i
voor Baarle-Nassju-Hertog en Omstreken
I
Kinderen...
De Langst - Levende.
I ^7=“^' I “VS
Zaterdag 21 Aug. 1926
21 st? jaai-gang So 34.
Dit blad verschijnt Zaterdags
r. _J1O
over-
tel
UKCKKEE- U1TUK V ESJB
Zonder zich ’n oogenblik te be
denken, wist ie dat ie komedie
speulen
«Akelsk, akelek”, zei smach
tend, met z’n oogen half dicht, z’n
mond half open en z’n behaarde
Prijzen der advertentie’» Minstens
regens 75 ct. Elke regel meer 15 ct.
A vertentie?s dikwijls herhaald en
bij contract prijzen bij overeenkomst.
Abonnementsgeld f 1.25 per half 1
jaar. (bij vooruit betaling)
Zoolang men het abonnement niet
opzegt wordt men geacht abonné te
■ijn.
gezond, van het laatste wordt je ons moderne leven
vrc te-oud! 1
Zljn ,wit ,uu. heusch zooveel rijkdom van haar mot
I oor pronkelijker in onze gedachten- Van die slanke, kortharig:
f (ian Moine peuters, waar die verachtelijk op U en n
j et-vei stand bij begint te ontwaken. zien, omdat zij zoo hooc
UcL, wij zijn zoo al niet voor ons
zei ven (omdat wij ons graag praten
i >,i booren), toch minstens voor anderen
pakan hoor? heel dikwijls gruwelijk vervehrid.
Afaar een kind is niet vervelend
-j opnieuw sterretjes
van zijn sprankelend verstandje op
tafel spetteren. Het slaat ai
zorgen uiteen met zijn geniale
i en onbé-
geef mij kinderen mea
voor
velen meer waard.
d°ra ”iet I Ul i)ófc £eziQ vindt men de kinderen
-a een last. Omdat wij zelfzuchtige en
wij met onze I zelfgenoegzame burgers
■h even gauw j -
-j nu genot van een sigaartje of v.m
belang is, dat I courant. Maar wij mannen zijn
ir"n voor een eenmaal voor een a.
wij dat alleen I egoïsten.
;-
dat er vrouwen, moeders zijn, die
van Imu eigen kind niet houden,
omdat zij zelf zoo verzuurd zijn door
veul trek in dis lekkere sterke koffie
-2 zoo lakker dee
ruuken. In koffie konden z’m begra
ven. Voor ’n kom verscbe koffie
kwam ie ’n uur ver geloopen. Maar
nou ging’t testament voor: ’k lus
ziek gezicht hoefde I retaeTZgoZn,1 buik"
l voor zich
Lekker ze be
gon al in de rats te zittenDat zag
Driek onder door z‘n wimpers, I
moes I dwars door ’t splitje van de gordij-
nen.KT-8
denken, dat ’t ’n kruis
zieke vent, en
Gij moet het mij niet kwalijk
men, wanneer ik over hen nu
•ens praat.
Zij liggen i
omdat zij nog zoo weinig zijn
toch zoo veel.
Bloemen uit een hemels land
openstaan naar de zon. Een herin
nering aan het paradijs.
Vertel mij nu niet, dat zij lastig
■yn, of ziek of druilerig. Ik weet er
alles van. En ik kan nog meer
■eggen, zij zijn soms koppig en stout
•o werpen zich driftig op den grond.
Maar voor alles zijn zij kind, en
knop, zij zijn ontwakende mensch.
Hun ziel is jonggeschapen uit de
hand van God en straalt zuiver
naar buiten door de dunne wand
van het lichaam.
Door te leven doen zij hun plicht
*Dt ?ondfl *s g^ukkig nog ver af.
n°k geen variant»
naar de duisterheid van het kwaad
en zij verstaan het to jubelen in de I
pure blijheid van het kind Gods, I
omdat zij nog geen rare groote I
mensohsjes geworden zijn, die alles I
wat zoo goed en edel geschapen
werd, moeten verkneden en ver-1
prutsen door hun eigenwijs meebe-1
dillen in den weg, die God voor hen I
bedoeld heeft. En noem mij nu geen I
idealist, het is realiteit en wel in
■ijn meest klinkenden vorm.
