1
PUROL
Fietstochten
Harten Vrouw
Weekblad voor Baarle-Nassau-Hertog en Omstreken
i
Overspannen
Zaterdag 11 Aug. 1928.
23 ste jaargang fco 32
Dit blad verschijnt Zaterdags
Na vijftig jaar.
Nedei’landsche Vrouwen.
75 a.
l
wij gaan!
Alsen trachtte hen te bewegen,
in den tuin een verfrissching te ge
bruiken, doch ditmaal ontmoette
hij krachtige tegenspraak; selfs Tine
weigerde.
Dus wilt u nu reeds naar huis,
dames? vroeg hij spijtig.
Het is ten hoogste tijd het is
al bijna avond.
Houdt uw Oom zich dan zoo stipt
aan den tijd?
Oom en ook Tante! merkte Tine
op, met een schel mscheuitdrukking
op haar gelaat. Het zijn maar een
voudige burgermenschen die nog
met de kippan op stok gaan.
Hier in Berlijn? Dat kan ik haast
niet gelooven, juffrouw Tine
Toch waar, wij staan juist onder
zeer strenge tucht
Maar als u de h-iele week hard ge
werkt hebt, dan zal men u toch den
Zondag wel als ontspanning gunnen
Zoo hard werken wij heusoh niet
meende Tilli, terwijl Tine luidkeels
begon te lachen.
Des te beter dan kan ik ook in
de week op een gelegenheid reke
nen u beiden terug te zien.
Hst Doorzitten bij Wielrjjden, een
door de zon verbrande Huid, Schrij
nen en Smetten verzacht en ge
neest men met
Nu wij overal om ons heen reeds
jaren lang de mooie gebouwen der
bijzondere lagere scholen zien ver
rijzen, beseffen we nog maar steeds
te weinig, welk een strijd en vol
harding het aan vorige geslachten
gekost heeft, om te bereiken, wat in
de grondwetswijziging 1917 en de
Lager Onderwijswet 1920 een feit is
geworden, n 1. de gelijkstelling van
openbaar en bijzonder onderwijs.
Het voornaamste, wat oen goed
burger doet, is erover mopperen,
dat het zooveel kost, terwijl hij in-
tusschen niet nalaat, zijn kinderen
te sturen naar een onderwijsinrich
ting, waarvan hij de overtuiging
heeft dat zij daar onderwijs en op
voeding zullen ontvangen in dan
geest, dien hij wenscht.
Zeker, er is te royaal met Rijks
geld omgesprongen; de wet van
1920 liet daartoe de ruimte en er
zijn scholen gebouwd onevenredig
groot en luxueus in 'verhouding tot
het aantal kinderen, dat er onder
wijs kreeg te genieten.
Laat men echter vooral de Chris
telijken en Katholieken niet te hard
vallen!
Hodang hebben zij niet moeten
bijdragen in de kosten vo >r een on
derwijs, dat zij voor hun kinderen
niet wenschten en niet mochten
wenschen?
Zij waren bovendien gedwongen
6
Des ondanks stemde ze er in toe
bij den volgenden dans het was
weer een wals Alsens arm aan te
nemen. Zij danste zoovla haar ge
heels wezen was, met een zekere
trotsche deftigheid die zich onwille
keurig aan Alsen meedeelde; terwijl
zij door de zaal zweefden, moest hij
bekennen, dat geen barones daarbij
meer fijnheid en waardigheid aan
den dag kon leggen als dit merk
waardige meisje, wier terughouden
de beminnelijkheid hem evenzeer
betooverde als de bekoorlijkheid
van haar gestalte. Het zou hem als
een misdaad zijn voorgekomen haar
wat dichter naar zich toe te trekken
en toch was het hem heel wat waard
geweest, als hij slechts voor een
oogenblikje haar hart aan zijn borst
had voelen kloppen.
Ik dank u zeer! zeide ze diep
ademhalend, meteen korte, trotsche
buiging van haar hoofd.
Slechts al te snel was voor Alsen
deze dans ten einde. En nu moeten
te zij eruit. Zoo als u kan slechts
een luitenant van de garde dansen.
Ik zou u op mijn beurt de weder
vraag kunnen stellen, antwoordde
hij eanigszins verrast over deze op
merking, hoe weet u hoe een garde
luitenant danst. Maar helaas ver
keer ik niet in da benijdenswaardige
positie van een officier, die tijd en
gelegenheid heeft, lieftallige jonge
dames het hof te maken.
Dat klinkt bitter! markte Tilli op,
terwijl zij hem met esu ernstigen en
toch naar het hem toescheen, wel-
willenden blik, opnam. Bent u dan
toch werkelijk -
Een koopman zonder positie? In
derdaad juffrouw Tilli, ik ben een
vau die in onzen tijd zoo veel voor
komende exemplaren van een werke
looze handelsreiziger, iemand die
zonder werk in deze maatschappij
verkeert en wellicht over een maand
niet meer weet, waarvan hij moet
leven. De garde-luitenant heeft u
door deze ontboezeming wel een
zeer groote teleurstelling bereid?
