Weekblad voor Baarle-!L sau-Hertog en Omstreken
Rievierschuimer.
De Zondag.
I.
Zaterdag 19 Jan. 1918
Dertiende jaargang No. 3
90 cent per halfjaar.
Dit blad verschijnt Zaterdags
Geschaft en door tiendaagsche pe-
zes
9
Abonnementsprijs
(Bij vooruitbetaling.)
Proefnummers worden op aanvraag gratis
toegezonden.
den zolder! Het ware feest van licht
en bloemen vangt aan! D@ Lente is
gekomen.
Dat zegt ons de gulle Mei als de
kleine en frissche bloemen uit den.
grond opschieten; als de witte bloe
sems de zwarte takken in blanke vee-
ren en pluimen herscheppen; als de
kleine vogels het drukker dan ooit
hebben met tjilpen, kwetteren en
vliegen; als de mensch zelf den
pols afschudt en gevoelt dat het
bloed, met verjongden drift, in hem
stroomt.
De Meimaand is aan de Moeder
maagd toegewijd. ’t Is of deze, de
uitverkorenonzichtbaar door bosch,
veld hof en tuin treedt, en de bloe
men voor haren voetstap opschieten,
en de bloesemrijke takken eerebogen
vormen, om haar te beschaduwen.
En wij, wij brengen die bloemen
tot in de meest afgelegen hoeken: in
onze zwarte en bouwvallige volk«-
Draait uw bleek kunstlicht uit en 1
werpt uw verlepte kunstbloemen op g welven prijken. Haar ter eere!
stilte vanz den nacht voor het leven
van den arbeid gaat plaats maken.
Op de landhoeve doet de haan zich
’t allereerst hooren! Hij is de wek
ker; hij brengt leven en beweging
in den stal, hij roept mensch en dier
tot den arbeid.
De paarden hinniken, het rundvee^
antwoordt met een dof geloei op ck^||
oproep uit het kippenhok! Al®g
ontstaat levenin huis, op het ewH
Op den weg die naar veld of weid»
voert, ziet de waarnemer het begiij
van een dag van bedrijf, afwisselend!
naar den aard der omgeving en deii
tijd des jaars. En wie heeft zich niej
meermalen verlustigd in het eeniga
tafareel dat een zomermorgen buil
ten aanbiedt.
’t Zij de dampende paarden den.
Niet zes maar negen dagen zou
er gearbeid wordendoch de schep
ping en haar wonderlijk samenstel
stonden niet in handen van die her
vormers. De natuur en het wezen
/Ier schepselen lieten zich niet dwin
gen en terug moest men, terug naar
den ouden Zondag, terug naar den
zevenden dag, omdat de tiende geen
voldoende herstel voor de verbruikte
krachten kon geven.
De natuur vraagt den Zondag,
den 7den dag als dagvanrust, doch
Nu er voor in de kerk eenige be
weging komt, slaat de arme vrouw
nochtans het oog op en er speelt een
bitteren glimlach, doch schier on
merkbaar, over haar beenderig we
zen.
Het oog volgt de personen, die
van den kant des altaars komen en
naar de deur gaan.
’t Is een bruidspaar uit den werk
mansstand: bruid en bruidegom
gaan voorop, vrienden en bloedver
wanten Volgen.
De laatsten zijn vaders en groot
vaders, door het werk stijf gegroeid,
wier grau wkleurig en doorploegd ge -
zicht afsteekt bij den groven hems-
boord en den heldergekleurden hals-
das; wier zwarte vereelte handen,
misvormd door den arbeid, uit de
korte enge mouwen van het zondags
pak steken; wier breede schoenen
op den kerkvloer neerkomen als
waren het stalen hamers maar
eerlijke gezichten hebben die men-
schen!
Allen vooral het bruidje, en
zelfs de bruidegom die zich blijk
baar geweld aandoet om dat gevoel
te verdringen allen zijn wat ver-
er leeft in den Christen nog iets
meer dan de natunr. Het is het be
wustzijn dat hij plichten te vervul
len heeft tegenover zijn Heer en God,
tegenover den oppersten Wetgever,
die reeds in de Tien Geboden aan
Mozes gegeven, voorschreef den dag
des Heeren te heiligen.
De Zondag is dan ook bijzonder
de dag waarop de Christen in het
algemeen zich geroepen gevoelt om
aan Zijn God de hulde te brengen,
die Hij het volle recht heeft van zijn
kinderen te vragen. Geen arbeid
belet hem als op andere dagen, zich
voor een poos te ontdoen van aard-
sche zorgen en beslommeringen om
zich neder te werpen voor zijn Hoo-
gen Meester, Hem hulde en dank te
brengen als schepper van al het
aardsche, ook van den mensch, Hem
zegen te vragen op zijn werk en
De arme vrouw ziet het paar nade
ren en nu het verdwenen is, verdwe
nen in het groote mierennest der sa
menleving, ziet de arme sukkel weer
strak voor zich, en beelden uit vroe
gere dagen wiemelen in haren
geest.
