Weekblad voor Baarle-Nassau-Hertog en Omstreken
Dit blad verschijnt Zaterdags
t Perses
Verkoudheid.
JL S3
Zaterdag 27Febrl926
Losse k an toeken i n gen over straffen^rgaan op een zedeiijk wrak, opdat
u I de geesten der duisternis het met
21 ste jaargang IU 9
I
Vervolgt.
een ver-
I
DMM9
kastraal
over
ÜRUKKEK-UITÜEVKJK
«O neen ik ben niet ziek. Alleen
maar erg verkouden!”
Hoe vaak hebben wij allen dit
aiitwoord niet gekregen op een be>
uitgesloten. Straffen die zoo worden
toegediend, verhoovaardigen in
plaats van te vernederen. Daarbij,
vinden zij bij de andere kinderen
niet zelden beklag of navolging.
Straft ten laatste niet met over
haasting. Hier geldt vooral de
spreuk: «Haast en spoed, is zelden
goed!” Wikt en weegt grondig alle
bijkomende oorzaken. Hoedt u voor
alle overijling, daar dit u domheden
doet begaan. Het verhinderd de ziel
van '"i kinu in den vèreischreu gé
moedstóestand te komen om met
vrucht de kastijding te ontvangen.
Wacht veeleer een dag en leg ze dan
op met edele gestrengheid.
Wanneer de kinderen voldoende
verstandelijk ontwikkeld zijn om-
kleede men de straf met redenen.
Ze nemen ze dan gewilliger aan, zien
duidelijker het domme en verkeerde
hunner handelwijze in en leeren uwe
straffen waardeeren en hoogachten.
Dit doet U ingsgelijks in hun ach
ting en liefde stijgen.
Twee gewichtige vragen blijven
hier nog te onderzoeken; n. 1. welke
misdrijven dienen gestraft en welke
straffen mogen behoorlijk aange
wend?
Onbeduidende overtredingenfou-
dan kreeg ie ’n borreltje en ’n sigaar
van de notaris en dan maar weer
aan den slag voor de honderd-tach-
tig van ’t komende jaar. Honderd-
een-en-zestig-gulden lagen d’r nou
onder in de laai van ’t kastje, vei
lig weggestopt ondei z’n zondagsche
boezeroen, maar waar moes ie
vóór morgen twaalf uur de an
dere negentien vandaan halen? Nol-
leke lag er over te tobben, tobben
dat ie moeite moes doen, om niet
rechtovereind in bed te gaan zitten
en dan wier z’n vrouw heelemaal
wakker, want ze had d’r eigen al
twee keer omgedraaid. As ’t naoht-
r lichtje maar uit was, as ie maar
f niks meer zag, zou ie misschien wel
inslapen dacht ie, maar zonder z’n
j vrouw te stompen, of’t dek weg te
trekken, kon ie ’t nie uitblazen. Nou
bleef dat nijdig vlammetje, as een
zieltje in ’t vagevuur, geheimzinnig
branden, verlichtte ’t kastje met de
1
Gisteren was ’t net veertien jaar
golejen, dat Nolleke ’t gedoeike op
den Ramberg van de Sekretaris ge
pacht had, en morgen moest ie de
huurceel op ’t kantoor van den no
taris opnieuw voor drie jaar gaan
teekenen met ’n kruisje en de klerk
en Nilles, de schoenmaker zouwen
weer getuigen. »Huis en erf
staande en gelegen op den Ramberg
met vrije beschikking
dat zouen z’m allemaal
weer opnieuw voorlezen en dan
moes ie telkens ’n zegeltje van 221/2
cent betalen. Nollekelager ’savonds
tegen negen uur over te prakkizee-
ren vanaf ’t oogenblik, dat ie over
z’n vrouw heen, in de bedstee was
gestapt. Honderd en tachtig gulden
pront de 15e October, ieder jaar
moes ie op ’t ketoor gaan brengen,
Prijzen der advertentie’s Minstens
5 regens 75 ct. Elke regel meer 15 ct.
