voor Baarle-Nas iau-Hertog en Omstreken
Weekblad
De gruwel van den oorlog
Wim en Grim.
Dit blad verschijnt Zaterdags
90 cent per halfjaar.
Zaterdag 24 Nov. 1917
Twaalfde jaargang No. 47
vooral medelijdende lezeres, 22000
ook 8.250.000 zegge 8 millioen 250
Wiji weten dat de oorlog met rebht
soms
een groen land-
eene
DRUKKER-l 1TGEVER
namen droegen.
Al mogep we ons
Wij lezen van de groote slagen Alle menschelijke voorstellen schiet
aan de Marne, de Aisne en de Isonzo
of ’t romanlectuur is en de actie der
onderzeeërs hoe ijselijk op zich zelve
vermag ons niet meer te ontroeren,
al zou onze verbeelding bij eenig
nadenken van den toestand der ge-
torpedeerden haast overstuur gera-
i naast staan de mannen van al de
ocea
nen van lijden en gruwelen, geleden
i on
uitsprekelijke angsten, ontberingen,
steld zijn neemt niet weg dat we
hier voor een opsomming van ver-
liesnamen staan, eenig inde geschie
denis. Om uw voorstelling eenigzins
ter hulp te komen bij schatting van
dat weergaloos getal nemen we eens
aan dat de langste lijn op Neerlands
grondgebied te trekken van Sluis in
Zeeuwsch-Vlaanderen naar Delfziil
aan de N.-O.-grens in Groningen, 80
uur gaans is. 80 uur gaans is onge
veer 444000 M. Denken we nu dien
heelen afstand gevufd met soldaten
in marschkolommen van 5 man, dan
zou als die afstand van de twee ver
ste eindpunten van Nederland bezet
zijn met2.220.000 mannen marchee-
rende op 1 M. achterelkaarof «één
vierde” deel der als verloren geboek-
een rijken beurtschipper, en die had kend
Tonia’s hartje reeds in de kajuit van
zijn hart opgesloten en ze had
vrede met die gevangenschap.
Ik heb nooitgelukkiger menscheu
gezien dan de Van Daalen’s, toen ze
mij ontvingen, ’t Was of ik een oud
bekende wasmaar moeder had ook
zóó dikwijls van nicht Havelok ge
sproken, en uitgelegd hoe de fami-
lieknoop ineen zatNicht had haren
bril opgezet en vond dat ik net
eenen neus had als nicht Havelok,
en hetzelfde putje in de kin als hare
grootmoeders tante of zoo iets.
zeeen en in alle gewesten van
nooit gekend groote oorlogsveld
heeft de ziel en het hart van ’t leven- i
de geslacht als een pantser omgesla
gen, waarop de gewone oorlogsbe
richten afstuiten zonder indruk te
maken.
Bij den ondergang van «deTitanic”
voor den oorlog voer ’n schok door
de heele beschaafde wereldVrees
lijk was ’t den onverwachten dood
te vernemen van ’n dertien honderd
passagiers die zoo gezellig en opge
Vijot/U, moouó Worton teria'A
en naar de liepte der zee gezonden
Wat echter beteekent één Titanic,
één Lusitania bij de hecatomben van
jonge krachtige mannen, die bij
iederen slag naar de eeuwigheid wor
den gestuurd, onder omstandigheden
en lijdensweeen, die de schipbreuke
lingen der genoemde schepen niet
hebben gekend.
Van al de berichten over en uit
den oorlog heeft er echter wellicht
geen zoo’n somberen indruk gemaakt
als wat voor eenige weken de Keul-
sche correspondent van «de Tijd”
schreef van zijn bezoek aan de stu
diezaal van het archief te zijner stede.
Sam was een sterk gebouwde jon
gen, met frisch, licht blozend wezen,
kort blond haar en opkomende vlas
baard- Zijn gang had iets zwaaiende
en toch vast, gewis ontleend aan de
gewoonte op het zwaaiend dek te gaan
Zijn woord was kort, krachtig, ge
kleurd, rond, innemend,
Hij wisselde hier en daar een woord
met een schipper of visschers, en ik
hoorde hem zeggen dat hij dienzelf
den avond in zee zou gaan.