Vijftienjaargeleden verlietzij ook
de kerk aan de zijde van hem, die
haar trouw en liefde beloofde; zij
dacht toen ook dat haar een geluk-
vuereii i is immer neenijK zoo n
morgen! Heerlijk, ongekend aan den
stedeling, die er in z’n cinema geen
flauwe vergoeding voor vinden kan
Komt op een Zondagmorgen op
dezelfde plek! De haan kraait wel,
maar z’n gewek vindt geen weer
klank. Alles blijft rustig in stal en
hoeve, de velden blijven ledig, op
den straatweg geen leven voor lang
na ’t rijzen van den morgen, rijtui
gen en voetgangers in Zondagsche
kleeren gedost, wegen en paden be
volken om te beantwoorden aan het
plechtige gelui of geklep der kerk
klokken, dat zoo even als uitnoodi-
ging van den Schepper over Zijn
buurten, waar zij bloeien op de
waggelende houten vensterbanken;
in onze binnenkamer, waar zij geur,
kleur en liefde brengen, in onze ker
ken, waar zij onder de groote ge-
In de kerk vooral spreek alles van
feestzin: het beeld der Vrouwe staat
in een bloemen perk en boven haar
is een gewelf van bloemen gevormd,
soms door een golvend gaas van
wierookwalmen omgeven. Het orgel
zingt een slepend lied van vrede en
liefde voor armen en rijken, voor
grooten en kleinen.
Aan een der zware pilaren zit een
vrouw neergehurkt; zij isschier ver
borgen in een armoedigen, valen en
gelapten mantel; de kap is over het
hoofd geslagen, doch mèn ziet toch
haar mager en bleek gelaat, dat veel
eer verlept dan oud is. Een paar haar
klissen, die langs haar voorhoofd en
ingevallen wangen afdalen, zijn nog
zwart, ofschoon met wit doorregen.
Onverschilligheid ligt op haar ge
laat te lezen; zij zietalsof zij niet ziet,
en ’t is een raadsel met welk doel zij
daar, nabij het glinsterende beeld, I,
gezeten is.
Ons volk kan Godlof in z’n geheel
genomen nog ’n Christenvolk ge
noemd worden. Er zijn afdwalenden
en afgedwaalden onder, maar het
percent «zonder godsdienst” is nog
miniem tegenover de belijdende
ChristenenKatholieken en Prote-
testan van diverse kleur, zoo dat het
schier in de vergelijking als factor
wegvalt.
Aan die bijna algemeene Christe
lijke Belijdenis en aan de gehecht
heid aan onze voorvaderlijke gebrui
ken, is ’t dan ook toe te schrijven
dat de Christelijke gebruiken en
feesten zoo trouw in eere worden
gehouden, dat bij ons de Zondag
viering zoo hoog staat. Bij ons is de
Prijs der Advertentiën
Van 1 tot 6 regels 60 cent, elke regel meer
10 cent.
Kleine advertentiënéénmaal 35 cent, twee
maal 60 cent, voor elke plaatsing meer
25 cent.
Zoolang het Christelijk bewust
zijn in den mensch leeft zal deze ook
graag den Zondag hoog houden en
heiligen. Een verslapping in de vie
ring van den Zondag gaat èn bij
personen èn bij volken dan ook steeds
gepaard met een verminderd Chris
telijk gevoel van plicht of liever, is
van dit laatste al te vaak een nood
lottig gevolg.
legen dat zij ter langs door de kerk
moeten gaan, en dus gedwongen de
aanwezige vlak in hetgezicht te loo-
pen.
Het paar is vereenigd de wen-
schen zijn vervuld!
Is w<»l niet voor hem e Laar
dat het orgel speelt, dat de w. rook
walmt, .dat de bloemen pronken;
maar die kostelooze pracht in de
kerk zal hun lang in t’ geheugen
blijven.
Ziedaar twee menschen, die onder
een zalig voorteeken de wereld in
gaan? Zullen zij gelukkig zijn? Zie
daar het groote vraagteeken, dat
links en rechts op hunnen levens
weg zal staan.
DRUKKERIJITGE VER
bedauwde velden heenklonk
Dat is de Zondagmorgsn in de
natuur en het wezen van het plat
teland! En de werkman, de boer en
z’n volk, ze houden van dien mor
gen en konden de trekdieren zich
fcorluiden, ze zouden met de heele
Matuur en met den mensch ’n loflied
Bp den Zondag willen houden, den
fandag die naar de onvolprezen or-
gRnng des Scheppers, de tijd is om
I^Bye rusttijd tot rusten niet alleen,
ook tot herstel der in de week
■KWuikte krachten te kunnen ge-
kRü
■VDe meeste voormannen der groote
Rransche revolutie, warenzooals we
Reten, ook de grootste afbrekers
lyan al wat Godsdienstig en Christe
lijk was.
blinkenden kouter door den grond T De 7 daagsche weken moesten
Al—1»^,^ tnniij- i-rl i-, orofon i.onn.WBb-eschaft en door tiendaaejsche ne-
oesnsr n anaere aag aan ae
overige dagen
Waar op den gewonen dag drukte
en arbeid beweging brengen en de
wereld rondom ons doen leven en
zwoegen heerscht op den Zondag de
kalme, de heilige rust van den dag
des Heeren!
Deze rust is ’t, die den Zondag
van den werkdag naar ’t uiterlijk
voorkomen doet onderscheiden.
Wie kent niet dat verschillend
aanzien van landen dorp en stad, op
Zondag en werkdag
«Zes dagen zult gij werken!” en
dat doen wij graag. Bij het krieken
ven den dag reeds hoort men dat de
1 Beelden uit hot Volksleven.
E
I UÜH UUg WilUtïU ZHJ 1.U.ÖLÜI1, HldtH
den tienden, zoo wilden het de man
nen van Voltaire en de Encyclope
disten en de Zondag werd afgeschaft.
I
BAARL’S
NIEUWS- EK ADVERTENTIEBLAD
-
UUW1 UVUVU1VU bü VÜ1VU1-
len. Dan alleen met Hem, den Al
machtige, voelt de Christen zijn
zwakheid, zijn nietigheid, voelt hij
het groote geluk zich kind te mogen
noemen van den Heer der Heerscha
ren, zijn Vader in den Hemel.
---■■-rtjfe. 1 - 11
B