij niet wijsmaken!
Ik ben er toch bijna volkomen ze
ker van, hield Marian vol, terwijl zij
zich gereedmaakte om heen te gaan.
Dat kan mij weinig schelen; laat
mij nu alleen, opdat ik mijn plan kan
beramen, hoe ik dat afschuwelijk we
zen kan klein krijgen.
Maar eer lady Ryltonhaar plan ge
reed had, werd er op haar deur ge
klopt en het volgend oogenblik trad
Titia over den drempel. Zij aarzelde
nader te treden, en zij maakte bijna
den indruk, alsof zij op een veront
schuldiging zon om zoo spoedig mo
gelijk weder uit de kamer te kunnen
sluipen. En lady Ryltonzelf wasdoor
dit overhaast binnentreden harer
schoondochter jn verlegenheid ge
bracht (iets wat uiterst zeldzaam voor-
De omstandigheid is een theorie kwam bij haar), want zij had de vele
bittere pillen voor Titia, waartoe zij
zoo rijkelijk materiaal verzamel dhad
nog lang niet genoeg toebereid. Maar
moeder natuur had Titia in dit op-
zichtmeteen verbazende tegenwoor
digheid van geest toegerust, en het
was haar na weinige oogenblikken
reeds duidelijk, dat dit onderhoud
een bevredigden afloob voor haar
zou hebben.
Intusschen scheen Titia haar tegen
zin overwonnen te hebben, want zij
trad vastberaden nader. Ik wilde mij
overtuigen, begon zij met haar wel
luidende stem, of alles zoo geordend
is, dat ge hier volkomen op uw ge
mak gevoelt.
Ik, dank je, kind, zeer vriendelijk
van je; ik ben in een buitengewoon
goede stemming en zou gaarne wat
met je. praten. Neem plaats Titia.
Wat wenschte u van mij te verne
men? vroeg Titia en nam de haar
aangeboden plaatsniet in, maarleun-
de tegen den schoorsteenmantel. Zij
had er klaarblijkelijk een voorgevoel
van, dat het niet raadzaam was, de
buitengewoon goede stemming te
op de proef te stellen.
O, heel veel. Laat ons echter
eerst eenige priveaangelegenheden
bespreken; ik heb, helaas, vreemde
dingen van je moeten hooren, zei zij
berispend.
Titia keek haar met haar heldere
oogen aan. Ik begrijp u niet, zei zij
kalm.
Dan kan ik mij aan de moeilijke
taak, je deze onaangename quaestie
nader uit te leggen, niet onttrekken.
Lady Rylton ging met juiste bereke-
NIEÜWS- ES ADVERTENTIEBLAD
BAARL’S
Bij Uw drogist J
23
i