Een half uur later waren wij bui
ten de stad en volgden den zeedijk.
Aan de eene zij lag
schap, door ’t welk de tjalken
kuiëring schenen te maken; aan de
andere zij de zee met hare rusteloo-
ze, groengrauwegolven, die aan den
oever in een wit dons kwamen weg
sterven,
Wij bereikten een groep huisjes,
rond een imham gebouwd, die tot
vielige schuilplnats der schepen dien
de. Wij traden op het gezegde van
Sam: hier zijn we er! een huisje bin-
Abonnementsprijs:
(Bij vooruitbetaling.)
Proefnummers worden op aanvraag gratis
toegezonden.
Aan alles wordt de mensch ge
woon
Toen in ’t begin van den opmarsch
der Duitsche legers in België onze
ramen dreunden van de hevige
luchttrillingen, ontstelden we en
kromp ons hart samen bij de gedach
ten aan de ijselijkheden en het lijden
die ieder schot tot gevolgen hebben
kon.
Toch was ’t slechts ’n begin en de
loop der tijden onthulde ons zooveel
gruwelijks, dat we de indrukken uit
’t verleden vergaten. Multatuli had
wel gelijk, toen hij zei dat de in
drukken in ons hart vaak al te ge
makkelijk worden gladgestreken.
Ons volk rilde bij den eersten op-
roep ter mobilisatie en toonde den
diepen indruk door drukker kerkbe
zoek en vuriger gebeden. De gewoon
te iu Aieiié’i Yevöubumsiaii&g’uéubu
tijdens dezen nieuwen toestand
wischte het levendige van den eer-
stenindruk weg en men leeft weer
voort of het lijden daarginds ons
heelemaal niet aangaat. Wel moet
’t het Nederlandsche volk tot eere
gezegd worden, dat z’n goed hart
helpt, waar het kan én niet door de
gewoonte voor het lijden gesloten
werd, maar ’n blik op ’t vele licht
zinnige en meer soms in kleeding, in
vermaken, in schouwburgen geeft
het bewijs, dat de massa het Damo-
cleszwaard niet meer ziet dat ook
Nederland wel eens zou kunnen tref
fen!
28 Beelden uit het Zwerversleven.
Prijs der Advertentiën
Van 1 tot 6 regels 60 cent, elke regel meer
10 cent.
Kleine advertentiënéénmaal 35 cent, twee
maal 60 cent, voor elke plaatsing meer
25 cent.
nen, zoo kraaknet dat het eiken be
zoeker moest toelachen.
’t Was een echt zeemanshuis. Dat
zag men aan het kleine, opgetakel
de schip, aan de zoldering gehangen,
aan de roosroode en gekronkelde
zeeschelpen op de schouwlijst, aan
het met kleine schelpen versierde
houtsnijwerk, aan de netten kor
tom, aan de bewoners zei ven.
De moeder was eene oude vrouw,
meteen net geplooid mutsje' op; de
vader een echte zeebonk, met grau
wen kransbaard, gebruind en diep
gegroefd wezen; maar Tonia, de
dochter, was het bloemigste meisje,
dat ik ooit ontmoette.
Haar aangezicht was niet door zon
en zee gebruind’t was integendeel
frisch, blankrozig als dat van een
stadskind; haar mutsje, met opge
slagen vleugels, was wit als het zee
schuim; haar oog tintelend als ’t
zonlicht op het waterhaar lach
klonk vroolijk als het wapperende
wimpel.
«Hola, Wimonderbreekt Grim,
»’tis of gij dat schip op staanden-
voet wildet enteren
«Neen, Grim, geen nood! Tonia
Toen ik van Morris sprak, en die-
naam hem werd overgebracht, her
haalde hij met nadruk: «Morris?