De beide meisjes zwegen eeuigs-
zins ontdaan. Toen zei Tilli:
U hebt uw betrekking in de pro-
Abonnementsgeld f 1.25 per half
jaar. (bij vooruit betaling)
Zoolang men het abonnement niet
opzegt wordt men geacht abonné te
?ijn.
geheel op eigen kosten zelf scholen
te onderhouden, wilden zij hun kin
deren kunnen toevertrouwen aan
onderwijzers, die de kleinen nog
iets anders bijbrachten, dan de ken
nis van lezen, schrijven en rekenen. j
Men herinnere zich maar het j
oude, scheeve gebouw, onvoldoen-
de verlicht, waar de kinderen als
schapen in de kooi op elkaar zaten
en de zenuwen vernielden van den
meester, die twee groote klassen
tegelijk voor zijn rekening had.
Het kon niet anders, want h et
geld was er niet-
Dat ging in den vorm van belas
ting naar de Rijksschatkist, waaruit
de openbare scholen putten.
Die toestand is voorbij Dank zij
het zwoegen van de leiders der
Christelijke en Katholieke partijen,
dank zij dezer eendrachtig samen
werken in de Christelijke en Katho- loopen, schermen, zwemmen,spria-
lieke partijen, dank zij dezer een
drachtig samenwerking in de Chris
telijke coalitie
Nu het vijftig jaar geleden is dat
de wet Kanpeyae van de Coppelo
door den Koning werd geteekend,
past het, even stil te staan en terug
te zien over de halve eeuw, die de
emancipatie bracht over het Chris
telijke volk van Nederland
Past het, eerbiedige hulde te bren
gen aan de nagedachtenis van man
nen, die met de hunnen in strijd en
lijden den weg pionierden, diethans
recht en breed voor ons open ligt.
Prijzen der ad verten tie’s Minstens
5 regels 75 ct. Elke regel meer 15 ct.
Advertentie’s dikwijls herhaald en
bij contract prijzen bij overeenkomst.
zwemmen, Nederland zou hoogst te
benijden zijn als zijn vrouwen uit
muntten in vrouw zijn.
Vrouw in de edelste beteekenis,
gezellin, troosteres, stuwkracht,
verzorgster van haar man, en moe-
der barer kinderen.
s Vrouw... die de zorgenrimpels
weet glad te strijken van ’t voor-
hoofd en hem ’t verblijf in de huis-
j kamer weet te maken tot ’n oase in
I de woestijn van zijn bestaansstrijd.
I Vrouw.... de sterke band van
haar huisgezin, de stille kracht, die
heel de kinderen bemoedigt, ideaal, voor
i wier glimlach zij hun moeilijke ^'ka
rakters graag tot gehoorzaamheid
beheerschen.
Vrouw.... nooit klagende marte
lares en tegelijk gelukkigste sterve-
linge, met een hart zoo groot en zoo
rood, dat ze alleen blij kan zijn jn
een totals zelfopoffering voor haar
huisgezin.
Als Nederland deze kampioenen
eens had neen, als ’t maar al
vast eerbiedig met den hoed in de
hand, de hoogheid erkende van dit
vrouw-zijn boven ’n kampioenschap
in wedstrijden, waarin ’t jammer is
tot zoo’n hoogheid geroepen vrou
wen te zien kampen!
Ons land ware te benijden...
We lezen onder dezen titel in het
»Dagbl. van N. Br
’t Is beroerd, natuurlijk, en
Nederland weet geen raad van
schaamte, dat onze Olympische da
mes ’t tegen haar buiteidandsche
concurrenten hebben moeten afleg
gen En zoo glansrijk
Wij weten nu, dat er in ’t buiten-
Ir ,id dames zijn, die vlugger kunnen
gen en weet ik wat al meer.
’t Is natuuilijk erg driest en deze
bladzijde moeten we maar uit onze
vaderlandschegeschiedenis scheuren
Ja?
Of we moeten ’t goed maken? Een
nieuw record vestigen?
En dan geen openbare schreeuw-
of knoei- of konkelwedstrijd houden
want tot de voornaamste vereischten
voor het kampioenschap, dat ik be
doel behooren bescheidenheid en ne
derigheid.
Laten andere landen kampioenen
hebben in schermen, in loopen, in
Ons terugzien? Nooit! verklaarde
Till, bijna verschrikt over de stout
moedigheid van deze uitnoodiging
Wat denkt - mijnheer -
Alsen is mijn naam, juffrouw
Tilli! vulde hij overmoedig aan. Het
zou zoo mooi zijn, als wij onze ken
nismaking niet voor een enkelen
Zondagmiddag hadden aan geknoopt
Ik zal waarschijnlijk voorgoed in
Berlijn blijven.
Dus bent u werkelijk niet hier
woonachtig?
Neen ik ben gisteren uit de pro
vincie hier aangekomen
En als ik vragen mag, vorschte
Tilli verder uit, wat hebt u voor be
roep, mijnheer mijnheer Alsen?
Mijn beroep? Er kwam een bittere
trek om Alsens mond. In de opge
wekte stemming der laatste uren
had hij zijn droevige positie geheel
en al vergeten. Ik heb geen beroep
tenminste voorloopig niet.
Ontkent u het maar niet hier
mijn nicht Tine heeft uw beroep al
geraden
En waar ziet u mij dan voor aan,
juffrouw Tine?
Voor een officier in politiek! flap-
Doos 30, 60 90c.
AARL’S
S- EN ADVERTENTIEBLAD
DRUKKER UilÜEVEB
SOJSG JONC»-BATT&SECM»
■njawagfcg—-r- IMMT| air L
5
i