Advertentie’s dikwijls herhaald en
bij contract prijzen bij overeenkomst.
ten onbewust of te goeder trouw be- dige nog niet is ontdekt
gaan, late men gerust ongestraft.
Men vergenoege zich met er een
waakzaam oog op te houden. Fou
ten, die’t kind de eerste maal be
gaat, zal men insgelijks ongestraft
laten; men vergenoege zich in dit
geval met een bloote terechtwijzing
waarbij men het de nadeelige gevol
gen zijner daad in korte woorden
voor oogen stelt.
en waar
schijnlijk behoort tot een groep van
zulke oneindig kleine kiemen dut
zelfs de fijnste filter ze doorlaat.
Het is ongetwijfeld moeilijk zich
tegen een onbekende vijand te wa
penen. Maar tot de zeer gemakke-
iijk te treffeij voorzorgsmaatregelen
behooren ten eerstehet zooveel
mogelijk vermijden (tenminste voor
zoover dit in de samenleving moge-
lijk is) van besmettingsplaatsen, als
schouwburhen, trams, enz. en ten
tweede: het zich lichamelijk zoo
goed mogelijk verzorgen, daar
zwakke, bloedarme an overwerkte
menschen het meest vatbaar zijn.
Velen trachten door het gorgelen
met anti septische middelen, het
gebruiken van pastilles, enz. de be
smetting te voorkomen, zonder er
zich echter reksaschap van te geven
hoa schadelijk het voortdurend
-gebr u i k -d «4 »-.rk tlesi o foef gerende
middelen voor het lichaam in het
algemeen en voor de slijmvliezen
van neus, koel en mond in het bij
zonder kunnen zijn. Want nog
steeds zoeken de bacteriologen naar
een middel, dat het lichaam ontsmet
zonder de gezondheid aan te tasten.
Er bestaat een andere geneeswijze
zoo buitengewoon eenvoudig, dat
men ze nauwelijks durft noemen
de kamer houden. De verkoudheid
zal eerder genezen en de «ziekte zal
niet op een twintigtal, ja indirect
misschien op een honderdtal perso
nen worden overgebracht. Tijdens
de verschrikkelijke griepepidemie
zouden minder sterfgevallen te be
treuren zijn geweest, indien iedereen
zich strikt aan dezen stelregel ge-
den mies in moes rijen geen eens
plek om z’nne zandwegen te zetten
fesoendelijkonderdak hij begreep
nie, dat ie ’t er veertien jaar lang op
uitgehouen had. En non, met den
oorlog wier ’t leven nog eens zoo
«kustelijk”. ’n Zakske blom was
vur ’nnen boeremins niemmer te
bekommen, al ’tgerief sloeg op en
de verdiensten wieren minder. Ver
leden week had ie tachtig centen
van ’nne wagel zand gemaakt en
daar had ie de heele stad voor, moe
ten afieuren. Vroeger betaalden de
meflschen twee centen, twee centen
en ’n alf voor ’n emmerke zand
-- «shjk gesmeten” nou honen
ze d’r centen’ vast, allemaal van
wages den oorlog as ge’nne cent
vraagt voor ’nnen emmer met ’nne
kop er op, kijken ze lillek. As ie
twintig jaar jonger gewiest was,
zou ie ’t wel geweten hebben, dan
gUp had ie al lang in duitschland gezeten
nemen van zich te beteren.
Verkeerd is ’t ook te straffen on
der ’t uiten van een spotspreuk of
Er is veel omzichtigheid en kies- j verzwelgen, doch onderschraagt het
sche tact noodig bij het geven van j met welgekozen middelen, opdat
straffen. j het bij het morgengloren verheugd
Steeds straffe men met vaderlijke ’t hoofd oprichte met een vast voor-
ernst, liefderijke kalmte, vrij van I
alle passie. Raast of tiert niet uit-
zinnig, want in zulke momenten be-
gaat ge misslagen en domheden. De I met ’nglimlach op de lippen. Beter
kinderen schrijven de straffen dan schap of berouw is dan natuurlijk
toe aan toorn en wraak. Gij ont
sticht hen door slechte voorbedden
en bezorgt hun heimelijk veel pret.