Morris dien ken ik weldaar is niet
veel goeds aan!” Hij kende hem
inderdaad als zwalker op zee, als
zwalker aan wal. »’t Is er een,” zeg
de de oude mandie meer dan eens
de galg ontsprongen is; doch die
zeer zeker zijn schouderblad niet
zou durven bloot maken!”
En nu, zegde ik ten laatste, nu
wil ik den plas o ver en naar Amerika.
Dat woord verwekte in dén kring
1 zee
tellen. Vader Daalen zat gedurig tot was aan die goede menschen immers
mij gebogen, en hield de opene hand
als een klankbord aan het oor. «Va
der is een weinig doof,” zegde Tonia
«Een weinig?” antwoordde Sam,
«als men een kanonschot naast hem w
lost, zal hij misschien vragen wie dezen avond met mij het gat uit en
daar hoest!” met do «Koningin Sophia” zoo
Moeder bracht den mond dicht bij beet ik mijne boot een eerste
hier té kort en hoe men ook z’n ver
beelding laat werken geen duidelijk
beeld kan hier als resultaat der gro
velijke waarheid gevonden worden.
De correspondent ziet daar in een.
Ier groote boekenkasten als soldaten
saast elkaar geordend staan 30 z wa
ken. De opeenvolging van de lange oa foliodeelen, dus geen kerk- of
reeks van gruwelen in alle landen en lotitieboeken maar van die met
het groote bladen tweemaal zoo groot
j ’Is bladen van een gewoon schrijf-
i boek!
Die langer i j van dertig zulke groo- i
A deelen in zwarten rug, dragen elk j
>.m étiket waarop in ’t Duitsch
aat: 1 «Verlieslijsten van Augustus
<914 tot September 1917 van,
rie jaren oorlogs dus
De man slaat ’t eerste deel open.
V an Augustus 1914 dateert de eer-
.s e lijst, de laatste van 29 September
i ten!
Iedere naam heeft voor zich z’n
i lijdensgeschiedenis die we zouden
.a dit jaai en daartusschen staan moeten hooien om ons e<m begrip
hrvnn f® m-kon
Dertig deelen met 22000 groote Zou er ooit zulk een drama van
bladzijden; op iedere bladzijde 3 volkslijdenindegeschiedenisgeboekt
kolommen, welke op haar beurt zijn?
ieder weer 125 namen bevatten. En nu spreken we van’tlijden van
Kunt geU voorstellen goede lezer, de mannen van één land, maar daaf-
vooral U medelijdende lezeres, 22000 i -- -
X 125 X 3 namen niet alleen, maar verbondenen! En dan nog de
WJX '.....'JV.VW 1161) j-, a
duizend «jnannen”, die eenmaal die door de thuisblijvende met hun
troosten met de wanhoop en ander zielehjden
gedachte dat lang niet al die als
verlies geboekte mannen werkelijk tot de groote tradi-tioneele straffen
dood zijn, dat er veel tienduizenden behoort, waarmee de wereld soms
krijgsgevangen in de Ententelanden j geteisterd .wordt doch dat hij zoo’n
nog leven of als gewonden weer her- j ondenkbaar leed over de wereld kon
was reeds verloofd. In de schaduw, het oor van den ouden man, en her-
achter in de kamer, zag ik een lan- i haalde in ’t kort wat ik vertelde. En
gen lummel staan met eene zilveren i dan knikte de grijze zeeman, en de
gesp op den broeksbanden zilveren indruk die hare woorden maakten,
ringetjes in de ooren, den zoon van werd op zijn eerlijk gelaat afgetee-
Ik moest mijne geschiedenis ver- niet de minste verwondering. De
zoo eigen als een duinwegen het
verre land? Och, daar zijn geen
yerre landeneen weinig langer op
zee gedanst, en hiermeê is het uit!
«Nu,” zegde Sam, «dan moet je
BAARL’S
NIEUWS- ES advertentiebla:
■All
f&mt! ,-«w. ywaoaas.w-.'