Het kind, waar zeker ook de on-
dör^rondsch.© kiomon van dn fout©n
reeds in slapen, draagt voor alles en
7
Mooi zool Dat was ’t beste, wat
■e doen kon. Nou kon hij door de
•pleet kijken naar alles wat ze dee,
zonder dat ie - -
te zetten.
Hij zou beginnen met es
uit te slapen, ’t Begin was p.
Hildje had niks in de gaten,
jes liep ze door ’t huis,
moes zieker worren, veul zieker op
de dood af, tot ie d’r hand op pepier
had.
Het geschuifel van Hildjes klom
pen over de plavuizen, 't getik van
de klok deed ’m langzaam weer in
dommelen. As ie maarnie ging snur
ken, da klonk vu» te gezond, 't Was
lekker in bed, buitengewoon lekker
vooral nou ’t nie zoo stikkende heet
was en de vliegen nie kwaad waren.
Hildje was in de stal bezig de koei
£e verzorgen. Op tafel stond ’t pee-
koffielaaike en ’t vuur in den haard
dat zij de
j vreugd ,- niet meer kennen of den
oeaerschap.
je wezens,
en mij neder-
zien, omdat zij zoo hoog staan op
de maatschappelijke ladder, of op
het wankelende voetstukje van de
moderne beschaving, dat zij den
.■ach van een kindje griezelig, of
don voet van zoo’n kleintje op hun
uaibrella «shocking” vinden. Ja
gn zylig vinden ze zoo’n kleine
mummel, wat niets liever doet, dan
tegen hen te lachen of een lachje op -
ü- gen. Griezelig is uw bescha
ving, me vrouw!
Het wordt dan ook waarachtig
v. onder, dat men het huwelijk
niet me.r.’ aeren kan of wil, als men
zoo hbog. io onnatuurlijke levens-
hcnoiiig is gestegen, dat men dat
wonder wat men kind mag noemen,
Lij akeligs gaat beschouwen. Is
,J van kleine kinderen.
i-mA ouinai uw gewéten
s?f6.-kt, donk dan eens erover ra
v- at gij had kunnen bezitten en wat
gij versmaad hebt en bekijk dan U
If sens niet zoo oppervlakkig, als
IJ eiken uag in uw boudoir voor
den spiegel uw haartjes staat te
kammen, maar zoo eens echt tot op
■ffiu grond, misschien vindt U wel
het een of ander, wat daar smoeze-
- - J en
t wat [J maar op te rapen hebt om te
B n waart
uw
boven alles het kleed van
a sol. Het laat zich wiege
wind der genade en als men het
,/raX nVe/ hemel 8Pre0kt of over i
graag (^od8 grootQ schepping 8taaf
mij na aan het hart, I ?aar. ^et Iichfc ?e’
zoo weinig ziin en
die j
i- vindt, dan durf ik te zeggen, houd
I Uw mond, gij weet niet wat een
I kind is.
Wij staan zoo ver van het kinder-
I lijke, ware af, dat velen van ons
moeite hebben een kind te begrij-
I pen. Sommigen vinden het kinder-
j achtig zich lang met hen te bemoeien
anderen zijn zoo zelfzuchtig dat zij
I een kind afrtooten. De meeste
groote menschen hebben zoo’n
j haast, dat een kind gewoon geen
tijd krijgt om hun iets te vertellen
van &iju eigou ia, mt .„ijn ïieine
wereld, waar nu eenmaal het geld I
en de mode niet de hoofdzaak voor
l zijn.
Ik kan het heusch zoo C.
vinden, dateenkindnet zoo tevreden
is met steentjes, als
ernten (die ons heusch even g;
uit de handen rollenEn of het
zooveel minder van I
een kind juichen kan
paardebloem, en ij
I kunnen na een flink glas champagne
1 gedronken te hebben?