Want, al zitten ze ’n oogenblik be
duusd U aan te turen toch wijkt
spoedig dit beklemmend gevoel en
hoe trotsch vertellen ze na dien niet
«ik kan mijn vader, mijn moeder
kwaad maken
Wil U daarom het mooie voor
beeld van den ouden wijsgeer voor
oogen houden. Ik zou straffen,
«prak hij roR58 '^i'-
aangenaams ge laan had, indien ik
niet vertoornd ware- En hij liet hem
loopen.
En vader Cats schreef in zijn tijd:
«Een die roode voert met gram
schap aangestoken,
pleegtgeen rechte tucht en schijnt
[hem eer te wreken;
ghy die een dertel kint wilt straf-
[fen met gewin,
ea gaet niet tot het werckals met
[een koelen sin.”
Wacht U insgolijk voor koude ge
voelloosheid, en onverschilligheid
bij het straffen. Dit doet u doorgaan
voor een woestaard, een onmeedoo-
gende beul. Het dooft in der kinder
harten alle liefde en zucht tot beter
schap. O! laat toch nooit de zon on-
laogstellende vraag onzerzijds.
Inderdaad, wij meenen ons geen
onbeduidender kwaal te kunnen
foorstellen, dan een gewone ver-
-TuSdheid. ar.juist.dooxhet veel
vuldig voorkomen daarvan ver.-eten
wij zoo gemakkelijk, welke kwaad
aardige gevolgen een verwaarloosde
verkoudheid kan hebben, zooals
aandoening der ademhalingsorganen
oorontsteking, om van veel ernsti
ger ziekten als chronische bronchi
tis en longontsteking nog niet eens
te spreken. Immers, meer dan 75°/0
der gevallen van longontsteking
wordt toegeschreven aan
waarloosde verkoudheid.
Omtrent het ontstaan van een
verkoudheid verkeert men nog in
onzekerheid. Wel heeft men ontel
bare microben gevonden, maar mis
schien sp den zij allen slechts een
bijkomstige, ondergeschikte^»] in
het verkoudheidsproces, terwijl de
eigenlijke verwekker, dewareschul-
boezeroen en de guldens d’r in en
dat deed Nolleke aan ’t ketoor den
ken. Z’n broek zag ie over de stoel
hangen en op tafel lag ’n hoopje
zwart met glimmende stipjes er in
de pater noster. Z’n vrouws gezicht
lag daar op den blauw geruiton peul
als in tweeën gesnejen door ’t nacht
licht. Uit een mondhoek pufte re
gelmatig ’n waas walmpje. Dat
«frommes” lag daar lekker te slapen
terwijl hij z’n eigen suf prakkézeer-
de over de huur en dan moes ie nog
goed oppassen, dat ie ze nie wakker
maakte.
honderd en tachtig gulden voor
’n gedoeike rommetom in ’t zand,
’n stalleke, waarin z’n paard z’n
eigen nie ruurenkos, zoo nauw, dat
’t beest z’nne geit allang kepot ge
schupt zou hebben as ’t nie zoo’n
zuut bedaard beestje was. Honderd
tachtig gulden vur ’n lapke grond
I waar ie ieder jaar vur zeuven
Abonnementsgeld f 1.25 per half
jaar. (bij vooruit betaling) i
Zoolang men het abonnement niet
opzegt wordt men geacht abonné te
fijn.
BAARL’S
Ojas j
w intf iim trriMMt; ■anrtriiaTii
i
wiXon. ugv»girifWi*7-i»is.^ig-*n-r i'innil wun— aui him—m