g Oproep. Weekblad voor Baarle-Nassau-Hertog en Omstreken I IJDEL ’t Perses res Zaterdag 27 Maart 1926 21 sti jaargang Af o 13. Abonnementsgeld t 1.25p w i Dit blad verschijnt Zaterdags i DKUKKEK-U1TGE VEE OJEC J<:.>]NG-ÖArraa.H;i-«ft4 Die U het leven nam. II. S en wekt [in ons de vlam jaar. (bij vooruit betaling) Zoolang men het abonnement niet cpzegt worlt men geacht abonné te t ijn. toekomt, ook in zijn kleeding Overdreven zorgvuldigheid op de kleeding is dus verkeerd. Evenzoo verkeerd is het, in het bijzijn der kleinen dikwijls te spreken over mooie kleeren en keurige pakjes. ,.Je krijgt eeu prachtig jurkje, zus, met dit strookje en dat kantje En dan ga in wij samen wandeien. Wel, wel, wat zal je dan mooi zijn. De menschen zullen bewonderend naar je kijken.” Ik ken moeders overigens heel verstandig, die in het bijzijn van hun kleine jongens of meisjes de mode lang en breed bespreken. Niet één keer maar wel honderd keer! Een vonkske van Die ’t heidendom in brande [stak nie om te doen, da was maar vur de i èrre- de droge slobt, stonden bol gepuild, drie vol- I «Ons volk is een van missio narissen. Vlaanderen zij ge zegend!” Menschen van Baerle, die uw mis- sieliefde toont, heel de jaren door, er wordt U een grootsch missiefeest voorbereid, in de Paaschweek. Pater de Clippele, jezuiet, komt naar Baerle met een pracht-film en een reeks gekleurde lichtbeelden over ’t leven van Pater Lievens, den groeten Vlaamschen missionaris, wiens glorieuze leven ik U over en kele weken schetste. Allen moet ge komen naar de St. Remi-zial, allen, om uit de licht- prenten beter het leven te leeren kennen van Lievens, den grooten Lievens, die zoo ds ge gelezen hebt toen, zijn, leven afgezwpegd. heeft en geknakt, dé eeuwigheid lang ge noeg vindend om uit te rusten. Na het pieteits volle overzicht van dat reuzen leven zal er voor Uwe oogen afgespeeld worden een boeiend Indisch drama in zes deelen. Die film zal U het leven in Indië aan schouwelijk voorstellen en gij zult U een gedacht kunnen maken van de nat uur deelde dier mooiste streek op aarde. Menschen van Baerle, zoo eigen genot U niet kan trekken naar dat missiefeest, denkt dan aan de ellende der missie die gij met den prijs uwer inkoomkaart zult te keer gaan. laat ze gerust stoeien in dat zuiver geweest is ’n Moeder moet ten opzichte van vreemden niet denken«Ontbreekt er nu ook niets aan mijn kleintje?” ’n Betere redeneering is dezMijn joageii is een wildebras, ’n echt ge zond baasje zijn plunje mag dus ook gerust een beetje wildebrasach tig zijn. Geloof me overdreven zorgvul digheid op de kleeding der kleinen sprui: voort uit moeders ijdelheid. Bovendien vormt ze ijdeltuitjes. En d' geeft het kind wat het kind Omdat God ons volk verkoor tot het rijkste aan zendelingen is het onzen plicht de missiën te steunen, steeds te steunen. Schoon kan het zijn van zijn overvloed meê te deelen. Is het dan niet dubbel schoon te geven van zijn armoe? En zoo staat voor de heele wereld ons kleine volk met zijn groote schaar missionarissen. Dnbbel schoon! Die gedachten mogen U begees teren, menschen vanBaerle! Ik hoop zulks. Die gedachten moeten U on verwijld voeren bij onze groote mis siehelden. Lievens, Damiaan, Hamers, De Smet. Zij zijn van de onzen en ze staan groot, door heel de geschie denis heen, in den bekeeringskamp van de wereld. Door uwe talrijke aanwezigheid, den 8® April zult gij dus op de eerste plaats leerrijke en mooie uren door brengen en in de tweede pl iats zult gij voortwerken aan ’t reuzen-werk van Lievens door den geldelijken steun van uwe inkoomkaart. Ik besluit dezen oproep met de laatste verzen van Guido Gezelle op Lievens’ doodsbeeldekc: «Blijft werken nog z’n volle aandkar, toen ie nog even aangelegd had halfweg de halte van den stomtram, toen ie met veertig centen in z’nne zak naast de kop van Gerrit voorstapte door de een zame Buukedreef langs den akker van Neeven, toen gebeurde ’t ver schrikkelijke, ’t onbogrijpelijk-ver- leidelijke, toen viel de zwaarste slag die ooit ’n faasoenlijk, eerlijk and- boerke tegen den grond geslagen had. De schemering begon te vallen, ’t zou gauw duster zijn, want in de verte kwam’n »fielesjepee”metlicht aan Gerrit liep tusschen de burries te waggelen. De gelapte wagen, de dro ge assen, ’t gerippereerde tuig, alles kriepte in de stilte en Nolleke soe- van van den ge- leenden gulden stapte voort met knikkende knieën naast den kop van’t paard. Deschop, boven in den zandhoop gestoken, stond er als ’n arm gebroken kruiske. ’t Koetske van den notaris met de lantaarns op kwam ’m tegemoet gerejen. Hij nam j vlug ’t leizeel van den haak, snukfe zachtjes aan ’t touw: «Hot hot hot! Hiiii!” «Gerrit” liet zich rechts tegen de burrie leunen, ’t koetske knerste voorbij en Nolleke nam beleefd z’n pet at. Nou had ie meteen weer de twintig gulden van Koos in z’nne kop zitten. Waarom was ie zoo stom gewiest om tegen Koos te zeggen nie langer as morrege? Waarom nie gezeed, dat ie de komende week pas op ’t ketoor in de stad terecht kos? «Errom errom! Gerrit! Mot te de sloeoeot in!” Hij snukte nijdig tweemaal aan ’t zeel. «Gerrit” scheen wakker te schrikken vau ’t woest gesnuk aan z’nne kop, dat dee de baas nooit. Nolleke wou dat er morrege oorlog kwam, dan stonden de betalingen van zelf stil, dan kos met fesoen zeg gen, dat ie z’n centen vast moes P »r halen Maar daar was t mfeitelijk houen. Maar as ie morgen avond me j J betaald had, dierf ie n Zondagmor- n i v- nauwe kul. Daar, daar op den gen me bij Koosse voorbij naar de i trsle Mies Het donker stond I V’ nu rond de boomstammen, hokte in j - - I 5 regens 75 ct. Elke regel meer 15 ct. DKUKKEK-U1TGEVEE Advertentie’s dikwijls herhaald en -bij contract prijzen bij overeenkomst. Netjes en zindelijk moeten de peuters zijn, maar overdreven net heid is uit den booze. Laat de klei nen toch eens naar hartelust rond scharrelen in eeu vlekkerig schortje i een jurkje Nolleke dronk nog ’n glas, betaal de van den rijksdaalder en blij zor geloos als ’n kind, ging ie door ’t dorp, zei iedereen goeiendag, belde aan ’t kantoor van de notaris, waar alles weer ging als de dertien andere jaren: ’n borreltje ’n sigaar, Jn kruiske zetten en ’tketanskeiuz’fine zaksteken Dan stond Nolleke weer op straat, ’t Leven was toch nog zoo beroerd nie. Nou vanmiddag gauw ’n kar zand halen, deur de kalkzeef gooien, wasschen enmerre- ge naar stad. Maar heel diep in ’n hoekje van hart bleef de zorg kna gen. Koos moes z’n centen terug I zerig door de vreemde weelde hebben, en hoe? hoe? Vlak bij de vier citroentjes betaald kerk bleef ie staan. De negentig oen- ten in z’n zak waren van hem, daar 1 wies Jaan niks van. Even bij de Laat goeien dag zeggen, ’n citroentje drinken en dan naar uis! Maar ’s middags toen Nolleke van de Ramberg terug kwam met Verwondert het U dan nog, dat dergelijke ijdele moedeis ijdele kin deren vormen? Och moeder, vergeet toch nooit, dat de kleeding speciaal voor kinderen bijzaak moet zijn en bijzaak moet blijven. Hun hartjes zijn te kostbaar om er koningin-mo- de in te laten heerst hen. Hebben de klmttrs een nn uw pakje noodig, dan krijgen zij dit, maar dan zonder veel opbef en zon der veel gepraat: ’t Wordt hun ge geven als iets noodzak'lijks zooals een boterham. En ook niet meer kleeren krijgen ze, dan ze in werke lijkheid noodig hebben Eenvoud en soberheid, dat is in deze het beste vo >r een kind. Waarvoor dient toch in vredesnaam al die ijdele opschik? Uw kindje is is toch geen modepop Het duiveltje der ijdelheid zal zon der rw hulp toch al vroeg genoeg simpen in hunne hartjes Onze plicht is het zoolang moglijk dit venijnig duiveltje verwijderd te houden, door eenvoud en soberheid. ’t Lijkt onwerkelijk maar ’t is een droeve waarheid, dat er ijdele moeders zijn, bij wie ten mooi kind ’n streepje voor heeft bij een leelijk Waarom? Om hun eige dwaze grie vende ijdelheid! Meteen mooi klein tje denken ze te pronken en»de be wondering der menschen ai te dwin gen. Meen niet dat zooiets niet voor komt. Ik zou U voorb< elden kunnen aanbalen die U verbaasd zouden doen .staan. Verbaasd en veront- den sloot .as ie nie afferceerde, moes ie nog licht maken de veldwachter kon ie nie vertrouwen Hij richtte ’t hoofd open keek scherp voor zich uit. Watte? Ging daar de kèr van Neeven? zag ie ’t goed? Ja, ja, Nilles zat op bo< en op de zakken mee errepels en Neeven liep er ach ter. Zie ta spul nou es aan! De wa- gelstampende vol mee zakken «zand jannen”. Die gingen ammaal de kuil in. Kekt ’m daar nou ai liter z’nne wagel loopen of ie ’t heele dorp te kommedeeren eed. Daar op den ak ker stonden nog drie zakken, die konnen d’r zeker niemee-r bij, die zonen ze morgen wil komen oplajen. «Ho! Gerrit ho! ’t Paard draaide verrast den kop achterwaarts- wat ging de baas nou beginnen? Nolleke hurkte aan *deu linkerkant van ’t paard neer, ging kwasieden versleten buikriem aan- ROBU1 -wj., ixmwniwiiimw wmmu. BAARL’S r SS- EN ADVERTENTIEBLAD «"«m—--rj|uiiihti ■nniMiii- ii—im —i —»w u t u i. a a: e i r? me om ie uueu, ua was maar - m- .1*4.- .«n miT - nnrli --»•■ *’MMT"TTiV»wr UB**?- w 5

Kranten Regionaal Archief Tilburg

Baarle-Nassau - Baarl’s Nieuws en Advertentieblad | 1926 | | pagina 1