Bij het eerste blijf je in elk geval
ook zonder poëtische bevliegingen
I brandde knetterend; ’n kip stond
onder’t gewicht van de klok te pik-1 die heel de“ alkoof
Ken. Even nog zag ie z’n vrouw
langs ’t raam voorbij ’t raam schui
ven. Ze ging de toppen uit de boo-
nen nijpen, voor de luis. Maar te
rugkomen, om ’t groen voor de ver-
--zag ieze nie meer.
Toen lag ie zeker al in slaap.
door z‘n
je i
Nou zat ze natuurlijk al te be- J
--was ’nne
zij alleenig in huis. I
het doop- va.
m op den vrc -)g oud!
over den hemel spreekt of
i zieltje vanzelf naar het licht 8O-
keerd en vangt hij het op en be
waart het in zijn hart.
Overdrijving, gruwelijke
drijving, echt iets van
^aj__aL ov6rdrijving het iaat telkens
rijn sprankelend verstandje
B---1 onzé
ipre.iikvindingkjes, en als hetkzaait
~i tegen-
lacht, kan zelfs Isegrim of nurks de
plooi in zijn gezicht niet stijven.
Laat mij maar arm zijn
kend, maar L
C? •'-'’MU.Ul <71*
in mijn leven en ik zei tevred n
Hef is een gruwel, dat ik
zulk i woorden voor
Want een ander beeld is
In coupé of tram en dikwijls ook
een last. Omdat wij zelfzuchtige
„-J dan een
oogenblik gestoord worden in het
van pm-ui
i nu
ardig stukje lig verfomfaaid in uw ziel rust
-j j w JU«a.x up lü rapen nee
°let k^a^aan, Jb i begrijpen, wat gij verloren i..__
uw edele vrouwelijke roeping,
verloren moederschap.
Neen, mevrouw, ik ben maar
toe
Wik den dokter alen, Driek?”
«Neeje, neeje, gin vrimd volk aan
me lijf nog nie, nog nie as ’t
erger wordt-”
«Wild ’n kommeke buljon?
Sarnejen buljon, as ie gedurfd had,
had ie asteblief gezeed, buljon, daar
kon ie drie dagen op teren, maar ’t
mocht niet,’t mocht niet, hij moes
iionger lijeii had do Moester gezeed
en weer liet ie z’n hoofd nee knikken
en Hiidje ging zacht-meewarig te-
rng naar d’r stoel. De uren verlie-
psn.in ’n stilte zooals Driek nog
nooit in huis gekend had. Hildje
rammelde nie met de emmers,
>l -aj i Pornpl° heel langzaam en zachtjes’
I vinger, op de g9bloWn^ JSl .nh t!™4” j°°g do kalende kippen onder In t
uitgestrekt/ weg o, s’e'veorb.i Driek
-Her ’n warm bakzka dan was t net of ze op d’r tee-
■witte goed” zei ze bezoVd' ffirXund hlT wil-
wijl ze z’n kussen wat optrok.’Maar ommuit” /.£10n?an dle len ’■A eteu hoe laat of’t was, maar
i Driek schudde bedroefd z’n hoofd f £»n l 1 1?^,9’ ^’-ï zou vragen wou ie niet, da stond nie
als dood op, begon zachtjes te kreu’ te van hröri?me’. ze n ,aI<- ziek geriog. Daar stond ineens ’t
nen. Maar heimelijk had ie razend nas on S1Dg ^’dden. O, joei gerijke van den bakker op’t erf, en
HjKnaa razend pas op - ze kwam weer naar ’m achter langs’t moos-uis kwam Ger-
BAARL’S
O-ffl ADVERTENTIEBLAD
-hr‘.jvo, ou die. liü
om ai het nieuwe wat hem
plooi ia zijn gezicht niet stijl
--1 Zijn,
met
velen buiten
Hllnf’A I r*l n r* AnnAr.ü]ii i
--4...^, ObUUHlB va
ji ik menigeen zeggen
O